Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Koning Herodes de Grote, vriend van keizer Augustus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Koning Herodes de Grote, vriend van keizer Augustus

11 minuten leestijd

Tweeduizend jaar geleden bestuurde Herodes de Grote het joodse land. Hij deed dat bij de gratie van het machtige Rome. Hij mocht zich zelfs de vriend van keizer Augustus noemen. Maar desondanks was hij een tragische figuur. Het vertrouwen van zijn onderdanen heeft hij nooit kunnen winnen. En tegen het einde van zijn veelbewogen leven verloor hij ook nog de vriendschap van de keizer.

Toen Jezus in Bethlehem geboren werd, hadden de Romeinen Palestina al meer dan een halve eeuw in hun macht. Ze hadden het land evenwel niet zonder meer bij hun rijk ingelijfd. Dat vonden ze te riskant. De joden stonden namelijk bekend als een lastig, eigenzinnig en agressief volkje. Altijd lagen ze overhoop met de buurlanden. Bovendien waren ze ongelooflijk fanatiek in de verering van hun God en in de handhaving van hun vreemde wetten.
Het leek de veroveraars daarom veiliger de joden voorlopig te paaien met een beperkte vorm van zelfbestuur. Maar dan niet onder gezag van een lid van die alsmaar ruziënde en vechtende koningsfamilie die ze in Judea hadden aangetroffen. Ze hadden iemand nodig die het jodendom goed kende en die tegelijk onvoorwaardelijk trouw zou zijn aan Rome. Ze vonden zo iemand in de figuur van een zekere Antipater, een invloedrijk raadsman van de joodse koninklijke familie. Toen deze later door een tegenstander werd vergiftigd, nam zijn zoon Herodes zijn plaats in.

Geen „broeder
Herodes deelde de overtuiging van zijn vader dat er zonder de steun van de Romeinen geen toekomst was voor de joodse staat. In het jaar 40 voor Chr. slaagde hij erin zich in Rome te laten kronen tot koning der joden. De joden zelf hadden iemand anders als koning gekozen, namelijk een lid van de vroegere koninklijke familie. Maar met behulp van de Romeinse legioenen verjoeg Herodes in 37 v. Chr. zijn tegenstander. Deze werd terechtgesteld en Herodes beklom de troon. Hij had zijn doel bereikt. Hij begreep echter heel goed dat de joden hem niet gunstig gezind waren. De Farizeeën hadden het volk onder ogen gebracht dat iemand die niet uit het geslacht van David was, en die zelfs geen echte jood was, nooit koning van Israël zou mogen zijn. De joodse wet verbiedt namelijk „een koning aan te stellen die niet een broeder is. En Herodes was geen „broeder, maar een Idumeeër, dat wil zeggen afkomstig uit Idumea, ten zuiden van Judea. Dit land kwam grotendeels overeen met het vroegere Edom, dat in Israël nogal eens in verband werd gebracht met Ezau. Weliswaar had Herodes de joodse godsdienst aangenomen, maar een echte jood zou hij nooit kunnen worden. Men noemde zo iemand een proseliet, of ook wel een half-jood. En daar haalde men in Israël zijn neus voor op.

Haat en wantrouwen
Er was nóg een reden waarom de joden de nieuwbakken koning nooit hebben geaccepteerd: Hij was met behulp van de Romeinen aan de macht gekomen en alleen met de steun van de Romeinen zou hij aan de macht kunnen blijven. In de ogen van de joden was dat heulen met de vijand. Of erger nog, dat was verraad!
Herodes liet zich door de haat van het volk evenwel niet afschrikken. Integendeel, voor deze geboren heersersnatuur waren de vijandige gevoelens van zijn onderdanen alleen maar een aansporing om zijn positie te versterken. Daarbij koesterde hij argwaan tegen alles en iedereen. Hij leefde dag en nacht met het gevoel dat verraad aan alle kanten op hem loerde. En om dat in de kiem te smoren, schrok hij voor geen intimidatiemiddel, geen gewelddaad en geen wreedheid terug. Bijeenkomsten van het volk werden verboden. Een geheime staatspolitie werd opgericht. Elke beweging onder de burgers werd bespioneerd. De overlevering vertelt dat Herodes zich meermalen zelf onder het volk begaf om af te luisteren wat men over hem vertelde. Hoewel dit niet meer dan een volkslegende is, tekent het duidelijk de sfeer van geheimzinnigheid en wantrouwen die de heerschappij van Herodes kenmerkte. Het beeld dat de Bijbel ons schildert van deze koning, van zijn bedrieglijkheid tegenover de Wijzen uit het Oosten, gevolgd door het gruwelijke bloedbad dat hij aanrichtte onder de kinderen van Bethlehem, past dan ook helemaal in deze context.

Oude koningshuis
Een groot gevaar voor het koningschap van Herodes waren de leden van het vroegere koningshuis, de Hasmoneeërs. Zij werden gesteund door een sterke partij, die vooral gevormd werd door de rijke Judese adel. Deze groepering was erop uit een einde te maken aan de romeinsgezinde Herodeskliek. Zij streefde naar het herstel van het oude, nationalistische koningshuis.
Herodes maakte echter korte metten met deze tegenstanders. Bij zijn aantreden als koning doodde hij vijfenveertig van hen, waarschijnlijk allen leden van het Sanhedrin, en hij nam al hun bezittingen in beslag. Toen zat de schrik er goed in. Dat was evenwel nog maar het begin. Ook de leden van de koninklijke familie moesten het ontgelden.
Al in het begin van zijn bewind was Herodes met de 17-jarige joodse prinses Mariamme getrouwd. Aan de ene kant had hij dat beschouwd als een daad van grootmoedigheid tegenover het overwonnen joodse koningshuis. Aan de andere kant had hij verwacht dat daarmee ook iets van de glans van het oude koningschap op hem zou afstralen. Daar kwam bij dat hij tot over zijn oren verliefd was op de mooie jonge prinses. Het werd evenwel geen gelukkig huwelijk. Mariamme was niet alleen mooi, ze was ook trots en hoogmoedig. Ze liet haar echtgenoot steeds vaker merken dat ze op hem neerkeek en niet echt van hem hield. Het vuurtje van de onmin werd aangewakkerd door Mariammes moeder, Alexandra. Zij beschouwde haar schoonzoon Herodes als een brute misdadiger, die met behulp van de heidense Romeinen de troon van Judea had gestolen. Een duivelse rol in deze familievete speelde Mariammes zuster Salome, een gewetenloze vrouw, die geen middel onbeproefd liet om haar familie op te stoken tegen de in haar ogen verachtelijke indringer Herodes.
Deze vocht fel en meedogenloos terug. Met inzet van al zijn politiek vernuft en zonder ook maar een zweem van medelijden slaagde hij erin de belangrijkste leden van zijn schoonfamilie een voor een uit de weg te ruimen: een jonge Hasmonese hogepriester, de oude stamvader, zijn schoonmoeder en uiteindelijk zelfs zijn eigen vrouw Mariamme.

Kinderen
Uit het huwelijk van Herodes en Mariamme waren twee kinderen geboren, twee jongens. Ze waren nog klein toen hun moeder stierf. Omstreeks 23 v. Chr. bracht Herodes de twee knapen voor de voltooiing van hun opvoeding naar Rome. Ze kwamen daar onder toezicht te staan van keizer Augustus.
Augustus was geen vreemde voor Herodes. Ze kenden elkaar persoonlijk sinds het begin van Herodes koningschap. En toen Herodes tijdens de Romeinse burgeroorlog de zijde van Augustus koos, benoemde Augustus hem tot vriend des keizers en bondgenoot van het Romeinse volk. Dat betekende dat hij de bescherming van de keizer genoot en dat deze volledig vertrouwen in hem stelde. Herodes verwachtte dan ook veel van de keizerlijke opvoeding voor zijn twee zoons.
Het werd evenwel een diepe teleurstelling. Toen de knapen vijf jaar later als jongvolwassenen terugkeerden naar Jeruzalem, stuitte de liefde en genegenheid die Herodes altijd voor de zonen van Mariamme gekoesterd had bij de jongens af op een muur van hoogmoed en trots. De jongens aardden naar hun moeder. Ze waren eigenzinnig en brutaal. Ze staken hun gevoelens van minachting voor hun vader en zijn nederige afkomst niet onder stoelen of banken. Met allerlei kwaadsprekerij en verdachtmakingen probeerden ze het bloed van hun moeder te wreken. Er was zelfs sprake van dat ze hun vader zouden aanklagen bij de keizer.

„Liever een varken
Zover is het echter niet gekomen. De beide jongens konden het op zijn zachtst gezegd onderling niet eens worden. In de grond van de zaak gunden ze elkaar het licht in de ogen niet. En er was nóg iemand die een belangrijke positie innam in het koningsdrama dat zich in Jeruzalem begon af te spelen. Dat was Herodes oudste zoon Antipatros, kind van de vrouw waarmee hij vroeger getrouwd was geweest, maar die hij met haar zoon had verstoten.
Antipatros werd nu door zijn vader teruggeroepen op het politieke toneel. Het was een achterbakse, geslepen jongen, die garen hoopte te spinnen bij de onenigheid in de familie. En dat lukte hem goed. Hij slaagde erin de vertrouwenscrisis in de familie zodanig op de spits te drijven, dat Herodes aan keizer Augustus vroeg recht te spreken over de twee zoons van wijlen koningin Mariamme, die van verraad beschuldigd werden. Augustus probeerde de zaak te sussen. En dat lukte. Voorlopig althans.
Antipatros ging evenwel door zijn vader op de hitsen tegen zijn twee halfbroers. Handig wist hij in te spelen op de waanzinnige achterdocht die Herodes steeds meer in haar greep kreeg. Toen Antipatros er tenslotte in slaagde de verdenking van hoogverraad op de beide zonen van Mariamme te laden, reisde Herodes opnieuw naar Augustus en vroeg hem zijn zoons te berechten. Augustus wist echter zo langzamerhand wel wat voor vlees hij in de kuip had. Tegenover een vertrouweling liet hij zich ontvallen: „Ik zou liever een varken van Herodes zijn dan een zoon. Ook deze keer liet Augustus zich niet voor Herodes karretje spannen. Hij sprak zelf geen oordeel uit, maar adviseerde zijn vriend de zaak voor een Romeinse rechtbank te brengen.
En zo gebeurde het dat twee bevriende rechters de doodstraf uitspraken over de twee prinsen van wie Herodes eens zo veel gehouden had. De oude koning liet het vonnis ten uitvoer brengen in Sebaste, de stad die hij ter ere van keizer Augustus had laten bouwen en die hij naar hem had genoemd (Sebaste is het Griekse woord voor Augustus, de Verhevene; in de Bijbel wordt deze stad Samaria genoemd).

Verwijdering
Er was nog een andere gebeurtenis die verwijdering bracht tussen Herodes en de door hem zo bewonderde keizer. Augustus had altijd van Herodes verwacht en geëist dat deze hem onvoorwaardelijk trouw en gehoorzaam zou zijn. Dat mocht je toch verlangen van een ondergeschikte die zich officieel vriend des keizers en vriend van het Romeinse volk  mocht noemen. Voor hem was Herodes weliswaar niet meer dan een onbeduidend heersertje over een onbeduidend stukje land aan het eind van de wereld. Maar toch, juist vanwege dat laatste, was Herodes voor hem van belang. Augustus wenste namelijk rust in het grensgebied. Daar moesten zijn vrienden voor zorgen.
In het jaar 10 v. Chr. viel Herodes echter met een leger het naburige Arabië binnen, dat ook door een vriend van Augustus werd geregeerd. Toen het nieuws van de inval in Rome doordrong, was Augustus laaiend. Hij schreef Herodes een brief waarin hij stelde dat bevriende koningen de vrede met hun buren moeten bewaren. Herodes verdedigde zich met het excuus dat hij alleen maar een strafexpeditie op touw had gezet om in Arabië een roversnest uit te roeien, van waaruit strooptochten in zijn rijk werden ondernomen. Augustus nam met deze verontschuldiging evenwel geen genoegen en ontnam Herodes het recht zich nog langer vriend des keizers  te noemen.
Tijdens het verblijf van Jozef en Maria met hun kindje Jezus in Egypte is Herodes gestorven. Na de terechtstelling van zijn beide halfbroers had Herodes oudste zoon gedacht dat de troon van Judea hem niet meer kon ontgaan. Maar ook hij verloor het vertrouwen van zijn vader. Hij werd voor de rechter gedaagd wegens poging tot vadermoord. De rechter deed echter in het openbaar geen uitspraak. Kort daarna werd Herodes ernstig ziek. Hij tekende, een paar dagen voor hij stierf, het doodvonnis van zijn oudste zoon.

Herodes de Grote
De vraag dringt zich op hoe men zon figuur de Grote heeft kunnen noemen. Om die vraag te kunnen beantwoorden, moeten we in de eerste plaats bedenken dat het niet zeker is of de toevoeging de Grote wel een juiste vertaling is van het oorspronkelijke woord. Het is niet onmogelijk dat er eigenlijk de Oudere had moeten staan.
In de tweede plaats moet gezegd worden dat het niet zo moeilijk zou zijn een verhaal over Herodes te schrijven waarin hij naar voren komt als een zeer verdienstelijk vorst, die met zijn Augustusgezinde politiek getracht heeft zijn land uit een onhoudbaar isolement te halen en het te laten delen in de glans en de voorspoed van het Romeinse Rijk. Hij bevorderde de landbouw, zorgde voor rust en veiligheid, waardoor de handel en het verkeer meer welvaart brachten. Bovendien verrezen er veel schitterende bouwwerken tijdens zijn regering. De tempel die hij in Jeruzalem voor de joden liet bouwen, was voor die tijd een wonder van architectuur. Ook de steden en vestingen die onder zijn bestuur tot stand kwamen, wekten alom bewondering.
Toch zijn al deze verdiensten niet voldoende om de smet van bedrog en wreedheid, die al twintig eeuwen aan de naam Herodes kleeft, weg te nemen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 december 1999

Terdege | 156 Pagina's

Koning Herodes de Grote, vriend van keizer Augustus

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 december 1999

Terdege | 156 Pagina's