Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van der Groe over de beloften

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van der Groe over de beloften

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De bekende Theodorus van der Groe leefde van 1705 tot 1784. Hij was predikant in Rijnsaterwoude van 1730 tot 1740. Daarna stond hij in Kralingen, dichtbij Rotterdam, tot aan zijn overlijden toe. Van der Groe was een van de belangrijkste predikers van de Nadere Reformatie. Hij wordt beschouwd als de laatste invloedrijke vertegenwoordiger ervan.

Nog steeds is er belangstelling voor zijn nagelaten geschriften. Zijn verhandeling over “Het oprecht gelovig aannemen van de beloften van het heilig Evangelie tot ontdekking van de tijd- en waangelovigen en tot bevestiging van de ware gelovigen” verscheen voor het eerst als voorrede in het vierde deel van de “Schatkamer van uitgelezene Godgeleerde verhandelingen” door Ralph en Ebenezer Erskine, uitgegeven in 1750. In de herdrukken van de “Schatkamer” werd het steeds opgenomen.
Als aparte uitgave is het ook verschillende malen verschenen. Bij Den Hertog verscheen een tweede druk van het boekje in de hedendaagse spelling.

Ik vind het niet gemakkelijk het boekje in een kort bestek te bespreken, omdat er zoveel wezenlijke zaken aan de orde komen. Enkele dingen wil ik noemen.
Zo stelt Van der Groe in dit werkje aan de orde de verhouding van Wet en Evangelie. ‘De gehele kracht en wijsheid van de prediking zal hier dan voornamelijk liggen in de juiste samenvoeging van die twee grote middelen der zaligheid, de Wet en het Evangelie’. Hij benadrukt dat de Wet haar ontdekkende kracht alleen kan verrichten wanneer zij niet gescheiden wordt van het Evangelie.
Volgens Van der Groe is het evenzeer gevaarlijk Wet en Evangelie te vermengen. Als we Wet en Evangelie met elkaar vermengen dan bederven we beide, maar als we ze van elkaar losmaken dan maken we beide krachteloos. Als we Wet en Evangelie te ver van elkaar scheiden, dan wordt ‘voor eens en voor altijd aan beide tegelijk de doodsteek gegeven’. Zonder het Evangelie overtuigt de Wet niet tot zaligheid en vernedert zij niet voor God.
Het Evangelie kan niets doen tot zaligheid zonder de Wet en de Wet kan ook niets doen zonder het Evangelie.
Zo zijn ze beide ‘door de levendmakende Geest van Christus, de allerkrachtigste en heilzaamste middelen om een ware boetvaardigheid, een ongeveinsd geloof en een oprechte bekering te werken in de harten van al de uitverkorenen’. Van der Groe maakt duidelijk dat de Wet zonder het Evangelie alleen maar een dodende en verdoemende letter is. Aan de andere kant is het Evangelie zonder de Wet maar een loze pleister.
Volgens Van der Groe zijn het Wet en Evangelie samen, die de mens verootmoedigen en toebereiden voor de zaligheid in Christus. In dat verband doet Van der Groe de uitdrukking, dat de beloften van het Evangelie ‘eigenlijk’ niet voor alle mensen zijn, maar voor de arme en schuldverslagen zondaar. Dat betekent bij Van der Groe geen inperking van het Evangelie. Wie zijn preken kent, weet dat daarin de directe oproep tot bekering en geloof niet ontbreken. Zo zegt hij in een van zijn preken tot de onbekeerden: ‘Bekeert u zonder langer uitstel… Wendt u tot de Heere Jezus’.
Wat van der Groe duidelijk wil maken is dat de beloften slechts waarde krijgen voor verlorenen en schuldverslagenen. De vernedering van het hart maakt de mens geschikt voor de beloften van het Evangelie. Door de Heilige Geest doet de belofte kracht in het schuldverslagen hart en dan mag het geloof de belofte aannemen.
De geveinsden missen die verootmoediging en schuldverslagenheid.
Zij gaan zelf met de beloften aan het werk buiten Christus om. Maar wie de belofte van God door het geloof mag aannemen, ‘die ziet en gevoelt ook zeer levendig zijn eigen blindheid en onmacht om ooit enige belofte van het Evangelie te kunnen aannemen of vasthouden, anders dan door een gedurige opwekking en mededeling van het geestelijke licht des geloofs in zijn ziel’.
De tijdgelovigen zijn echter verstandelijk bezig met al de beloften van het Evangelie en kunnen er altijd zo gemakkelijk mee werken. Met alle klem wijst Van der Groe dan ook het grote verschil aan tussen schijn en zijn. De ware gelovige ‘doet als een schipbreukeling, die een plank of balk aangrijpt van het gebroken schip en zich daar zeer sterk aan vasthoudt, als aan het enige steunsel dat hij heeft en waardoor hij zijn leven hoopt te redden.
Zo zijn ook de evangelische beloften het enige steunsel voor de ziel van een arm, verloren en gelovig zondaar, die met zijn hart werkelijk hongert en dorst naar Gods genade, en die buiten dat zijn leven voor eeuwig kwijt is’.
Graag zou ik meer willen noemen uit dit boekje. Het is zeer compact geschreven en krachtig wordt hier verwoord waar het ten diepste om gaat in de verhouding van een verloren zondaar tot God. Daarbij waarschuwt Van der Groe keer op keer voor een werken met de beloften buiten Christus om. Het is alleszins de moeite waard van dit geschrift kennis te nemen.

N.a.v. ”Het oprecht gelovig aannemen van de beloften van het heilig Evangelie”, Theodorus van der Groe; uitg. Den Hertog, Houten, tweede druk, 2011; 77 blz.; prijs € 11,50.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 februari 2012

De Saambinder | 16 Pagina's

Van der Groe over de beloften

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 februari 2012

De Saambinder | 16 Pagina's