Fietstocht door Zweden: regen, rust en ,,kaffee och bröt"
„Zweden, fietsvakantieland bij uitstek". Zo prijzen de Zweden hun land aan. Wie er niet tegenop ziet flink wat te klimmen en te dalen, de taal niet als een probleem ziet en regelmatig wat zoekwerk een aardige afwisseling van het vakantieritme vindt, kan in dit Scandinavische land zijn fietshart ophalen. Reisverslag van een trekker op twee Hollandse wielen.
De langverwachte maandag 24 juni breekt aan en heeft regen, in plaats van het beloofde goud, in de ochtendmond. Vanmiddag zal het wel droog zijn, want pas dan fiets ik naar Amersfoort, vanwaar de fietsbus zal vertrekken. Op weg naar het startpunt van mijn reis word ik echter door zo' n hevige onweersbui overvallen dat ik een half uur onder een viaduct moet schuilen. In Amersfoort neem ik eerst maar een kopje koffie in de stationsrestauratie. Tegen achten loop ik naar buiten en zie de fietsbus al staan.
Spoor bijster
Zwolle en Groningen doen we nog aan als opstapplaats en dan gaat het in de stromende regen rond middernacht op Hamburg aan. Met een paar,, verse'' chauffeurs trekken we vandaar naar Puttgarden om over te steken naar het Deense R0dby. De volgende morgen tegen twaalf uur naderen we Roskilde, alwaar ik moet uitstappen om verder te fietsen naar Kopenhagen, de regen ten spijt. Geen gezeur echter, opstappen en rijden. Helaas raak ik al snel het spoor bijster, hoe gemakkelijk het thuis ook leek. Een vriendelijke Deen midden in het veriaten land helpt mij weer op het juiste pad. Met veel zoeken en vragen doorkruis ik Kopenhagen. Om zes uur waag ik de oversteek Drag0r-Limhamn, zodat ik na een vermoeiende reis voet kan zetten op Zweedse bodem. Ik heb een plaats besproken in de trekkersherberg van Malm0, maar hoe zal ik die vinden? Zelfs het meisje dat haar hele leven al in Malm0 woont - en mij Deense aardbeien aanbiedt— kan het me niet vertellen. Hoe dan ook, na veel omzwervingen kom ik er. Zo'n trekkersherberg is een goedkope mogelijkheid om te overnachten voor trekkers van elke soort en leeftijd. Als je geen lakens hebt, moetje van die eenmalige papieren dingen kopen, want slaapzakken zijn niet toegestaan.,,Eenmalig" betekent voor mij éénmaal per nacht gebruiken, maar wel verschillende nachten achterelkaar. Voor je voedsel zorg je hier zelf: de openbare keuken is er voor iedereen. Om een uur of acht stap ik het slaapzaaltje binnen, waar reeds enkele uitgeputte reizigers liggen te slapen, met de gordijnen dicht. Mooi welkom deze nacht: zie maar datje alles in het donker op orde krijgt.
Regen
Wat voel ik me door de statistieken beetgenomen: ja hoor, kijk maar. Zweden heeft gewoon veel meer zonneuren en minder regen dan Nederland. Behalve dan vandaag; ik had het moeten begrijpen. De stad Lund rijd ik even vlug door, hoewel deze universiteitsstad de moeite waard is, vooral de mooie Domkerk. Voor het eerst maak ik nu kennis met het uitgestrekte Zweedse land. De druilerige regen versterkt de indruk van eenzame verlatenheid en ik moet de gedachte aan wat hier allemaal kan gebeuren maar gauw verdringen.
Onverhard
Donderdag voert mijn weg naar Ahus. De route naar Kristianstad gaat een heel eind over een onverhard pad. Zulke paden vind je hier veel; ze doen dienst als openbare weg, compleet met borden ,,max. 50 km/ u" of zelfs,,max. 70", hoewel 30 waarschijnlijk al meer dan snel genoeg is. Comfortabel fietst het niet, zeker niet als het pad pas opgeharkt is om de gaten te dichten, maar je geniet wel het meest van de rust, de ruimte en de prachtige natuur. Vrij vroeg arriveer ik te Ahus, na eerst wat in Kristianstad te hebben rondgeneusd. Na het avondeten word ik opgewacht door een Zweeds echtpaar met een vriendin, die een praatje beginnen. Of ik met die fiets rondreis? Ja hoor. Zelf doen ze het per auto. Een uitnodiging om het speciale ijs van deze plaats Ahus-glas - te gaan proberen, mag ik niet afslaan en zo passeert de avond onder het uitwisselen van alleriei ervaringen.
Roestbruin
De volgende dag rijd ik, min of meer noodgedwongen, het grootste gedeelte over de autoweg naar Olofstr0m. Zweden kent maar weinig echte autosnelwegen; er zijn voornamelijk vierbaanswegen, waarvan de middelste twee stroken . door de auto's bereden worden, terwijl de buitenste banen bestemd zijn voor langzaam verkeer en voor auto's die andere gelegenheid geven tot inhalen. De afstand tot Olofstr0m valt mee en er lijkt nog tijd genoeg om verder te fietsen. Daarvan kom ik al snel terug en ik keer om om toch maar de hier aanwezige Vandrerhem (trekkershut) op te zoeken. ,,Vol, meneer, maar ik bel wel even een pension voor u." Zo vriendelijk zijn de Zweden.
Dat er nog voldoende plaats in dit pension is, verwondert me bij de eerste aanblik al niet meer. Wat een oud spulletje, maar enfin, ik ben onder dak. Mijn vermoeden dat het lang geleden is dat hier iemand logeerde, wordt bevestigd door de stroom roestbruin water die de eerste vijf minuten uit de kraan komt. Avontuuriijk is het hier wel en dat is immers ook een belangrijk aspect van het ,,vrijwielen"? Vaxjo is het eindpunt van de laatste fietsdag van de eerste week. De weg erheen leidt mij als het ware dwars door het grote Asnen, zodat ik steeds een mooi uitzicht heb op dit meer. Tegen half elf stap ik een soort cafetaria binnen, omdat het tijd wordt voor mijn ontbijt. Ik hoor sommigen denken dat dit mijn lunch al is en ze vinden het daarvoor nog wat vroeg. Bijna zou ik zonder kaart vertrokken zijn als de beheerder die niet even nagebracht had. Vaxjo is niet zo'n boeiende stad en ook de nabijgelegen ruïne Kronaberg heb ik zo gezien.
Glasdistrict
's Maandags is het weer er niet beter op geworden: men verwacht voor vandaag veel regen. En dat terwijl ik het hele eind naar Kalmar, aan de oostkust, zal fietsen. De hele morgen gaat het regenpak aan, uit en weer aan, tot vervelens toe. Desondanks geniet ik van de bosrijke omgeving. Rond het middaguur pauzeer ik te Boda, een van de plaatsen in het bekende glasdistrict. Autotoeristen kunnen hier schitterend glaswerk kopen tegen een redelijke prijs. Kopen kan ik het ook wel, maar scherven exporteren heeft weinig zin. In de oude stad Kalmar met veel bezienswaardigheden, onder andere een prachtig kasteel, kun jeje wel een avondje verpozen.
Windmolens en steppe
Vandaag doe ik een rondje Oland; dit eiland (ö in het Zweeds) is met het vasteland verbonden door de langste brug van Europa: 6070 meter. Het ruige landschap met veel stenen wordt slechts opgesierd door de typische windmolentjes. Het zuiden is bekend om de,, Alvaret", een steppe-achtig landschap met een bijzondere plantengroei en een rijke vogelwereld. Voor vannacht heb ik de herberg van Skogsby besproken, wat lang niet eenvoudig was: die mevrouw sprak en verstond slechts Zweeds en men kan mij moeilijk kwalijk nemen dat ik daarin nog niet al te sterk ben. Hopen maar dat ze het begrepen heeft. De herberg bevindt zich in een oude boerderij, even primitief als gezellig. Hier maak ik kennis met een Duitser en twee Zweedse leraressen, met wie ik een leuke avond doorbreng en ook de volgende ochtend naar Kalmar terugfiets. Daar nemen we afscheid van elkaar, na een gezamenlijke kop-koffiestop.
„Excursie"
Ik volg de kust tot Kristianopel, zonder schokkende gebeurtenissen onderweg. Wat een klein spulletje, de trekkershut hier! Ik deel een kamertje van ongeveer zeven vierkante meter met een 65-plusser. Deze meneer neemt mij 's avonds mee op excursie, zoals hij het gewichtig noemt. De gedenksteen voor de eens gesloten vrede tussen Denemarken en Zweden is al niet echt bezienswaardig, maar de ruïne is helemaal niks: een klein bordje vertelt ons dat hier ooit een kasteel moet hebben gestaan.
Maar, eind goed al goed. Ik word als gast getrakteerd op ,, kaf fee och bröt", waarbij ,,bröt" staat voor een schaal vol met alleriei koek en cake en dat is aan mij welbesteed.
Lesmateriaal
Ik weet nu al dat ik morgen niet verder zal trekken, maar de omgeving zal verkennen om zodoende weer een beetje op adem te komen. In Mörrum bevindt zich een zalmaquarium en een museum over de vangst van deze vissen waar de Zweedse meren rijk aan zijn. Na een bezoek aan aquarium en museum kijk ik nog even rond in Karlshamn en dan trek ik weer richting,, huis". Geheel onverwacht ontmoet ik daar weer de twee leraressen die ik op Öland leerde kennen, 's Avonds wil ik eens zien of het waar is dat Zweden onze taal kunnen begrijpen; een gedeelte uit mijn reisgids doet dienst als lesmateriaal, zodat ik meteen ook de waarheid daarvan kan controleren. En jawel, als ik maar langzaam genoeg lees, volgen zij het aardig en ze bevestigen tevens wat er staat over de openbare godsdienst: ondanks het grote aantal mooie en goed onderhouden kerken loopt het kerkbezoek sterk terug.
Klimmen
De volgende ochtend is het weer afscheid nemen en elk gaat zijns/haars weegs. Voor mij is dat naar Kivik. Het fietsen gaat nu erg moeizaam, omdat de weg naar Hörröd één lange klim is. De moeite wordt echter beloond met een mooi uitzicht op het enigszins beboste landschap met daartussen de uitgestrekte weiden. Een stuk fietspad door het bos is een welkome afwisseling bij de zomerse temperatuur van deze middag. Dan opeens doemt een prachtig panorama op: de stralendblauwe lucht gaat aan de horizon over in het helderblauwe water van de Hanöbukten, een baai van de Oostzee. Aan beide kanten heb ik een mooie kijk op het glooiende land. Ik ben dus vlakbij Kivik, waar mijn fiets tot maandagochtend gestald wordt. Vandaag heb ik nog niet veel gegeten en daarom wil ik me eens uitgebreid te goed doen aan een vismaaltijd. Bij het bestellen van de vis ga ik ervan uit dat daarbij ook aardappels, groenten, enz. opgediend zullen worden. Die zijn echter niet bij de (hoge) prijs inbegrepen. zodat m'n honger slechts met een platvis gestild moet worden.
Oogstrelend
In Kivik bevinden zich de bekende fruitboomgaarden, ooit door een visser aangelegd. Op de plaats van overnachting maak ik kennis met een jong Zweeds echtpaar met een klein jochie, dat de volgende ochtend nog van zich zal laten horen (om half zes al).
Maandag 8 juli, de laatste dag Zweden, waarop ik naar Malmö zal gaan en overnachten in dezelfde herberg als de eerste nacht. Eerst nog 120 km zwoegen; om te beginnen langs de kust tot Ystad, een plaats meteen rijke historie. Daarvandaan slingert mijn weg zich door het berg-en-dal van dit zuidelijke landbouwgebied. Lieflijke dorpjes met aardige torentjes en de goudgele pracht van rijpende koolzaadvelden zou ik bijna,,oogstrelend" willen noemen. De laatste tien kilometer word ik over een stoffig fietspad naar Malmö geleid, waar ik na het inmiddels gebruikelijk geworden gezoek mijn hotelletje vind. De volgende ochtend stap ik pas tegen half tien op om over te varen naar Kopenhagen. Op de boot neem ik met een laatste blik enigszins weemoedig afscheid van het gastvrije Zweden. Boordevol goede herinneringen kan ik volmondig beamen: ,,Sverige are fantastic!" (Zweden is fantastisch!).
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 13 november 1985
Terdege | 64 Pagina's