Jong kind heeft op weg naar school goed voorbeeld nodig

De zomervakantie is alweer bijna voorbij. Elke dag gaan tienduizenden kinderen op weg naar school. Waarmoetje aan denken als je je kind naar school brengt of van school ophaalt? Hoe bereid je je kind voor op het "alleen naar school gaan"? Het zijn allemaal veel voorkomende vragen van ouders.

Lopen
Verreweg de meeste jonge kinderen worden —als ze niet met de schoolbus gaan— naar school gebracht en daar weer opgehaald door hun vader of moeder. Dat is terecht. Jonge kinderen vinden het prettig en bovendien kunnen ze nog niet omgaan met het verkeer. Over het brengen en halen is een aantal opmerkingen te maken en tips te geven. Enerzijds betreffende veiligheid, anderzijds omdat het kind later alleen zal gaan. Als u uw kind lopend brengt en haalt: -laat het kind aan de "binnenkant" lopen, dus zo ver mogelijk bij het verkeer of de stoeprand vandaan; -laat het kind zo veel mogelijk los lopen, dit om het kind het gevoel te geven dat het zelf loopt en dus ook zelf moet opletten; -stop samen met het kind altijd aan de stoeprand en kijk daar samen uit; -spreek met het kind een teken af waarop het kind onmiddellijk stopt; dit kan bij voorbeeld de uitroep "stop!" zijn; -laat het kind zelf de "schoolbagage" dragen; -steek samen nooit vlak voor naderend verkeer over; steek pas over als er niets (meer) komt aanrijden.

Op de fiets
Brengen en halen met de fiets: -voorzie uw fiets van een deugdelijk kinderzitje en zorg voor goede voetsteunen; -til het kind op de stoep of aan de stoeprand op en van de fiets. Samen naar en van school fietsen: -laat het kind aan de binnenkant fietsen; -spreek met het kind af dat het stopt zodra u "stop" zegt of roept; -laat het kind stoppen zodra u merkt dat het, om wat voor reden dan ook, in verwarring raakt; -fiets achter het kind als er niet naast elkaar kan worden gefietst; u kunt het kind dan in het oog houden. -realiseer u dat het (jonge) kind de voorrangsregels en verkeersborden nog niet kan begrijpen en dat het zeker nog geen afstanden en snelheden kan schatten; spreek daarom eenvoudig te hanteren veiligheidsregels af, zoals: Stop als er een auto in de zijstraat aankomt.

Met de auto
-laat het kind aan de stoeprand in- en uitstappen; -vervoer het kind achterin; -laat het kind pas aan de stoeprand uitstappen als u uit de auto bent; -rijd niet weg voordat het kind op het schoolplein is; -zorg ervoor dat het kind zowel bij het brengen als halen niet de rijweg hoeft over te steken; de kans is groot dat het kind te opgewonden is om uit te kijken.

Te laat?
Het gebeurt vast en zeker een keer: u bent te laat, de school is al een paar minuten geleden uitgegaan. Uw kind is uit school gehold en ziet u niet staan. Maak voor zo' n geval een duidelijke afspraak, zoals: Zie je mij niet, blij f dan op het schoolplein staan wachten of ga naar de juf of meester. Deze afspraak voorkomt dat uw kind in paniek raakt. Die paniek is niet ondenkbaar, zeker wanneer u meer dan een paar minuten te laat bent.

Parkeren bij school
Het kind brengen en halen met de auto is veilig. Bij de school kan het echter vervelende problemen geven. Daar ontstaat "spitsdrukte" wanneer veel kinderen met de auto of de fiets gebracht en gehaald worden. Dit levert gevaar op voor de kinderen die alleen naar school komen. Het is daarom de moeite waard te overwegen niet vlak voor de uitgang te stoppen en te parkeren, maar iets verderop. Dit betekent dat u het laatste stukje naar school even samen met uw kind loopt. Bij het halen kunt u dan beter niet in de auto blijven wachten, omdat het kind niet precies weet waar u staat. Vang het kind op bij de schooluitgang en loop samen naar de auto.

Wanneer alleen?
Een ondubbelzinnig antwoord geven op de vraag wanneer het kind alleen naar school kan gaan, is moeilijk. De verkeersintensiteit, hoe en waar overgestoken moet worden, de lengte van de route naar school en de ontwikkeling van het kind spelen hierbij een belangrijke rol. Een gemakkelijke en rustige schoolroute, bij voorbeeld zonder kruispunten, kan eerder door een jong kind zelfstandig gelopen of gefietst worden dan een lange, drukke en ingewikkelde route. Het ene kind is veel oplettender dan het andere. Het is daarom ook onzin te veronderstellen dat een kind op een bepaalde leeftijd plotseling alleen naar school kan gaan. Niet zozeer de leeftijd is bepalend als wel de voorbereiding en het feit dat het kind blijk geeft de situaties op de route naar school zelfstandig aan te kunnen. Dit laatste zal op een zelfde route niet voor ieder kind op hetzelfde momentzijn. Het is aan u om te beoordelen wanneer uw kind dat kan.

Goed voorbereiden
Zowel een eenvodige als een ingewikkelde en drukke route naar school moet, als voorbereiding op het zelfstandig naar school gaan, aan het kind vertrouwd gemaakt worden. Het maakt hierbij niet uit of die route lopen dan wel fietsend afgelegd moet worden. Onder "vertrouwd maken" moet niet alleen verstaan worden , ,de weg weten te vinden'', maar ook de situaties aan kunnen die zich op de weg naar school kunnen voordoen. Een goede voorbe reiding op het zelfstandig naar school gaan vereist enige inzet van de ouders en heeft de volgende fasen:
1. Samen met uw kind de route afleggen. Dit gebeurt al wanneer u uw kind lopend naar school brengt of samen met uw kind naar school fietst. Belangrijk is dat u steeds die route kiest welke uw kind later zelfstandig moet gaan afleggen, en dat u een uiterst consequent (verkeers)ge drag aan de dag legt, zoals: -stoppen bij de stoeprand; -nooit oversteken of verder fietsen als er verkeer uit de zijweg komt. Na verloop van tijd laat u uw kind steeds meer beslissingen nemen ten aanzien van wel of niet doorlopen of doorfietsen. Bij voetgangerslichten of lichten voor fietsers laat u het kind de noodzakelijke handelingen uitvoeren. Vergewis u ervan of het kind werkelijk uitkijkt. Fase 1 zal geruime tijd moeten duren.

Afstand nemen
De volgende fase van de voorbereiding op het zelfstandig naar school gaan is:
2. Controleren en bespreken. U gaat pas aan fase 2 beginnen op het moment dat u het idee krijgt dat uw kind de route wel min of meer zelfstandig zou kunnen gaan afleggen. Deze fase is korter dan de vorige. U neemt tijdens het brengen en halen enige afstand van uw kind. Hierdoor moet het kind alle handelingen op de route zelfstandig uitvoeren en zal het zelf beslissingen moeten nemen. Op bepaalde punten van de route bespreekt u hoe het gaat; u geeft raadgevingen en aanwijzingen.
3. Zo nu en dan nog brengen en halen. Deze fase komt nadat u het idee hebt dat uw kind de route alleen kan afleggen. De keren dat u het kind nog brengt en haalt, gebruikt u om het gedrag te controleren en eventueel aan te scherpen.

Met anderen mee
Heel vaak lopen of fietsen kinderen samen naar school. Wanneer het ene kind anders voorbereid is dan het andere, kan er verwarring ontstaan. Het is daarom belangrijk met de ouders van het kind waarmee uw kind naar school gaat, af te spreken de route naar school samen een paar keer af te leggen. Het gedrag van de kinderen kan dan op elkaar worden afgestemd. Bovendien kunt u dan bekijken in welke mate de kinderen elkaar afleiden en of dit wel of geen gevaar oplevert. Wanneer dit wel het geval is, moet wellicht besloten worden vaker samen met de kinderen de route af te leggen en het gedrag te bespreken.

Zelfstandig
Uw kind gaat zelfstandig naar school, lopend of fietsend, alleen of samen met andere kinderen. Ook ten aanzien van het zelfstandig naar school gaan is een aantal opmerkingen te maken en tips te geven:
-laat het kind op tijd weggaan, zodat het zich onderweg niet hoeft te haasten;
-maak het kind duidelijk dat te laat op school komen beter is dan je heel erg haasten; dit voorkomt zenuwachtig en gehaast gedrag van het kind als er onderweg iets gebeurt waardoor het kind wordt opgehouden;
-realiseer u dat een wijde capuchon het achteromkijken heel moeilijk maakt;
-fel gekleurde kleding is opvallender op de weg dan donker gekleurde;
-het weer kan in ons klimaat snel veranderen — weggaan met helder weer en terugkomen in een donkere regenbui is niet ondenkbaar; daarom moet de fietsverlichting in orde zijn als uw kind dagelijks naar school fietst;
-bij een onverwachte moeilijke situatie is het nodig dat het fietsende kind gemakkelijk de voet op de grond kan zetten; dus het zadel van de fiets mag niet te hoog staan;
-schoolbagage moet veilig meegenomen kunnen worden in een rugzak, in fietstassen of onder de snelbinders;
-erg verkleumde kinderen reageren vrij traag, kunnen moeilijker remmen als ze fietsen en kijken minder goed uit; op koude dagen is daarom warme kleding (denk ook aan goede handschoenen) erg belangrijk.

Eerst naar huis
Tot slot nog het volgende. Hoe goed uw kind ook is voorbereid op het alleen naar school gaan en hoe vertrouwd uw kind ook is met de schoolroute, u zit in grote ongerustheid als uw kind later dan normaal terugkomt van school. Spreek daarom met uw kind af dat het altijd éérst naar huis komt voordat het met andere kinderen gaat spelen. Het bespaart zenuwachtig worden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen