Bijzondere pioniers die overal groeien
Mossen: belangrijke planten, die we meestal over het hoofd zien
<br />De verschillende soorten mos zijn prachtig van vorm en kleur. Een dicht mostapijt is ook van belang in het milieu. Het beschermt de bodem tegen uitdrogen en erosie. Een moslaag is tevens bijzonder geschikt voor de ontwikkeling van kiemplanten doordat het zo veel en zo lang vocht vast houdt. Het is de moeite waard mos eens van dichtbij te bekijken.
Het muurtje om mijn voortuin en de scheidingsmuren in mijn achtertuin zijn in de loop der jaren fraai begroeid met mossen. Grijze en gele plakkaten korstmos worden afgewisseld met frisgroene plukken bladmos. Ik heb mensen bezig gezien met een hogedrukspuit om die bemoste muurtjes schoon te maken. Dan zijn ze weer als nieuw. Ik zie ze liever oud en begroeid met wat de natuur er spontaan op laat ontkiemen. Mos is een pionierplant die zelfs groeit waar je geen planten verwacht. In de wintermaanden, vooral als ze zo nat zijn als in de tijd die achter ons ligt, zijn de bladmossen fris en groen. Zij groeien op vochtige plaatsen, maar enkele soorten komen ook op droge plaatsen voor, Mos op muren heeft vaak en lang van droogte te lijden. Dan verschrompelt en verkleurt het, waardoor het dood schijnt. Een regenbui doet het direct opleven. Korstmossen zijn goed bestand tegen droogte. Zij worden niet tot de echte mossen gerekend. De levermossen horen er wel bij. Die groeien uitsluitend op vochtige plaatsen. Langs de rand van mijn vijvertje pronkt het zogenaamde parapluutjesmos, met karakteristieke, op steeltjes geplaatste, mannelijke en vrouwelijke "paraplu tjes". Die soort is daardoor gemakkelijk herkenbaar.
Muurbegroeiing
Plantensoorten die elders op rotsen groeien, komen in ons land vaak op muren voor. Plantkundig kunnen wij muren dan ook rotsmilieus noemen. Aan planten die zich daar vestigen worden hoge eisen gesteld. Wanneer de zon schijnt. loopt de temperatuur hoog op en moet de begroeiing lange tijd zonder vocht kunnen. Ook moeten de plantjes kunnen groeien in heel weinig humus, die pas na lange tijd op de muren wordt gevormd. De eerste planten die op nieuwe muren verschijnen zijn een soort wieren, korstmossen en bladmossen. Blauwwieren tasten als eerste de stenen en voegen aan, waardoor korstmossen een enigszins voorbereide voedingsbodem vinden. Veel korstmossen hebben die blauwwieren niet nodig en verschijnen zonder die hulp. Door weer en wind verweren de stenen en voegen. Daardoor komen er in geringe mate voedingsstoffen los, die juist voldoende zijn voor de ontwikkeling van korstmossen. Die bevatten een scherp zuur waardoor de steen verder wordt aangetast en de mosgroei toeneemt. Dat kunt u goed zien op kerkhoven. De oude stenen zitten vaak vol met prachtige plekken korstmos. Ik kijk vanuit mijn werkkamer op de donkergrijze pannendaken van de achterburen. Daarop zijn ontelbare schijfjes grijsgroen korstmos gegroeid met de afmetingen van kwartjes, guldens en rijksdaalders. Langs de met specie vastgemaakte dakvorstpannen groeit muurmos in frisgroene kussentjes. Dat is dezelfde soort die op mijn muurtjes groeit en die overal als eerste soort na enkele jaren op nieuwe muren verschijnt.
Overgangsvorm
De hogere planten, die het grootste deel van de flora vormen, bestaan uit een stengel met bladeren die met wortels in de grond is bevestigd. Er zijn ook lagere planten, die veel eenvoudiger van vorm zijn. De mossen vormen een overgang tussen beide soorten. Veel mossoorten hebben ook stengeltjes en blaadjes en zijn met dunne draden op of aan de grond bevestigd. Die draden zijn echter geen wortels. Doordat mossen slechts een dunne beschermende laag hebben, zijn de meeste soorten erg gevoelig voor uitdroging. Op vochtige en beschaduwde plaatsen groeit het meeste mos. In de bossen verzamelen de grote moskussens veel water en nivelleren daardoor de waterhuishouding in het landschap. Merkwaardig is, dat sommige soorten bladmos wel bestand zijn tegen grote hitte en droogte. Net als korstmossen kunnen die bladmossoorten temperaturen doorstaan van -I- 70 graden Celsius. In uitgedroogde toestand blijven ze heel lang latent in leven. Er wordt beweerd dat uitgedroogd korstmos tot veertien jaar levensvatbaar blijft.
Bescherming
Bladmos houdt veel water vast. Het vouwt tijdens droogte de blaadjes naar boven toe samen. Daardoor wordt alleen de goed beschermde onderkant blootgesteld aan extreme weersomstandigheden. Die beweging wordt mogelijk gemaakt door met vocht gevulde gewrichtscellen. Als het droog is raken die cellen water kwijt, trekken zich samen en verkleinen zo de opppervlakte van het blad, dat zich daardoor dichtvouwt. De soorten mos die op droge en zonnige rotsen groei- [> en en eveneens op muren voorkomen, rollen zich schroefvormig in elkaar, waardoor de verdamping zo veel mogelijk wordt voorkomen. Ter extra bescherming hebben deze mossoorten fijne haren die de kussens met een dichte viltlaag bedekken. De bekendste vochthoudende soort is het veenmos. Dat heeft in zijn bladeren een netwerk van levende groene cellen die grenzen aan grote dode cellen. In de laatste wordt water opgeslagen. Veenmos is door deze bijzondere eigenschap de pionier voor de vorming van hoogveen. De vele soorten levermos groeien als plakkaten op natte en vochtige plaatsen, langs beken en op zwaar beschaduwde bospaden.
Voortplanting
Mossen zijn sporeplanten. Zij bloeien niet en vormen dus geen zaad zoals de hogere planten. Sommige soorten bladmos zijn eenhuizig, andere, zoals het bekende haarmos, zijn tweehuizig. In de knotsvormige mannelijke organen, deantheridiën, worden spermatozoïden of mannelijke cellen gevormd. In het flesvormige vrouwelijke geslachtsorgaan of archegonium bevindt zich een eicel. Bevruchting kan alleen plaatsvinden als er door voldoende regenwater een vloeistofverbinding is. Daarin kan de van zweepharen voorziene mannelijke geslachtscel naar de eicel zwemmen. De weg daarheen wordt gevonden doordat het archegonium lokstoffen uitscheidt. Na de bevruchting groeit er uit de mosplant een steeltje met daarop een doosje of sporekapsel. Wanneer daarin de sporen rijp zijn, worden ze door de wind verspreid. Uit een spore die op een geschikte plaats terecht komt groeit een voorkiem, waaruit ten slotte het mosplantje zich ontwikkelt. Dit is slechts in het kort beschreven hoe een bladmosplantje groeit. Het voert voor dit verhaal te ver om in te gaan op de generatiewisseling en allerlei andere bijzonderheden. Mossen zijn merkwaardige planten. Er is een uitvoerige Elseviers gids over uitgegeven. Het voorwoord daarin begint zo:,,Mossen, varens en korstmossen zijn de meeste natuuriiefhebbers vrijwel onbekend en ze worden op wandelingen en excursies vaak over het hoofd gezien". Waardoor dat komt staat er ook:,, Het is ook niet gemakkelijk om met deze plantengroepen vertrouwd te raken, want veel soorten kunnen alleen met behulp van een microscoop op naam worden gebracht." Een aantal soorten kan men toch gemakkelijk herkennen en die zijn het bewonderen zeker waard, ook al kent men niet precies de naam.
Korstmossen
Veel korstmossen lijken uiterlijk op mossen maar ze hebben afwijkende eigenschappen. Lange tijd werden ze tot de mossen gerekend. Pas in 1869 werd ontdekt dat korstmossen bestaan uit twee organismen die in symbiose leven. Het ene organisme is een schimmel en het andere is een alg. Deze twee hebben elkaar nodig en groeien samen op met wederzijds voordeel. De algen bieden aan de schimmel organische verbindingen. De schimmel zorgt voor de mineralen die voor de algen onmisbaar zijn. Korstmossen zijn echte pioniers. Stuifzandgebieden worden allereerst begroeid door verspreide pollen buntgras en wat spurrie. Daardoor wordt het wegwaaiende zand al enigszins vastgelegd. Dan komen de mossen daaraan meehelpen. In de tweede ontwikkelingsfase van het begroeien van stuifzandterrein speelt vooral het ruig haarmos een grote rol. Deze soort vormt op den duur uitgestrekte en bijzonder mooie mostapijten. Daardoor wordt het wegstuiven van het zand tegengegaan. In plaats van het woestijnachtige kale zandklimaat ontstaat door dat mos een getemperd microklimaat, waardoor andere soorten planten een kans krijgen. Op het tot rust gekomen zand gaan ook korstmossen groeien. Heel bekend is het rendiermos. Korstmossen halen hun voedingsstoffen uit de lucht. Door deze karakteristieke eigenschap kan korstmos groeien op plaatsen die zeer vocht- en voedselarm zijn. Korstmos en ruig haarmos vormen de eerste dunne humuslaagop het zand.
Signaalfunctie
Korstmossen hebben een signaalfunctie. Zij vangen via gaatjes in de schimmelschors vuil uit de lucht op. Radio-actieve deeltjes hopen zich er snel in op. Zelfs bij geringe radio-activiteit in de omgeving kan die in korstmos snel toenemen. Na het ongeluk in Tsjernobyl raakte rendiervlees sterker besmet dan het vlees van koeien. Rendieren eten namelijk vooral alleriei soorten mos. Door de snelle opneming en opeenhoping van deeltjes uit de lucht, waarschuwt het verdwijnen van korstmossen dat er iets met de luchtkwaliteit mis is. En dat neemt helaas nog steeds toe.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 februari 1989
Terdege | 64 Pagina's