Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Er is bij God vergeving

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Er is bij God vergeving

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Maar bij U is vergeving opdat Gij gevreesd wordt." Psalm 130:4

De dichter van deze Psalm is in nood. Dit leidt bij hem tot verootmoediging. Hij ziet in, dat hij dit heeft verdiend. Dat hij nog erger heeft verdiend. Dat hij de eeuwige dood heeft verdiend. Als de Heere zijn ongerechtigheden zou gadeslaan, zou hij voor eeuwig moeten omkomen.

Wat deze dichter hier belijdt, moeten ook wij leren belijden. Dat vooral in tijden van beproeving. Als de Heere ook ons op onze levensweg tegenkomt met tegenspoed en kruis. Of als hij ons in de prediking stelt voor Zijn Heilige Wet.

Het is de bedoeling dat wij onszelf vanwege onze zonden voor God gaan verootmoedigen. De ingenomenheid met onszelf moet eraan. Gods toorn tegen onze zonden is zo groot, dat Hij ze, om ze ons te kunnen vergeven, moest straffen aan Zijn lieve Zoon Jezus Christus, met die bittere en smadelijke dood aan het kruis.

Op Golgotha zien wij de volle verschrikking van de zonde. Het wonder is echter, dat er nu juist daarom bij God vergeving is. Vandaar dat de dichter terstond zegt, na zijn schuld te hebben beleden: „Maar bij U is vergeving." Hij hoeft niet te vergaan, omdat Gods lieve Zoon de straf wilde ontvangen, die wij verdiend hadden.

De boodschap van het Evangelie is, dat er bij God vergeving is, voor een ieder die de Heere Jezus met zijn hart als zijn Zaligmaker erkent. Er is vergeving voor een ieder die zich als een goddeloze op dit Evangelie, en op Christus in het Evangelie verlaat. God belooft namelijk in het Evangelie, uit vrije genade, ons alle zonden te zullen vergeven, als wij in de gekruisigde en opgestane Christus geloven.

God zegt dat als wij onze zonden belijden, Hij getrouw en rechtvaardig is, dat Hij ons onze zonden vergeeft en ons reinigt van alle ongerechtigheid (1 Joh. 1:9). Omdat Hij in Zijn goedertierenheid voor het Lam gezorgd heeft, is er bij Hem vergeving voor allen die hun zonden belijden en de Heere Jezus Christus erkennen als hun Zaligmaker.

Het is Hem een lust om dat te doen. Hij is een gaarne vergevend God! Een belijdenis van schuld, zonder dat wij geloven dat er ook voor ons bij God vergeving is, is geen ware schuldbelijdenis. Dat berouw is geen oprecht berouw. Zij die niet verder komen dan te erkennen dat zij de eeuwige dood verdiend hebben, verzetten zich als wanhopigen tegen God (Calvijn).

God is niet te scheiden van Zijn goedheid. De psalmdichter belijdt dat zodra hij aan God denkt, hij ook aan Zijn goedertierenheid denkt. Hij twijfelt er niet aan of God hem wel genadig zal zijn, daar God Zichzelf niet kan verloochenen. Hij is er ten stelligste van overtuigd, dat God Zich over hem zal ontfermen, omdat God God is.

Als ons bewustzijn van de toorn van God niet gepaard gaat met de hoop genade te zullen ontvangen, brengt dit niets dan schrik en angst voort en gevoelens van haat tegen God (Calvijn).

Daarom, als u misschien ook voor God terugschrikt vanwege uw zonden, u hoeft dat niet te doen. Er is bij Hem vergeving. Verootmoedig u voor Hem, en stel uw vertrouwen op Zijn barmhartigheid in Christus, op Zijn vergevende liefde. Zeg: „Mijn schuld is groot. Ik heb Uw straf verdiend. Maar bij U is vergeving.

Uit vrije genade hebt U beloofd dat de zondaar die zich op Christus verlaat, vergeving zal ontvangen. Dat doe ik, Heere! Ik verlaat mij op Christus, op Uw genadevolle evangeliebelofte. Doe dan zoals U beloofd hebt. Ja, ik houd het voor waar, dat U dat doet. Dat U ook mijn zonden vergeven hebt."

De wetenschap, dat onze zonden vergeven zijn, is nodig om God kinderlijk te gaan vrezen. Niemand zal ooit God met eerbied vrezen, dan wie vertrouwt dat God hem genadig is. Het vertrouwen op Zijn barmhartigheid, dat God ook ons barmhartig is, is nodig om Hem met blijdschap te kunnen dienen.

De kinderlijke vrees voor God is gegrond in de vergeving van de zonden. Wij kunnen Hem alleen oprecht, met een kinderlijke vreze, dienen, als wij Zijn barmhartigheid in Christus hebben leren kennen.

Daarom bidt de Kerk voor iemand die van de gemeente van Christus was afgesneden, maar na schuldbelijdenis weer tot de gemeente wordt toegelaten: „Wij bidden U, bewijs hem Uw genade, om van de vergeving van zijn zonden meer en meer verzekerd te zijn in zijn gemoed, en daaruit te scheppen een onuitsprekelijke blijdschap en lust om U te dienen."

Hebt u ook al lust om de Heere te vrezen? Of is uw dienen van de Heere nog een slaafs dienen? Een dienen uit angst en vrees? Dan zal het slecht met u aflopen. Want uit de werken van de wet zal geen mens gerechtvaardigd worden. Dan wacht de buitenste duisternis.

Zie daarom op Gods vergevende liefde in Christus. Bij Hem is vergeving, opdat Hij kinderlijk gevreesd wordt. Het kan voor de grootste zondaren. Gods genade is zeer overvloedig, met geloof en liefde, die er is in Christus Jezus (1 Tim. 1:14). Uit Zijn volheid is ook nu nog te ontvangen genade voor genade, geloof om in Hem te geloven en liefde om Hem en uw naasten lief te hebben.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 november 1995

Terdege | 80 Pagina's

Er is bij God vergeving

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 november 1995

Terdege | 80 Pagina's