Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Mozes aan de poort van Kanaän

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Mozes aan de poort van Kanaän

Alzo stierf Mozes, de knecht des HEEREN, aldaar in het land van Moab, naar des HEEREN mond. Deuteronomium 34:5

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mozes is gekomen aan de poort van Kanaän. Vele jaren heeft hij Israël geleid. Nu ze gekomen zijn aan de grenzen van het beloofde land, mag hij dat land niet in, omdat hij gezondigd had en op de steenrots had geslagen, terwijl de Heere bevolen had tegen de steenrots te spreken.

Wat zal dat Mozes een pijn hebben gedaan. Hij heeft de pijn van zijn zonde gevoeld. Waar Gods werk in het hart is, daar is de straf op de zonde niet het ergste, maar de zonde zelf.

Mozes mag Kanaän niet in. Maar er is een ander Kanaän. Het hemelse Kanaän. Daar zal hij binnengaan. Die poort zal voor hem opengaan. Ook Gods kinderen moeten sterven. De dood blijft voor hen de laatste vijand. Maar die is tenietgedaan door de Middelaar van het Nieuwe Testament, Die Mozes, de middelaar van het Oude Testament, ver te boven gaat, de Heere Jezus Christus.

Naar de berg Nebo

We lezen hier dat Mozes naar de berg Nebo moet, voordat hij sterft. Daar gaat de Heere hem heel het beloofde land aanwijzen. Hij mag van verre heel Kanaän zien. Vanaf de Nebo kon men heel ver zien, maar zó ver toch niet. Door een wonder Gods mag hij heel het land zien van het noorden naar het zuiden en van het oosten tot het westen, tot de Middellandse Zee toe.

Zo brengt de Heere Zijn volk weleens in geestelijk opzicht op de Nebo. Dan mogen ze, nog in de aardse strijd, toch van verre het hemelse Kanaän al zien liggen. Dat vervult het hart dan met een onuitsprekelijk heimwee. Dat doet hen dan zeggen: Wanneer komt die dag dat ik bij U mag wezen en zien Uw aanschijn geprezen. Het hemelse Kanaän is het einde van de strijd en van de zonde om eeuwig God te verheerlijken. Dat doet Gods kinderen zo verlangen als de Heere van verre dat uitzicht geeft. Mozes moet sterven. Ook Gods kinderen moeten sterven, want de dood is de bezoldiging der zonde. Maar Christus heeft voor hen de prikkel van de dood weggenomen. ‘Alzo stierf Mozes, de knecht des Heeren, aldaar in het land van Moab, naar des HEEREN mond’. Mozes wordt hier de knecht des HEEREN genoemd. Daarmee is zijn leven getekend. Een dienstknecht van God, een dienend leven. Gods bijzondere knecht, die zo teer met de Heere omging, van aangezicht tot aangezicht.


Smeek toch om de bediening van de Heilige Geest, Die in zondaarsharten plaatsmaakt voor die Zaligmaker. Nog gaat Gods werk door. Nog moeten er worden toegebracht. En wat zal sterven meevallen voor allen, die van Christus zijn.


Er staat hier, dat hij stierf naar de mond des Heeren. Dat wil zeggen, zoals God het gezegd heeft. De Heere maakt Zijn Woord altijd waar, zowel Zijn bedreigingen als Zijn beloften. In oude Joodse geschriften wordt het zo gelezen: Mozes stierf aan de mond des Heeren. Daar wordt het als volgt uitgelegd: Mozes stierf door een kus van God. Letterlijk staat er in het Hebreeuws: op de mond des Heeren. We mogen het ook zo lezen: Toen hij stierf was het alsof er een kus van God op hem werd gedrukt. Een kus is een teken van liefde. Zo stierf Mozes, omgeven door Gods liefde.

De laatste vijand

Is dat niet om jaloers op te worden? Zo sterven ten diepste al Gods kinderen, ook al is het tijdens hun sterven donker in de ziel. Maar wat kunnen ze tegen de dood als de laatste vijand opzien!

Waarom kon Mozes zo sterven? Niet omdat hij dat waardig was. Mozes kon vanwege zijn zonden niet ingaan in het aardse Kanaän, maar de Heere zag hem aan in de grote Middelaar van het Nieuwe Testament, Christus. Daarom ging de poort van het hemelse Kanaän voor hem open. Men heeft zijn graf niet meer gevonden, want God Zelf heeft hem begraven. Maar later ontmoeten wij Mozes weer op de berg der verheerlijking als hij samen met Elía met Jezus spreken mag over Diens uitgang naar Jeruzalem. Want in Jeruzalem, op de heuvel Golgotha, heeft Jezus ook betaald voor de schuld van Mozes.

Wat een wonder dat die Middelaar van het Nieuwe Testament er is. Buiten Hem is geen leven, maar een eeuwig zielsverderf. Smeek toch om de bediening van de Heilige Geest, Die in zondaarsharten plaatsmaakt voor die Zaligmaker. Nog gaat Gods werk door. Nog moeten er worden toegebracht. En wat zal sterven meevallen voor allen, die van Christus zijn.

Koning der verschrikking

Hier blijft de strijd. Het meest tegen het eigen zondaarsbestaan. Hier blijft de dood de koning der verschrikking waarvoor Gods kinderen zo kunnen vrezen. Dat geldt niet alleen bekommerde harten, maar ook degenen die door de oefeningen des geloofs gekomen zijn tot de vastheid, die in Christus is. Maar weet het, om Christus’ wil zal sterven voor al Gods kinderen, de kleinen met de groten, meevallen.

Sterven omgeven door Gods liefde. Sterven met een kus van God. Sterven, rustend op de verdiensten van Christus. Dan is sterven erven, eeuwige winst. Dan zal de poort van het hemelse Kanaän opengaan en zal het moegestreden kind thuiskomen. En wat zal er dan overblijven? Mijn God, U zal ik eeuwig loven, omdat Gij ‘t hebt gedaan.

ds. J.J. van Eckeveld, Zeist

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juni 2017

De Saambinder | 20 Pagina's

Mozes aan de poort van Kanaän

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juni 2017

De Saambinder | 20 Pagina's