Christus, de Komende

In onze verwarde wereld, waarin we al meer zien de tekenen van de Komende en al meer horen het geluid van Zijn voetstappen, is het een goede zaak dat deze publicatie verschenen is. Vanuit de kring van de Gereformeerde Gemeenten is daar nooit veel over geschreven. Ook ten aanzien van onze jongeren is dit een goede zaak. Met name onder jonge mensen leven allerlei vragen met het oog op de wederkomst van Christus en de tekenen die daaraan voorafgaan.

Ds. Vreugdenhil stelt veel dingen aan de orde. Hij schrijft over de signalen van de eindtijd, het duizendjarig vrederijk, de toekomst van Israël, de opname van de gemeente, de wederkomst van Christus, de lichamelijke opstanding, het laatste oordeel, de nieuwe hemel en de nieuwe aarde en tenslotte het nieuwe Jeruzalem. Over de signalen van de komende Christus schrijft hij heel indringend. Hij waarschuwt voor ‘de sfeer van het berekenen van de wederkomst omdat de Heere alleen weet hoe laat het is op de wereldklok. Hij komt als de Rechter van het heelal en het gaat erom of we bereid zijn Hem te ontmoeten’. Er wordt op gewezen dat op die dag de schapen en de bokken van elkaar gescheiden zullen worden.

Toekomst van Israël

Heel duidelijk schrijft ds. Vreugdenhil over de toekomst van Israël. De toebrenging van het Joodse volk wordt hier ook genoemd als een van de tekenen, die aan de komst van Christus voorafgaan. Indringend wordt ook gesproken over het laatste oordeel. Christus komt als Rechter. Er wordt op gewezen dat de Rechter geen Onbekende voor ons mag zijn. Ik geef een citaat: ‘De vrijspraak van de Rechter ligt verankerd in Zijn veroordeling. Hij is in het gericht van God geweest en wie met de moordenaar aan het kruis Hem daarin omhelsd heeft, die zal vrijgesproken worden’. Ik kan dit alleen maar onderstrepen en wil benadrukken hoe nodig het is, dat dit in de prediking steeds weer aan de orde komt! Het is ook de moeite waard te lezen hoe er gesproken wordt over de nieuwe hemel en de nieuwe aarde en het nieuwe Jeruzalem.

Tweeërlei wederkomst

In deze boekbespreking wil ik nog enkele dingen aan de orde stellen. In twee hoofdstukken de aandacht gevestigd op het duizendjarig vrederijk, zoals daarover gesproken wordt in Openbaring 20. Daar zijn verschillende opvattingen over. In het echte chiliasme (het Griekse woord ‘chilioi’ betekent ‘duizend’), zoals de auteur dat noemt, gaat men uit van een tweeërlei wederkomst. Deze gedachte wordt door de auteur verworpen. Hij maakt duidelijk dat de pre-chiliasten geloven in een wederkomst van Christus voor het begin van het duizendjarig rijk, terwijl de post-chiliasten van mening zijn dat de komst van Christus daarna zal zijn. Bij het pre-chiliasme is dus sprake van twee wederkomsten: voor en na het duizendjarig rijk. Die gedachte wordt radicaal afgewezen.

Er wordt uiteengezet hoe het chiliasme zich heeft ontwikkeld, zowel voor als na de Reformatie. Na de Reformatie was er sprake van een algemeen aanvaard post-chiliasme. Hierbij worden bekende nadere reformatoren genoemd, zoals Wilhelmus à Brakel, Van der Groe en Comrie, maar ook Ledeboer en Elias Fransen. Persoonlijk kan ds. Vreugdenhil zich het beste vinden bij die nadere reformatoren, hoewel hij ook zegt dat Openbaring 20 een moeilijk Bijbelgedeelte blijft en dat wij altijd weer moeten beseffen dat ons kennen ten dele is.

Opname van de gemeente

Boeiend is ook het hoofdstuk over de ‘opname van de gemeente’. De opvatting van W. Malgo van de zogenaamde “Middernachtsroep” wordt duidelijk afgewezen. Men is van mening dat de verheerlijkte Christus onverwacht naar de aarde zal komen om Zijn bruid weg te halen uit de verdrukking; ze zullen van de aarde worden losgemaakt en de Heere tegemoet gevoerd worden in de lucht. Deze verschijning van Christus zal voor de wereld onzichtbaar zijn in tegenstelling tot Zijn wederkomst in heerlijkheid, waarna het duizendjarig rijk zal aanvangen. Met nadruk stelt ds. Vreugdenhil dat de opname van de gemeente Gods zal plaatsvinden op de jongste dag en niet eerder. Het Bijbelgedeelte dat hier aan de orde komt (1 Thess. 4:13-18) heeft daarop betrekking. De opstanding van de rechtvaardigen zal plaatsvinden op de jongste dag en niet tussentijds in het verborgene.

Er zou veel meer te noemen zijn, maar dat voert te ver. Wie er meer over wil weten kan in dit boek terecht. De grote vraag is of we bereid zijn Hem te ontmoeten. Ds. Vreugdenhil roept op te vluchten tot Christus, maar hij zegt ook wat dat inhoudt. Ik citeer met instemming: ‘Wie in zichzelf de dood en het oordeel moest vinden, maar in de Heere Jezus het leven en de vrijspraak mocht ontvangen, diens naam staat in het boek des levens’.

Het moet steeds weer beklemtoond worden dat, wie hier te doen gekregen heeft met het gericht Gods en de eeuwige veroordeling waardig geworden is en in die weg Christus als Plaatsbekleder leerde kennen, in het laatste gericht zal worden vrijgesproken.

Uit dit boek blijkt duidelijk, dat de auteur veel studie van dit onderwerp heeft gemaakt. Tenslotte nog de opmerking dat het geen goede zaak is (al gebeurt het maar een enkele keer) te citeren uit liedbundels waartegen terecht principiële bezwaren kunnen worden gemaakt.

“Zie, Ik kom haastig”, ds. C.G. Vreugdenhil, uitg. Groen, Heerenveen; 207 blz.; € 16,95.

ds. J.J. van Eckeveld, Zeist,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen