Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het pension van Loes Knuivers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het pension van Loes Knuivers

"Als ik m'n leven over kon doen, ging ik de handel in"

7 minuten leestijd

Het is een pension, bejaardenhuis en opvangcentrum in één. Bekend bij de sociale dienst, kerkelijke hulpverleners en liefhebbers van een rustige vakantie. Het bonte gezelschap gasten dat daar het gevolg van is, leeft gemoedelijk samen, loopt ongevraagd bij de gastvrouw binnen en heft 's avonds eenparig de psalmen van David aan. Pension "De Peel", de hobby van Loes Knuivers.

Hij durft er niet zijn handen voor in hiet vuur te steken dat "De Peel" de oudste boerderij van Kesteren is. Maar dat de hoeve tot de oudste drie behoort, staat voor pensionhouder Johan Knuivers vast. De historie ervan gaat terug tot de 18e eeuw. Twee leeuwen op de witstenen zuiltjes aan weerszijden van de inrit geven het pension een voornaam cachet. Aan de overzijde van de landweg spreidt een gesnoeide Hnde z'n knokige takken beschermend uit voor de gevel van een ouderwets landhuis. Belendende boomgaarden versterken het gevoel dat aan de Boveneindsestraat het landleven nog een kans krijgt.

Op je pad
Sinds '84 wordt "De Peel" bewoond door het echtpaar Rnuivers. De pensionhoudster, jongste uit een gezin van veertien kinderen, droomde er in haar jeugd al van dat ze een oude boerderij zou kopen. Elf jaar geleden werd het ideaal werkelijkheid.
Ze begon 28 jaar geleden in Rhenen een pension. Als hobby. In de loop der jaren werd het een bonte vergaarbak. „Dat is vanzelf zo'n beetje gegroeid. Als de gemeente met iemand zat waar ze geen raad mee wisten, belden ze ons op. Je hebt van die mensen die nergens terecht kunnen. Die bleven dan een tijdje bij ons. Soms twee, soms drie maanden. We hebben een jongen die hier al acht jaar is. Een paar bejaarde mensen hebben we zelfs tot hun dood verzorgd. Die hadden we ook via de gemeente gekregen. En via de buurman."
Ze doet er niet dramatisch over. „Het werd gewoon op je pad gezet. D'r klopte een keer een weduwman met z'n gezin aan. Ik zeg tegen Johan: Die neem ik niet; wat moet ik met een weduwman met drie kinderen? Maar ik had er toch geen vrede mee. Hij is hier gekomen en we hebben een buitengewoon goeie tijd gehad."

Geen verwarming
De start van "De Peel" verliep chaotisch. Een eerste bezoek aan de monumentale boerderij wekte bij het echtpaar liefde op het eerste gezicht. Na kort beraad werd de koop gesloten. Begin december '84 konden ze erin. De pensiongasten die voor de Kerstdagen hadden geboekt, vonden het geen bezwaar om naar Kesteren te komen, in plaats van naar Rhenen. Niet wetend dat de hoeve nog helemaal gerestaureerd moest worden.
„Er zat geen waterleiding in, geen verwarming, niks. In tijd van een mum hebben we de opkamer gereed gemaakt, samen met de zoons en de schoonzoon. Toen we in januari verder wilden gaan, kregen we 20 graden vorst. Zelfs de kolen waren bevroren." Ze accepteerden de omstandigheden zoals ze kwamen. „In Rhenen sliepen we zomers weken in de garage, met de hele koppel. Dan hadden we het huis vol met gasten. Een pensiongast vroeg een keer: „Als ik vragen mag, mevrouw Knuivers, waar slapen jullie nou?" Ik zeg: „Wij kamperen in ons eigen huis." M'n dochter haalt het nog weleens op: Moe, wat was dat een gezellige tijd."

Handel
Het onderhoud van het pand valt onder Knuivers, z'n vrouw runt het pension. Daarnaast bedient ze bij haar zoon die een begrafenisonderneming heeft, geeft leiding aan een creativiteitsgroep in het plaatselijke bejaardenhuis en ontvangt wekelijks een knutselclub aan huis. „Ik doe veel cursussen. Wat ik leer, breng ik hier weer over op de dames. De spullen verkopen we zomers aan de gasten en wat overblijft gaat weg op de rommelmarkt in oktober. Voor de Hervormde Kerk van Kesteren. 't Zou toch dom zijn als je je eigen Hervormde Kerk niet hefhebt."
Tussendoor handelt ze in antiek. „Daar heb ik altijd schik ii gehad. Een beetje handelen en dan het mooiste eruit halen, dal heb ik van thuis meegekregen. Ik vind het pension heel mooi werk, maar als ik m'n leven over kon doen, ging ik helemaal de handel in. We hebben wel complete inboedels opgekocht. Dat is nu wat minder geworden. M'n dochter is er vies van en Johan vindt dat ik niet alles op de kapstok kan halen. Dat is ook zo. Maar ik doe het zo graag. M'n moeder zei altijd: Als je handen stil staan zondigen ze, dus zorg ervoor dat je altijd bezig bent."

Luisteren
De wonderlijke pensionformule werd in Kesteren voortgezet. „Van de week stond er weer een jochie aan de deur. „Mag ik hier komen, want ik heb geen thuis." Dat komt geregeld voor. Kinderen van zeventien, achttien jaar die het huis uitgesmeten zijn, weet je wel. Uit kerkelijke verbanden hoor. En als ze dan hier zijn, gaan ze gewoon mee naar de kerk. Dan denk ik: Wat is dat nou?"
In vakantieperioden krijgen de "stamgasten" gezelschap van toeristische bezoekers. „Dat gaat buitengewoon. Ze lopen gewoon met de kudde mee. En de zomergasten vinden het ook geen probleem. In de opkamer heeft de hele zomer een zwaar overspannen man gezeten. Hij werd in februari gebracht. Voor drie dagen, zei z'n zoon. Tot september is-ie gebleven. Hij wou helemaal niet meer weg. Nu zit-ie in een inrichting, maar daar gaat 't niet erg. Van de week had ik 'm weer aan de telefoon. Ik zeg altijd: Een overspannen mens moet je met een gezond mens mee laten lopen. Overspannen bij overspannen, daar zie ik het nut niet van in. Als wij zulke mensen krijgen, doen we net of er niks aan mankeert. We vragen nergens naar. Ze beginnen er zelf wel over. Door te luisteren kun je al heel veel betekenen."

Eenzaamheid
De sociale dienst in Rhenen oefende druk op de kloeke pensionhoudster uit, om volledig over te stappen op een sociaal pension. Ze liet zich niet overhalen. „Ik heb wel zo verschrikkelijk veel plezier in het zomerpension, dat wil ik niet missen. Juist de combinatie vind ik zo leuk.
Mensen hebben me altijd getrokken, doet er niet toe hoe of wat. Al komen ze van een woonwagenkamp, ik neem ze rustig mee naar huis. Er wordt zo ontzettend veel gevochten in de wereld, en er is zo veel eenzaamheid. Veel mensen knappen van een beetje vriendelijkheid al op. Het gebeurt wel dat ik opgebeld word door mensen die ik heel niet ken. Die gewoon een poosje willen praten. In wezen ben ik daar natuurlijk niet voor. Eigenlijk moeten ze naar een ouderling, of een dominee. Maar dat durven ze dan niet goed.
Pas kregen we een weduwe, zwaar overspannen. Ik voelde meteen dat er iets niet pluis was. Bleek dat een contactpersoon d'r kinderen had gebruikt. Ze wilde die man niet aangeven, om vlees te sparen. Ik heb gezegd: Vlees kan niet gespaard worden, vlees moet bestraft. Nou doet-ie het bij uw kind, morgen bij een ander."

Betuwse pot
Een scheiding tussen pension en privé kennen de Knuivers niet. 's Avonds zitten ze bij de gasten en die lopen op hun beurt zo de keuken binnen. „Dat gaat spontaan. Net als het bidden en danken bij het eten, en het bijbellezen. Daar hoefje niets aan te organiseren. Als iemand er de vrijmoedigheid niet voor heeft, is het ook goed. Het grootste vind ik dat we hier nog kinderen van de Heere mogen ontmoeten. We hebben soms hele goeie gesprekken." De keuken van vrouw Knuivers is befaamd. Aan een restaurant is ze nooit begonnen, maar informeel valt er wel wat te regelen. „Verleden week kregen we een vrouw uit het bejaardenhuis te eten, met acht man. Die zit in de creatieve groep en wilde haar familie eens een ouderwetse Betuwse pot laten proeven. Nou, dat kan.
Een poosje terug hadden we een bejaardentehuis uit Oosterbeek. Dat waren er wel veertig. Ze wilden een keer snijbonen uit zout eten. Daar doen we dan ham en slagersworst bij. De bonen koken we in het sap van de ham. En vooraf allemaal koffie met een warme appelebol, gewoon zoals Betuwenaren dat doen."

Mooiste moment
De kennis en vaardigheden worden spelenderwijs overgedragen op het volgende geslacht. „Óp 5 december hebben we altijd een soort famihedag. De laatste keer hebben drie kleinzoons gekookt. Een van dertien, een van twaalf en een van negen. Twee uur zijn ze bezig geweest. Champignonnensoep hadden ze gemaakt, rijst, zes soorten vlees en griesmeelpudding met bessesaus toe. Buitengewoon.
We doen ook wel 's een snoepbuffet. Dan mogen ze bakken wat ze lekker vinden. Ik zeg vaak tegen Johan: Wat is je op aarde dierbaarder dan je kinderen en je kleinkinderen? Elke morgen komt een kleinzoon die hiertegenover woont de weg over om de sinaasappels voor me te persen. Dan eet-ie een sneetje brood mee en leest me voor uit een dagboekje. Dat vind ik het mooiste moment van de hele dag."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 januari 1996

Terdege | 80 Pagina's

Het pension van Loes Knuivers

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 januari 1996

Terdege | 80 Pagina's