Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Leen van Wijk uit Nederhemert rijdt 40 jaar taxi en 25 jaar RD

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leen van Wijk uit Nederhemert rijdt 40 jaar taxi en 25 jaar RD

8 minuten leestijd

Al bijna 25 jaar lang is Leen van Wijk een van de vele (onder)expediteurs van het Reformatorisch Dagblad. En in september was het 40 jaar geleden dat hij in Nederhemert met een taxibedrijf van start ging.

„Je moet in Nederhemert vragen naar Leentje van Wijk uit de Molenstraat. Dan weten ze precies wie je bedoelt." Met die boodschap stuurde RD-expediteur Arie Duyster me op pad naar Nederhemert. Het kwam precies uit. „Ik ben maar klein", zegt Van Wijk. „Vandaar dat ze altijd Leentje tegen me zeggen." „Ja, het RD is een stuk van mijn leven geworden. Binnenkort is het 25 jaar geleden dat Duyster en ik voor het RD zijn gaan rijden. Later kwam daar Terdege bij. Duyster kwam destijds de deur uit bij directeur Bokma en ik ging erin. We wisten van elkaar niet dat we voor hetzelfde naar Apeldoorn waren afgereisd. Anders hadden we wel met één auto kunnen gaan."

7800 keer
Nog enkele maanden en dan heeft Van Wijk een kleine 7800 keer de krant gereden. Ondanks de zeventig jaren die hij telt, rijdt hij dagelijks om 3 uur 's middags naar Meteren, waar expediteur Duyster de portie voor Van Wijk uitlaadt. „Duyster haalde eerst de kranten in Apeldoorn en later in Barneveld. Vanuit Meteren breng ik de krant naar 24 dorpen in de Tielerwaard, de Bommelerwaard en hier aan de andere kant van het water, Veen en Wijk en Aalburg. Eerst deed ik dat alleen. Nu helpt ook mijn zoon mee. Maar nog altijd zijn we er dagelijks dik twee en een halfuur mee doende. Zaterdags moeten we om kwart over vier het bed uit. Maar als we dan terugkomen van de rit duiken we nog een poosje terug in bed."
De expediteur is bekend om zijn rijmpjes, ook in het RD. Bij de jaarwisseling dichtte hij ooit: "De benzine wordt peperduur. Dus mensen, rijdt netjes en secuur. Maar benzine waar u zuinig op rijdt. Is Chevron-super, een prima kwaliteit. Of bel voor een taxi, dan bent u gesteld. Want een eigen auto kost ook veel geld. Ons adres staat elk jaar in het RD. We hopen u altijd te stellen weltevree. Wij wensen u allen met elkaar. Een gezegend nieuwjaar". Firma L. van Wijk en Zn., Nederhemert.

Het begin
In zijn jonge jaren was Van Wijk bakkersknecht. „Vader was fabrieksarbeider op de steenfabriek hier langs de dijk in Nederhemert. Het was thuis geen vetpot. Overdag ging ik met een broodkar langs de deur en 's avonds reed ik taxi", lacht hij. „Een rare combinatie", zegt zijn vrouw, „maar 't is echt gebeurd." Regelmatig vertoont Van Wijk nog zijn bakkerskunst. De cake bij de koffie waarop mevrouw Van Wijk mij trakteert is door hem gemaakt. Ze smaakt voortreffelijk! „Ik kan nog geen schilderij recht hangen", zegt Van Wijk met de nodige humor. „Nee", kreunt zijn vrouw, „een kastdeurtje kan hij nog niet dichtdoen. Hij Iaat ze daarom altijd open staan. Maar in de keuken kan hij best uit de voeten", prijst ze. In de oorlog reed Van Wijk taxi met een rijtuig en een paardje ervoor. „Als je dan om 8 uur 's morgens bij de trein in Zaltbommel moest zijn, betekende dat wel dat je om 5 uur op moest staan om eerst het paard te voeren."
Op 1 september 1956 begon Van Wijk aan het Sterrebos officieel als taxibedrijf „Mijn eerste taxi was een Morris Oxford en mijn eerste patiënt een vrouwtje in klederdracht met een plooimuts op. Zoiets vergeet je nooit meer. Ik reed van Nederhemert naar het ziekenhuis in Den Bosch en weer terug voor drie en een halve gulden. Dan bleef ik daar nog een uur wachten ook. Na de Morris Oxford kreeg ik twee Chevrolets, een van 1952 en een van 1954. Muisgrijs waren die auto's. Heel deftig."

Op schrift
De bejaarde taxibaas heeft zijn herinneringen voor een groot deel op schrift gesteld. „ledere keer als me iets te binnen schoot, ben ik er even voor gaan zitten", zegt hij.
„Op een winteravond moest ik met mensen naar het ziekenhuis in Meppel. Dat was toen heel wat. Over de Zuiderzeestraatweg was dat een hele afstand. Maar voordat ik weg wilde rijden ontdekte ik dat de sok van de radiateur lek was. Die moest dus eerst gemaakt worden. Het vroor en het was nog glad ook. Gelukkig had ik hulp, want maken kan ik niets. Wel weet ik altijd wat eraan mankeert. Om half elf's avonds gingen we op stap. Om kwart over een 's nachts waren we in Meppel. We hoefden niet lang te wachten, want de mensen bleven in het ziekenhuis daar. Dus we konden samen weer gauw terug. Taxi van Wijk verhuurde ook auto's en maakte dagtochtjes met busjes naar de Veluwe en Zeeland.
In 1964 verkaste het bedrijf van Sterrebos naar de Molenstraat. Daar bouwde Van Wijk een nieuw huis, met een benzinepomp erbij. Mevrouw Van Wijk stond er 28 jaar lang aan de pomp. Inmiddels wonen de zoon en schoondochter met de kinderen in het huis. Opa en oma wonen nu achter. Tijdens de vakantie valt oma nog wel in bij de pomp. De firma rijdt nu drie taxi's en een busje.

Lief en leed
Van Wijk heeft er geen enkele moeite mee uit zijn geheugen allerlei voorvallen op te diepen. Hij weet nog exact dat hij in 1970 zijn eerste Mercedes kocht voor 18.400 gulden. „Eens vroeg een man of ik zijn moeder weg wilde brengen met de grootste wagen die ik had. Moeder was reumatisch en had veel moeite met in- en uitstappen. De andere morgen stond ik met de grootste Chevrolet die er bestond voor de deur en heb ik moeder netjes naar haar dochter gebracht, 's Avonds werd ze met een Fiatje 600 door haar zoon thuisgebracht. Weet je wel, zo'n heel klein autootje. Je moest je eerst opvouwen voor je erin kon. Kennelijk ging dat ook."
Met de Opel Kaptein ben ik ooit 's morgens om negen uur in de sneeuwstorm van de dijk gereden. Via het dak kon ik eruitklimmen. Om elf uur stond de auto weer op de dijk. 's Middags moest ik met dominee Veldjesgraaf naar Den Bosch. Het was toen spiegelglad en er reed geen enkele bus. Ik reed wel."
Het bordje "veevervoer" ontbrak alleen nog toen Van Wijk een kalf in de kofferbak vervoerde. „Anders wisten ze dat dier vanuit Leerbroek niet hier te krijgen", schatert hij. „En wat te denken van die dronken man die niet wilde betalen! Ik zei tegen hem: „Als je niet betaalt, dan rammel ik je over de straat." Prompt betaalde hij en ik kreeg nog 5 gulden fooi ook." In die veertig jaar heeft Van Wijk veel lief en leed meegemaakt. „Zieken gereden naar ziekenhuizen in Den Bosch, Utrecht en Tilburg, de nodige begrafenissen en trouwrijden. Het hoort allemaal bij het bedrijf Ik reed met een vrouw met een miskraam in 10 minuten naar het ziekenhuis in Den Bosch en negeerde alle verkeerslichten."
„Er waren ook wonderlijke dingen. Ik moest een overleden kindje van slechts enkele dagen vanuit het ziekenhuis naar huis brengen. De oma ervan mocht toen zo rijk getuigen dat het een Koningskind was. Daarbij werd ik gewaar dat ik geen cent voor de taxirit mocht aannemen."

Leiding
„In de tijd dat er bijna geen auto's waren gingen veel mensen buurten. Dan moest ik ze om ongeveer 7 uur 's avonds wegbrengen en later weer halen. Op een keer mistte het zo erg, dat ik de laatste pas om 2 uur 's nachts weer thuis had.
Een vakantietoertje was ook altijd leuk. We zouden een keer in een restaurant eten in Wassenaar. Maar er was iemand bij ons die de galgen over zijn overhemd droeg. Toen kwam de ober naar ons toe om te zeggen dat we niet gewenst waren. We zijn toen allemaal maar opgestapt. Ergens anders, waar de slasaus na het eten nog op tafel stond, zei een van de deelnemers tegen een oud vrouwtje: „Opoe, neem nog een beetje yoghurt." Ze pakte de fles en goot nog een keer haar schaaltje vol. Al lepelend zei ze: „Wat is de yoghurt hier zuur."
Van Wijk heeft ook moeilijke tijden gekend. „In 1972 reed ik met hardhorende en spraakgebrekkige kinderen naar Rotsoord in Utrecht. Op een gegeven moment mocht ik dat niet meer, want de busondernemingen kregen voorrang voor dat vervoer. Ik was toen zogenaamd in overtreding. Ook collega's zaten me daarmee dwars. Ik ben toen in beroep gegaan bij de Kroon en heb het proces gewonnen. Ik kreeg toestemming om deze kinderen te blijven rijden." Van Wijk erkent dat als een stukje leiding van de Heere God in zijn leven. Als hij daarover vertelt, wordt hij zo mogelijk nog kleiner en wordt hij overmand door emoties.
„Ongeveer tien jaar geleden kwam ik in botsing met iemand die plotseling de voorrangsweg overstak. Ik was onderweg met iemand naar Ammerzoden. We zijn toen wonderlijk bewaard. Wanneer mijn vrouw en ik nu om ons heen kijken en we zien onze vier kinderen en 19 kleinkinderen, dan mogen we zeggen dat we rijkelijk gezegend zijn geworden. Tien jaar geleden heb ik in het ziekenhuis gelegen voor hoge bloeddruk. Ik was toen ver heen. Toen ik bijkwam, viel mijn oog op het dagboekje dat lag opengeslagen bij de tekst „Ik zal raad geven, Mijn oog zal op u zijn". Dat gaf me heel veel kracht. Gelukkig mocht ik weer beteren."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 oktober 1996

Terdege | 88 Pagina's

Leen van Wijk uit Nederhemert rijdt 40 jaar taxi en 25 jaar RD

Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 oktober 1996

Terdege | 88 Pagina's