Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een harde leerschool in jongenspensionaat de Holterhoek

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een harde leerschool in jongenspensionaat de Holterhoek

Alles draait om regelmaat en discipline

14 minuten leestijd

Midden in het groen van Diepenveen worden twintig jongens van twaalf tot achttien jaar opgevangen en begeleid bij hun studie. Directeur De Jongh zwaait er de scepter, samen met zijn vrouw en zoon Martijn. Wie zich goed gedraagt en goede cijfers haalt, wordt beloond met verantwoordelijkheid en vrijheid. De Jongh gelooft er heilig in dat regelmaat, discipline en gezag de jongens veiligheid bieden. Dat het werkt, bewijzen de resultaten. Op bezoek bij een no nonsense-leerschool.

Jarenlang doceerde pensionaatsdirecteur De Jongh Nederlands op diverse scholengemeenschappen: „Het lesgeven was leuk, maar politiek Den Haag liet ons verdrinken in de regelgeving en maakte de groepen steeds groter. De kwaliteit van het onderwijs ging achteruit. En steeds vaker zag ik leerlingen tussen wal en schip belanden. Dat knaagde aan mijn motivatie. Ouders die zagen dat hun zoon het op die massascholen niet redde, vroegen mij toen hun zoon in huis op te nemen. En van het een kwam het ander. Zo ontstond pensionaat de Holterhoek. Toen ook het laatste onderkomen in Den Dolder niet groot genoeg bleek, werd een ruim pand gevonden in Diepenveen, bij Deventer. Vroeger waren het vooral managers van multinationals die hun zonen op een pensionaat plaatsten, bijvoorbeeld tijdens een verblijf in het buitenland. Met de economische opleving van de laatste jaren ziet De Jongh steeds meer kinderen van tweeverdieners die beiden een drukke baan hebben het internaat bevolken. Wie zijn zoon op de Holterhoek wil plaatsen, moet daarvoor een fors bedrag op tafel leggen. De Jongh: „Het is jammer dat dit soort voorzieningen alleen voor de rijken is weggelegd. Ook jongeren met minder vermogende ouders hebben dit systeem nodig. In onze samenleving kunnen alleen tweeverdieners of vermogenden het betalen. Er is in onze maatschappij maar een beperkte groep ouders die bereid zijn en het inzicht hebben om een dergelijk bedrag voor de toekomst van hun zoon te betalen. Terwijl er zoveel kinderen zijn waar een zelfde probleem geldt. Schoolleiders klagen erover dat ouders nauwelijks bereikbaar zijn. Er kan daardoor niet adequaat gereageerd worden op problemen. Terwijl opvoeden in mijn opinie vooral is: er zijn. Dat baart mij zorgen.

Patronen
Het leven in de Holterhoek kent een aantal vaste patronen. Die kleuren de dag en de omgang tussen de jongens en meneer en mevrouw De Jongh en de bewoners onderling. Mevrouw De Jongh: „Om half zeven s morgens worden de jongens door mij geroepen. Het is de bedoeling dat ze om half acht beneden zijn. En dan moeten ze er ook echt zijn. Wie half acht nog niet is gesignaleerd aan tafel wordt genoteerd en moet een extra corveeklus doen. De jongens slaan hun bed op tot het voeteneinde en doen het raam open en de verwarming uit. Een toeluisterende bewoner vult aan: „Als een jongen een paar keer zijn bed niet opmaakt, kan hij zijn dekbed en matras door zijn raam naar beneden zien zeilen. Geen halve maatregelen hoor. Maar het werkt wel.
De schooldag wordt op school doorgebracht. Wanneer er op school iets is gepasseerd, wordt dit doorgegeven aan De Jongh. Schoolresultaten zijn uiterst belangrijk voor het verblijf op het internaat. Dat blijkt uit de middag- en avondindeling. Dan staan de verplichte studie-uren op het programma, werktafel genoemd. Gestudeerd wordt er in het souterrain, dat daar speciaal voor is ingericht. Reinoud somt de werktafeltijden op: „s Middags van vier tot vijf. Avonds van zes uur tot half acht en van acht tot negen uur. Een blik in het souterrain tijdens de werktafel doet weldadig aan. Een twaalftal jongens zit in stilte aan tafels te werken. Een rij groene lampen verlicht de ruimte. Naast hen stapeltjes boeken. Er heerst stilte. Martijn De Jongh houdt toezicht. Een van de jongens legt tijdens de koffiepauze de regels uit: „Niet praten, niet naar de wc, geen boeken halen –die moet je allemaal van te voren klaarleggen– en niet opstaan. Ben je klaar met je huiswerk, dan ga je vooruit werken. Heb je erg weinig huiswerk, dan vervalt de middagtafel. Wie goede cijfers haalt, zit in de buitenste ring tafels. Wie mindere cijfers haalt, zit aan de middentafel, zodat meneer De Jongh je kan zien werken. Enkele jongens die bewezen hebben gedisciplineerd te kunnen studeren, mogen op hun eigen kamer huiswerk maken. Leren staat op de Holterhoek voorop. Daar zitten we hier voor. Dus iedereen vindt het normaal om flink te studeren.

Kameroudsten
Een tweede patroon is het werken met kameroudsten en huisoudsten. Op elke slaapkamer wordt een kameroudste benoemd. Deze bewoner is het aanspreekpunt van de groep jongens die er slapen. Hij houdt in de gaten of iedereen op tijd gaat slapen en of de kamer netjes blijft. Maar ook een jongen die last heeft van heimwee probeert hij op te beuren. Huiswerk overhoren kan ook tot de taken horen. De Jongh legt uit: „Het kan net wat beter werken als een leeftijdgenoot je aanspreekt op je bedtijd of je huiswerk. Dat is wat anders dan altijd die volwassenen. Een jongen die na drie keer waarschuwen nog de anderen stoort in hun nachtrust krijgt ook met de kameroudste te maken. Die kan de opdracht geven tot een avondwandeling, in pyjama van hoofdweg naar gebouw bijvoorbeeld. Of een Latijns woordenboek overschrijven. Na een dergelijke sanctie gebeurt het zelden dat een jongen nog langer zijn eigen gang gaat. Bewoner Nathan stelt: „Een kameroudste moet wel wat overwicht hebben op de groep. En je moet je standpunt kwijt kunnen. Dat is belangrijk bij leidinggeven.

Huisoudste
De huisoudste is de jongen die bredere verantwoordelijkheden draagt. Het internaat telt er rond de vijf. Deze jongens hebben bij toerbeurt telefoondienst. Zij nemen dan de telefoon op en zorgen dat de gevraagde persoon aan het toestel komt. Ook houden zij toezicht op bedtijden en stilte. Tijdens trips zorgen zij dat de chauffeur geconcentreerd kan rijden en niet gehinderd wordt door ongedisciplineerd kabaal. In overleg controleren zij huiswerk en eventueel corveetaken die gedaan zijn. Ook worden zij ingeschakeld bij het toezicht houden op het werken met de computer. De huisoudste stelt eveneens een lijst met aanvullende corveetaken op. In de keuken hangt een lijst met alle vertrekken van het huis. Daarachter de namen van de voor de klus verantwoordelijke jongens.
Ook de sociale functie krijgt vorm. De huisoudste houdt in de gaten hoe de andere jongens zich voelen en hoe het met ze gaat. De huisoudste is verantwoording schuldig voor zijn taak aan de heer De Jongh. Het informatieboekje voor de Holterhoek noemt het een veeleisende rol. En terecht. De Jongh: „Zon jongen zit overal tussenin. Aan de ene kant de jongens, aan de andere kant sta ik. Hij moet af en toe ook impopulaire beslissingen nemen. Het is een klus die zelfbeheersing vraagt. Respect afdwingen gaat niet vanzelf. De taak van huisoudste kan belangrijke leermomenten opleveren voor leidinggevende functies die deze jongens later eventueel gaan innemen. Regelmatig houdt De Jongh huisoudstenoverleg. De gang van zaken passeert de revue. Maar ook hoe het gaat met die jongen die provoceert tegen de regels of over de vraag wie een goede nieuwe huisoudste kan worden.

Maaltijd
Een van de eerste mooie zomerdagen. Bloemen en ontluikend groen bepalen het beeld van de Holterhoek. Onder hoge beuken staat een rij picknicktafels. De tuin van het fraai gelegen landhuis is vandaag de eetkamer. Een bel klingelt. Het is 17.30 uur, etenstijd. Een tiental jongens wacht hongerig tot de rest arriveert. De kok controleert speurend langs de tafels het verdelen van de maaltijd. Vandaag serveert hij rijst, shoarma en verse rauwkost.
Directeur De Jongh en zijn vrouw arriveren en gaan de tafels langs. Iedere jongen krijgt persoonlijk een handdruk en een groet. Het blijkt een dagelijks ritueel. Als ieder zit, gaan De Jonghs ogen langs de rijen. „Iedereen klaar? Eerbiedig! schalt zijn stem. Dan is het stil en vouwen alle jongens de handen en sluiten de ogen. Even later klinkt opnieuw de stem van De Jongh: „Amen. Eet smakelijk! De jongen naast De Jongh constateert dat hij geen shoarma heeft gekregen en dat de pan schoon leeg is. De ogen van de pensionaatsdirecteur dwalen langs de borden. Hij signaleert een meer dan gemiddeld gevuld bord. Even flikkeren zijn ogen. Tegen de jongen naast hem zegt hij: „Ted, ik zorg ervoor dat jij morgen de shoarma krijgt die je nu mist. Ted knikt. In alle rust wordt er in verrassend hoog tempo gegeten. Na nauwelijks een kwartier zijn alle borden leeg en komt er een forse schaal vla voor ieder te staan. De Jongh constateert dat op de tafel van de shoarmaverslinder van zojuist een schaaltje teveel staat. De jongen wil de vla teruggeven aan de uitdeler. „Van Dam! roept De Jongh. „Jij wilde net alles al hebben. Jij eet nu ook die vla maar op. En niks laten staan. Begrepen? Als jij zoveel shoarma lust, doe je dit er ook maar bij. Thuis draait misschien alles om jou, maar hier heb je met meer mensen rekening te houden! Een harde, maar heldere boodschap. Kenmerkend voor de aanpak in de Holterhoek. Duidelijk en eerlijk. De jongen kijkt strak naar zijn schaaltje en lepelt het leeg.
„Kijk, legt De Jongh later in zijn klassiek Engels ingerichte kantoor uit, „het zijn vaak dezelfden die moeite hebben met sociaal gedrag. Er was een moment geen toezicht en nu zie ik een meer dan vol en naast me een leeg bord. Dan gaat er dus iets fout, namelijk het rekening houden met een ander. Dus grijp ik in.

Paintball
Na de avondmaaltijd verdwijnen de meeste jongens naar het naastgelegen voetbalveld. Het spel golft heen en weer. Tot zes uur is er tijd voor ontspanning. „Ik zal vragen of enkele jongens je rondleiden, zegt de directeur. Hij overziet de voetballende schare. „Edsard! roept hij. Edsard verlaat zijn elftal en komt aanlopen. „Deze meneer wil graag een rondleiding. Wil jij dat doen? Edsard knikt. „Wie denk je dat dat ook wel kan? vraagt De Jongh democratisch aan de bewoner. „Reinoud? probeert de jongen. De Jongh knikt. „Reinoud! Ook Reinoud verlaat het veld en constateert lachend dat er weinig van het elftal overblijft. Nadat ook de wat oudere Nathan zich bij de twee rondleiders heeft gevoegd, begint een tocht over het bosrijke buitenterrein.
Het terrein blijkt heel wat onvermoede mogelijkheden te bevatten om de leefstijl van het pensionaat tot uiting te brengen. „Hier is de stormbaan, begint Nathan. „Die wordt nu weinig gebruikt, maar als je te lang praat in bed mag je van de kameroudste even de stormbaan doen, vult Edsard aan. In een hoek van het beboste terrein doemt plots een uitgegraven loopgraaf op. „Dat is een van de bunkers voor paintball, vertellen de drie bewoners enthousiast. Paintball is een schietspel met heuse pistolen met verfpatronen. „Een complete paintballuitrusting ligt in de kelder van het landhuis, aldus Nathan. Ze genieten alledrie nog na van het laatste paintballavontuur en vertellen hoe de strijd is verlopen: „Het was aardedonker. Alle jongens lagen verspreid in het bos bij de bunkers. Niemand bewoog. Als ze je zien of horen, schieten ze op je. We zagen niks. Niemand die er schoot. Martijn, de zoon van meneer De Jongh, schoot toen een vuurpijl af. Nou, dat gaf me een licht! Je kon eventjes iedereen zien. Direct daarop brak er een salvo los en dat ging maar door. Lekker spannend, man, verzucht Reinoud. Ondertussen passeren we een brandstapel. Het blijkt dat het snoeiafval regelmatig verbrand wordt. „Als we allemaal zin hebben in een vuurtje wordt er een kampvuur gemaakt. Dat vragen we aan meneer De Jongh en als het goed is, zitten we s avonds lekker rond het kampvuur.

Sporten
De tennisbaan is vooral s zomers in gebruik. „Elke sport heeft zijn eigen periodes, vertelt Nathan. „De ene keer voetballen we veel en dan weer een paar weken korfbal. En af en toe tennis maar dat is individueler. De tennisbaan is meer in gebruik bij illegale rokers. Achter de heg kun je iemand die rookt niet zien. Als je het roken niet kunt laten is dat wel handig. In het verleden hadden diverse jongens golfles op de naastgelegen golfbaan, maar van de huidige bewoners heeft niemand aspiraties op de golfcourse.
Een verzameling mountainbikes completeert de actieve uitrusting van het pensionaat. Hier wordt regelmatig de buurt mee ingetrokken. De bosrijke omgeving is een uitdaging op een terreinfiets. Edsard: „Vorige week hebben we een dropping gedaan op mountainbikes. Wij in de Landrovers, de fietsen in de truck en rijden maar. Op een bepaalde plek eruit en dan terug zonder hulpmiddelen. Spannend.

Slaapkamers
De jongens slapen op diverse slaapkamers, verdeeld over de verschillende verdiepingen van het huis. Elke kamer wordt benoemd naar de kleur van de muren. Zo is er een groene, een blauwe en een rode kamer. De kamer van de jongens is eenvoudig ingericht. Een bed, een kast, een stoel en enkele posters aan de muur. De jongens zijn overdag niet veel op hun kamer. Huiswerk wordt in het souterrain gemaakt. Wat opvalt in het huis is de bijzonder fraaie Engels getinte inrichting. Het huis is gekleurd door attributen die herinneren aan een rijk verleden. „Er sneuvelt hier nooit wat. Als je met liefde met spullen omgaat, tonen ook de jongens respect voor het interieur. En ik denk dat ze het zelf ook mooi vinden, meent directeur De Jongh.
Op de benedenverdieping is een woongedeelte ingericht voor de bewoners. We zakken diep weg in de leren banken. Grote schilderijen van vliegtuigen, verwikkeld in een luchtgevecht, sieren de muur. Glanzend, donker hout maakt de sfeer van een Engelse kostschool compleet. Tijdens een gesprekje in de jongenskamer geven de drie bewoners aan het prima naar hun zin te hebben op het pensionaat. „Natuurlijk is het thuis beter, maar hier kan ik goed leren, haal ik goede cijfers en het is gezellig met zoveel jongens bij elkaar te wonen, vindt Reinoud. Nathan vult aan: „Hier doe ik meer dan thuis. Wat doe je als je het weekend thuiskomt? Je eet met elkaar en vertelt je verhalen en dan ga je tv kijken. De volgende dag slaap je uit, je doet s wat overdag en s avonds ga je ook tv kijken. En zondag ga je weer terug. Door de week ben ik veel actiever.

Op de lip
Er wonen twintig jongens in het pensionaat. Dat heeft tot gevolg dat je elkaar veel ziet. Toch levert de intensieve samenlevingsvorm niet veel ruzies op. „Je zit constant op elkaars lip, vindt Edsard. „Dus met ruzie schiet je niet veel op. Bovendien loop je de kans vrijdags langer te moeten blijven als je ruzie hebt gemaakt. Dan wordt je weekend dus korter. Dus je pakt jezelf.
Nathan legt verband tussen spanning en ruzies. „Op donderdag zijn er de meeste ruzies. Iedereen is dan een beetje opgefokt, omdat je de volgende dag op weekend gaat. En net na een weekend wil het ook wel gebeuren.
De strenge huisregels waren in het begin een zure appel voor de jongens. „In het begin moest ik wel wennen, al die regeltjes en zo. Later, als je beter presteert op school, voel je je beter. Dan loopt het hier ook soepeler. Nathan vindt de regels „op zich logisch. En je hebt respect voor meneer en mevrouw De Jongh. Zij zetten zich voor honderd procent voor je in. En als je je aan de regels houdt, is het hier goed leven. Er staat ook wat tegenover. Toon je verantwoordelijkheid, dan krijg je meer vrijheid. Die moet je hier verdienen. En verder hebben ze hier onwijs leuke dingen voor ons. Gisteren mocht ik rijden in de jeep. Kijk, dat is gaaf.

Discipline
De Engelse serre is de ruimte waar de huisouders De Jongh hun avonden doorbrengen. Er hangt een groot model van een Fokker G-1. Een velocipéde en een Indonesische kano decoreren samen met schitterende grote planten de lichte ruimte. De heer De Jongh filosofeert wat over zijn werk: „Velen schrikken van de discipline hier, vertelt hij. „Ik geloof dat discipline de beste voorwaarde is voor eerlijke vrijheid, het wegnemen van slechte gewoonten en voor het geven van zorg aan elkaar. En dat het werkt zie ik terug in de jongens. Ze noemen dat zelf ook. De jongens die er het meeste moeite mee hebben, leggen we meestal bij elkaar op een kamer. Na een week of twee ontstaat spanning. Ze merken dat zelfgericht gedrag vervelend is voor hen. En dan is er ruimte om te spreken over de boodschap die hier geldt: Rekening houden met elkaar.
In de loop des tijds heeft directeur De Jongh een duidelijke mening opgebouwd over de stijl van opvoeden in Nederland. „Veel ouders zeggen tegenwoordig: Mijn kind maakt zelf keuzes en dat mag van mij. Maar in feite verbergen ze met deze fraaie volzin dat ze het te inspannend en tijdrovend vinden om hun kind een werkelijke opvoeding te geven. Om innerlijke persoonlijke vrijheid te krijgen, is het nodig dat een kind leert met grenzen om te gaan. En uiteindelijk zichzelf weet te begrenzen. Wanneer je je eigen grenzen kunt aangeven en daarbinnen kunt leven, ben je pas echt vrij. Dat vraagt aandacht en duidelijkheid van de ouders. En wees eerlijk: de jongeren die nu opgroeien, hebben het niet gemakkelijk. In de gedoogcultuur die onze maatschappij kenmerkt, zijn discipline en verantwoordelijkheid ver te zoeken. Juist daarom is een opvoeding die gekenmerkt wordt door duidelijkheid zo belangrijk.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 augustus 2000

Terdege | 72 Pagina's

Een harde leerschool in jongenspensionaat de Holterhoek

Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 augustus 2000

Terdege | 72 Pagina's