Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

WAT IS NU EEN GETUIGENISPARTIJ?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

WAT IS NU EEN GETUIGENISPARTIJ?

17 minuten leestijd Arcering uitzetten

Inleiding

Wat is nu een getuigenispartij? Deze vraag kan op twee manieren gelezen worden. De meest voor de hand liggende lezing ervan is: 'Wat houdt het nu eigenlijk in om een getuigenispartij te zijn? Wat wil dat nu eigenlijk zeggen? '

Wanneer we echter een komma invoegen na het woordje nu, dan krijgen we een andere lezing. Namelijk: 'Wat is een getuigenis partij nu, op dit moment.' Is het nog wel mogelijk om in deze tijd een getuigenispartij te zijn? En als dat mogelijk is, hoe vul je dat dan concreet in? Hoe geef je dat handen en voeten in deze, wat we dan noemen, moderne tijd?

Een poging tot beantwoording

Ten eerste de vraag: Wat houdt het in om een getuigenispartij te zijn?

Het is niet zo gemakkelijk om daar een duidelijk antwoord op te geven. Het woord 'getuigenis' wordt in mijn woordenboek 0 omschreven als: een verklaring die men aflegt omtrent een persoon of een zaak. Zo zou elke partij een getuigenispartij zijn. Iedere partij legt immers aan de lopende band verklaringen af omtrent personen of zaken. Bij iedere stemming in de Eerste of Tweede Kamer leggen de verschillende partijen een soort getuigenis af. Dit wordt dus niet bedoeld met het begrip 'getuigenispartij'. Daarom stel ik de volgende

omschrijving voor: een groep mensen die dezelfde beginselen zijn toegedaan en als doel in hun beginselprogram hebben opgenomen om deze beginselen uit te dragen en zo tot meerdere erkenning te brengen.

Wanneer we deze definitie gebruiken, dan vallen er veel partijen af. Ik heb niet alle beginselprogramma's van de verschillende partijen gelezen, maar er blijven dan maar een beperkt aantal partijen over die in aanmerking komen voor de naam getuigenispartij. In ieder geval is de SGP gezien mijn definitie duidelijk een getuigenispartij. In artikel 2 van haar beginselprogram heeft zij dat opgenomen.

Dat artikel luidt als volgt: "De Staatkundig Gereformeerde Partij stelt zich ten doel de beginselen van Gods Woord op staatkundig terrein tot meerdere erkenning te brengen in den lande. Haar streven is niet zozeer gericht op een meerderheid van kiezers, als wel op de handhaving en doorwerking van de beginselen, door haar beleden, waarvan haar program een korte samenvatting vormt. " 2)

Nu rijst een tweede vraag: Hoe zit dat met de andere partijen die ook hun beginselen willen verbreiden, mogen we deze partijen ook getuigenispartijen noemen? Bijvoorbeeld de RPF en het GPV? Zij hebben immers met de SGP als doel om de beginselen van Gods Woord op staatkundig terrein tot meerdere erkenning te brengen en ze hebben dat, al is het in wat andei: re bew- ngen, ook in hun beginselprogram opgenomen.

We zouden deze partijen inderdaad ook als getuigenispartijen kunnen aanmerken. Maar er is wel een verschil met de SGP. En dat verschil ligt, denk ik, daarin dat de SGP, in ieder geval in theorie, een getuigenispartij is in meer zuivere vorm. Dus de SGP heeft, vanuit haar beginselprogram, meer de nadruk liggen op getuigen terwijl de andere partijen meer de nadruk leggen op 'praktische politiek'.

Het verschil wordt duidelijker vanuit artikel 2. En dan gaat het om de zin: Haar streven is niet zozeer gericht op een meerderheid van kiezers, als wel op de handhaving en doorwerking van de beginselen, door haar beleden. Dit wijst voor een belangrijk deel het getuigeniskarakter van de SGP aan. Geen andere partij in Nederland heeft bij mijn weten in haar beginselprogramma staan dat zij niet zozeer streeft naar een meerderheid van kiezers. Hierin laat de SGP een bepaald niet op goedkoop succes gericht uitgangspunt zien.

Het gaat de SGP niet om macht, maar om de handhaving en doorwerking van haar principes. Het gaat haar om de verbreiding en zuiverheid van haar beginselen.

De SGP is de enige partij die als beginsel heeft om niet te streven naar de macht. Zij wil niet eens aan de macht komen als dat ten koste zou gaan van haar beginsel. In dat geval zou zij immers meer gericht zijn op het streven naar macht en niet meer gericht zijn op de handhaving van haar beginselen.

Handhaving van het beginsel

De SGP is dus gericht op handhaving van het beginsel. Dat wil zeggen dat zij het beginsel in stand wil houden op elk terrein van het leven. In de maatschappij, in de politiek, en dus ook binnen de eigen partij. Bij handhaving van het beginsel gaat het ook om het zuiver houden van het beginsel. Dus geen water bij de wijn doen. Dat is immers een niet handhaven van het beginsel, maar meer een soort afschaffen ervan. Dus het gaat erom het beginsel zuiver in stand te houden.

Ook gaat het de SGP om de doorwerking van het beginsel. Het is niet voldoende om het beginsel alleen theoretisch en zuiver in stand te houden. Het gaat er ook om dat het beginsel een uitwerking heeft in de praktijk, in het leven van alle dag. Dat geldt ook voor de maatschappij en de politiek. De SGP moet dus wel degelijk haar best doen om haar beginsel in regelgeving vertaald te zien worden. Maar dat mag niet ten koste gaan van de handhaving van het zuivere beginsel!

De praktijk

Nu ligt hier in de praktijk vaak een probleem. De vraag kan soms opkomen: mag ik iets van mijn beginsel inleveren, zodat het beginsel een grotere doorwerking zal hebben in het beleid? Met andere woorden: kan en mag de SGP gezien haar beginselprogram compromissen sluiten? En dan bedoel ik niet een compromis in een praktische zaak, bijvoorbeeld over de kleur van de stoelen in de Kamer, maar ik bedoel een compromis waar het gaat om zaken met betrekking tot het beginsel.

Laat ik dit praktisch maken met een voorbeeld. Dit voorbeeld is verzonnen en dus niet helemaal realistisch. Maar mensen met politieke ervaring kunnen zeker genoeg voorbeelden uit de praktijk geven.

Stel: er is in de Tweede Kamer een voorstel voor beperkte legalisering van abortus provocatus. Dus abortus provocatus mag, maar de vrouw moet duidelijk zogenaamde 'goede redenen' kunnen aangeven waarom zij een abortus provocatus wil. Daarbij gelden als goede redenen alleen: verkrachting en ongehuwd moederschap. Andere redenen zoals: financieel niet draagkrachtig zijn, psychische problemen of een geplande vakantie worden in dit wetsvoorstel niet gezien als

goede redenen. Er is in de Kamer net geen meerderheid voor dit wetsvoorstel, tenzij dat de SGP, met twee zetels, voorstemt. Maar als de SGP niet voorstemt, dan wordt abortus provocatus totaal gelegaliseerd en mag een vrouw abortus provocatus laten plegen wanneer zij dat ook maar wil. In zo'n geval staat de SGP voor een moeilijke beslissing

De afwegingen

Daar kunnen we niet uitgebreid op ingaan, maar ik wil er toch iets over zeggen, omdat het van belang is voor ons onderwerp. In dit geval zijn er drie mogelijkheden:

a) je stemt vóór het wetsvoorstel om 'te redden wat er te redden valt'. Beperkte legalisering is immers minder erg als totale legalisering. En op deze manier red je nog de levens van heel wat ongeboren baby's. Als je vóór het wetsvoorstel zou stemmen, dan zou je medeverantwoordelijk zijn voor de dood van deze kinderen; je bent immers in staat om dat tegen te houden; b) je stemt tegen het wetsvoorstel, omdat het wetsvoorstel tegen Gods wil in gaat; c) je stemt blanco. Daar zegje eigenlijk mee datje niet bekwaam bent om in deze situatie te beslissen. Blanco stemmen en tegenstemmen betekenen beide echter wel dat het voorstel wordt verworpen en dat abortus provocatus onder alle omstandigheden legaal wordt verklaard.

We hebben hier te maken met een groot dilemma! Het lijkt mij dat het onmogelijk is om voor dit wetsvoorstel te stemmen omdat je dan instemt met iets wat God verbiedt. Zelfs als je een stemverklaring aflegt waarin je zegt dat je alleen met 'veel pijn in het hart' voorstemt, blijft het voor mij toch onmogelijk om voor te stemmen. Dan ga je afdoen aan de handhaving van het beginsel om te zorgen dat het beginsel een grotere doorwerking zal hebben. Dat lijkt mij tegenstrijdig. Je gaat Gods Wet overtreden om erger te voorkomen. Maar Gods Wet eist volkomen gehoorzaamheid. We mogen niet willens en wetens compromissen sluiten. Dat is marchanderen met Gods hoogheilige Wet.

Iemand die redeneert vanuit pragmatisch oogpunt zal wel voorstemmen. Hij zal misschien zelfs beweren dat iemand die tegen (of blanco) stemt verantwoordelijk is voor de legalisering van alle gevallen van abortus provocatus en zo dus ook voor de dood van vele kinderen. Dat hijzelf, door vóór te stemmen, óók verantwoordelijk is voor de dood van heel wat kinderen wordt meestal verzwegen. Het is maar zeer de vraag of iemand die tegenstemt wel verantwoordelijk kan worden geacht voor totale legalisering en dus voor de dood van vele kinderen. Het lijkt er op of zo iemand algehele legalisering kan voorkomen, maar dat is eigenlijk niet zo. Hij kan het immers alleen voorkomen door in te gaan tegen Gods Wet en dat kan en mag niet. Hij kan het dus niet voorkomen op een wettige wijze. Er is dus geen mogelijkheid om het te voorkomen. We moeten in zo'n geval doen wat we kunnen om het wetsvoorstel tegen te houden, maar op een gegeven moment zijn de mogelijkheden op. Dan moetje dat accepteren en God smeken om uitkomst.

Tegenstelling?

Uit dit voorbeeld kan de vraag opkomen of getuigende politiek altijd staat tegenover praktische politiek? Een tegenstelling tussen deze twee is niet terecht. Getuigende politiek en praktische politiek liggen in eikaars verlengde en vormen in feite een eenheid. Getuigende politiek staat voorop. Dit getuigenis is op zich reeds een belangrijke bijdrage aan de praktische politiek. Vanzelf blijft het daarbij niet. Getuigen is het eerste, maar kan niet het enige zijn. We kunnen niet alleen de boodschap 'dumpen' en dan zeggen: 'zo dat was het dan, dat hebben we ook weer gezegd'. Nee, het gaat er ook om dat naar de praktijk te vertalen. Het gaat om handhaving en doorwerking van het beginsel. Zoals al gezegd: 'Het is niet voldoende om het beginsel alleen theoretisch en zuiver in stand te houden. Het gaat er ook om dat het beginsel een uitwerking heeft in de praktijk, in het leven van alle dag.' Naast het getuigend bezig zijn in de politiek moeten we ook praktisch bezig zijn en ideeën aandragen. Maar dat mag niet ten koste gaan van het getuigenis en het principiële geluid. Het gevaar is levensgroot aanwezig dat we praktisch aan de slag gaan en dan min of meer vergeten wat ons eerste doel was: namelijk om te getuigen en zo het beginsel tot meerdere erkenning te brengen.

Getuigenis als doel

Nu kan iemand de vraag stellen: Maar waarom zou dat getuigen eigenlijk het doel moeten zijn van een Christelijke partij? Waarom in de eerste plaats getuigend bezig zijn?

Laatst sprak ik hierover met iemand die meende dat een Christelijke partij niet in eerste instantie een getuigenispartij moet zijn. Hij zei toen: "Een Christen die timmerman is heeft als eerste opdracht om zijn werk goed te doen, dus een goede timmerman te zijn. Zo heeft ook een Christen die politicus is als eerste opdracht om zijn werk goed te doen en dus om een goede politicus te zijn."

Daar ben ik het niet mee eens. Welk beroep ik ook uitvoer, als ik een Christen ben, dan is mijn eerste opdracht om een goede Christen te zijn. Christen zijn staat hoger dan timmerman of politicus zijn. Wanneer ik als timmerman in mijn werk opdrachten krijg die tegen Gods gebod in gaan, dan behoor ik God meer te gehoorzamen dan de mensen, en zal ik er dus voor moeten kiezen om die opdrachten niet aan te nemen. Als politicus behoor ik allereerst een Christen te zijn en te handelen zoals een Christen behoort te handelen.

Daartoe behoort het getuigen van Wie God is en Wie Christus is. Daartoe behoort ook het vermanen van mijn medemensen als zij afwijken van Gods geboden. Daartoe is Goddelijke genade nodig om in liefde te vermanen en terecht te wijzen. Het is en blijft onze taak om dat te doen, ook in de politiek.

De grondslag van het getuigenis

Dit getuigen is alleen mogelijk wanneer er iets is om van te getuigen. We kunnen alleen getuigen van Wie God is en Wie Christus is als we daar zelf iets van hebben leren kennen. We kunnen een ander alleen in liefde terechtwijzen als we zelf door de Heere op onze zonden gewezen zijn en zo in een weg van omkomen de Heere nodig hebben gekregen voor ons hart en leven.

Getuigen in deze tijd

Dit brengt ons op de vraag of het nog mogelijk is om een getuigenispartij te zijn in deze tijd. Nu is het in ieder geval een Goddelijke opdracht en daar mogen wij ons dus niet vanaf maken door te zeggen dat de tijden zo donker zijn en dat het onmogelijk is om nog een getuigenis te laten klinken. Het is wellicht moeilijker dan vroeger. In deze geseculariseerde maatschappij wordt de vijandschap tegen het Christelijke gedachtegoed steeds groter.Het onbegrip tegenover onze partij neemt toe. De vertegenwoordigers van onze partij krijgen vaak verwijten te horen in de trant van: de SGP legt haar wil op aan de rest van het volk. Dergelijke verwijten zijn niet terecht.

* Ten eerste gaat het niet om de wil van de SGP, maar om de wil van God. Het is bijvoorbeeld niet de SGP die eist dat de zondag geheiligd en in ere moet worden gehouden. Het is God de Heere Die dit eist van alle mensen. In het boek Prediker van Gods Heilig Woord lezen wij in hoofdstuk 12 vers 13: Vrees God en houd Zijn geboden, want dit betaamt allen mensen. Dit gebod heeft niets te maken met dictatuur, maar heeft alles te maken met het in vrijheid dienen van God. * Ten tweede is de SGP niet bij machte haar wil op te leggen aan de rest van het volk. Wij wensen van harte dat de Heere Zelf door Zijn Geest de wil van het volk nog eens kwam te buigen en kwam te veranderen, zodat Nederland God weer zou gaan dienen. Maar daartoe is geen mens in staat. Wij kunnen wel biddend getuigen en proberen met redelijke argumenten te overtuigen, maar uiteindelijk is het de Heere Die de harten moet en kan neigen. Hij kan er voor zorgen dat wetsvoorstellen niet aangenomen worden, ja zelfs dat een mens zich van zijn dwaalweg bekeert om de levende God te dienen. * Ten derde leggen de andere partijen, van waaruit dergelijke geluiden zijn te horen, hun wil juist wel op aan de rest van het volk. Immers zij doen volop mee aan het maken van wetten. En wat is een wet anders dan het opleggen van een wil? Democratie lijkt wel erg tolerant en verdraagzaam, maar het is zoals een Franse filosoof eens zei, niet veel anders dan: "de dictatuur van de meerderheid". De SGP is wat dit betreft een gunstige uitzondering. Zij heeft immers in haar beginselprogram staan dat zij niet streeft naar de macht, maar naar de handhaving en doorwerking van haar beginselen. De dictatuur van de meerderheid wordt dus niet nagestreefd.

Toenemend onbegrip

Het toenemende onbegrip kan niet los worden gezien van het in brede lagen van de bevolking loslaten van de eis van Gods Woord. Men heeft zelfs vaak geen enkel besef meer van Gods Woord. Vroeger waren er nog wel aanknopingspunten bij algemeen geldende normen en waarden; dat is nu weg. We moeten daarom duidelijker zijn in het uitdragen van hetgeen waarvoor we staan. Bij een groot deel van de Nederlandse bevolking leeft het beeld dat de SGP een clubje bekrompen vrouwenhaters is. Of dat de SGP de vrouw minderwaardig zou vinden of iets dergelijks. Niets is minder waar. Het lijkt mij veeleer dat zogenaamde 'liberale partijen' die zelfs voor het vrijgeven van prostitutie zijn, de vrouw als minderwaardig zien en willen behandelen. We zouden in deze tijd meer en duidelijker moeten uitdragen wat bijvoorbeeld ds. Kersten over de positie van de vrouw gezegd heeft 3 '. Voor ons is dat allemaal heel inzichtelijk, maar verreweg het grootste gedeelte van de Nederlandse samenleving denkt: 'Waar hebben ze het over? ' We moeten als SGP in modern Nederlands proberen duidelijk te maken wat ons beweegt, zonder daarbij te vervallen in populair doen. Dat betekent ook dat we niet met een koud en hard binnenste zeggen: 'dit mag niet en dat kan niet', maar dat we tonen dat achter onze politieke stellingname een hart klopt. De heilzaamheid van Gods geboden alsmede de straf die op het overtreden daarvan volgt, moeten duidelijker en uitgebreider worden beklemtoond en uitgedragen dan vroeger noodzakelijk was. We moeten in deze tijd, juist omdat we een getuigenispartij zijn, laten merken dat we de eer van

God zoeken en het heil van onze naaste. Dus niet een ander de les lezen, maar beginnen bij onze diepe overtuiging, dat de LOF VAN GOD is HET HEIL VAN HET VOLK. Of zoals Augustinus dat zei in het Latijn 'Laus Deo, Salus Populo'. Dan kunnen we het met de dichter van Psalm negentien zeggen: De rechten des HEEREN zijn waarheid, te samen zijn zij rechtvaardig (...) in het houden van die is grote loon.

Voor iedereen moet duidelijk zijn dat het eigen ik er geheel tussenuit valt. Ook in de presentatie naar buiten toe. Dan moet het er niet over gaan: hij heeft dit of dat bereikt.

Besluit

Allereerst heb ik behandeld wat een getuigenispartij is. Daarna ben ik ingegaan op de vraag of andere partijen (dan de SGP) ook als getuigenispartijen aan te merken zijn. Vervolgens heb ik een voorbeeld gegeven van pragmatische politiek en principiële politiek. Ten vierde ben ik ingegaan op de vraag of praktische politiek tegenover getuigende politiek staat. Ook heb ik kort aangestipt waarom Christelijke politiek in eerste instantie getuigende politiek moet zijn en ben ik ingegaan op problemen waar de SGP als getuigende partij tegenaan loopt en heb daar oplossingen voor proberen aan te dragen. Het geheel wil ik afsluiten met een wens.

Mocht de HEERE in ons land nog mannen verwekken vervuld van Zijn Geest, die vanuit de tere vreze Gods Hem dienen. Die beseffen dat met Gods Woord niet valt te marchanderen, dat met de Heilige Wet des Heeren geen compromis kan worden gesloten. Laat het ons gaan om een zuiver en helder geluid, tot eer van God en uit bewogenheid met land en volk! Moge de Heere de SGP nog tot zegen stellen voor land en volk, dat de bazuin een zuiver en helder geluid mag geven, vanuit de bewogenheid opdat er nog zielen gewonnen zouden worden voor het Rijk van de Heere Jezus Christus.

Noten:

1) M.J. Koenen/J. Endepols, Verklarend handwoordenboek der Nederlandse Taal, 1966 2) Program van beginselen 3) Zie bijvoorbeeld de publicatie van deze Stichting De Schrift Gebonden Plaats van de vrouw

" Wat de overheid betreft: het is buiten enige twijfel dat zij kennis moet nemen van de zonden die onder het volk ingang vinden, of steeds toenemen, met name waar het om roepende zonden gaat. De overheid is immers geroepen het kwade en de kwaden te verdrijven; derhalve moet zij ernaar staan kennis hieromtrent te vei~wer\'en. Hoe zij daarbij te werk moet gaan, welke middelen zij voor haar onderzoek kan aanwenden, en de vraag of zij daarbij van onderzoekers en aanbrengers gebruik kan maken, en zo ja, van welke, wordt besproken door politieke schrijvers, wier werken echter niet alle even doordacht en gewetensvol zijn. Die tekortkomingen zijn voornamelijk het gevolg van het feit dat ze niet onverbiddelijk vasthouden aan de regel dat er geen kwaad gedaan mag worden om daaruit het goede te laten voortkomen."

-Prof. G. Voetius, Praktijk der Godzaligheid, dl. 2, 1996, p. 490-

Dit artikel werd u aangeboden door: In het spoor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 februari 1998

In het spoor | 36 Pagina's

WAT IS NU EEN GETUIGENISPARTIJ?

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 februari 1998

In het spoor | 36 Pagina's