Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ds. J.P. Paauwe en de “Paauweanen”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ds. J.P. Paauwe en de “Paauweanen”

8 minuten leestijd

Wie was ds. J.P. Paauwe?

Ongetwijfeld zullen de meesten onzer gehoord hebben van ds. Paauwe en zijn volgelingen, die meestal worden aangeduid als "Paauweanen". Het zijn de buitenstaanders, die de volgelingen van ds. Paauwe zo noemen. Veel Paauweanen hebben zelf bezwaren tegen deze benaming, omdat zij van oordeel zijn, dat ds. Paauwe geen nieuwe leer bracht, maar stond in de lange traditie van de reformatoren en van een aantal vertegenwoordigers van de Nadere Reformatie.

Wie was ds. Paauwe en wat was de inhoud van zijn opvattingen? Daarover is een interessant boek verschenen onder de titel: "Als een eenzame mus op het dak". Deze titel duidt aan, dat ds. Paauwe als een eenling stond in kerkelijk Nederland. Twee citaten van ds. Paauwe in dit verband: "Maar een ieder, die van God geleerd is, kan alleen staan!" "Voeg u tot het eenzame leven. In de eenzaamheid worden de grote dingen geboren!"

Jan Pieter Paauwe werd geboren op 18 oktober 1872 in Smitshoek, een buurtschap vlak ten zuiden van Rotterdam. Hij behoorde met zijn ouders tot de Nederlandse Hervormde Kerk. Andere kerkgenootschappen hebben nooit veel aantrekkingskracht op hem uitgeoefend. Toen hij nog maar 15 jaar oud was, kwam hij eens langs een Gereformeerde kerk, die in aanbouw was: "Ik keek naar boven en zag tussen de stellingen door het gebouw en het woord viel in mijn hart: Dat is alles verstandswerk".

Hervormd predikant te Yerseke

Na zijn studie theologie in Utrecht, werd hij in 1901 bevestigd als hervormd predikant te Yerseke. Daar bevond hij zich in geestelijke nood, zowel ten aanzien van zijn persoonlijk leven als ten aanzien van zijn staan in de Nederlandse Hervormde Kerk. Hij zocht naar mensen, die hem de juiste richting konden wijzen. Zo kwam hij in contact met leden van de (oorspronkelijk ledeboeriaanse) Gereformeerde Gemeente. Met name de bezoeken aan Cornells Meyaard (1840-1924), ouderling van de Gereformeerde Ge­ meente van Yerseke, waren voor hem van grote betekenis: "Hij begeerde onderwezen te worden. In die tijd zaten ze samen op tot diep in de nacht". Hij zat ook onder het gehoor van ds. H. Roelofsen. De contacten werden zo intensief, dat hij zelfs gepreekt heeft op de ledeboeriaanse kansel! Hij voelde veel voor een definitieve overstap, zijn vrouw hield hem daarvan echter terug. Maar altijd heeft Paauwe een diepe eerbied behouden voor ds. L.G.C. Ledeboer, hoewel deze later naar zijn oordeel een verkeerde weg is ingegaan door kerkeraden aan te stellen en gemeenten te stichten. In Yerseke is Paauwe ook begonnen zich te verdiepen in de Nadere Reformatie; met name Theodorus van der Groe heeft diepe indruk op hem gemaakt.

Predikant te Bennekom en Den Haag

In 1907 werd hij bevestigd als predikant te Bennekom. Volgens zijn eigen zeggen was hij altijd nog onbekeerd. Zijn bekering dateert hij in 1911. De Heere verloste hem toen, volgens zijn eigen mededelingen, uit de banden van de Wet en "zette hem over in de dierbare Heere Jezus". Tijdens wandelingen in de bosrijke omgeving van Bennekom gaf God hem, zoals hij vertelt, inzicht in de toestand van het Nederlandse volk in het algemeen en in die van de Nederlandse Hervormde Kerk in het bijzonder: die toestand was droevig. Uitvoerig kunt u dan in het boek lezen hetgeen er plaatsvond bij de schorsing en afzetting van Paauwe, omdat hij weigerde elders bevestigde vrijziimige leden in te schrijven in het hdmatenregister van Bennekom. Op 1 juni 1914 ging Paauwe voor het laatst voor als Nederlands Hervormd predikant. Nooit heeft hij zich meer bij een kerkverband aangesloten, maar hij vormde een kring van geestverwanten om zich heen in Den Haag, maar ook op meerdere plaatsen vooral in Zuid-Holland en Utrecht.

Daar ging hij ook voor. Hij wilde echter niets weten van het stichten van gemeenten en het vormen van kerkeraden. Wel bediende hij de sacramenten en bevestigde huwelijken. Op 6 juli 1956 overleed Paauwe. Nooit heeft hij een opvolger aangewezen. Aan zijn graf in Den Haag zongen zijn volgelingen uit Psalm 74:

"Niet één profeet is ons tot troost gebleven; Geen sterv'ling weet, hoe lang dit duren zal".

Zijn opvatting over de rechtvaardigmaking

Paauwe staat onder ons bekend als iemand, die leerde, dat er geen geestelijk leven is voor de rechtvaardigmaking. Dat wil zeggen voordat men bewust gerechtvaardigd is, voordat men weten mag over te zijn gegaan in Christus. Uitvoerig wordt de visie van Paauwe ten aanzien van de rechtvaardigmaking in dit boek aan de orde gesteld. Bij hem vallen de wedergeboorte en het doorleven van de rechtvaardigmaking samen. In de loop der jaren ging hij meer en meer benadrukken het zgn. "punt des tijds" van de rechtvaardigmaking: "Hebt gij dat, wat in één punt des tijds plaats heeft, ooit beleefd? Zijt gij tot God bekeerd, dan zult gij ook weten hoe eenvoudig een mens op zo'n ogenblik is". Pas als een mens werkelijk zondaar voor God geworden is, dan wordt zo'n mens voorwerp van Gods (krachtdadige) roeping, die bestaat uit verlichting en gewilligmaking. Door de verlichting ontstaat kennis van God en van zichzelf en door de gewilligmaking wordt de mens bereid om zich geheel tot God te bekeren. "Wat het wezen der zaak betreft wordt de gehele kerk van God zo geroepen. In één punt des tijds staat de ziel op uit de geestelijke dood en komt door een waarachtig geloof tot Christus en volgt Hem". Het moment waarop de uitverkoren mens door het geloof in Christus gerechtvaardigd en wedergeboren wordt, is voor de zaligheid noodzakelijk. "Wij zijn het niet eens met de Heere voordat wij op het punt staan over te gaan in Hem en als wij overgegaan zijn in Hem, dan alléén. Geen seconde vroeger. Dat is allemaal inbeelding; dat maakt zich de mens wijs en dat maakt de een de ander wijs. Dat zijn de ellendige, droevige gevolgen van de valse leer, die nu overal in Nederland gevonden wordt en in alle kerken gebracht wordt en ook in gezelschappen; dat is er het gevolg van!" Voor de geloofsvereniging met Christus is de mens geestelijk dood. Niets wilde Paauwe weten van de toeleidende wegen, waarin reeds genade aanwezig geacht wordt.

Tenslotte

Het zal duidelijk zijn, dat wij deze opvattingen van Paauwe niet delen. Van harte willen wij benadrukken en blijven benadrukken de verschillende standen in het genadeleven. Een kind wordt niet als een volwassene gebo­ ren. Daar is een opwas in het geestelijke leven. Daar is het plaatsmakende werk van de Heilige Geest, waardoor in een weg van ontdekking plaatsgemaakt wordt voor Christus. Daar is een droeflieid naar God, een hartelijk berouw over de zonde, die voortkomt uit de liefde Gods in het hart uitgestort. Daar is een opwassen in de kennis van Christus. Dat alles weg te vagen, als de ziel niet met geloofsbewustheid in Christus is overgegaan, betekent niet anders dan een wegvagen van het werk Gods. Echter anderzijds, laten wij nooit zondaren rust geven buiten Christus. Dat gevaar is er ook! Dan kweekt men bekeerde mensen buiten Christus. En ik heb de indruk, dat Paauwe (mede door zijn studie van de reformatoren en van mannen van de Nadere Reformatie als Van der Groe) dat gevaar helder heeft gezien. Vandaar zijn toornen tegen het verwarren van allerlei gemoedsbewegingen met geloof en bevinding. En het is ook een dodelijk gevaar zondaren rust te geven buiten de kennis van Christus. Er is maar één Naam gegeven tot zaligheid. En waar de Heilige Geest zaligmakend het hart bearbeidt, daar zal die Geest de zondaar nooit rust geven, dan alleen in Christus!

Omdat Paauwe voor zijn opvattingen geen steun vond in de bestaande kerken, heeft hij zich meer en meer tegen de kerken verzet en is zijn standpunt daarin verhard. Vandaar dat zijn volgelingen thuis zitten op zondag. Gezinnen groeien op in de vervreemding van Doop en Avondmaal en van de bediening van het Woord. Een van de volgelingen van Paauwe wordt in het boek daarover als volgt geciteerd:

"Zeker dat is erg, maar nog erger is voor eeuwig bedrogen te worden onder de valse prediking". Omdat men in alle kerken die valse prediking meent aan te treffen, blijft men thuis lezen. Toch is het verlangen naar een "opvolger" onder de Paauweanen nog steeds niet geheel uitgedoofd. Laten wij onszelf echter bij dit alles de vraag stellen, of onze kerkelijke zelfgenoegzaamheid niet zo groot geworden is, dat wij de schuld niet meer gevoelen van de verscheurde en ingezonken kerk van Nederland. Wordt onder ons de "breuk" nog doorleefd? Kennen wij nog het ledeboeriaanse heimwee naar de kerk der Reformatie? Hebben wij nog deernis met het gruis van Sion (Psalm 102:8 ber.)?

Wie meer wil weten over de opvattingen van Paauwe en over zijn volgelingen, kan uitstekend in dit prachtig uitgevoerde boek terecht.

N.a.v. L.F. Dros en N.J.P. Sjoer: Als een eenzame mus op het dak. De Groot Goudriaan - Kampen. Gebonden, 160 blz. Prijs ƒ 39, 90.

Zeist,

ds. J.J. V. Eckeveld.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 maart 1995

De Saambinder | 12 Pagina's

Ds. J.P. Paauwe en de “Paauweanen”

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 maart 1995

De Saambinder | 12 Pagina's