Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dai Nippon: land van paradoxen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dai Nippon: land van paradoxen

Een Hollander verkent Japan

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ondanks de groei tot een economische wereldmacht behield Japan z'n ondoorgrondelijke cultuur. De laatste jaren lijkt daarin verandering te komen. Tussen de sushi-bars verrijzen vestigingen van McDonald's. De jeugd verwisselt de hoffelijke buiging voor een westerse handdruk. En de nieuwe generatie "salary men" gaat niet meer per definitie in donkerblauw of stemmig grijs gekleed. Maar wie door dat veranderende decor meent dat de Aziatische natie zich ook innerlijk heeft aangepast, vergist zich. Dai Nippon, het Land van de Rijzende Zon, blijft voor een westerling omgeven met raadsels.

Onafgebroken voeren de roltrappen van Ueno-station nieuwe voorraad aan. Elke dag passeren hier zo'n anderhalf miljoen Japanners. Het is nog maar een vijfde van het totale aantal dat dagelijks gebruik maakt van het metronet onder Tokio. Met onze Europese koffers zijn we een storende factor in het gezelschap. De Japanner leert van jongs af om weinig ruimte te beslaan. Naar het werk voert hij niet meer dan een diplomatentasje mee. Op vakantie een slappe reistas, waarin het hoognodige wordt meegenomen. Op de seconde nauwkeurig komen de metro's aanzoeven. Station na station braken ze honderden reizigers uit, om een zelfde hoeveelheid weer op te slokken. Ingeklemd tussen fragiele heren naderen we tientallen meters onder het aardoppervlak onze bestemming. Driekwart staat tijdens de spits. De tijd wordt doorgebracht met suffen, muziek beluisteren via een walkman, of bladeren in een strip van bedenkelijk allooi. Verkouden reizigers zijn herkenbaar aan een wit kapje voor neus en mond. Het enige geluid dat weerklinkt is het geraas van staal op staal en een popperig stemmetje dat met een eindeloze omhaal van woorden laat weten waarheen de rit voert.

Tokio-tower
Zelfs vanaf de Tokio-tower, het roodwitte duplicaat van de Eiffeltoren, zijn de grenzen van de stad niet zichtbaar. In het centrum met z'n talloze kantoren en regeringsgebouwen overheerst de hoogbouw. Aan het begin van de jaren negentig bracht een vierkante meter grond hier 130.000 gulden op. Ook buiten het centrum blijft de bebouwing benauwend dicht. Het inwonertal van de Nederlandse bevolking is hier samengeperst in één metropool. Met een hoogte van 333 meter is de Tokio-tower dertien meter hoger dan het voorbeeld in Parijs. Het typeert de Japanse mentaliteit. De technologie van het Westen moet op z'n minst geëvenaard, bij voorkeur overtroffen. Voor de ingang van de toren hebben enkele klassen van een middelbare school zich opgesteld, in strak gelid. Gehuld in zwart uniform van massieve stof, ondanks het feit dat het kwik naar de 25 graden neigt. Het zomeruniform wordt pas op 1 juni aangetrokken. Regel is regel in Japan. Geduldig luistert het jeugdige leger naar de informatie die door een gids met megafoon wordt verstrekt. Een medewerkster in blauw tenue houdt een afbeelding van de tower omhoog. Stram als een standbeeld.

Engels
De alternatieve zendmast staat op het grondgebied van Minato City, een stadswijk met een eigen burgemeester en gemeentehuis. De ambtenaren zitten bij tientallen opeengepakt in grote zalen, bureau aan bureau. Met het gezicht naar hun kacho, de chef, die als een schoolmeester het oog houdt op z'n ondergeschikten. Voorin, ietwat afgescheiden van de overigen, zit de bucho: het afdelingshoofd. Net als overal elders in Japan beheerst slechts een enkehng Engels. Zes jaar voortgezet onderwijs is niet toereikend om de Japanner de meest basale kennis van deze wereldtaal bij te brengen. Een mededeUng op papier levert herkenning op, maar zodra de boodschap wordt uitgesproken is een hulpeloos handgebaar doorgaans het enige resultaat. PR-medewerkster Kochi Satoe behoort tot de uitzonderingen. Na het onontkoombare ritueel van buigen, nog eens buigen en het uitwisselen van visitekaartjes overlaadt ze ons met documentatie over de stadswijk. Voornamelijk statistisch van aard. Het aantal mannen en vrouwen in de wijk, huishoudens en vreemdelingen, ingekomen en vertrokken residenten, alles wordt nauwgezet bijgehouden en maandelijks via de Minato Monthly gepubliceerd. Maar op de vraag of een foto kan worden gemaakt van haar afdeling moet mevrouw Satoe het antwoord schuldig blijven. De bevoegdheid om daarover te beslissen berust bij de bucho. Die van het verzoek op de hoogte wordt gesteld door de kacho. Het geeft geen pas om als gewoon werknemer rechtstreeks de bucho te benaderen.

Straatbeeld
De discipline van het Japanse volk stempelt ook het straatbeeld. Automobilisten claxoneren zelden. Voetgangers halen het niet in hun hoofd om een verkeerslicht te negeren. Vandalisme is een onbekend verschijnsel. Overal staan onbeschermde straattelefoons, waarvan de hele dag door gebruik wordt gemaakt. De laatste tijd neemt het gebruik van de zaktelefoon hand over hand toe. Nog meer dan in Europa is dit mobiele communicatiemiddel in Japan een statussymbool. Net als de golfstick. Het spel is slechts voor een enkeling weggelegd. De contributie voor een golfclub bedraagt vele tienduizenden guldens per jaar. Maar door met een stick over straat te gaan, wordt in ieder geval de indruk gewekt dat de eigenaar zich deze luxe kan permitteren. Afvalemmers ontbreken. De Japanner eet zelden op straat. Alleen het nuttigen van een blikje frisdrank of koffie is een geaccepteerd verschijnsel. Door het hele land staan langs de weg automaten, waaruit de voorbijganger voor 110 yen (ƒ 1,75) een keus kan maken. Het assortiment is overweldigend. In totaal zijn 50.000 verschillende soorten blikjes verkrijgbaar.

Milieu
De reinheid van de stad, mede te danken aan het korps van geüniformeerde straatvegers dat dag aan dag door Tokio trekt, wekt respect voor het milieubesef van de Japanner. Ondanks z'n twaalf miljoen inwoners is Tokio een van de schoonste Aziatische steden. De luchtverontreiniging is spectaculair teruggebracht. Het weinige groen wordt met zorg omgeven. Vooral de kersenbloesem. De bloei van deze boom brengt Japan in een vervoering die bijna religieuze vormen aanneemt. Het is een fa^ade waarachter volgens bioloog dr. Masanori Sato, docent aan de Kagoshima-universiteit in Zuid-Japan, een minder fraaie werkelijkheid schuilgaat. „De Japanner is sterk op zichzelf gericht. Binnen zijn eigen omgeving gedraagt hij zich verantwoordelijk, uit eigenbelang. Maar kom niet in de buitengebieden. De stranden zijn ernstig vervuild, in de bergen gooit iedereen zonder bezwaar z'n afval weg en unieke natuurgebieden worden opgeofferd voor de bouw van pretparken. Zolang het z'n eigen leefomgeving niet raakt, laat het milieu de Japanner ten diepste koud. Zoals ook het lot van zwervers en gehandicapten hem onberoerd laat, tenzij ze tot z'n eigen familie behoren."

Heidendom
Het is een van de vele merkwaardige contrasten waar de westerling in Japan voortdurend op stuit. In geen ander land reikt de handel in valuta tot grotere hoogte, maar een doorsnee bankbeambte is niet in staat guldens tegen yens te wisselen. Terwijl de Japanse producten wereldwijd worden afgezet, reageert zelfs het personeel van business-hotels zeer verschrikt als onverwacht Europeanen voor de balie staan. En het volk dat zich voor het overgrote deel uitgeeft als nietreligieus buigt bijna zonder onderscheid voor boeddhabeeld en huisaltaar. Hoe diep het heidendom geworteld is, blijkt bij de Sensoji, de oudste boeddhistische tempel van Tokio. Bezoekers verdringen zich op het tempelplein rond de koro, een reusachtige overkapte wierookbrander, om de vermeende geneeskrachtige rook langs pijnlijke of zieke lichaamsdelen te laten strelen. Anderen scheppen rein water uit een kunstig versierde fontein. Giechelende pubers blikken voor honderd yen in de toekomst, door met een blikken bus te schudden waaruit een staafje valt. Het nummer daarop correspondeert met een laatje uit een kast waarin briefjes met toekomstvoorspellingen liggen opgeslagen. Pakt de boodschap gunstig uit, dan wordt het briefje om de tak van een boom of een namaakboom geknoopt.

Christen
De gemiddelde Japanner doet de rituelen af als onschuldig volksvermaak en de talloze tempels als een soort buurthuizen. Hidekazu Ishii weet beter. Zijn christelijke levensovertuiging heeft hem een eenzame positie binnen zijn familie bezorgd. „Het christelijk geloof wordt als iets van het Westen gezien. Volkomen vreemd aan de Japanse cultuur. In het oog van de meeste Japanners neem je door de overgang naar het christendom niet zozeer een andere religie aan, maar verraad je ten diepste je Japanse identiteit." Bij de bruiloft van zijn zus kwam het tot een climax. Zijn vader verwachtte van hem dat hij zou deelnemen aan de bijbehorende shinto-rituelen, waaronder het buigen als teken van de voorouderverering. „Ik heb gezegd dat dat voor mij onmogelijk is, omdat ik alleen kan buigen voor God. Dan had hij liever dat ik niet kwam. Een persoonlijke God, Die alles geschapen heeft, is voor hem onbestaanbaar. Daarmee zou het fundament van het shintoïsme, in uniform. een hoeksteen van de Japanse cultuur, totaal wegvallen. Binnen m'n familie word ik getolereerd, maar wel als een buitenstaander. Het centrum van m'n leven is voor mij de zondag geworden, de samenkomst met de gemeente."

Warenhuizen
Voor de meeste inwoners van Tokio is de zondag een winkeldag. De elektronicawijk Akihabara en het studentikoze Shibuya trekken vooral jeugdig publiek. Wie er ter kerke gaat, heeft zich te voegen naar het tij van een mensenzee waarvan het einde niet te zien is. Samengepakt tussen hoge winkelpanden met schreeuwerige reclameplaten en metershoge filmschermen voor reclamedoeleinden. Langs het trottoir staan peperdure automobielen, wachtend op een plaats in de verderop gelegen parkeergarage. Vier functionarissen in grijs uniform brengen de mensenstroom tijdelijk tot stilstand als een wagen de garage verlaat, waarna met verschuldigd eerbetoon een nieuwkomer naar de vrijgekomen plaats wordt begeleid. De luxe warenhuizen zijn te vinden in Ginza, een van de bekendste wijken van Tokio. Slanke dametjes, uitgedost als etalagepoppen, verschaffen vanachter een balie op de begane grond alle gewenste informatie. Zij het uitsluitend in eigen taal. Hetzelfde geldt voor de liftmeisjes, die op elke verdieping met fluwelen stem een uiteenzetting geven over het assortiment. Wie geen Japans beheerst moet het hebben van een personeelslid met de button "Speak English".

Pornografie
De eisen die Japanners stellen aan service en kwaliteit zijn in westerse ogen extreem. Het personeelsbestand van de warenhuizen overtreft vele malen dat van gelijksoortige concerns in Europa of Amerika. En de geringste beschadiging aan een product is genoeg om het naar het vuilnisvat te verwijzen. Dezelfde normen worden aangelegd voor voedingswaren. In de talloze buurtwinkeltjes, waarvan een groot deel zeven dagen per week 24 uur open is, wordt een assortiment zonder bluts, buil, vlek of wormsteek aangeboden. Die eis vraagt wel een prijs. Eén fuji-appel, verpakt in foli en een wit netje, kost de hefhebber drie en een halve gulden. Voor een nette sinaasappel wordt twee gulden neergeteld. Alleen op het gebied van de media ontbreekt de kwaliteitseis. In de Family Mart, de metrokiosk, de boekhandel, overal vindt de Japanner rekken vol pulp. Zowel qua uitvoering als inhoud. Achter een veelal zeer acceptabele voorpagina gaat een voorraad porno schuil waar zelfs een Europeaan van bloost. Maar Japanners staan er tot in de metro toe schaamteloos in te bladeren.

Egocentrisme
„Het concept van zonde ontbreekt hier", zegt ds. David Sung Soo Kim, de Koreaanse voorganger van de Shibuya Evangelical Church. „Goed is voor een Japanner dat wat goed is voor de gemeenschap. Ook als anderen erdoor worden geschaad. Je zou het een collectief egocentrisme kunnen noemen. Zo wordt pornografische lectuur gezien als een probaat middel om de Japanse werknemer na een lange dag af te laten kicken van het werk. Dat effect rechtvaardigt voor de overheid de omvangrijke seksindustrie. Die wordt zelfs gestimuleerd. Het persoonlijk onderscheiden van goed en kwaad is een kenmerk van het christendom. In Japan is de norm van de samenleving maatgevend." Hidekazu Ishii verklaart die mentaliteit vooral uit de Japanse historie. „Eeuwenlang hebben we heersers gehad die elke invloed van buitenaf weerden en op dictatoriale wijze hun macht uitoefenden. Dat heeft ons gestempeld. We hebben geleerd onze diepste gedachten niet prijs te geven, altijd op onze hoede te zijn en ons te laten leiden door het gedrag van de groep. Een bekend Japans spreekwoord luidt: De spijker die uitsteekt wordt neergeslagen. In dat groepsgedrag ligt onze kracht en onze zwakte. Het stelt in staat grote dingen te verrichten in het goede en het kwade. Het laatste zag je tijdens de oorlog. Het eerste na de oorlog, in de opbouw van onze economie."

Karaoke-bar
Het is al schemerdonker als de kantoren in Tokio leegstromen en het gros van de "sararimen", de verzamelnaam voor het wat hogere kantoorpersoneel, op weg gaat naar een van de duizenden restaurantjes. Zowel boven- als ondergronds. De gerechten zijn er in plastic nagebootst en voorzien van een prijskaartje, zodat een vreemdeling met de vinger z'n bestelling kan opgeven. In de kleine, rokerige eethuisjes ondergaat de Japanner een ware metamorfose. De flegmatische, introverte werknemer van overdag verandert onder de maaltijd in een druk redenerende en gesticulerende Aziaat. Die naarmate het bierglas leger wordt steeds frequenter een bulderende lach laat horen. Na de maaltijd wacht voor velen de karaoke-bar, waar bezoekers om de beurt achter een microfoon een smartlap aanheffen. Begeleid door computermuziek. De karaoke-bar is nog een oase van rust in vergelijking met de hel verlichte pachinkohallen. Tallozen in de Japanse samenleving zijn verslaafd aan het geestdodende spel, waarbij een eindeloze stroom metalen kogeltjes door een nerveus flitsende flipperkast wordt gejaagd. In lange batterijen staan de kasten tegenover elkaar. Het gekletter van de kogeltjes mengt zich met daverende muziek, die het spreken onmogelijk maakt.

Relaties
De rit naar huis in metro of trein biedt het opgezweepte en aangeschoten volk de tijd om weer enigszins tot zichzelf te komen. De doorsnee inwoner van Tokio woont anderhalfuur reizen van het werk. In een simpel driekamerappartement, waarvoor hij een torenhoge huur betaalt. Daar eindigt rond middernacht de werkdag van miljoenen Japanse echtgenoten. Huisvaders van twee kinderen. Ook dat is regel. Voor meer kinderen ontbreken de ruimte en het geld. Voor de Amerikaan Peter Morrill zijn de avonden in Tokio een bezoeking. Als vertegenwoordiger van Paramedic Company, een Japanse producent van medische apparatuur, wordt van hem verwacht dat hij zijn klanten vergezelt. „Je ontkomt daar bijna niet aan. Hier kun je alleen zaken doen wanneer je een persoonlijke relatie met mensen hebt. Een westerling denkt in geld, een Japanner in relaties. Daarin moet je heel veel tijd investeren. In de kring waarin ik zaken doe is het gebruikelijk om na de maaltijd gezamenlijk een stripclub of een hostess-party te bezoeken. Dat gaat voor mij over een grens. Als ik dat aangeef, weten ze niet goed hun houding te bepalen. Op zo'n moment ben je echt de gaijin, de vreemdeling met z'n uitzonderlijke opvattingen. Omdat je uit het buitenland komt, wordt die inbreuk op de groepscode geaccepteerd. Naarmate je langer in de Japanse samenleving meedraait, wordt die speelruimte steeds kleiner."

Buitenkant
Toch lijkt vooral onder de jonge generatie de invloed van het Westen toe te nemen. Om langer te lijken dragen de meisjes schoenen met extreem hoge hakken of dikke zolen. De sushi-bars, met hun kunstzinnig bereide "bonbons" van rijst en vis, verliezen terrein aan vestigingen van McDonald's, die in het hele land verrijzen. En de computerdeuntjes in liften, metro's en treinstations klinken soms verrassend bekend in de oren. Zo wordt de treinreiziger bij aankomst in Kurashiki getrakteerd op de melodie van "Op een grote paddestoel". Ook in het kledingpalet neemt de variatie toe. De eerste sararimen hebben hun effen overhemd vervangen door een gestreept exemplaan Bij de studenten zijn jeans favoriet. Een enkele recalcitrant loopt al in een gescheurd exemplaar. In het centrum van de Zuid-Japanse elite-stad Fukuoka worden we zowaar geconfronteerd met een heuse punker. Maar als we hem aanspreken begint hij zenuwachtig te lachen en maakt hij van schrik een lichte buiging. Het symboliseert voor Peter Morrill de amerikanisering van Japan. „Het is vooral een zaak van de buitenkant."

Hulp
Wat verloren staan we na ruim zes uur treinen op het centraal station van Tokio. Op een traject van krap twaalfhonderd kilometer heeft de Shinkansen geen minuut verspeeld. Voor de Japanners is het vanzelfsprekend dat de supersnelle trein arriveerde om 4 uur 14, zoals het reserveringsbiljet aangaf, en niet om 4 uur 15. Vanuit de stationshal leidt een doolhof aan metrogangen naar alle windstreken. Hulpeloos blikken we in het rond. „Can I help you?" informeert een stemmig geklede heer op hetzelfde moment. Daarmee heeft hij ook bijna al zijn Engelse kruit verschoten. Maar als we de naam van het metro-station nabij ons hotel noemen, knikt hij herkennend. Opgelucht volgen we de anonieme gids, die ons zwijgend door de mensenmassa loodst en onderweg twee kaartjes koopt. Van betaling wil hij niet horen. Pas bij het perron waar we moeten zijn, herkrijgt hij zijn spraak. Op een plattegrond van het metronet wijst hij drie keer aan welke lijnen we moeten hebben. Om vervolgens te wachten tot de metro arriveert. Ter voorkoming van misverstanden. Pas als we binnen staan is hij gerustgesteld en neemt hij met een buiging afscheid. Dan lost hij op in de grijze stroom die z'n weg zoekt door ondergronds Tokio.

Volgende keer: Leven op een tikkende tijdbom.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 juni 1996

Terdege | 76 Pagina's

Dai Nippon: land van paradoxen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 juni 1996

Terdege | 76 Pagina's