Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Opziener in afhankelijkheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Opziener in afhankelijkheid

Ouderling Van den Doel (90) „Bij tijden en ogenblikken mag ik geloven dat ik een goed Thuiskomen zal hebben

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Negentig jaar is hij geworden, de oude ouderling Van den Doel uit Nieuwe Tonge. Meer dan veertig jaar dient hij als opziener in de Gereformeerde gemeente van Nieuwe Tonge. „Als je terugziet, is alles te kort. We blijven eerzoekers. Maar als je verwaardigd wordt eens ouderlingaf te worden, krijgt God de eer.

Leendert van den Doel werd op 11 maart 1909 in Battenoord geboren en verhuisde als kind naar het naburige Nieuwe Tonge. Hij verdiende van zijn 12e tot zijn 68e de kost in de land en tuinbouw.
Zijn ouders behoorden tot de Nederlandse Hervormde Kerk. „We hadden een predikant waar nogal wat op aan te merken was. Toen ik 17 jaar was, ging ik dan ook helemaal niet meer naar de kerk. Dat heeft zes jaar geduurd. En dan het wonder dat ik de consciëntie steeds op de mond sloeg, maar dat die toch niet zweeg.
Op mijn 23e is God me te sterk geworden. Dat wonder kan ik nóg niet klein krijgen. In augustus 1932 waren we tarwe aan het oogsten. Ik gooide die naar een andere knecht, de latere ds. L. Gebraad. Hij vroeg: „Leen, waar ben je gisteren geweest? Ik zei: „Lood, ik werk zes dagen; de zondag is voor mij. Hij antwoordde: „Leen, dat zal toch zo verkeerd uitkomen, jongen. Ik zei: „Heb maar niks geen bezwaar. Het komt wel goed.
Die avond zou ik naar bed gaan, maar het was alsof ze van binnen zeiden: Als je boven komt, is het eeuwigheid. Ik dorst niet naar boven, maar beneden blijven kon ook niet, want dan zouden mijn ouders vragen wat er was. Ik ging naar boven, maar ben die nacht niet op bed geweest. Toen ben ik zondaar voor God geworden. Dan wordt een mens helwaardig.
Daarna dacht ik dat ik een bekeerde jongen was, maar de Heere ontdekte me steeds meer aan mijn zondaarsbestaan. Hij stelde me voor de spiegel van Zijn heilige wet. Ik las de Bijbel, maar toen ging de Bijbel míj lezen en alles getuigde tegen me. Ik was een vloeker geweest. Als je dat later terugkrijgt, kun je van jezelf niets worden, en dat is een groot voorrecht. Mijn portret staat in Handelingen 9: Paulus was blazende dreiging en moord, maar toen werd hij neergeveld. Je wilt je leven reformeren, maar daar komt niets van terecht. „Zo Gij in het recht wilt treden, ach, wie zal dan bestaan? Onze ongerechtigheden! Maar dan het wonder: „Maar neen, daar is vergeving. Dan is er kinderlijke vreze, al komt er vaak zoveel slaafse vrees bij.
Na de verandering in mijn leven ging ik in de Gereformeerde gemeente van Dirksland kerken. Pas tijdens de evacuatie in 1953 ben ik voor het eerst aan het avondmaal gegaan, bij ds. A. Vergunst in Zeist. Het was toen met kracht in mijn ziel: Ben Ik het dan niet waard geëerd, gediend en gevreesd te worden?

Evacué
In 1935 was Van den Doel getrouwd. Net als zijn ouders kregen zijn vrouw en hij twee zoons en twee dochters. „Het eerste kind kwam pas toen we zeven jaar getrouwd waren. De mensen zeiden al: „Je knoeit, maar dat kind was echt afgebedeld van de hemel.
Tweemaal moest het gezin van het eiland af. Op 29 februari 1944 werden ze geëvacueerd, omdat de Duitsers Flakkee onder water zetten. Tot augustus 1945 zaten ze in het Groningse Baflo. Van den Doel werkte er in twee fruitteeltbedrijven.
Bij de ramp van 1953 werd hij s morgens wakker doordat er buiten geschreeuw klonk. „Mijn jongste zoon wilde weg, maar dat ging niet meer. Ik kon hem nog net vastgrijpen, anders was hij verdronken. We zijn naar boven gevlucht en daar ben ik met mn gezin op de knieën gegaan. De Heere gaf rust; ik mocht het overgeven, al zagen we de dood voor ogen.
In de andere helft van de tweeondereenkapwoning vielen de voor en zijgevel eruit, dus de buren kwamen via de dakkapel naar ons toe. Dat ging heel moeilijk. „Laat me maar los, zei de buurvrouw. Dan zou ze echter verdronken zijn, dus ik zei: „Nee, niet loslaten! Ze haalde het gelukkig.
Bij Van den Doel kwam het water tot aan de bovenste traptrede, terwijl de voorkant van het huis zwaar beschadigd was. Na anderhalve dag zijn ze bij eb naar een hoger gelegen deel van het dorp gewaad, waarbij het water tot aan hun borst stond. Ze kwamen veilig aan. In Nieuwe Tonge waren 84 mensen omgekomen. Ook zeventien familieleden van Van den Doel vonden de dood in de golven, onder wie zijn schoonouders in het zwaar getroffen Oude Tonge.
Van 4 februari tot 11 november verbleef het gezin in Driebergen, op Den Heuvel, de boerderij waar Wulfert Floor vroeger preekte. Van den Doel nam zelf vanaf maart deel aan de herstelwerkzaamheden op Flakkee. s Nachts sliep hij bij familieleden in Dirksland en de zondagen was hij bij zijn gezin. „Tijdens het werk vonden we het lichaam van een meisje dat ik goed kende. We kregen het advies om te roken en een borrel te drinken, dan konden we het beter volhouden. Ik heb echter nooit gerookt of sterke drank gebruikt en het is arm als je je daarmee overeind moet houden. Ik heb gelukkig dikwijls mogen ondervinden dat Israëls God krachten geeft aan een ontkrachte in zichzelf.

Ouderling
Twee van zijn zussen emigreerden in 1953 naar het Canadese Chilliwack en zelf wilde hij ook gaan, maar zijn vrouw wilde niet mee. Van den Doel bleef in Nederland. En daar wachtte nog een taak. Eind 1955 stond hij in Dirksland driemaal op het tweetal voor ouderling, maar eerst werden twee anderen gekozen. Zij bedankten. Toen de tweede zei dat hij het niet deed en ook geen bedenktijd wilde, zei ds. H. van Gilst: „Dus u weet nu al dat de Heere uw hart niet zal overbuigen? Dat sloeg bij mij in. De kerkenraad stelde een nieuw tweetal. Zo werd ik tijdens dezelfde vergadering alsnog gekozen en ik heb het direct mogen aannemen, met de wens dat ik nog als slijk in de heilige Godsvingeren gebruikt zou worden. Wat bleek? Ds. Van Gilst had bij het opstellen van het laatste tweetal tegen de kerkenraad gezegd: „Van den Doel wordt ouderling. Dat heeft de Heere me bekendgemaakt. Maar zelf wist ik het gelukkig niet.
Op 1 januari 1956 werd hij bevestigd. „In Nieuwe Tonge was nog geen kerk, maar ik heb er vanaf 1956 wel gecatechiseerd. Eerst woonde ik twee maanden de catechisaties van ouderling N.H. Beversluis bij. Die zei tegen ds. Van Gilst: „We gooien hem in het water. Hij stopte ermee, dus toen moest ik het wel overnemen.

Nieuwe gemeente
Niet alleen s zondags, maar ook voor kerkenraadsvergaderingen en huisbezoeken fietste Van den Doel naar Dirksland, zeven kilometer heen, zeven kilometer terug. Ook de andere gezinnen in Nieuwe Tonge die tot de Gereformeerde Gemeenten behoorden, moesten s zondags naar Dirksland of Middelharnis. Daarom werd in 1958 in Nieuwe Tonge een afdeling van Dirksland gesticht. „Van den Doel moest er maar lezen, want die woonde er toch. Maar ik wilde dat niet elke zondag doen. De Heere heeft me ervoor moeten inwinnen.
Twee jaar las ik tweemaal per zondag een preek. Na wat vergeefse pogingen om onderdak te vinden, bood de burgerlijke gemeente ons de oude hulpschool aan. Die hebben we verbouwd. De schilder had kilos stopverf nodig om de oude kerkbanken die we gekocht hadden, gelijk te maken.
P. van Moort was diaken geworden. Op de brommer, hij bij mij achterop, gingen we naar de kerkenraadsvergaderingen in Dirksland. Op een keer, in dichte mist, reden we opeens naar beneden. Ik zei: „Dat gaat niet goed. We bleken de dijk afgereden te zijn, gelukkig via een afrit.
Bij de instituering werd Van Moort ouderling, maar na zijn ambtstijd heeft Van den Doel weer drieëneenhalf jaar alleen moeten lezen omdat hij de enige ouderling was. Nu zijn er drie.

Kerkbouw
In 1991 verhuisde het echtpaar naar een bejaardenwoning. Mevrouw Van den Doel overleed op 1 februari 1997, zes dagen na haar 89e verjaardag. Ze waren bijna 62 jaar getrouwd geweest. „De Heere heeft zachtjes gehandeld, want drie weken van tevoren had Hij me bekendgemaakt dat ik haar kwijt zou raken. Het leek echter goed met haar te gaan, dus het werd wel even bestreden. Maar de Heere is een Waarmaker van Zijn Woord. Ze is overleden. Ik zei tegen de consulent, ds. C. Hogchem: „De Heere heeft eerst mijn schouders gemeten en Hij zorgt dat het kruis niet te zwaar is.
In 1993 werd een nieuwe kerk gebouwd. „Die kostte meer dan een miljoen, terwijl we voor het oude gebouw 55.000 gulden kregen, dus het was een hele onderneming voor onze kleine gemeente. Ds. Hogchem vroeg wat ik ervan dacht. Ik kon zeggen: „Dominee, ik mag geloven dat God van de hemel het ons zal doen gelukken. Toen zijn we als kerkenraad en architect voor onze stoelen op de knieën gegaan en hebben we Gods zegen afgesmeekt. Op 9 juni sloeg ds. Hogchem de eerste paal, op 11 september metselde Van den Doel de eerste steen in en op 18 december werd de kerk in gebruik genomen.

Afhankelijkheid
De bejaarde ouderling noemt allerlei data nog zonder mankeren op, want zijn geheugen is nog prima. „Ik ben nog gezond en ik fiets zelfs nog, maar dat is allemaal geen verdienste.
Op 13 mei 1997 leidde hij op 88jarige leeftijd voor het laatst een leesdienst. „Door een breuk kon ik niet meer zo lang staan, dus ik ben ermee gestopt. Gelukkig kan ik nog wel de vergaderingen bezoeken en huis en ziekenbezoek doen. Het voorzitterschap van de kerkenraad, dat hij tientallen jaren bekleedde, droeg hij ook over. Nu is hij tweede voorzitter. Negentien jaar zat hij in het schoolbestuur en zeven jaar in de gemeenteraad. In het bestuur van de SGPkiesvereniging zit hij al ongeveer een halve eeuw, sinds 1952 als voorzitter.
Terwijl zijn vader en moeder, die beiden in 1947 overleden, respectievelijk 61 en 58 jaar werden, heeft Van den Doel zelf een hoge leeftijd bereikt. Van zijn oudste dochter krijgt hij veel hulp, maar de maaltijden verzorgde hij zelf. Hij is ermee gestopt toen hij eind vorig jaar zes dagen in het ziekenhuis lag. „Voordat ik erheen ging, verkeerde ik in aanvechtingen. De Heere kwam echter zo liefelijk over, dat ik kon sterven. Maar het hoefde nog niet. En ik kan er ook niet op blijven teren. Het is alweer op, aan mijn kant, en dat is je eigen schuld. Zo moet je voortdurend maar in afhankelijkheid leven.
Van den Doel mag al 43 jaar in het ambt staan „en het is al die tijd maar kruimelwerk geweest. Als je terugziet, is alles tekort. Elke keer de minste zijn, maar dat moet je eerst gemaakt worden.
Ik mag weleens wat ondervinden, maar dat is geen dagelijks werk, hoor. Vaak zijn er de aanvallen van de satan, maar als hij moet wijken, mag ik bij tijden en ogenblikken geloven dat ik een goed Thuiskomen zal hebben.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 17 maart 1999

Terdege | 96 Pagina's

Opziener in afhankelijkheid

Bekijk de hele uitgave van woensdag 17 maart 1999

Terdege | 96 Pagina's