Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Door de dood tot het leven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Door de dood tot het leven

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meditatie

Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Indien het tarwegraan in de aarde niet valt en sterft, zo blijft hetzelve alleen; maar indien het sterft, zo brengt het veel vrucht voort.

Johannes 12 : 24

"Wij wilden Jezus wel zien". Dat was de vraag van enkele Grieken, die opgekomen waren, opdat zij op het feest zouden aanbidden. Daarbij hadden zij de intocht van de Heere Jezus op een jonge ezel aanschouwd. Dat had hun bewondering opgewekt. Nu verlangden ze Hem te zien, die aan alle zijden bejubeld en toegejuicht werd: Hosanna, gezegend is Hij, Die komt in de Naam des Heeren, Hij, Die is de Koning Israels. Nu komen ze tot Filippus om Jezus te mogen zien. Deze vraagt het aan Andreas en samen leggen ze het de Heere Jezus voor. Wat ontbreekt er echter bij de Grieken, die deze vraag, die wellicht verwachting opwekt, stellen? Ze wilden Hem zien. Hem spreken, maar we lezen niet, dat ze wat van Hem wilden hebben. Ze gingen ook niet naar Hem Zelf. Zij, die zo om Hem verlegen waren gingen tot Hem Zelf Denk aan de blinde Bartimeüs, de Kananese vrouw, de hoofdman te Kapernaüm, enz.

Maar ook zulken geeft Hij antwoord: De ure is gekomen, dat de Zoon des mensen zal verheerlijkt worden. Niet nu is Hij verheerlijkt, door het hosanna-geroep van de schare. Hij zal verheerlijkt worden als Hij benodigd zal worden als Zaligmaker. De Heilige Geest zal Hem verheerlijken. En Hij zal verheerlijkt worden in de heerlijkheid van Zijn Vader. Maar dan tekent de Heere Jezus ook de weg, die Hij gaan moet om tot die heerlijkheid te komen: door lijden tot heerlijkheid: door sterven tot verhoging. Deze weg gaat over Golgotha heen. Met een eenvoudig voorbeeld uit de natuur duidt de Heere Jezus deze werkelijkheid aan. Wanneer komt een tarwekorrel tot heerlijkheid: als hij op een graanzolder of in een silo alleen blijft? Neen, als hij in de aarde valt en sterft. Door de weg van het zelfverlies. Deze weg is door de Heere Jezus gegaan. Was Hij in de hemel gebleven, was Hij eeuwig Dezelfde geweest. Maar dan was de schepping niet verlost, geen zondaar zou behouden zijn, dan was Hij geen oudste Broeder temidden van vele broederen. Dan was er geen verlossing, geen vrede, geen geestelijk leven in zondaren. Dan waren Gods deugden van liefde en genade niet verheerlijkt. Maar nu Hij Zich in de kruisdood overgeeft, is Hij het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt. Geen ander offer kan voldoen aan Gods gerechtigheid. Zijn sterven is de enige weg tot en het enige fundament van de zaligheid. Dat wordt geleerd op de leerschool van de Heilige Geest. Daarin onderwijst de Heere de Zijnen. Er kan langs geen andere weg zaligheid voor zondaren zijn, dan door de dood van Christus. Hierdoor alleen wordt aan Gods recht voldaan. Want dat eist voldoening. Wat krimpt bij dat onderwijs 't hart ineen, als we voor die hoge eis gesteld worden: betaal wat geschuldig zijt.

Maar wat is 't een eeuwig wonder dat er nu genade is op grond van recht. Wat wordt Christus dierbaar als 't oog voor Hem ontsloten wordt. Daar leert de Heere de Zijnen naar hongeren en dorsten. Hij wordt gepast en beminnelijk en op Gods tijd past Hij 't Woord toe dat Hem als Inhoud heeft. Dan wordt verstaan, dat in Zijn sterven ons leven ligt.

Daarom zoeken we tevergeefs als we in de verbetering van ons leven verzoening met God zoeken. Er is maar één plaats waar we vrede met God kunnen krijgen: aan de voet van het kruis. Zo leidt de Heere door de dood tot het leven, dat in Christus is.

Want Christus is niet als tarwekorrel ondergegaan. Bij de tarwekorrel is 't eigenlijke leven in de kiem. Die sterft niet, maar wordt bewaard. Juist in het afsterven van de rest van de korrel, ontwikkelt zich de kiem. Die groeit en daaruit bloeit nieuw leven op. Zo zegt Christus: Ik leef en gij zult leven.

Ook de Zijnen zullen tot heerlijkheid komen. Daar staat Hij borg voor. Maar de weg er heen is een weg van minder worden en achteruitgaan in onszelf, van sterven aan ons eigen ik, aan de zonde, aan alles wat geen God en Christus is. Kortom; een verliezen van ons eigen leven. Door ontdekking van Gods Geest sterfit onze zelfhandhaving tegenover God, onze goede gedachten van onszelf, onze hoop op zelfbehoud, onze zondelust, het vermaak in de wereld en haar genoegens.

Dan is er iets aan het afsterven, het krijgt, al is het nog niet dood, toch de doodsteek.

Daar kunnen wel eens pijnlijke wegen voor nodig zijn.

Maar zó leert de Heere te leven met het hart en oog op Hem gericht. Paulus zegt ervan: houdt het daarvoor dat ge wel der zonde dood zijt, maar Gode levend zijt in Christus Jezus onze Heere. Daarvoor hebben we Hem in alles nodig.

Lezer(es), kenmerkt dat ook uw leven? Zoekt dan de Heere en leeft!

Moerkapelle,

ds. H. Paul

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 februari 2005

De Saambinder | 16 Pagina's

Door de dood tot het leven

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 februari 2005

De Saambinder | 16 Pagina's