Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het leven in de Bijbelse landen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het leven in de Bijbelse landen

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het Jordaandal

Daarom gedenk ik Uwer uit het land van de Jordaan. „ , ^~ - , Psalm 42 : 7.

De Jordaan ontstaat uit enkele bronnen. De rivieren daarvan storten in watervallen bruisend naar beneden. Daar bevond zich David toen hij in ballingschap Psalm 42 dichtte: "Daarom gedenk ik Uwer uit het land der Jordaan en Hermon, uit het klein gebergte. De afgrond roept tot de afgrond bij het gedruis Uwer watergoten". Wanneer de bronrivieren zich verenigd hebben, stroomt de Jordaan door een breed dal. De rivier stroomt langzaam door een vruchtbare vlakte. Daar liggen de wateren van Merom, waar Jozua koning Jabin van Hazor met zijn bondgenoten versloeg (Joz. 11). Daardoor kon Israël het Noorden in bezit nemen. Door dat dal liep de karavaanweg tussen Egypte en Syrië, de weg der zee. Daar staken de karavaanreizigers de Jordaan over.

In dit dal lag in de dagen van Christus' omwandeling op aarde de mooie stad Caesarea Filippi. Philippus de viervorst veriraaide de stad, van daar de naam ter onderscheiding van de stad Caesarea aan de kust. In "de delen van Caesarea Filippi" legde Paulus de schone belijdenis af: "Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods".

Naar het zuiden toe slijpt de Jordaan een diep bed uit in de basaltrotsen. Vervolgens stroomt zij door een delta het Meer van Galilea binnen. De waterspiegel ligt dan 208 meter onder zeeniveau. Dit meer kent een grote visrijkdom; in de Evangeliën lezen we, hoe de visserij werd bedreven met een werpnet (Joh. 21 : 6), met het grote treknet (Matth. 13 : 47) of met de haak aan de lijn (Matth. 17 : 27). Enkele plaatsen droegen een naam die aan het vissersbedrij f herinnert, bijv. Bethsaida, vishuis. Daar lag ook Magdala, waar Maria Magdalena vandaan kwam.

Uit het Meer Gennésareth komt de Jordaan in een kaal landschap. Niet ver daar vandaan mondt de zijrivier de Jabbok in de Jordaan uit. Jacob was die overgestoken na zijn Pniëlervaring en vestigde zich daar te Sukkoth. Waar het dal ruimer wordt en bevloeiing plaatsvindt, is de dal vlakte echter vruchtbaar en lag in de oudheid een bloeiende streek: ij Beth-San en bij Jericho, de Palmstad. Na de slag op Gilboa hingen de Filistijnen de lichamen van koning Saul en zijn drie gesneuvelde zonen aan de muur van Beth-San. Later staken de Jabesieten de Jordaan over om ze weg te halen en te zorgen voor een fatsoenlijke begrafenis. Zoals de naam aangeeft kunnen bij Jericho palmen groeien vanwege het warme klimaat. De stad werd ten tijde van Jozua ingenomen en verwoest, ten tijde van Achab onder leiding van de architect Hiel, ondanks Gods verbod herbouwd. Het nieuw-testamentische Jericho lag zuidelijker en is gebouwd door koning Herodes de Grote. Daar is de Jordaan ongeveer 30 meter breed en soms 3 a 4 meter diep, plaatselijk niet meer dan een meter Daar is de river in de zomer doorwaadbaar, o.a. bij Beth Abara, huis der overtochten. Elia en Elisa waadden door de Jordaan (2 Kon. 2). Alleen in 2 Sam. 19 : 18 is er sprake van een pontveer waarmee David naar Jeruzalem terugkwam na de opstand van Absalom. In maart en april echter maakt het smeltwater vanaf de Hermon de Jordaan "vol aan al haar oevers" (Joz. 3 : 15). Pal tegenover deze vlakke velden van Jericho lagen de vlakke velden van Moab(Num. 22: ).

Verder naar de oever van de Dode Zee wordt de bodem onvruchtbaar en dor, omdat het loog van de Zoutzee de plantengroei tegengaat in deze zoute gronden (Psalm 107:34).

Langzaam stroomt de Jordaan in de Dode Zee. In de Bijbel komt deze naam niet voor. Daar wordt gesproken van de Zoutzee (Num. 34 : 3), de Oostzee (Ezech. 47 : 18) en de Zee des vlakken velds (2 Kon. 14 : 25). De Arabieren noemen haar de Zee van Lot. De oppervlakte van de zee is ongeveer de helft van de provincie Zeeland. De grootste diepte bedraagt 401 meter De totale diepte onder de zeespiegel is 795 meten Aan de zuidwestkust ligt een oord dat heden ten dage Sodom wordt genoemd. Soms ziet men een zoutformatie die lijkt op een vrouw met een slepend gewaad, die wegvlucht als voor een oordeel. Daar er meerdere van zulke formaties zijn kan men er geen aanwijzen en zeggen: Dat is de vrouw van Lot".

Door de grote hitte ontstaat een zeer sterke verdamping. De zee heeft geen lozing. De zijrivieren, waaronder de Amon, blijven zouten en mineralen aanvoeren. Daarom is het water van de zee zo zout: esmaal zo sterk als de oceaan. In het water kunnen geen dieren leven; slechts waar bronnen instromen of onder water naar boven borrelen leven brakwatervissen. Vissen die uit de Jordaan binnenzwemmen en zeevissen die erin gebracht worden sterven meteen. Asfalt stijgt op een nog niet verklaarde wijze uit de diepte op. De lijmputten uit Gen. 14 : 3 en 10 zijn asfaltputten.

Waar nu de Dode Zee is, was vroeger het dal Siddim, een landstreek, rijk en heerlijk als de hof des Heeren (Gen. 13 : 10). De Dode Zee is ontstaan toen de Heere de steden Sodom en Gomorra en die ganse landstreek omkeerde en zwavel en vuur deed regenen over Sodom, Gomorra, Adama en Zeboïm.

Daar regeert de dood als gevolg van de vloek. Beeld van ons bestaan. Maar Ezechiël 47 geeft uitzicht. De wateren des levens die van onder de dorpel van het heiligdom kwamen bereikten de Dode Zee. En wat is het gevolg? Vissers van Engedi aan tot Eneglaïm toe. Haar vis zal naar zijn aard wezen als de vis van de grote zee, menigvuldig. Welk een vrucht van Pinksteren!

Maar... haar modderige plaatsen en haar moerassen zullen niet gezond worden; zij zijn tot zout overgegeven. De vloek blijft rusten op de onbekeerlijken. Welk een ingrijpende boodschap!

De gegevens zijn hoofdzakelijk afkomstig uit "Beknopte Bijbelse Aardrijkskunde" van Dr. A. van Deursen en G. Meinema.

Scherpenzeel, Iz. den Dekker.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 1995

De Saambinder | 12 Pagina's

Het leven in de Bijbelse landen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 1995

De Saambinder | 12 Pagina's