Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DEMOCRATIE EN THEOCRATIE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DEMOCRATIE EN THEOCRATIE

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer wij ons nederzetten, om over bovenvermeld onderwerp wat te schrijven, dan beseffen wij dat dit een stof is, die in één artikel moeilijk samen te vatten is. Als de Heere het geeft, willen we enkele gedachten naar voren brengen, en dan zouden we hierin een vervolg kunnen zien op ons vorig artikel (Kerk en Staat, september 1987). Democratie wil zeggen: volksregering; theocratie ziet op de Godsregering. De afgelopen tijd is er nogal wat geschreven over dit onderwerp. Denk aan het schrijven van de heer L.M.P. Scholten, alsook aan wat ds. Hovius schreef in De Banier van 10 september 1987, onder het kopje: Ter nadere bezinning.

De democratie spruit voort uit de Franse Revolutie. Deze Revolutie gaat uit van de soevereiniteit van de mens. Zetten we daar de theocratische gedachte tegenover, dan kunnen wij vaststellen, dat deze uitgaat van de soevereiniteit Gods.

Augustinus

Hoe dachten de ouden over deze zaken? Dan denk ik aan de kerkvader Augustinus. Niet dat hij afzonderlijk over de staat geschreven heeft, maar dat neemt niet weg, dat hij op talrijke plaatsen in zijn geschriften, vaak in ander verband, zijn gedachten aangaande de staat heeft uitgesproken, en dat bij juiste ordening van die uitspraken men een duidelijk inzicht krijgt in hetgeen hij ten dezen dacht.

Aurelius Augustinus werd op 13 november in het jaar 354 te Thagaste in Numidië (in Noord-Afrika) geboren, uit het huwelijk van Patricius en Monica. Hij leefde zeer werelds, tot groot verdriet van zijn ouders, vooral van zijn moeder. Vele gebeden heeft Monica voor haar zoon opgezonden. Bekend is de uitspraak van Ambrosius: Een kind van zoveel gebeden kan niet verloren gaan. De Heere heeft Augustinus tot bekering gebracht. Dat gebeurde in het jaar 386. Wij gaan nu niet verder op het leven van Augustinus in.

De wetten Gods

Ten aanzien van Kerk en Staat dacht Augustinus als volgt: Beide, zowel de Staat als de Kerk, zijn machten, die autonoom zijn op eigen gebied. De Staat zorgt voor de stoffelijke, de Kerk voor de geestelijke belangen; de Staat draagt het gezag op physiek, de Kerk op zedelijk terrein; de Staat bestuurt het uiterlijke, de Kerk het innerlijke leven; de Staat voert het bewind over een bepaald afgeperkt gebied en volk, de Kerk over de ganse mensheid; de Staat handhaaft zijn gezag door het zwaard, de Kerk het hare door de liefde; de Staat ontstaat, verandert en verdwijnt, de Kerk verandert niet en is eeuwig. De wetten van de Staat heeft een ieder van ons te erkennen, mits ze niet ingaan tegen de wetten Gods. Wanneer wij Augustinus' leer van de Staat in het kort samenvatten, dan zien we het volgende: Het typerende element in een christelijke staat is volgens hem de justitie, de gerechtigheid; en deze is gebaseerd op het recht, dat in de eeuwige wet, de wil Gods, zijn bron en norm vindt. Alle macht is van God; daarom is de burger aan de overheid gehoorzaamheid verschuldigd. We zien duidelijk, dat Augustinus geen voorstander is geweest van de democratie, zoals die zich ontwikkelt in het los zijn van God. Ziende de huidige staatkundige toestand in ons land en de steeds voortgaande devaluatie van het gezag, dan mogen we met recht zeggen: De waarheid struikelt op de straten, en wat recht is, kan er niet mee door.

De S.P.G.

De democratie, die sedert de Franse Revolutie vooral door de partijen van links als een levensbeschouwing wordt voorgestaan, hebben wij op grond van Gods Woord te verwerpen. Toch heeft de democratie niet alleen negatieve kanten, maar ook positieve. Met andere woorden, de democratische regeringsvorm is verre te verkiezen boven de diktatoriale regeringsvorm, zoals we die zagen en zien in de landen waar het communisme aan de macht is. Ook de milde

diktatuur zoals bijvoorbeeld destijds in Frankrijk, onder De Gaulle.

Ook de S.G.P. maakt van de democratie gebruik. In artikel 11 van ons Program van beginselen spreekt ze zich als volgt uit: Haar ambt oefent de overheid uit onder medewerking van het volk, welke medewerking wordt verkregen door het kiesrecht. De S.G.P. wordt wel verweten een theocratische regeringsvorm voor te staan. Theocratie wordt vooral als benaming gebruikt voor de mozaïsche staatsinrichting, waarin de wil van God, zoals Hij die door Zijn priesters en profeten openbaarde, de hoogste beslissing gaf. Vandaar dat we in 1 Samuël 8 : 7 lezen: Zij hebben u niet verworpen, maar zij hebben Mij verworpen, dat Ik geen Koning over hen zal zijn. Dat was toen het volk Israël een koning begeerde. Als we de vraag stellen, of het waar is, dat de SGP een theocratische regeringsvorm voorstaat, willen we onze eerste Partijvoorzitter, ds. G.H. Kersten aan het woord laten. Deze schrijft in zijn Dogmatiek (Deel 2, pag. 141), handelende over Kerk en Overheid als volgt: Men behoefde het de Hervormers niet duidelijk te maken, dat Israël een theocratische regering had; dit wisten zij zeer wel. Ook wilden zij deze regering, door de Heere Zelf met de tijd des Nieuwen Testaments afgesneden, niet weder invoeren; geen theocratische regeringsvorm dus.

Maar hiermee is alles nog lang niet gezegd. Want al heeft ds. Kersten de regeervorm zoals die in het Oude Testament naar voren komt (zoals ook blijkt uit het aangehaalde 1 Sam. 8 : 7), afgewezen, dat betekent niet, dat hij daarmee de democratie verdedigt. Hij heeft in enkele grote redevoeringen volk en vaderland teruggeroepen: Tot de wet en de getuigenis. De overheid is gebonden aan al Gods geboden, aan de tweede Tafel, maar zeer beslist ook aan de eerste Tafel der Wet. Vanwege onze diepe val leven we het uit: Geen God en geen meester. We hebben het diverse keren meegemaakt, dat ons, als we ons standpunt in de gemeenteraad naar voren brachten, door de voorzitter gezegd werd: Wij respekteren uw standpunt, maar wij vragen ook waardering voor het standpunt van anderen. Dat is naar de huidige begrippen democratisch. Werd het maar meer gezien, dat wij eenmaal van alles rekenschap zullen moeten geven aan de Heere.

Onverdraagzaamheid

Het komt steeds meer openbaar, dat de democratie een begrip is, waarin de mens los van God zich komt te ontplooien. Degenen die de Godsregering voorstaan, wordt onverdraagzaamheid verweten, wanneer zij op grond van de Bijbel zaken als abortus, euthanasie, echtscheiding, crematie, schending van Gods dag enzovoort komen af te wijzen en er de overheid op wijzen, dat deze zaken verboden dienen te worden. Met hetgeen de voorzitter van de Landelijke Stichting in zijn "Toelichting op het SGP-Beginselprogram" schrijft onder de kop "Onverdraagzaamheid" zijn wij het hartelijk eens. De zogenaamde Anti-discriminatie-wet, zo schrijft hij ook, is het logisch gevolg van de volksregering. Degenen die de Waarheid nog voorstaan, worden meer en meer gediscrimineerd. We raken steeds verder verstrikt in de Kuijperiaanse vaarwateren van "elk wat wils" en "men late groeien wat groeien kan".

Verantwoordelijkheid

Op onze Partij rust een zware verantwoordelijkheid. Wij hebben in de Kamers, Staten en Raden steeds meer getuigend op te treden. En wat moeten we helaas konstateren, dat het getuigenis zo verzwakt is. Wij behoren het duidelijk te maken, waarom we de huidige democratische regeringsvorm enerzijds op grond van Gods Woord moeten afwijzen, maar anderzijds (zolang het ons nog toegestaan wordt) gebruikmaken van de democratische grondrechten, om overheid en volk te wijzen op wat de Heere van ons allen eist. Gezien de steeds toenemende verwording is het te vrezen, ja is het zeker, dat de Heere het zien en zoeken zal. Dan zal Hij lachen in ons verderf en spotten als onze vreze komen zal.

Beware de Heere ons bij de eenvoud van Zijn Woord, en make Hij daarin onze gang en treden vast. Wij besluiten met de wens en bede, dat de Heere over dit eenvoudige stukje, waarin we slechts enkele gedachten naar voren hebben gebracht, Zijn zegen moge gebieden; dat wij allen onderdaan moge zijn of worden van dat Koninkrijk, waarvan de Heere Zelf getuigt: Het Koninkrijk Gods is binnen in ulieden. In dat Koninkrijk geldt niet het principe van "elk wat wils", maar daarin is het: Heere, wat wilt Gij, dat ik doen zal. Zij daartoe ons aller bede, met de dichter van Psalm 119 vers 22:

Ai, ruk het woord der waarheid niet te zeer Van mijnen mond; ik hoop op Uwe rechten, Waarin Gij trouw gezorgd hebt voor Uw eer; Dan houd ik steeds, o God, met al Uw knechten, Uw heil'ge wet; dan zal ik meer en meer Daar eeuwig en altoos het hart aan hechten.

Dit artikel werd u aangeboden door: In het spoor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 1987

In het spoor | 24 Pagina's

DEMOCRATIE EN THEOCRATIE

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 december 1987

In het spoor | 24 Pagina's