Het Lam Gods aangewezen

Meditatie

Ziet, het Lam Gods. Johannes 1 : 36b

Toen de kinderen Israels uit Egypte verlost werden, moesten ze op bevel des Heeren op de tiende van de maand Abib (die na de ballingschap Nisan wordt genoemd) een eenjarig lam van de kudde nemen. Het moest een volkomen lam zijn, zonder enig gebrek. Dat lam moest apart gezet worden en op de veertiende van de maand moest dat lam geslacht worden. Het bloed van dat lam moest worden opgevangen en gestreken aan de bovendorpel en de zijposten van de deuren der huizen. Waarom moest dat alles plaatsvinden? Wel, in die nacht zou een engel door het land van Egypte gaan en alle eerstgeborenen van mensen en beesten doden. Alleen daar, waar de engel aan de posten het bloed zou zien, daar zou hij voorbijgaan.

Hierin lag voor het volk een rijke prediking. Ten eerste predikte dit het volk het oordeel Gods. God zou een verdervende engel zenden. En wie zou voor die engel veilig zijn? Was het volk van Israël beter of waardiger dan het Egyptische volk? O, neen. Niets was er dat dat volk waardiger maakte. Zij waren met alle mensen in Adam verdoemelijk voor God.

Ten tweede predikte dit het volk de noodzaak van voldoening. Er moest voor de zonde voldaan worden. De dood, als straf op de zonde, moest ondergaan worden.

Ten derde predikte dit het volk de mogelijkheid van voldoening door plaatsvervanging. Het lam werd gedood, geslacht, in de plaats van de eerstgeborene. Ten vierde predikte dit het volk de noodzaak van een volkomen lam. Een volkomen lam moesten ze hebben, zonder gebrek.

Ten vijfde predikte deze instelling Gods het vrije en onbegrijpelijke van Gods welbehagen, dat hun dit lam tot behoudenis werd gegeven. God was dat niet verplicht. Hij deed het uit vrije soevereine liefde, terwijl Hij de Egyptenaren deed ten onder gaan. Tenslotte predikte deze instelling de noodzaak van persoonlijke voldoening. Er was geen voorbijgaan van de engel om het bloed aan de posten van een andere Israëliet. Het moest aan hun eigen posten gestreken zijn.

Nu mag Johannes de Doper, ziende op Jezus daar wandelende, door de Heilige Geest in Hem het ware Lam Gods zien. En zo mag hij Hem aanwijzen en prediken.

Geliefde lezer en lezeres. Wij zijn met de gehele wereld onder Gods toorn en vloek. De verderfengel staat gereed om ons voor eeuwig te verdelgen. Vanwege onze zonden moeten wij door het zwaard van Gods wrekende gerechtigheid vergaan. Tenzij we schuiling vinden achter het bloed van het Lam Gods, Christus. Dat Lam Gods wordt u gepredikt als het enige Middel ter behoudenis. We moeten persoonlijk deel aan Hem hebben.

Zijn er onder onze lezers of lezeressen die zichzelf leerden kennen als een schuldige, die voor Gods wrekend zwaard niet kan bestaan? Hebt u alles geprobeerd om die toorn Gods te ontvlieden en wederom tot genade te komen? Bent u nog bezig om uw behoudenis te zoeken buiten dat Lam Gods? 't Zal u niet baten, 't Zal alles tekort schieten. Niets kan de verderfengel tegenhouden. Daarom: Ziet, het Lam Gods. Laat alles eens los buiten Hem. U hebt dat Lam nodig.

Is er een volk dat alles verloren heeft? Dat in de ledigheid en de armoede van hun bestaan, zonder bedekking over de aarde gaat? Geen traan of zucht die u helpen kan? Ziet, het Lam Gods. Daarin ligt de enige mogelijkheid van uw behoud.

Mocht u bij aanvang op dat Lam blikken? Hoe wonderlijk was het u. Een tiende ure. Hij kwam als het volkomen Lam, het plaatsbekledende Lam, het noodzakelijke Lam, het gegeven Lam. Gods welbehagen werd in Hem geopenbaard. Niet alleen voor anderen, maar ook voor u. U mocht veel in Hem zien, het dierbare, gepaste en gewillige Lam. Maar nu is het ook nodig te leren dat het zien van het Lam niet genoeg is. Het Lam moest geslacht worden. Het bloed moest vloeien en gestreken worden aan de posten. Volk des Heeren, met het zien van het Lam staat uw schuld nog open en is Gods recht niet voldaan in uw leven. De Heere lere u de noodzaak van de voldoening door de dood van de Middelaar. Hij geve u niet alleen Kerstfeest te beleven, maar make ook plaats voor Golgotha. Daar is Gods recht voldaan.

Jong en oud, de verderfengel komt ook ons bezoeken. Vindt hij dan het bloed van het Lam aan de posten van ons hart?

Drachten,

ds. G. Hoogerland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen