De 4000 olifanten van prins Bernhard
Prins Bernhard: "Ik ben gek op olifanten, ze hebben iets mystieks"
Prins Bernhard heeft de olifant zeer bewust gekozen tot verzamelobject. „Ik ben gek op olifanten, ze hebben iets mystieks", zegt hij. In 1961 begon hij met zijn liefhebberij en de royale collectie in Paleis Soestdijk groeit nog steeds. Ook de vorstelijke verzameling dassen met olifantenprint is beroemd. De Internationale Dassenclub zou de Prins graag voor het beschermheerschap interesseren.
Prins Bernhard bezit een enorme collectie olifanten in diverse maten en uitvoeringen. Zijn verzameling bestaat uit ruim 4000 exemplaren. De officiële werkkamer van de Prins op Paleis Soestdijk heeft veel weg van een particulier museum. We tellen de tientallen olifantjes die de Prins der Nederlanden ten geschenke kreeg voor zijn verzameling. Dan zijn er de foto's van ontmoetingen met de groten der aarde. Zijn vele onderscheidingen en niet te vergeten de kiekjes en souvenirs van dierbare familiegebeurtenissen. Maar olifanten spelen een dominante rol. De grotere stukken staan her en der verspreid in de werkkamer van de Prins. Op zijn bureau, een tafeltje en in kasten staan nog eens een paar honderd kleinere exemplaren. De collectie miniatuurolifantjes wordt door haar koninklijke verzamelaar in een passende omgeving tentoongesteld: de speciaal vervaardigde glazen vitrinekast. Behalve over zijn werkkamer beschikt de Prins over 'een kantoortje', waar een tafel staat. Ook hier ontbreken olifantjes in allerlei vormen en maten niet. De rest van de collectie is in een speciale expositieruimte ondergebracht. Een absolute ereplaats is weggelegd voor het olifantje dat zijn dochter Beatrix als 10-jarig meisje voor haar vader boetseerde. Het is een gipsmodel voor terracotta.
Geschenken
De Prins begon serieus met zijn liefhebberij in 1961. In dat jaar stond hij samen met Sir Peter Scott en prins Philip van Engeland aan het begin van het Internationale Wereld Natuur Fonds. Als voorzitter van het WNF reisde prins Bernhard jarenlang kriskras over de aardbol om wereldwijd de aandacht te vragen voor bedreigde natuurprojecten. In veel landen waar hij kwam, kreeg de Prins een beeldje van een dier cadeau. Toen het bekender werd dat prins Bernhard olifantjes spaarde, was het dier voor zijn gastheren een welkom geschenk. Er zijn dierfiguren bij van goud, zilver, kostbare houtsoorten en glas. Verschillende exemplaren zijn zelfs bezet met parels en edelstenen. Tijdens zijn talrijke reizen heeft prins Bernhard vaak olifanten gefilmd en gefotografeerd. Het afschuwelijkste dat de 87-jarige natuurbeschermer ooit zag? „Ik heb een keer een babyolifant naast een dode moeder gezien die was vermoord, gestroopt, de tanden eruit gehaald." Is het een wonder dat prins Bernhard zich voor de bouw van zijn vakantiebungalow in Italië eveneens liet inspireren door zijn lievelingsdier, de olifant? Hij bedacht de naam voor het huis in Porto Ercole: L'elefante Felice (de gelukkige olifant) dat hij in 1959 liet bouwen. Ook het reliëf tegen de gevel is een ontwerp van de Prins. Waarom oefent de olifant zo'n aantrekkingskracht uit op de Prins? „Ik ben gek op olifanten, ze hebben iets mystieks", zegt prins Bernhard over zijn speciale voorliefde voor het grootste landzoogdier. De Afrikaanse olifant wint het qua grootte van de Indische olifant. Zwaargewichten van 7000 kilo zijn geen uitzondering.
Armband voor Pieter
Wat de collectie olifantjes van prins Bernhard betreft: die groeit nog steeds. Bij elke speciale gelegenheid krijgt hij er eentje bij. Toch heeft het maar weinig gescheeld of de prinselijke collectie had aanzienlijk minder exemplaren geteld. Wat was het geval? Vriend en secretaris Willem RoU was zo alert geweest om na de capitulatie van 1940 meteen de vele persoonlijke eigendommen van het Kroonprinselijk Paar voor de Duitse bezetters in veiligheid te brengen bij mensen in de buurt. Zo kon het gebeuren dat prins Bernhard na de bevrijding in 1945 vele voorwerpen, waaraan hij was verknocht, heeft teruggevonden in zijn 'heerlijk huis' Paleis Soestdijk. En als het aan de Prins ligt, blijft de collectie olifanten tot zijn overlijden op de hem zo vertrouwde omgeving in Baarn. Zo enthousiast is prins Bernhard over zijn verzameling, dat hij anderen wil delen in zijn passie. Zijn schoonzoons heeft hij bijvoorbeeld een armband met een olifantstandje als geluksteken gegeven. Voor zover bekend draagt alleen mr. Pieter van Vollenhoven, echtgenoot van prinses Margriet, het sieraad. De olifant als sieraad? Volgens hofleverancier, juwelier en ontwerper P. 't Mannetje in Den Haag is het zelfs een van de beter verkochte dieren. „Vaak wordt het olifantje gekozen als sleutelhanger", zegt hij. Vormgeving en materiaalkeuze spelen een belangrijke rol. Vooral armbanden van olifantenhaar zijn een geliefd cadeauartikel. De armband is vervaardigd van een speciale vlecht en in combinatie met 18-karaatsgoud en zilver opvallend eigentijds. Zeer vooraanstaande personen, zowel mannen als vrouwen, kiezen zo'n attribuut, weet kenner 't Mannetje uit ervaring. Wist u trouwens dat onze ondernemende voorouders de olifant als reclame voor hun bedrijf kozen? In de zeventiende en achttiende eeuw was de olifant een favoriete geveldecoratie of gevelsteen voor herbergiers, bierbrouwers en bakkers.
Dassenclub
Meer in het oog lopend dan de armband of gevelsteen is de das. Dat de olifant met opgeheven slurf wel als geluksteken bij uitstek wordt gezien, bevestigen eigenaars van herenmodezaken. Veel mannen kiezen een stropdas met een dierfiguurtje. Wel heeft de olifantenprint zijn eerste plaats inmiddels moeten afstaan aan de dolfijn. Het WNF heeft de das met het olifantje desgevraagd wel verkocht, maar uit de collectie genomen. Het summum is natuurlijk een door prins Bernhard gesigneerde das met een olifantje. In 1985 verraste prins Bernhard degenen die regelmatig met hem in het vliegtuig stapten met een speciale das met het dier. Prinses Juliana ontving bij die gelegenheid een sjaal, bedrukt met een gouden olifantje. Had zij haar man niet vele malen vergezeld tijdens de reizen die hij als vlieger naar verre oorden aflegde? Prins Bernhard draagt uiteraard zelf ook dikwijls een das met de afbeelding van het dier. De Prins beschikt over diverse mooie zijden dassen. Dat doet vooral de dassenclub groot genoegen. De verzamelaars van dassen hebben zich in 1985 verenigd in de Dutch Association of International Tie Collectors (DAITC), waarvan de heer H.J. Wessels voorzitter is. De club telt intussen 250 leden in drie landen: Nederland, België en Curaijao, met de meesten, hoe kan het ook eigenlijk anders, in Nederland. Elk jaar betalen zij ƒ 27,50 aan contributie. Daarvoor krijgen de leden vier keer per jaar het clubblad: Tie magazine. Bovendien hebben de leden het exclusieve recht twee keer per jaar deel te nemen aan een ruildag, waarbij een klein deel is gereserveerd voor een formaliteit: de verenigingsvergadering. De grootste verzameling behoort aan een Belgisch lid: 10.000 exemplaren. De heer Wessels bezit zelf 2479 bijzondere dassen, hij heeft ze onlangs nog geteld. Er bestaat een ongeschreven code dat de leden geen dassen kopen, maar uitsluitend krijgen en/of ruilen. Commerciële dassen ofwel dassen die je in de winkel koopt, zijn dus uitgesloten. Tenzij de opbrengst is bestemd voor een goed doel.
Band met de Prins
Erelid Thomas Hendriksen bezit de op een na langste das ter wereld, 2 meter en 31 centimeter. Aan de heer Hendriksen heeft de club overigens haar bestaan te danken. Heeft de club ook contact met prins Bernhard? Wessels: „We hebben wel meermalen overwogen prins Bernhard te vragen beschermheer van onze club te worden, maar we zijn zó klein." Toch heeft de voorzitter via zijn familierelatie een band met de Prins. Wessels vader was beroepsofficier in dienst van prins Bernhard toen deze bevelhebber van de Nederlandse strijdkrachten was. De stafofficieren hadden voor hun burgerklofje een stropdas gekregen met het wapen van prins Bernhard. „Ik heb die das nu", zegt Wessels trots. Draagt hij de das ook? „Nee", klinkt het resoluut, „want het is een ongeschreven code dassen van exclusieve clubs of regimenten die je hebt gekregen niet te dragen. Toch veranderen ook voor verzamelaars de tijden. Dat blijkt vooral in Engeland. Britten hebben naar het schijnt het patent op stijlvolle accessoires. De keuze in dassen is tenminste enorm. Voorzitter Wessels steekt om die reden regelmatig Het Kanaal over om zijn hart op te halen. Prins Bernhard laat zich regelmatig mooie kostuums in Engeland aanmeten. Met zijn gevoel voor esthetiek is het ondenkbaar dat hij de terugreis zou aanvaarden zonder bijpassende dassen in zijn koffer. Juist: mét olifanten print.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 november 1998
Terdege | 88 Pagina's