Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In de lijn van Ledeboer

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In de lijn van Ledeboer

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op 26 januari j.l. was het 150 jaar geleden, dat de predikant van Benthuizen, ds. L.G.C. Ledeboer, werd afgezet als predikant in het Hervormd kerkgenootschap. Al veel eerder gistte het in de Benthuizer gemeente. Wie enigszins bekend is met de levensloop van Ledeboer weet, dat aan diens afzetting verscheidene gebeurtenissen zijn voorafgegaan. De problemen rond de kandidaatstelling voor kerkeraadsleden, de boekenbegrafenis, ze vormden bij elkaar voldoende aanleiding voor de kerkbestuurders om tot schorsing en afzetting over te gaan. Ledeboer. Zijn naam heeft een bijzondere klank, omdat deze ten nauwste verweven is met de geschiedenis van ons kerkverband. Bestonden de in 1907 geïnstitueerde Gereformeerde Gemeenten niet in meerderheid uit Ledeboerianen? Immers, 22 Ledeboeriaanse gemeenten en 13 Gereformeerde Gemeenten onder 't Kruis waren in dat jaar, zoals ds. G.H. Kersten het kernachtig opmerkte, niet saamgeregen, maar saamgegroeid. Het verschil lijkt subtiel, maar is het bepaald niet. Immers, samenrijgen is mensenwerk, samengroeien is Gods werk.

Leidende figuren

Over dat werk des Heeren, wat eraan vooraf ging, wat erop volgde en wat ervan geworden is over een periode van ruim 100 jaar, handelt het boek "In de lijn van Ledeboer", geschreven door J.M. Vermeulen. Uitgangspunt van deze studie is - menselijkerwijsde figuur Ledeboer. Dit boek wil een herdenkingsuitgave zijn en naar onze mening is de auteur daarin geslaagd. Er wordt stilgestaan bij de "leidende figuren", zoals Pieter van Dijke en Daniël Bakker. Beiden vormden een groepje gemeenten om zich heen, later Dijkianen en Bakkerianen genoemd. Hun levensverhalen worden nauwkeurig beschreven. Vervolgens komen alle Ledeboeriaanse oefenaars, predikanten en gemeenten aan bod. De diverse perioden zijn in hoofdstukken onderverdeeld en eindigen in 1945.

Op een over het algemeen voldoende objectieve wijze beschrijft Vermeulen de kerkelijke gang van zaken, waarbij het in het Ledeboeriaanse kamp niet ontbrak aan vereniging en verdeling, aan verbroedering en verdachtmaking. Aan zijn studie ligt intensief speurwerk in archieven en bibliotheken ten grondslag en de gevonden feiten zijn als bouwstenen voor dit boek gebruikt.

Levensverhalen

Van alle Ledeboeriaanse voorgangers, hoe kort ze ook gediend mogen hebben, is een levensverhaal getekend. Het is een bonte rij, waarin we vele "bekenden" tegenkomen, zoals de predikanten Janse, Ruben, Boone, Los en Beversluis. Ook de gemeenten worden beschreven, waarvan er vele nog bestaan en enkele, zoals Eversdijk en Zuidwolde, zijn opgeheven.

Sommige voorgangers zijn in de vergetelheid bijna verdwenen, zoals Iman Pladdet, F. Baan, Wolter Dijkstra, Van der Stel en Krijn Kranenburg. Anderen wierpen een schaduw over de gemeenten, zoals de gewezen monnik M.P.V. Riveaux, een man die zuiver in de bediening was en het geoefende volk des Heeren wist te stichten. Velen hadden deze ex-kloosterling uit Brugge hoog staan, maar tenslotte kwam hij openbaar. Hij kreeg een spreekverbod opgelegd. Men had hem goed doorzien: zijn leven zou in de wereld eindigen en hij is als atheïst gestorven.

Kapitein 't Hart, "de stoere zeerob uit Maassluis", heeft ook voor de nodige deining in de Ledeboeriaanse wateren gezorgd, hoewel over hem een beter getuigenis is nagelaten dan over Riveaux. Hij gaat in vele gemeenten voor, maar meer en meer ontaarden zijn oefeningen in boeiende verhalen over zijn reizen over de oceanen. Met een aardige woordspeling neemt de auteur afscheid van hem als hij schrijft "Nu licht hij zijn ankers en verdwijnt uit Ledeboeriaans vaarwater". We lazen over ds. Ruben, die van huis zó arm was dat zijn moeder met hem in het donker "paardebonen uit de hopen trekt" om ze op te eten, over ds. Budding die tijdens een kerkelijke vergadering zijn beroepsbrief verscheurde en de snippers in de open haard wierp en over ene Pieter Fraanje, die niet alleen onder een preek van Ledeboer verkwikt werd, maar na afloop ook nog eens drie rijksdaalders van hem kreeg en zijn terugweg met blijdschap reisde. Over ds. Pieter van Dijke, die in één dienst meer dan vijftig kinderen doopte, en over tal van andere predikanten, oefenaars en gemeenten.

Waardeoordeel

Deze studie van Vermeulen vult een witte vlek in de kleine kerkgeschiedenis. De auteur heeft zich verdienstelijk gemaakt met het doen van nasporingen naar feiten over voorgangers en - soms reeds lang opgehevengemeenten. Met veel kennis van zaken zijn de feiten aaneengeregen tot een goed leesbaar geheel, waaraan het stichtelijke element niet ontbreekt. De schrijver verhult zijn bewondering voor de figuur van ds. Boone niet; zonder ook maar één woord ten nadele van deze Godsgezant te zeggen zijn wij van mening dat het soms wat wispelturige karakter van Boone tè zwak wordt getekend met slechts de opmerking "niet zo taktvol", als het gaat over het niet mee willen gaan met de vereniging van 1907. In de biografische gegevens over Ledeboer missen we de oordeelsaanzegging aan het drietal mannen dat hem de toegang tot de kansel belette: Huurman, Bik en Van Zomeren. Evenmin wordt meegedeeld, dat dr. P.H. Hugenholtz, de bevestiger van Ledeboer, een volle neef van hem was. We dienen echter te bedenken, dat het niet de opzet van Vermeulen is geweest om een biografie van ds. Ledeboer als een soort "verbeterde Landwehr" te laten verschijnen; het gaat in dit boek meer over de context en de periferie van Ledeboer en zijn aanhang dan over de predikant van Benthuizen zelf Nog enkele kleinigheden: consequent gebruikt de schrijver de officiële doopnamen van de voorgangers die beschreven zijn. Een drietal geringe oneffenheden viel ons daarbij op: ds. Meijer heette Fredrik (blz. 121), de eerste voornaam van ds. D.C. Overduin was Daniël (blz. 171) en de naam van diens broer was Martinus in plaats van Marinus (blz.

199). Verder viel het ons op, dat de Bakkeriaanse gemeenten van Nieuw-Beijerland en Stad aan 't Haringvliet werden gerangschikt onder het hoofdstuk "Verdeeldheid in de Zeeuwse kerken". Ongetwijfeld schort het bij Vermeulen niet aan topografische kennis en heeft het een achtergrond om deze beide Zuidhollandse gemeenten onder Zeeland te rangschikken. Dit had echter in de tekst even verduidelijkt kunnen worden.

Tenslotte delen wij de opvatting van de schrijver niet, als hij op blz. 170 ten aanzien van De Jongste's biografie over Beversluis opmerkt, dat deze een "immer voortdurende lofverheffing over de persoon van ds. Beversluis" geeft. Wij behoeven biograaf noch biografie te verdedigen, maar merken in dit verband op dat de kritiek op Beversluis o.a. wordt gemeld in de slotbeschouwing. Als in dit boek de piëteit vóór Beversluis het wint van kritische notities óver hem, is een vertaling van dit gevoelen met een "immer voortdurende lofverheffing" al te vrij en al te fors. Deze enkele kritische opmerkingen van onze kant doen echter in het geheel niets af van de grote waarde die wij aan deze pennevrucht van Vermeulen hechten. Zonder reserve kunnen wij de aanschaf van dit boek een verrijking van de boekenkast noemen. Laat ook onze jeugd het lezen; hen wordt in dit boek meer geboden dan een kerkhistorisch relaas!

Tenslotte: er was ook kaf onder het Ledeboeriaanse koren. Daarvan getuigt dit boek eveneens en het is op dit punt dan ook eerlijk en betrouwbaar. Desondanks wordt "de lijn van Ledeboer" helder getekend. Laten we echter bedenken, dat niet de lijn van Ledeboer zalig maakt; dat vermag slechts de gouden draad van het verkiezend welbehagen in en door Christus!

N.a.v. J.M. Vermeulen: In de lyn van Ledeboer 1840-1948. Ruim 100 jaar predikanten, oefenaars en gemeenten. Gebonden, 231 bladz^den, voorzien van vele foto's. Te bestellen by Uitgevery Vermeulen te Krimpen aan de IJssel (tel. 01807-11793). Prys f. 32, 50.

Gouda,

J. Mastenbroek

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 april 1991

De Saambinder | 12 Pagina's

In de lijn van Ledeboer

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 april 1991

De Saambinder | 12 Pagina's