Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

G. van Putten:

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

G. van Putten:

"Een van de grootste verleidingen is hoogmoed"

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Februari '95 stond Gert van Putten in het Noordwijkse Huis ter Duin voor een jury van zwaargewichten uit het Nederlandse bedrijfsleven, onder leiding van VNO-voorzitter Rinnooy Kan. De kippengigant, die weinig meer heeft dan een diploma Lagere Landbouwschool, behoorde tot de finalisten in de verkiezing van de "Manager van het jaar". Die titel ontging hem net. Bij het aanwezige publiek kwam hij wel als eerste uit de bus. De aan de publieksprijs verbonden trofee kreeg een plaats in zijn sobere kantoor, waar hij bij voorkeur op kousevoeten ronddrentelt.

Ik werd voorgedragen door de Rabobank in Barneveld. In eerste instantie heb ik afwijzend gereageerd, maar Jan Suk, de directeur van CBMC, heeft me over de streep getrokken. Hij vond het een goede gelegenheid om te laten zien dat je ook als christen-zakenman succes kunt hebben. Om mee te kunnen doen aan die verkiezing, moet je tussen de tien en driehonderd mensen in dienst hebben en minstens drie jaar succesvol hebben gedraaid. Dat was bij ons het geval. Vervolgens wordt je hele bedrijf ondersteboven gehaald. Uiteindelijk blijven er 25 kandidaten over. Bij hen wordt ook een onderzoek naar de bedrijfscultuur verricht. Alle medewerkers moeten een vragenlijst invullen. Zelf heb ik daar ontzettend veel van mogen leren. Uit het onderzoek kwam naar voren dat ik verschillende fouten had waarvan ik me niet bewust was. M'n creativiteit gaat soms ten koste van de effectiviteit. Maar uit de grafieken bleek ook dat de cultuur van ons bedrijf heel bijzonder is. Met enthousiasme en durf Precies tegenovergesteld aan de grafieken van ambtenaren."

Ontspannen
„Toen ik in de finale kwam, wist ik niet wat ik ermee aan moest. Als ik het aan anderen vertelde, had ik de indruk dat mensen jaloers waren. Het gaf me een heel onprettig gevoel. Wel heb ik veel steun gehad van een kring van vrienden, die in gebed om me heen stonden. Op de bewuste dag zijn we met een bus vol naar Noordwijk gegaan, nadat m'n accountant Henk Morren een stukje uit de Bijbel had gelezen en een gebed gedaan. In Noordwijk moest ik, met de vijf andere overgebleven kandidaten, in het zweethok, zoals ze dat noemen. Daar valt de internationale pers op je aan. Ik was heel ontspannen. Dat bleef zo toen ik door de jury werd bevraagd, in een zaal waar zo'n achthonderd mensen zaten. Stekelenburg van het FNV vroeg of het klopte dat de communicatie met m'n personeel niet altijd vlekkeloos verliep. Ik heb geantwoord dat ik iemand ben die heel snel beslist en daarom nogal eens een beetje bij moet sturen. Soms al na vijf minuten. „De zeven medewerkers hier in de zaal die al meer dan twintig jaar bij me in dienst zijn, hebben daar geen moeite mee", zei ik. „Maar die jonge jongens moeten d'r effies aan wennen."

Rentmeester
„Ik heb ervaren dat die prijs echt van de Heere was. Voor de pers heb ik mogen zeggen dat ik heel veel zwart gedaan heb, tot God me op de goede weg gezet heeft, door in te grijpen. Injeremia 11 staat: "Een veldhoen dat eieren uitbroedt die het niet gelegd heeft, zo is wie zich rijkdom vergadert maar op onrechtmatige wijze. Op de helft zijner dagen zal hij die moeten achterlaten." Dat heb ik letterlijk meegemaakt. In 1979 verloor ik vier miljoen gulden en was ik weer bij nul. Een jaar later brak ik in Oostenrijk m'n been en heb daar in een ziekenhuis een radicale ommekeer meegemaakt. Nu weet ik dat ik rentmeester ben. Ik heb het bedrijf teruggegeven aan de Heere en probeer te doen wat Hij van me vraagt. Als morgen de belastingcontroleur komt, mag-ie alles zien. Er is geen cent zwart bij. Op ons Poolse bedrijfis dat moeilijker te realiseren. Eerst was er geen produktie. Toen die eindelijk op gang gekomen was, bleek dat ze tachtig procent van de eieren zonder rekening verkochten. Dan spring ik bijna uit m'n vel. Dat is normaal in Polen, zeiden ze. Dat is zo, maar op ons bedrijf wil ik het niet hebben. Mijn ervaring is dat de Heere altijd voorziet als je Hem gehoorzaam bent. Ik heb dat bedrijf kunnen kopen zonder één steekpenning te betalen. Dat is in Polen heel bijzonder."

Mestkorrels
„Vroeger dacht ik dat leven met de Heere het ondernemersschap in de weg staat. Nu weet ik dat het andersom > is. Ken je de Heere Jezus echt als je Verlosser en Heiland, dan zie je steeds weer mogelijkheden. We hoeven niet angstig te zijn. Als christen ben je geroepen om creatief te denken, vernieuwend bezig te zijn. Samen met deskundige adviseurs, die ook christen zijn. In Spreuken staat dat plannen mislukken bij gebrek aan overleg, maar door de veelheid van raadgevers komt iets tot stand. Corrie ten Boom heeft gezegd: Bij God zijn geen problemen. Terwijl ze toch een moeilijk leven had. Ik heb daar veel van geleerd. Heb je als christen-zakenman een probleem, breng het in gebed bij God en bouw het om tot een plan. Heel sterk heb ik dat ervaren met die mestkorrels. Ik slaap nooit lang, rond vier uur word ik wakker. Dan ga ik in gebed en vraag de Heere of hij me die dag mogelijkheden wil laten zien om Hem te dienen en me inzicht en wijsheid wil geven in het bedrijf Op een morgen zag ik na m'n ochtendgebed zo een systeem voor me waarmee mest kan worden ingedroogd met de warmte van de kippen. Het resultaat is boven verwachting. De ammoniakuitstoot is met ruim 95 procent verminderd en in vijf dagen heb je een korrel die ruikt als veevoer. Ook goed als veevoer gebruikt kan worden."

Haantjes
„Als zakenman voel ik me niet verantwoordelijk voor de opvattingen van de afnemer of het regime in een bepaald land. Ik heb altijd geëxporteerd naar Zuid-Afrika, ook in de tijd van de apartheid. En wil iemand in Irak m'n mestkorrels kopen, dan zou ik die best willen leveren. De bevolking kan er vaak niks aan doen dat de regering zo is. En die mensen zullen toch te eten moeten hebben, daar is iedereen het wel over eens. Wat dat betreft heb ik een makkelijk product. Er zijn producten waarbij het natuurlijk wel uitmaakt aan wie je levert. Neem een zakenman die gebouwen verhuurt en de mogelijkheid krijgt een pand te verhuren aan iemand die er een discotheek in wil beginnen. Ik denk dat je dat als christen niet kunt doen. Mijn verantwoordelijkheid ligt vooral binnen het bedrijf Vroeger ging het me om de winst, de dieren kwamen op de tweede plaats. Dat is nu anders. De kippen hebben twee keer zo veel ruimte als tien jaar geleden, bij een optimale temperatuur en beluchting. We zijn daarin verder gegaan dan de wettelijke verplichtingen. Wel blijf je met het probleem zitten dat de klant koning is. Was die bereid twee cent per ei meer te betalen, dan konden alle kippen naar de grond. Maar die twee cent is te veel. En de haantjes moeten weg als nertsenvoer. Ja, daar heb ik wel moeite mee gehad. Na verloop van tijd wen je eraan. Er is geen andere oplossing. Je kunt je bovendien afvragen of er werkelijk verschil is tussen slachten op dezelfde dag of na zes weken."

Discipline
„Drie dingen zijn volgens mij heel belangrijk voor een christen-zakenman. Bijbelgetrouwheid, liefde en discipline. Als de jongens om half acht moeten beginnen, vraag ik of ze om kwart over zeven komen. Dan drinken we samen een kop koffie, zodat we echt om half acht kunnen starten. Komen ze vijf over half acht, dan zeg ik "Goeiemiddag". Op een liefdevolle manier, maar wel zo dat ze de volgende dag op tijd zijn. Punt twee is dat Gods naam hier niet mag worden gelasterd. Ik heb één chauffeur gehad die vloekte, maar als hij mij zag aankomen was het direct over. Omdat de anderen hem dan uitlachten, is hij er uiteindelijk helemaal mee gestopt. Een poosje heb ik enkel christenen aangenomen, maar in de mensen die ik puur om hun christen-zijn heb aangesteld, ben ik enorm teleurgesteld. Nu kijk ik naar wat ik nodig heb, en de geschiktste wordt het. In sollicitatiegesprekken vertel ik wel meteen hoe ik denk, en wat dat betekent voor het werken in dit bedrijf Ik spreek heel gemakkelijk over het geloof ook met mensen die anders denken. M'n technische leider is rooms-katholiek, maar als we samen naar Polen rijden praat ik veel met hem over de Heere Jezus."

Tienden
„In ons bedrijf krijgt ieder wat-ie waard is. Loon naar prestatie. De inzet van mensen kun je moeilijk in geld uitdrukken. Dat moet je met een schouderklopje doen. Dat wordt vaak nog meer gewaardeerd dan geld. Met personeel is het net als met kinderen. Tegenover één berisping moeten drie schouderklopjes staan. Vroeger deelde het personeel ook mee in de winst. Daar zijn we mee gestopt. Nu steunen we er goede doelen mee. Als BV mag je zes procent van de winst weggeven. Dat proberen we in ieder geval. Als het kan meer. Ik denk dat het goed is om je ook als bedrijf aan de tienden te houden. De 38 procent belasting die je moet gaan betalen wanneer je boven die zes-procentsgrens komt is sneu geld, maar de Heere heeft beloofd dat Hij het geven van de tienden ruimschoots wil vergoeden. En dat doet Hij ook. Daarnaast heb je als christen-zakenman een persoonlijke verantwoordelijkheid. Heb je een hoog inkomen, dan zijn de tienden geen offer. Totaal niet. Trouwens, veel belangrijker nog dan geld is tijd. Hoe druk je ook bent, je moet tien procent van je léven beschikbaar stellen voor de Heere en je naaste. Als je ziet wat de Heere voor ons over heeft gehad, stelt dat nog niks voor."

Mogelijkheden
„Als je als zakenman de Heere Jezus kent, heb je geweldige mogelijkheden om de boodschap van het Evangelie door te geven. Je hebt je personeel, je klanten, je toeleveringsbedrijven... Er gaat hier niemand weg, of hij weet dat de Heere Jezus ook voor hem gestorven is. Op advies van een vriend heb ik een bijbeltekst op m'n visitekaartjes laten zetten. "Wij bidden van Christus' wege, laat u met God verzoenen". Toen ik ze eenmaal had, merkte ik dat ik selectief was in het uitdelen. Tot ik een film zag van een meisje dat vertelde over haar mongoolse zusje. Daar hield ze ontzettend veel van. Toch had ze het lange tijd voor anderen niet willen weten. Dat was voor mij heel ontroerend en beschamend. Vanaf die dag geef ik m'n kaartje aan iedereen. Waarom zou ik me schamen voor m'n Heiland? Belangrijk is dat je als christen-zakenmensen elkaar opwekt om te getuigen. Reflector te zijn, zoals Henk Binnendijk het noemt. Als het kan ga ik twee keer per week naar een gebedsgroep. Daarnaast geef ik leiding aan het comité van CBMC in Barneveld. Elke zaterdagmorgen hebben we van half acht tot half tien bijbelstudie. Dat is echt iets geweldigs. We zoeken naar bijbelgedeelten die een relatie hebben met ons werk. Bijvoorbeeld over het leven van Jakob. Een beetje een slimme zakenman en toch kind van God. Dat herken ik wel ja."

Judas
„Pas zou een van de leden, die goed succes heeft, vertellen wat de Heere in 1995 voor hem heeft betekend. Hij moest zo huilen, dat-ie niks kon uitbrengen. Op 't lest zei-die alleen maar: "Opent uwe mond." Dat is toch grandioos, zoiets. Daar ben ik helemaal vol van. Wij hebben in 1995 door de slechte eierprijs niets verdiend. Dan nog blijven er zo veel zegeningen over. Zegen heeft niet in de eerste plaats met geld te maken. Kijk, verdienen we dit jaar 500.000 gulden, dan zou ik dat heel fijn vinden. Dan heb ik 500.000 gulden meer om rentmeester over te zijn. Maar meer ook niet. Ik neem niks mee aan het eind van m'n leven. Ik heb wel 's gezegd: Als ik op de dag van m'n dood nog een gulden voor mezelf heb, is het meer dan genoeg. Die plaat van het laatste Avondmaal heb ik bewust zo neergezet dat elke bezoeker 'm kan zien. Vaak vraag ik of ze Judas herkennen. Heel vreemd, zelfs veel christenen zien 'm niet. Terwijl het toch niet zo moeilijk is. Judas is de man met die zak geld in z'n handen. Voor wat de Heere Jezus zegt, heeft hij geen belangstelling. Straks verlaat hij de zaal. Dan zijn de Heere Jezus en de discipelen failliet, want hij neemt alles mee en gaat er nog een zootje zwart geld bij halen ook. De Heere Jezus raakt helemaal niet in paniek. Hij gaat over de liefde spreken. Een liefde waar wij niet aan kunnen voldoen, maar die Hij wel van ons vraagt. Zelfopofferende liefde."

Zwart geld
, Judas heef weinig plezier gehad van z'n zwarte geld. Hij heeft het teruggesmeten en is weggevlucht. En z'n einde was verschrikkelijk. Geld dat je oneerlijk hebt verkregen, maakt niet gelukkig. Dat weet ik uit ervaring. Ik had zelfs een eigen vliegtuig, maar vrede had ik niet. Nu probeer ik zo gewoon mogelijk te leven. Ik vlieg nooit meer business-class, tenzij het niet anders kan. En de Heere zorgt zo goed voor me. Pas moest ik naar Amerika en de volgende dag alweer terug. Ik vloog met een Amerikaanse onderneming. Laat er nou een Nederlandse stewardess in dat toestel zijn, die me bleek te kennen. We raakten aan de praat, ik vertelde wat over m'n werk en vroeg of er misschien een extra stoel was, zodat ik wat kon slapen. Even later kwam ze terug. Ze had vijf stoelen voor me, zodat ik languit kon liggen. Dat is nog beter dan firstclass. Zulke dingen maak ik iedere keer weer mee. Als je de Heere probeert te volgen, valt het altijd mee. Zolang je maar dicht bij Hem blijft."

Hinkend
„Een van de grootste verleidingen voor een christenzakenman is hoogmoed. Dan kan God niks met je beginnen. Als je Hem echt mag kennen, zet Hij je wel weer met twee benen op de grond. Niet lang nadat ik de publieksprijs had gewonnen, gebeurde een vreselijk ongeluk. Voor ons Poolse bedrijf hadden we een geweldige bedrijfsleider gevonden, een Hollandse boer die met een Poolse vrouw is getrouwd. Ze hadden net besloten om zich definitief in Polen te vestigen, toen hun zoontje van vijf verdronk. Ze zagen er toen niet meer doorheen om te blijven, en kwamen naar Nederland terug. Het bedrijf was opnieuw onbestuurbaar. Dat heeft me heel klein gemaakt. Ik zag geen oplossing. Tot de Heere er Zelf in voorzag, door een jongen uit Veenendaal naar me toe te sturen die naar Ethiopië wilde. Nu zit hij in Polen, waar hij het zó goed doet, onvoorstelbaar. Ook in m'n persoonlijk leven hebben we veel verdrietige dingen meegemaakt. Soms denk ik: liever geen publiciteit meer of dingen waarmee ik in het voetlicht sta, want er komt altijd wat achteraan. Ook daarin herken ik veel van Jakob. Hij had met God geworsteld en gewonnen. Dan verwacht je dat hij fier bij z'n gezin en z'n personeel aankomt. Hij komt strompelend. Iemand die me na die managersverkiezing niet meer gezien heeft, denkt waarschijnlijk dat ik de succesvolle zakenman ben geworden. Vergeet het maar. Door al die problemen kom ik weer als een simpele Gert van Putten. Hinkend."

Volgende keer: Jan Nieuwenhuis, algemeen directeur van de Nieuwenhuis Groep.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 6 maart 1996

Terdege | 96 Pagina's

G. van Putten:

Bekijk de hele uitgave van woensdag 6 maart 1996

Terdege | 96 Pagina's