Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor of tegen!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor of tegen!

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

"Wie met Mij niet is, die is tegen Mij". Lukas 11 : 23a.

In de zaak van het Koninkrijk Gods is het steeds öf het één óf het ander.
Het Woord Gods houdt ieder mens twee wegen voor: de brede weg en de smalle weg, de wijde poort tot het eeuwige verderf en de enge poort tot het eeuwige leven.
Het is voor of het is tegen; het is licht of het is duisternis; het is óf leven óf dood, één van beiden.
Er is in de dingen van Gods Koninkrijk geen tussenweg, geen derde weg, geen kompromis, geen overbrugging. Het kan niet bestaan om God en de wereld te dienen; want dat houdt in, dat we dan de wereld liefhebben en God haten.
"Weet gij niet, dat de vriendschap der wereld een vijandschap Gods is? Zo wie dan een vriend der wereld wil zijn, die wordt een vijand van God gesteld" (Jak. 4).
Ge kunt ook niet God dienen en de Mammon, dat is uw geld, uw goed. Dan gaat ge met uw goed, uw afgod als een rijke dwaas voor eeuwig verloren. Christus en Belial (dat is de verpersoonlijkte zonde) kunnen nooit samenstemmen. Dan kiest ge volhartig de zonde, ofschoon ge volmondig de Christus roemt!
"Wie met Mij niet is, die is tegen Mij". De Heere Jezus sprak deze woorden tot de schare, die Hem volgde. Hij toonde Zijn Godheid in treffende wondertekenen door zelfs de duivelen uit te werpen. Dat was bij die wonderbare gelegenheid dat een van de duivel bezetene, die blind en stom was, tot Hem gebracht was.
En Hij genas hem, alzo dat de blinde en stomme beide sprak en zag (zie ook Matth. 12 : 22).
Terwijl de schare zich ontzette en zeide: "Is niet Deze de Zoon van David?" ontketende dit de vijandschap van de Farizeën en zij lasterden dit genadewerk Gods alsof het duivelswerk ware, "Hij werpt de duivelen uit door Beëlzebul, de overste der duivelen". Tegen beter weten in verzette de vrome godsdienst zich tegen 's Heeren werk der genade. Christus sprak: "Maar indien Ik door de Geest Gods de duivelen uitwerp, zo is dan het Koninkrijk Gods tot u gekomen". En als een mens de Heere zo tegenstaat en opzettelijk Gods werk aanrandt en lastert dan betreedt hij het terrein van de zonde tegen de Heilige Geest. "Daarom zeg Ik u: Alle zonde en lastering zal de mensen vergeven worden; maar de lastering tegen de Geest zal de mensen niet vergeven worden".
"Wie dan met Mij niet is, die is tegen Mij".
Wij willen liever maar neutraal zijn, er tussen in staan, geen partij kiezen, ons afzijdig houden. Maar dat kan niet, dit doet Gods eer te kort, dit staat Gods werk in de weg, dit doet Gods zaak afbreuk. Dan keert ge u tegen de Heere, ge staat aan de verkeerde kant en ge kiest weer voor de duivel. De Naam en de zaak des Heeren moeten ons boven alles gaan, het naast aan het hart liggen.
Daarom gaat het tenslotte in ons leven over dè grote vraag: mèt Jezus of anders: tégen Jezus!
Van nature is er geen plaats voor Hem. In onze schrikkelijke val hebben wij God de oorlog verklaard en is ook onze uitroep (goddeloos of godsdienstig): "Kruis Hem, kruis Hem!"
Waar Jezus komt, waar de Geest werkt, daar moet onze godsdienst er aan, ons goddeloos bestaan ontdekt, ons leven moet verloren gaan onder het heilig recht des Heeren.
Tegen Jezus! dat is ons bestaan in ongeloof en onbekeerlijkheid des harten, hetzij bruut of verfijnd. O aangrijpende zaak. "Gijlieden wilt tot Mij niet komen, opdat ge het leven hebt in Mijn Naam".
Bent u er ook al met beven en vrezen aan ontdekt geworden? Hoe is toch uw leven als belijdend mens die onder de waarheid verkeert, onder de prediking neerzit? Hoe leeft ge uzelf uit in huisgezin, in kerk en maatschappij? Kennen uw buren u, uw kollega's; kent de wereld u?
Hebt ge een verborgen leven tussen God en uw ziel in arbeid en gebed om genade voor uw kostbare ziel, om het eeuwig heil en welzijn van uw man of vrouw, of kind, uw naaste?
"Wie met Mij niet vergadert, die verstrooit".
In plaats van te bouwen, breekt ge af en ge steunt satans rijk. Die Mij belijden zal voor de mensen, uit liefde tot 's Heeren Naam en om het behoud van mensenzielen, die zal Ik belijden voor Mijn Vader, Die in de hemelen is.
Maar die Mij zal verloochenen . . . Ik zal u ook verloochenen. Voorwaar, Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij! Wanneer toch de liefde van Christus u niet dringt, als de plaats aan Jezus' voeten u vreemd is, als ge toch uw hart nimmer aan de Heere leerde geven; wanneer ge u als een ellendig, verdoemelijk zondaar nooit aan Hem en Zijn genade overgaf, dan zijt gij tégen Christus, dan staat ge God tégen. Zo zijt ge nog in uw zonde en een verklaarde vijand van vrije genade. En dan zal God u tegen zijn, tegen zijn in alles, wat ge onderneemt; al hebt ge uiterlijk de wind mee. Maar u zult Zijn gunst, zegen en vrede missen. Dan zult u Jezus als een vertoornd Rechter eenmaal tegenover u bevinden. En hoe zult u bestaan als de grote dag van Zijn wraak is gekomen? Bergen valt op ons en heuvelen bedekt ons, steenrotsen verbergt ons, vanwege de toorn des Lams, vanwege Hem, Die op de troon zit!
En nu de andere kant: met Jezus te zijn!
O wondere genade van het welbehagen Gods.
Dan is God vóór ons geweest, al van eeuwigheid af. Dan heeft Zijn liefde en genade ons getrokken en overwonnen. Dan hebben wij Hem lief, omdat Hij ons eerst heeft liefgehad en Zichzelf voor ons heeft overgegeven. Daar wordt de diepste smart ingeleefd: zolang de Heere tegengestaan, nooit anders dan tegengewerkt.
Zijn liefde gesmaad met onze haat. Zijn genade veracht. Zijn heerlijke Persoon niet geacht.
De Heere maakt nóg van vijanden vrienden, van tegenstanders voorstanders. Kus toch de Zoon, opdat Hij niet toorne en gij op uw weg vergaat! Neen, ons vlees krijgen wij in die gangen nooit mee, ons "ik" altijd tegen. Het blijve ons tot de diepste droefheid. De strijd van Paulus is ook de onze: "Het vlees begeert tegen de Geest en de Geest tegen het vlees; en deze staan tegen elkander, alzo dat gij niet doet, hetgeen gij wildet" (Gal. 5).
Maar ook in die strijd te ervaren: "Zo God voor ons is, wie zal tegen ons zijn? Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven; zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken?
Houd moed, godvruchte schaar, houd moed; zo daalt Zijn kracht op u in zwakheid neer!
Want God is ons ten schild in 't strijdperk van dit leven. En onze Koning is van Israëls God gegeven!
Alleen Gode zij dank. Die ons de overwinning geeft. En dat uit vrije gunst, die eeuwig Hem bewoog. O verwondering en vernedering der ziel: De Heere is mij van eeuwigheid vóór geweest en van eeuwigheid vóór mij geweest. Die dan roemt, roeme in de Heere. Niets, neen niets, noch dood noch leven, noch hoogte noch diepte, noch engelen, overheden of machten, tegenwoordige of toekomende dingen zullen ons kunnen scheiden van de liefde Gods, die daar is in Christus Jezus, onze Heere.
Eenmaal met Hem te zijn, nooit meer onszelf tegen te hebben; altijd Zijn aangezicht te zien, altijd Hem te lieven en te loven zonder zonde.
Zijn Naam te belijden en eeuwig de lof en de eer te geven; dat is de zaligheid van de drieënige God voor het verloste volk. "En: indien iemand de Heere Jezus Christus niet liefheeft, die zij een vervloeking: Maranatha!" De Heere komt.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 februari 1987

De Saambinder | 8 Pagina's

Voor of tegen!

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 februari 1987

De Saambinder | 8 Pagina's