Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De geestelijke loopbaan

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De geestelijke loopbaan

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De schrijver van de Hebreeënbrief richt zich tot de christenen uit de Joden. Ze zijn verdreven van huis en haard en bovenal van de dienst des Heeren.

Daarom dan ook, alzo wij zo groot een wolk der getuigen rondom ons hebben liggende, laat ons afleggen allen last en de zonde die ons lichtelijk omringt, en laat ons met lijdzaamheid lopen de loopbaan die ons voorgesteld is.
Hebreeën 12:1

In Hebreeën 11 vinden we de wolk van geloofsgetuigen, die allen zijn wedergeboren tot een levende hoop door de opstanding van Christus Jezus uit de doden. Allen zijn door de gave Gods bedeeld met het zaligmakende geloof. Ze waren vreemdelingen, pelgrims op de aarde. Ze leden verdrukkingen om Christus’ wil. Ze mochten staande blijven, omdat ze in de kracht Gods bewaard werden. Ze mochten na veel verdrukkingen ingaan in het Koninkrijk Gods. Ze zijn ingegaan, vanuit de strijd, in de eeuwige triomf.

Nu gaat de schrijver van de Hebreeënbrief de Kerk in de strijd, Gods kinderen in het strijdperk van dit leven, bemoedigen. Ze zijn geplaatst op de smalle weg ten leven, door een eenzijdig Godswonder.

Is dat al gebeurd in ons leven, waar wij allen van nature wandelen op de brede weg die naar het verderf leidt? We kunnen op de brede weg links of rechts wandelen, maar deze weg zonder God, zonder Christus en zonder hoop eindigt in de eeuwige dood.

De Kerk bemoedigd

Allen die behoren tot de wolk der getuigen zijn ingegaan in de rust. Ze bemoedigen de Kerk in de strijd: ‘Houd in uw weg het oog op God gericht, vertrouw op Hem, en d’uitkomst zal niet falen’. Ze roepen het de Kerk in de verdrukking toe: Het is een verdrukking van tien dagen. ‘Die na kortstondig ongeneugt’ mij eindeloos verheugt’.

Het is het testament van de Kerk, door Jezus Zelf nagelaten: ‘In de wereld zult gij verdrukking hebben; maar hebt goeden moed, Ik heb de wereld overwonnen’. Waarom heeftft die Kerk nu nodig bemoedigd te worden? Wel, er zijn vele vijanden vanbinnen en vanbuiten op de been. Zodra een zondaar van dood levend en van blind ziende wordt, zijn er de vijanden, de duivel, de wereld en het eigen vlees. Daarom hebben ze nodig de bemoediging vanuit de hemel. Er is hen een grote schare voorgegaan. Die zijn al uit de grote verdrukking gekomen, ze zijn niet omgekomen, maar door de genade Gods bewaard.

De lopers op het smalle pad worden opgeroepen om de lasten af te leggen. Wat kunnen ook Gods kinderen overmatig bezorgd zijn over het tijdelijke leven. De kanttttekening zegt: ‘lasten, namelijk van wereldse zorg, bekommering en wellusten’. Het zijn de zorgvuldigheden des levens (Luk. 21:34).

Maar zou de Heere, Die weet van de musjes en van de leliën op het veld, ook niet weten wat Zijn Kerk nodig heeftft voor tijd en eeuwigheid? Ze zijn met ziel en lichaam Zijn eigendom. Ze zijn gekocht met Zijn dierbaar bloed. ‘Zou God voor Zijn kind niet zorgen, in deze rampwoestijn? Dat te denken, trouwe Borge, dat zou ongelovig zijn!’

De zonde afgelegd

Het is tot eer van de drie-enige God als we onze bekommernissen op Hem mogen werpen. Laat ons ook aflfleggen de zonde, die ons lichtelijk omringt. Gods kinderen krijgen door het ontdekkende werk van de Heilige Geest de zonde te zien zoals God ze ziet: Godonterend, walgelijk en zielsverwoestend.

Wat is het nodig dat wij God leren kennen, in de glans van Zijn deugden, maar ook onszelf in onze melaatsheid door de zonde. Dat er door Gods Geest in ons leven een zondesmart, een zondehaat en een zondevlucht worden gewerkt. Dan gaan we het gebed bidden: ‘Ik zet mijn treden in uw spoor, opdat mijn voet niet uit zou glijden. Wil mij voor struikelen bevrijden, en ga mij met uw heillicht voor’.

Dan worden we bang voor de zonde. Wij moeten vastgehouden worden, want we worden omringd door zonden en ongerechtigheid. Er is een nieuw deel bij Gods kinderen dat niet meer wil zondigen, maar er is ook een oud deel, de oude mens. Alle zaden van boosheid zijn ook bij een kind van God te vinden. We moeten vastgehouden worden, geleid worden, van stap tot stap.

David dacht in eigen kracht wel staande te kunnen blijven. Petrus ook. We weten hoe dat is afgelopen! Daarom is bewaring zo nodig. Nu kunnen Gods kinderen geen betrouwen beoefenen, geen lasten en geen zonden aflfleggen buiten het geloofszien en de geloofsgemeenschap met Hem, Die in Hebreeën 12:2a ‘de Overste Leidsman’ wordt genoemd.

Wat is het nodig ingeleid te worden in Zijn Borgwerk. Gij zijt duur gekocht, om de zonden te mogen doden, Zijn beeld gelijkvormig te worden en door het geschonken geloof op Hem te vertrouwen.

Met lijdzaamheid lopen

De lopers worden opgeroepen om met lijdzaamheid te lopen. Dat is een kostelijke genade, om stil te zijn en het heil van de Heere te verwachten. De Heere is recht in al Zijn weg en werk. Hij doet het niet verkeerd, met alles wat mij op de loopbaan wedervaart.

Hij weet wat goed is voor Zijn kinderen. Om achter de grote Kruisdrager aan te mogen gaan, Zijn voetstappen te mogen drukken. Lijdzaamheid, waar ik de dood heb verdiend, keer op keer, ja, waar ik mij de hel waardig heb gemaakt. Zal ik dat kleine kruis dan niet dragen achter Hem aan? Om af te sterven van alles wat niet houdbaar is voor de eeuwigheid.

In de oudheid kende men de spelen. Daarvoor werden renbanen gereed gemaakt. Aan het einde van de witttte streep kregen de lopers een lauwerkrans. De Koning van de Kerk zal echter Zijn volk nooit begeven en verlaten en de verkiezende liefde van de Vader, de verlossende liefde van de Zoon en de toepassende liefde van de Heilige Geest zullen er zorg voor dragen dat de Kerk thuiskomt. Aan het einde van de loopbaan zullen zij de eerkroon ontvangen. Voor Jezus een doornenkroon, voor hen de eerkroon. Dan te mogen horen: ‘Komt in, Gij gezegende Mijns Vaders’.

Komt, reisgenoten, daar is de vreemdelingschap van Gods kinderen vergeten. Eeuwig vanuit de strijd overgegaan in de triomf.

ds. J. van Rijswijk, Oud-Beijerland

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 november 2019

De Saambinder | 20 Pagina's

De geestelijke loopbaan

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 november 2019

De Saambinder | 20 Pagina's