Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Momenten uit de slotzitting van de General Synode 2007

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Momenten uit de slotzitting van de General Synode 2007

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de tweede helft van de middagvergadering van woensdag 26 maart boog de synode zich over het rapport van de Commissie Herziening Statenvertaling.

Die commissie was op 12 september 2007 ingesteld. Ze kreeg tot taak om aan een vervolgzitting van de Generale Synode advies uit te brengen over een door de Particuliere Synode Oost ingediende instructie over de waardering van de Statenvertaling en de beoordeling van de Herziene Statenvertaling (HSV).

Het was niet de bedoeling dat de commissie een diepgaand onderzoek zou instellen naar de betrouwbaarheid van de in de HSV gegeven vertaling.

Het advies zou zich met name moeten toespitsen op het al of niet gewenst zijn van het gebruik van de HSV tijdens de erediensten en bij andere kerkelijke aktiviteiten.

Dichter bij de Statenvertaling

Ds. G.J.N. Moens (Meliskerke) leidde als voorzitter van de commissie de bespreking in. Hij herinnerde de vergadering aan het begrensde mandaat. Ook wees hij op de ernst van het gegeven, dat jonge mensen in onze tijd afgroeien van de Bijbel in de Statenvertaling (SV). Er is sprake van een taalkloof en een vervreemding van Gods Woord. Hij beklemtoonde in de lijn van het rapport dat de SV niet door een herziening dichter bij de lezers moet worden gebracht, maar de lezers - met name kinderen en jonge mensen - moeten juist dichter bij de Statenvertaling gebracht worden. Gewenning aan het specifieke taalveld, zoals dat in de Statenvertaling gevonden wordt, kan de vervreemding middellijkerwijs tegengaan. Wie de SV kwijt raakt, raakt ook de kanttekeningen kwijt en de klassieke belijdenisgeschriften.

Ds. Meeuse (Goes) ging in op het feit dat de Statenvertaling zelf bij zijn verschijning een zekere vervreemding van de volkstaal meebracht. De vertaling werkte in sterke mate taalvormend. Dat kwam door de sterke aansluiting bij de grondtalen, het gebruik van hebraïsmen en spreekwoorden. Het uitgangspunt van de vertalers was: het volk moet bij het Woord worden gebracht. En het is de taak van de predikanten om de Schrift uit te leggen.

Vragen over de verstaanbaarheid

Verschillende afgevaardigden stelden vragen over de verstaanbaarheid van de huidige tekst van de SV. Zo vroeg ouderling J.H. Mauritz (Woerden) zich af: Waarom kan 'de gemene man' niet 'de gewone man' zijn? Heeft de commissie ook aandacht gehad voor de verouderde woorden in de Statenvertaling, waarvan de eerste druk in 1637 verscheen? Er zijn duidelijke ontwikkelingen zichtbaar in het taalgebruik sedert de verschijning van deze eerste druk. De preses vroeg zich af of het wel een taak van de drukkers was om in de loop van de jaren bepaalde verouderde woorden te vervangen. Ds. ]. Driessen ('s Gravenhage) vulde deze benadering aan door op te merken dat de vervanging van woorden nooit een zaak van drukkers was, maar altijd een zaak van de uitgevers. Ligt hier niet een taak voor de kerk? Ouderling Mauritz onderstreepte de noodzaak om aandacht te hebben voor de verstaanbaarheid. Is het de vergadering bekend dat 25% van onze jongeren zelf niet uit de Bijbel leest?

Van verschillende kanten werd waardering geuit voor het werk van de GBS. Wel vroegen enkele sprekers zich af waarom een deel van de woorden uit de lijst die zich achter in de GBS-bijbel bevindt, niet zou kunnen worden ingevoegd in de bestaande tekst? Het gaat naast betrouwbaarheid toch ook wel om verstaanbaarheid. Zij bepleitten een gesprek met de GBS over dit onderwerp. Ds P. Mulder zei dat honderd procent zorgvuldigheid noodzakelijk is, maar hij vroeg zich af waarom een woord als 'gevirocht' moet worden gehandhaafd. Woorden als kapittel en exempel zijn toch ook gewijzigd in hoofdstuk en voorbeeld.

Geen kerkelijk gebruik HSV

De preses merkte tijdens de discussie over de verstaanbaarheid op dat er uiteraard geen sprake kan zijn van een speciale editie van de Statenvertaling voor de Gereformeerde Gemeenten. Ds. L. Blok (Gorinchem) wees als adviseur de synode erop dat de HSV niet gelijk gesteld kan worden aan de Statenvertaling. In feite gaat het om een eigen vertaling. Hij zou het erg betreuren als er over dit onderwerp verwarring of verwijdering zou ontstaan. Hij adviseerde de synode dan ook om het rapport van de commissie te volgen. De vergadering vroeg het Deputaatschap voor de Bijbelverspreiding nog eens te kijken naar zijn mandaat: het verspreiden van Gods Woord in de zuiverste vertaling.

Het is duidelijk dat de taal veranderd is en dat er begrippen in de Staten Vertaling staan die niet meer door iedereen worden begrepen. We moeten er alles aan doen om de verstaanbaarheid te bevorderen. Maar we hebben allen de Statenvertaling hartelijk lief en we willen die graag behouden.

De discussie werd samengevat door de preses, ds. J.J. van Eckeveld. Het is duidelijk dat de taal veranderd is en dat er begrippen in de SV staan die niet meer door iedereen worden begrepen. We moeten er alles aan doen om de verstaanbaarheid te bevorderen. Maar we hebben allen de Statenvertaling hartelijk lief en we willen die graag behouden. Hij stelde dan ook voor om in te stemmen met de voorgestelde uitspraken in het rapport van de commissie. De Statenvertaling is 'de enige vertaling die mag worden gebruikt in de erediensten en bij kerkelijke activiteiten in onze gemeenten". De synode sprak zich unaniem zo uit.

Kerkelijke eenheid en verscheidenheid

De avondzitting van woensdag 26 maart was een vergadering in comité die uitsluitend toegankelijk was voor ambtsdragers. In deze zitting boog de synode zich over het rapport van de Commissie Kerkelijke Eenheid en verscheidenheid (KEV), die door de synode van 2001 werd ingesteld. De commissie ontving de opdracht om door middel van een toenaderend gesprek de kerkelijke eenheid te zoeken met 'hen die op dezelfde kerkelijke grondslag van Schrift en Belijdenis staan en met wie geestelijke herkenning bestaat'. Naast het rapport van deze commissie nam de vergadering kennis van een evaluerend onderzoek van de gebeurtenissen uit 1950 en 1953 in de Gereformeerde Gemeenten. Deze evaluatie was een gevolg van enkele gesprekken met de Gereformeerde Gemeenten in Nederland, het kerkverband dat ontstond als gevolg van de trieste scheuring van 1953. De synode van dit kerkverband sprak in 2006 uit dat men, voordat er sprake kan zijn van verdere gesprekken, eerst de evaluatie wilde afwachten van de gebeurtenissen die in 1953 tot een breuk hebben geleid.

De commissie voerde in de verslagperiode ook gesprekken met de Hersteld Hervormde Kerk, de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Oud-Gereformeerde Gemeenten. Bij de vertegenwoordigers van deze kerkverbanden was duidelijk sprake van een bereidheid om waar mogelijk samen te werken en activiteiten op elkaar af te stemmen. Een regelmatige ontmoeting van elkaar kan daarvoor een stimulans betekenen. Ook is een dergelijke ontmoeting van belang om mogelijke karikatuurvorming van elkaar te voorkomen en ongewenste publieke discussies in de media te voorkomen. Wel bevatte het rapport van de commissie KEV een duidelijke waarschuwing tegen ongegrond optimisme: 'Voor een groei naar kerkelijke eenheid met de kerkverbanden waarmee is gesproken, bestaat naar de mening van de commissie nog weinig perspectief. Binnenkerkelijke en tussenkerkelijke verschillen ten aanzien van leer en prediking alsook belangrijke cultuurverschillen maken dit welhaast onmogelijk' (blz. 472). De Synode stemde in met de aanbevelingen van de commissie om de samensprekingen met de genoemde kerken voort te zetten. Daarbij wordt gedacht aan een frequentie van twee gesprekken met elk kerkverband in een periode van drie jaar: het tijdvak tussen twee Generale Synodi.

Een hernieuwd uitzien

De Synode gaf de commissie ook de opdracht om te proberen het contact met de Gereformeerde Gemeenten in Nederland opnieuw tot stand te brengen.

In een verklaring naar aanleiding van de gehouden evaluatie erkende de vergadering met leedwezen en betreurde van harte dat er in het verleden ernstige kerkordelijke fouten zijn gemaakt. Dat geldt voor de aanloop naar de synode van 1950, maar ook voor deze synode zelf rond de schorsing van ds. R. Kok. Hetzelfde werd gezegd van de aanloop naar de Synode van 1953 en van de vergadering van die synode zelf rond de ontheffing van dr. C. Steenblok van het docentschap aan de Theologische School.

De Synode sprak dit uit zonder daarmede overigens degenen die toen kerkelijke verantwoordelijkheid droegen te veroordelen. Zij moesten wel in zeer moeilijke en ingewikkelde omstandigheden handelen. Men bevond zich toen in een uiterst gepolariseerde situatie zo kort na het wegvallen van de samenbindende en gezaghebbende persoon van ds. G.H. Kersten. Men besefte terdege dat men de lijn van 1907 en van 1931 als kerkverband wdlde vasthouden en voortzetten, in het bijzonder als het ging om de twee verbonden, respectievelijk het aanbod van genade. 'De Synode, beseffende dat we dezelfde wortels hebben, ziet er naar uit, dat de Heere gesprekken geeft, waarin sprake mag zijn van geestelijke herkenning'.

(wordt vervolgd)

Waarde,

ds. M. Golverdingen

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 april 2008

De Saambinder | 16 Pagina's

Momenten uit de slotzitting van de General Synode 2007

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 april 2008

De Saambinder | 16 Pagina's