Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vennen om bij te dromen..

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vennen om bij te dromen..

Door het bos van de Strijbeekse heide

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />

Bewoners van het dichtbevolkte Zuid-Holland hebben een goede verbinding met Brabant, waar rust en stilte te vinden zijn. Bij Breda liggen fraaie natuurgebieden, waarvan het Mastbos bekend is. Wist u dat het al werd aangelegd omstreeks 1500? Daar werden de eerste grove dennen in ons land aangeplant. Nog wel op bevel van Graaf Hendrik III van Nassau. Hij liet daarvoor het fijnste zaaien pootgoed van naaldbomen uit Duitsland komen. Zijn zoon. Prins Willem van Oranje, ging daarmee door, breidde de bebossing zelfs uit. Vóór 1500 waren er rondom Breda onmetelijke heidevelden; de meeste ervan werden in de vorige eeuw ontgonnen of bebost. Zo ontstond de bosstrook die tot dicht bij Baade-Nassau doorloopt. Mooie wandelroutes zijn er, die verrassende beelden bieden, door open plekjes met dophei, ruige erica en wollegras. Over het aantrekkelijke ,,buiten van Breda" kunt u wegwijs worden door Voetspoor 23 van Staatsbosbeheer. Daarin wordt ook de Strijbeekse heide genoemd, die wat apart en buiten de route ligt. Met de wijde omgeving is het een echt landelijk Brabants gebied, dicht bij de Belgische grens. Ik heb er gefietst over rustige bospaden, zandwegen, fietspaden en landweggetjes. Met soms merkwaardige namen als Hemelstraat en Gunderdoorstraat.

Erikaweg
Langs de Strijbeekseweg, in zuidelijke richting, even na het bordje,,Let op. . . ruiters!", juist voor het gehucht Strijbeek, begint links de Erikaweg. Die gaat dwars door de Strijbeekse heide heen. Denk echter niet aan een weids landschap met grootse vergezichten, de,,grote stille heide". Er is nog nauwelijks hei, maar de restanten zijn erg mooi. Vennen geven er karakter aan. Ik volg het verharde fietspad naast de zandige bosweg; slechts enkele fietsers passeren mij, hoewel de vakantietijd is begonnen. Voor wie van rust houdt zijn de enigszins vergeten gebieden juist het meest aantrekkelijk. Het pad voert door een landschap vol afwisseling, waarin de kleine kampjes weiland goed passen. Edangs liggen al enkele vennen en moerassige stukken. Bij de eerste kruising, nog vóór de Retteweg, voert een zandpad naar het Rondven. Daar is een gemarkeerde wandelroute van drie kwartier. Het bos heeft het aangelegde karakter verloren en biedt een boeiend natuurlijk beeld. Even afstappen voor opvallend vogelgeluid. Enkele zwarte spechten zitten elkaar al roepend na in de dennen. Wat een vogels zijn dat! De moeite waard om wat geduld te hebben. Fors, gitzwart, echte spechtenvorm, felrode kuif en een snavel als een beitel. In de oude dennenstronken gebruiken zij die snavel met succes.

Vennen
Het Rondven is een van de drie reservaten in het gebied bij Strijbeek. Vennen. . . daar moetje bij gaan zitten op een zomerdag; hetzijn plaatsen om te dromen, om alleen of samen tezijn. . . metGodswijde hemelkoepel boven je. Met het water glinsterend in het zonlicht, vlak als een spiegel. Sierlijke libellen dansen erboven en langs de drassige oevers. Daar groeit nog hei, vooral dophei en dat is de echte Erica met de fraaie trosjes urntjesbloemen.

Nog wijder eromheen is de dennenrand als een grillige omlijsting waarbinnen het glanzende ven is gevat. Het kan ook anders, zoals ik het begin juli aantrof. Met dreigende leiblauwe wolken erboven, donker het water, wegribbelend in ontelbare golfjes door de frisse wind. Ook dan landschappelijk van aparte schoonheid. Als even de wolken uiteengaan, het zonlicht in een brede baan over het water glijdt en glanzend naar alle kanten wegspat, heeft ook dat bekoring. De wandelroute voert door gevarieerd bos met frisse onderbegroeiing, over een stuk fraaie hei voorbij het Langven. In de zomermaanden is de vogeldrukte voorbij, maar de Strijbeekse heide is bekend als broedplaats van zwarte stem, wulp en grutto.

Als vlinders
Langs de Erikaweg vallen de tamme kastanjes op. Om te onthouden voor eind september! Het fietspad wordt gedeeltelijk smal, amper vijf fietsbanden breed. Over de Bredase baan gaat het verder. Daar ligt het grootste en mooiste ven, het Zwarte Goor. Die naam mocht wel anders zijn. . .

Opvallend zijn grote groepen hoge adelaarsvarens in het open terrein om het ven. De lucht is weer dichtgetrokken maar de regen blijft gelukkig uit. Het is druk van zwaluwen die laag boven het water vliegen. De gierzwaluwen als zwarte kruisen, razendsnel. Van de vele huiszwaluwen zijn het de witte stuitvlekken die sterk opvallen, alsof er tientallen vlinders ronddartelen. Een enkele vliegt wat hoger en laat z' n gezellig kwetterend babbelliedje horen. Er blijkt meer leven te zijn in dat ven. Een span kuifeendjes met vijf jongen danst op de korte golfjes. Sierlijke duikertjes zijn het en hun grut doet voor de ouden niet onder. Met behendige wipsprongetjes verdwijnen de donsballetjes onder water op zoek naar voedsel. Veertig jaar geleden zag ik de kuifeendjes alleen in de winter en waren ze zeldzame broeders in ons land. Nu zie je ze regelmatig en door het hele land verspreid, tot in grachten en parkvijvers toe. Hier houden een paar andere,, parkeendjes", waterhoentjes, hen gezelschap. Almaar wippend met hun staart zwemmen ze langs de oever.

Oasen
Vennen zijn net oasen in het droge landschap. Het water, maar ook de aangrenzende moerassige grond. Daar is de plantengroei karakteristiek. Op plaatsen waar de begroeiing wat dunner is, vallen de rode rozetjes van de zonnedauw op. Die is afhankelijk van levend hoogveen, moerassige hei of veenmosrietland. De grond waar ze groeien is stikstofarm en het tekort vullen ze op merkwaardige wijze aan. Het zijn vleesetende plantjes en op een zonnige dag kun je zien hoe ze aan de kost komen. De bladeren zijn aan de rand bezet met lange rode vangharen of tentakels. De naam zonnedauw is duidelijk, want aan die haren zitten druppels kleverig vocht, glinsterend in de zon als dauw. Wanneer een insekt daardoor aangelokt erop neerstrijkt blijft hij vastplakken. De haren reageren door naar binnen te buigen en tenslotte is de prooi door het gekrulde blad geheel ingesloten. Zo'n insekt wordt door dat vocht opgelost en de plant neemt via het blad de voedingsstoffen op.

Andere karakteristieke planten rond een ven zijn veenmos, de belangrijkste vormer van veen, zeggen, biezen, wollegras, veenpluis en haarmos. Van juli tot september kan men op sommige plaatsen nog de klokjesgentiaan zien bloeien. Juist om de typische flora, die steeds zeldzamer wordt, moeten dergelijke gebieden worden beschermd. Men heeft dan ook op de Strijbeekse hei niet overal vrij toegang.

Genieten
Het gebied is gemakkelijk te bereiken en kan worden doorkruist met de auto, wat gemakkelijk is; per fiets, wat nog een flink stuk binnen je bereik brengt; of te voet. Laat de auto maar staan en wandel, dan zie en geniet je het meest. Ik wens u de zon toe die tijdens mijn tocht niet scheen. Dan kunt u genieten van de rust van stille bospaden,het gezoem van zweefvliegen, wat laat vogelgezang, mooie doorkijkjes en vergezichten. Ook van een karakteristieke flora en een rijk insektenleven. In een nog heerlijk stil landschap vol afwisseling in het Brabantseland.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juli 1984

Terdege | 56 Pagina's

Vennen om bij te dromen..

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juli 1984

Terdege | 56 Pagina's