Ds. Piper en het 'christen-hedonisme'
(1)
Publicaties van de Amerikaanse predikant John S. Piper genieten groeiende belangstelling. Uitgeverij De Banier publiceerde de vertaling van een boek van Piper met als titel Verlangen naar God. Daarin typeert Piper zichzelf als christen-hedonist. Het christelijk opinieblad Koers bracht eerder dit jaar een interview met hem. Daar stond als kop boven: "Geschapen om van God te genieten". Met een link naar de eerste vraag van de Westminster Catechismus.
Piper staat tevens te boek als iemand die zich sterk verbonden weet met de puriteinen. De website van de Evangelische Omroep vestigt ergens de aandacht op het belang van het gedachtegoed van het puritanisme. Zij herinnert daarbij aan de namen van John Owen, Jonathan Edwards en George Whitefield. Tevens noemt zij Charles Haddon Spurgeon en Martyn Lloyd- Jones als behorende tot dezelfde categorie. En de site betitelt James I. Packer en John Piper als "belangrijke puriteinen in de twintigste eeuw". Als iemand tegelijk christen of puritein heet, én hedonist, lijkt het de moeite waard daar aandacht aan te schenken. Dit eerste stukje schrijft over de vraag wat onder hedonisme valt te verstaan. De tweede bijdrage stelt aan de orde of het zich anno 2006 nog altijd manifesteert. Het derde artikei maakt een paar opmerkingen over het begrip genieten in de Bijbel. In de vierde bijdrage komt de kwestie ter sprake of het een zo gelukkig vondst is om, zoals ds. Piper, te spreken over "christen-hedonisme".
Uitgangspunt
Wat betekent het begrip hedonisme? Het is afgeleid van het Griekse woord "hèdonè", dat letterlijk een zoete, liefelijke gewaarwording betekent, of genot en lust; hetzij goed, hetzij slecht. Het gaat dan ook bij hedonisme om gevoel en de plezierige ervaring daarbij. Hedonisme doet zich voor als een min of meer vanzelfsprekende levenshouding, of een bepaalde filosofische leer. Hedonisme verschijnt eveneens in de vorm van een ethische theorie. Van geen perikoop in de Bijbel geldt wat van de Tien Geboden valt te zeggen: God schreef ze Zelf met Zijn vinger als wet op twee tafelen. Hij gaf daarmee de voor mensen geldende normen. Maar lang niet iedereen begeert zijn doen en laten te relateren aan de waarden en normen in de openbaring van God of een Opperwezen. Hedonisten zoeken de waarde van het leven, hun uitgangspunt, de grond voor hun ethiek en de norm in genot en lust.
Vertegenwoordigers
Aristippus (ca. 435 tot 356 voor Christus) is een van de eerste formele vertegenwoordigers van deze levenshouding. Iemand uit de school van Aristippus heette een "hèdonikos". Aristippus zag lustgevoel als het hoogste goed. Het enige waarvan mensen volgens hem zeker kunnen zijn bij waarnemen en kennen, is het eigen gevoel. Daarom zouden aangename gevoelens ons doel en streven moeten vormen. Aristippus had nauw contact met minstens één van de "hetairai". Dat waren in het oude Griekenland gezelschapsdames, vaak vrijgelaten slavinnen, artistiek geschoolde vrouwen. Hoewel zij niet zomaar prostituees waren, lag er wel enige relatie in die richting. Aristippus propageerde overigens geen onbegrensd genot en lust. Hij realiseerde zich terdege dat verslaving een negatieve uitwerking heeft. Overmatig genot kan tot pijn leiden. Hij leerde: ik heb het genot, maar het genot heeft mij niet. Niet alle mensen die "hèdonè" nastreefden, ervoeren seksualiteit en erotiek als het hoogste goed.
Zo was het hedonisme van Epicurus (341 tot 271 voor Christus) meer verfijnd. Ook hij geldt als pleitbezorger van het hedonisme. Hij zag lust als een middel om geestelijke rust en persoonlijk geluk te bereiken. Hij stelde geluk gelijk aan genot. Epicurus realiseerde zich dat de lustgevoelens van het lichaam meestal de sterkste zijn. Maar hij achtte die van de geest waardevoller. Voor Epicurus was het geluk - en dus ook het genot - voor wat betreft het lichaam voldoende als iemand gezond was en als de primaire (!) lichamelijke behoeften zijn bevredigd. Epicurus had een tuin. Hij had daar zijn school gevestigd. Boven de poort stond geschreven: "Vreemdeling, hier is het goed te wezen, hier is genot het hoogste goed". Maar als zo iemand binnentrad, kreeg hij brood en water toegedeeld. Omdat in deze tuin de honger niet gestimuleerd, maar bevredigd en de dorst door het drinken niet groter, maar inderdaad gelest werd. Dat leidde volgens Epicurus tot een duurzaam gevoel van welbehagen. De vraag hoe deugdelijk de theorie van Aristippus en Epicurus was, krijgt antwoord in wat vooral hun navolgers ermee deden. Hun latere Romeinse 'discipelen' vervielen vooral in gulzigheid en losbandigheid.
Verwante stromingen
Hedonisme kan vorm krijgen in materialisme, maar ook in het streven naar psychisch welbevinden. Er is tevens sprake van esthetisch hedonisme. Dan is het genieten van schoonheid het hoogste goed. Hedonisme is een broertje van het eudemonisme. Het woord "eudaimonia" betekent letterlijk: een goede demon of geest hebben. En dat is hetzelfde als fortuinlijk zijn en geluk hebben. Zulk geluk heet dan het hoogste goed. Hedonisme is ook een zusje van utilisme. Dat begrip is afgeleid van het Latijnse woord utilis en dat betekent: nuttig. Het komt er op aan dat een mens zich zo nuttig mogelijk maakt. Het utilisme bevordert het geluk en dat is in het bijzonder het genot.
Het hedonisme en zijn familie bleven niet in de lang vervlogen geschiedenis steken. Vele eeuwen na Aristippus en Epicurus stak het opnieuw de kop op. Toen in de Verlichting - ruwweg: de 18de eeuw - de rede de toetssteen van alle waarheid werd, leidde dat tot een steeds verder gaand atheïsme op godsdienstig terrein en tot een toenemende tolerantie in geloofszaken. Maar ook de filosofie bloeide op. Op het terrein van de moraal werd gezag twijfelachtig en bood grenzeloos genot 'zekerheid'. Binnen dat klimaat kregen hedonisme en utilisme opnieuw aandacht.
Samengevat
Ik heb aan het begin van deze bijdrage de vraag gesteld naar de betekenis van het begrip hedonisme. Er valt meer over te zeggen. Er is sprake van allerlei nuances. Hedonisme gaat ervan uit dat de mens van nature streeft naar genot. Al heel lang zwerft ook in de psychologie de opvatting rond dat alle menselijk gedrag gericht is op het verwerven van lust. Genot en lust vormen dus in het hedonisme het doel van het doen en laten. Het motief voor het zedelijk handelen ligt in eerste instantie in het fijn vinden iets goeds gedaan te hebben ofte kunnen doen. Het gaat bij hedonisme om genot en lust. Maar voor de goede orde: het begrip lust heeft niet uitsluitend te maken met seksualiteit. Er is sprake van lichamelijke en mentale lust, zoals hilariteit die tot lachen brengt. Ook spel kan leiden tot lustgevoel. En bovendien kan wreed gedrag gepaard gaan met lustgevoelens. Verder kan hedonisme zich negatief uiten in het vermijden van pijn, maar ook positief. In het najagen van alles, wat een gevoel van welbehagen kan opwekken. Als ik globaal samenvat, kom ik tot de volgende conclusie: hedonisme ziet het eigen "ik" als het hoogste goed.
Het criterium voor wat goed en kwaad is, ligt in de ervaring. Hedonisme kan niet de medemens dienen in zelfopofferende, zichzelf wegcijferende liefde, want ook naastenliefde staat in dienst van het eigen ik. Hedonisme kent geen door een hoger wezen gegeven normen en waarden voor het leven. Hedonisme kent niet een hoger wezen aan wie een mens - zelfs als dat zijn bestaan kost - de hoogste eer dient te bewijzen.
Raadsel
Het is duidelijk dat de boodschap van Gods Woord en de prediking van de puriteinen haaks staan op het hedonisme, zoals hierboven getekend. Voor menige lezer zal het raadsel dat de puriteinse Piper zichzelf als christenhedonist typeert inmiddels alleen maar groter zijn geworden. De oplossing van dat raadsel blijft nog even rusten. Volgende bijdragen richten zich op verheldering.
(wordt vervolgd)
Kampen,
G. Roos
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 augustus 2006
De Saambinder | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 augustus 2006
De Saambinder | 12 Pagina's