Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het zaad van Abraham

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het zaad van Abraham

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />

In de verhouding kerk en Israël is een belangrijke vraag wat we onder " Israël" moeten verstaan. Bedoelen we daarmee het Bondsvolk van het Oude Testament? Of gebruiken we het als aanduiding van volk en staat zoals we die sinds 1948 kennen? Passen we het toe op alle vormen van jodendom van vrijzinnig tot orthodox of moeten we de naam "Israël" reserveren voor één bepaalde stroming? Er is heel wat discussie over dit onderwerp gevoerd. De meningen lopen uiteen als het gaat om het aanwijzen van hen die nog deel uitmaken van het verbondsvolk. Wanneer we de Heilige Schrift hierop naslaan, zien we dat er onderscheid wordt gemaakt. Ook hier moeten we met twee woorden spreken. Paulus zegt in Romeinen 9:6: „die zijn niet allen Israël, die uit Israël zijn." De apostel spreekt over tweeërlei Israël. Paulus noemt zijn maagschap naar het vlees; Israëlieten. Dat is het volk waarmee God Zijn verbond heeft opgericht. Hij somt de voorrechten van Israël op: hunner is de aanneming tot kinderen, en de heerlijkheid, en de verbonden, de wetgeving, de dienst van God en de beloftenissen. Vanwege deze heilsopenbaring Gods tot Israël voelt Paulus zich zeer met dat volk verbonden. Er is ook de verwantschap omdat hijzelf een Israëliet is. Maar er is een sterkere band vanwege Gods bemoeienissen met Israël. Want uit hen is ook de Christus voortgekomen, zoveel het vlees aangaat.

Gedurige smart
Ondanks al de wonderen en daden die God heeft verricht, is dat volk in ongeloof. Israël heeft de Christus verworpen. Hij is gekomen tot het Zijne, maar de Zijnen hebben Hem niet aangenomen. Dit bedroeft Paulus zeer. Het is zelfs een gedurige smart in zijn hart. Het ongeloof van Israël is niet tot eer van God. In hun weigering Christus als de Messias te erkennen, staan ze diep schuldig voor God. Kunnen we Paulus verstaan in zijn droefheid? Leeft er in ons hart ook een diepe smart? Deze bewogenheid is nodig als we bezig zijn met Israël. Alleen zij die zelf het wonder der genade van Jezus Christus mogen kennen, zullen iets van die droefheid gevoelen. Het is een smart die voortkomt uit de gunning. Uit liefde tot de ere Gods. Zo mag Paulus zeggen dat zijn geweten hiervan getuigt door de Heilige Geest. Bij deze bewogenheid past een ootmoedige houding tegenover Israël. We vinden bij Paulus nergens dat hij Israël heeft afgeschreven. Helaas is onze houding in hoogmoed vaak in de kerk gevonden. Hoewel Israël gevallen is, heeft God Zijn Woord niet teruggenomen. Het verbond is hun niet opgezegd. De roeping en verkiezing Gods zijn onberouwelijk. Zien wij niette vaak op Israëls ongeloof, in plaats van op Gods werken?

Geloof
,, Ik zeg dit niet, alsof het Woord Gods ware uitgevallen." Je mag niet de conclusie trekken dat Gods Woord niet waar, niet betrouwbaar zou zijn. Wat is dan de verklaring van Israëls verwerpen van de Messias? Niet allen die uit Israël zijn, zijn ook Israël. Naar het vlees zijn zij allen zaad van Abraham. Daarmee zijn ze echter geen kinderen van God. Daarvoor is nodig het geloof van Abraham. Hoe vaak hebben de Joden zich erop beroemd: wij zijn zaad van Abraham! De profeten hebben tegen dat verbondsoptimisme gewaarschuwd. Johannes de Doper heeft de besneden Joden opgeroepen tot bekering. Het opgenomen zijn in Gods genadeverbond is zonder meer geen garantie dat men zalig wordt. Integendeel. Zonder de besnijdenis des harten worden verbondskinderen uitgeworpen in de buitenste duisternis. Hoe nauw luistert het dan, dat wij niet vertrouwen op uiterlijke verbondszegeningen! Dat verbond met Abraham is ook met ons opgericht. Maar onze Abrahamspositie heft de Adamspositie niet op. Van nature zijn we aan de verdoemenis onderworpen. Met onze zonden verbreken wij het verbond. Door de wederbarende kracht van de Heilige Geest moeten we het verbond inwilligen. Dan zijn we werkelijk Abrahams zaad! Behoren wij door die hartvernieuwende genade tot dit Israël? Er zijn tweeërlei kinderen des verbonds. Ieder onderzoeke zichzelf.

Scheidslijn
Die is een Jood, niet die het in uiterlijkheden is, het is tevens onmisbaar om Israël tot jaloersheid te verwekken. Wat schieten we daarin te kort. Is de oorzaak niet dat het verborgen leven ontbreekt dan wel weinig in beoefening is? Ze zijn niet allen Israël, die uit Israël afkomstig zijn. Nochtans is er een overblijfsel naar de verkiezing der genade. Die "rest" is er dankzij Gods ontferming. Want niet de kinderen des vleses zijn kinderen Gods. Maar de kinderen der beloftenis worden voor het zaad gerekend. Zoals Izak kind der belofte was. In de weg van het wonder geboren. Het ware zaad van Abrahem kent de onmogelijkheid bij zichzelf, en de mogelijkheid bij God. Niet zoals Ismaël, die op een vleselijke manier is voortgebracht. Hier komt een onderscheid openbaar dat door God Zelf is aangebracht. God discrimineert niet, maar trekt wel een scheidslijn. Van de kinderen van Rebekka sprak God: Jakob heb Ik liefgehad en Ezau heb Ik gehaat. Opdat alles aan Gods ontferming alleen zou worden toegeschreven. Niet als zaad van Abraham, maar als zondaar aan wie barmhartigheid is geschied, wordt het een zalig worden uit genade. Gods barmhartigheden roemen dan tegen een welverdiend oordeel.

Heimwee
Dat is het ware Israël, dat zich daarover verwondert. Dankzij het werk van Jezus Christus, Die hèt zaad van Abraham is. De ware Israëliet. Van Hem is geprofeteerd: als Hij Zijn ziel tot een schuldoffer zal gesteld hebben, zal Hij zaad zien. Het welbehagen des Heeren zal door Zijn hand gelukkiglijk voortgaan. Uit Joden en uit heidenen zal er een Godgeheiligd zaad komen. Zij maakten zich schuldig aan bondsbreuk. Ze hebben God op het hoogst misdaan. Door hun handen is Christus aan het kruis genageld. Nochtans zullen ze aanzitten in het Koninkrijk Gods met Abraham, Izak en Jakob. Verlangt u ernaar? Het ware zaad van Abraham mag wel eens met dat heimwee vervuld zijn. Als zij in diepe aanbidding de rijkdom der wijsheid en der kennis Gods prijzen. Het verbond met Abraham, zijn vrind, bevestigt Hij van kind tot kind.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 19 juli 1989

Terdege | 64 Pagina's

Het zaad van Abraham

Bekijk de hele uitgave van woensdag 19 juli 1989

Terdege | 64 Pagina's