Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Iets weggooien komt in mijn woordenboek niet voor

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Iets weggooien komt in mijn woordenboek niet voor

Uitdragerij van Arie Boer in Giessenburg is meer een indragerij

8 minuten leestijd

Wie een oude deur zoekt of een stalen raam, kan bij de uitdragerij van Arie Boer in Giessenburg terecht. U heeft er keus uit 6500 deuren en een paar duizend stalen ramen. Drie etages liggen er vol met allerhande oude spullen. Een greep: fornuizen en kachels, kasten en ledikanten, kinderwagens en lampen. Tot ver in de omtrek weet men de uitdragerij van Arie Boer te vinden. Hij is een begrip in de wereld van de sjacheraars.

De enorme verzameling heeft Arie Boer in een kleine vijftig jaar opgebouwd. De bijna 70-jarige verzamelaar is ooit in Hardinxveld-Giessendam begonnen met een smederij. „Mooi werk. Dat doen nu mijn twee zoons. Ze maken sierhekwerk. Een andere zoon doet in onderdelen voor motor- en bromfietsen.
Toen begin jaren vijftig de zaterdag een vrije dag werd, is Arie Boer de uitdragerij erbij gaan doen. „Je hoefde een dag minder te werken. Ik ben toen zaterdags begonnen met de uitdragerij. Ik kocht van alles op. Alles wat maar denkbaar is, wilde ik hebben. Dat is nog zo. Iets weggooien komt niet in mijn woordenboek voor. Het komt altijd van pas. Al staat het er k weet niet hoeveel jaren. Maar er blijft meer staan dan er weggaat. Ik zeg wel eens: het is meer een indragerij dan een uitdragerij. Zoals het binnenkomt gaat het er ook weer uit. Ik verkoop alles in de oude staat. Opknappen doe ik niet. t Is hier geen horlogewinkel.
De mooiste spullen worden er door zijn vrouw uitgevist. Die knapt ze op voor het museum. Dat bevindt zich op de bovenste etage van de uitdragerij.

Kroonluchters
Arie Boer verhuisde met zijn smederij 28 jaar geleden naar Giessenburg. Hij huisde toen aan de andere kant van het water, De Giessen, dan waar hij nu zit.
„Veertien jaar geleden kwamen de graanmaalderij en de veekoekenfabriek van de landbouwvereniging te koop. Arie Boer wijst op de tekst die de bovenrand van de gevel langs De Giessen nog siert. „Het spul ging failliet. Ik heb toen het pand gekocht. We hebben een brug over De Giessen gemaakt van 37 meter lang en 7 meter breed. Zo zijn we verhuisd naar deze kant van het water.
Naast de begane grond telt de voormalige graanmaalderij nog drie verdiepingen. Ze staan volgestouwd met alle mogelijke en onmogelijke spullen. Arie Boer maakt een rondgang. Via de schuifdeur moet je op zn kant naar binnen. Aan weerszijden van de uiterst smalle paden staat de handel opgesteld. Links staan deuren, deuren en nog eens deuren. In alle soorten en maten. Met of zonder glas. Zelfs voorzien van glas in lood. Rechts staan diverse hekwerken opgesteld. Deuren en hekwerken zijn een beetje de specialiteit van Arie Boer. Op de T-sprong gaan we rechtsaf. Ook dit pad is net zo smal. Hier is keus uit een enorme verzameling oude kinderwagens, lantaarnpalen, kachels, kookstellen, oude telefoons die je nog moet aanslingeren, lampen, glas-in-loodramen, schilderijen, spiegels en kasten. „De deuren heb ik los voor de kasten gezet. Anders krijg je zon lege kast over je heen als je de deur open doet, grinnikt Arie Boer.
Helemaal achter aan het pad ligt een stapel boerengereedschap: rieken, schoppen en zeisen. „Moet nog gesorteerd worden. Komt van iemand die in oude metalen doet. Die sorteert wat nog bruikbaar is. Dat koop ik dan op.
Ook de zolder hangt vol met van alles en nog wat. Opvallend zijn de klassieke lampen. Oude kroonluchters, of ze zo uit een oud kerkje komen. „Niet iedereen gaat naar een moderne lampenzaak. Als je iets zeldzaams wil hebben, moet je hier zijn.
Aan de andere kant van de T-splitsing staan stellingen met glazen lampenkappen. „Als je iets te koop aanbiedt, moet het compleet gemaakt kunnen worden, is het devies van Arie. „Wel een beetje vervelende handel hoor, die lampenkappen. Ze zijn nogal breekbaar!
Passeren is onmogelijk in de smalle paden. „Geen probleem, zegt Arie Boer. „Het is gewoon een kwestie van: wie eerst?

Geen gepingel
Op vrijdag en zaterdag is de uitdragerij in Giessenburg open. De andere dagen van de week is Arie Boer aan het sjacheren. „Er komen die twee dagen wel een paar honderd mensen. Ze zoeken een beetje vertier en vinden dat hier zeker. Iedereen moet zn spullen zelf uitzoeken. Ik loop buiten, ben altijd in de buurt. Als ze wat gevonden hebben, roepen ze maar. Mijn prijs staat vast. Het is: afrekenen of terugzetten. Pingelen is er niet bij. We zijn hier geen Turken. Als het iets minder moet kosten, gaat het van mijn winst af. Daar begin ik niet aan. Wie hier vaker komt, weet dat. Een vreemde probeert het wel eens, maar die is gauw genezen. Bij de bakker of de slager pingel je toch ook niet af!
Op de eerste verdieping is het niet anders. De paden zijn net zo smal. Links en rechts opnieuw deuren, deuren en nog eens deuren. Oude fornuizen in alle kleuren. IJzeren en houten ledikanten uit grootmoeders tijd. Oude naaimachines, groot en klein. Industriemachines van schoenmakers. „Mooi spul, zegt Arie.
Aan weerskanten van een ander pad staan allerhande soorten beeldjes uitgestald, gaaf of met een stukje eraf. Een gehavend exemplaar is voor Arie Boer geen probleem. „Wat of wie is er nog origineel? Zijn wij toch ook niet! Op mijn leeftijd ben je of kaal, heb je minstens een kunstgebit en draag je een bril. Al ben je nog jong, vaak heb je al steunzolen nodig.
Aan het eind van de smalle gang staan twee kasten met een paar duizend eierdopjes. „Zijn van een verzamelaar geweest.
Zeker leuk voor iemand die zijn verzameling wil aanvullen?
„Had je gedacht, klinkt het heel beslist. „Alles in één koop. Tweeduizend gulden!
Ook de tweede verdieping staat vol met deuren, hekwerk, ramen en wat al niet meer. „Kijk, een hele berg pisbakjes. Waren vroeger overal langs buitenmuren te vinden. Mensen gebruiken ze nu als bloembakje.
Arie Boer heeft zijn handen vol aan de spullen. „Mensen pakken van alles beet, maar leggen niks terug. Je hebt dagen werk om het weer op zn plek te leggen.

Brandkar uit 1853
De derde verdieping is ingericht als museum. Vitrines vol spullen brengen de bezoeker terug in de tijd. Een verzameling brillen vanaf 1870 tot 1945. „De mode herhaalt zich. Kleine brillen komen nu weer terug, zegt Arie Boer. De verzameling volksaardewerk van 1400 tot 1900 is uniek. Een ronde aardewerk kookpan uit 1500 en een puntneus-baardmankruik uit 1661. Dat is een luxe kruik waarin wijn en bier werd bewaard. In het museum hangen overal verspreid niet minder dan 270 reclameborden. Er staan oude filmprojectors, een badgeiser uit 1884, een brandkar uit 1853, Maastrichts keramiek van 1850 tot 1930, speelgoed van hout en blik, een verzameling oude radios, een draaiorgeltje, een cilinderpiano van hout uit 1830, speeldoosjes, een poppenverzameling, kinderwagens vanaf 1850 tot de jaren dertig, een gasgenerator uit de Tweede Wereldoorlog, de eerste breimachine, een complete winkel met spullen uit de Alblasserwaard, een afdeling timmermansgereedschap, een complete antieke smederij en een hoefstal uit 1800. Het is maar een greep. Bij alles is een verhaal.
Een flink deel van de museumvloer hebben Arie en zijn vrouw ingericht als hun huis. Vanuit het museum kijk je de woonkamer in. Die is compleet antiek ingericht. De vloer is afkomstig uit de kerk van Schelluinen. „Het hout dateert van 1901. Van de vloerdelen hebben we blokjes gemaakt en daarvan mozaïekparket gelegd.
De ijzeren, gewerkte tegels voor de open haard komen uit een kerk in Assen. De marmeren tegelvloer, waar het fornuis op staat, is afkomstig van een trap uit het Mauritshuis in Den Haag. Het antieke fornuis doet nog dagelijks dienst. „We hebben wel centrale verwarming, maar koken doen we op het fornuis. Dat geeft toch een andere warmte. Soep en peertjes moeten sudderen. Dat gaat het beste op het fornuis. Het resultaat proef je!
De ramen die de doorkijk vormen van het museum naar de woonkamer zijn afkomstig uit het gerechtsgebouw in Dordrecht. „Ze zijn bij de restauratie afgedankt, zegt Arie Boer. De barokke gebeeldhouwde kast is een monument op zich. Volgens Arie Boer allemaal handsnijwerk. De kast herbergt een enorme verzameling porselein en glaswerk.

Rode Kruis
De uitdragerij is het werk van Arie Boer. Zijn vrouw is paraat in het museum. Van s morgens kwart over vijf tot s avonds laat zijn ze in touw. „Er is veel werk te doen. Het onderhoud van alles vergt de nodige tijd, aldus mevrouw Boer.
De museumcollecties zijn gekocht. „In de jaren zestig zagen de mensen de waarde van hun oude spullen niet in. We hebben toen veel gekocht. Wat men van de hand deed, konden wij wel gebruiken. Opknappen is de lust van mijn leven. Als ze het dan later in het museum zien staan, herkennen ze het niet meer. Er zijn er wel geweest die het weer wilden terugkopen. Maar dat gaat natuurlijk niet, zegt mevrouw Boer.
Vrijdag en zaterdag is het museum geopend. Mevrouw Boer geeft er dan een rondleiding. „In die twee dagen komen er wel zon veertig betalende bezoekers. Groepen kunnen ook buiten de openingstijden op afspraak terecht.
De kosten worden zo laag mogelijk gehouden. „We geven geen dure folders uit en adverteren niet. Het museum werkt zonder subsidie. We moeten het hebben van mond-tot-mondreclame. Een volwassene betaalt 3,50 gulden en kinderen 2,50 gulden. Een groep boven de 20 krijgt een gulden korting per persoon. Tijdens de fietsvierdaagse is het museum gratis toegankelijk en op de Open Monumentendag is de entree bestemd voor het Rode Kruis. Je boterham is je hobby. Het is ontspanning. Het omgaan met mensen is leuk, zegt mevrouw Boer.
Als er een grote groep op bezoek komt, krijgt mevrouw Boer assistentie van een van haar schoondochters.

Informatie
Adres: Arie Boer Uitdragerij, Doetseweg 49, Giessenburg, tel. 0184 - 651348.
Geopend: vrijdags van 9.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 18.00 uur; zaterdags van 9.00 tot 16.00 uur. Het Museum is geopend op vrijdag van 13.30 tot 17.00 uur en op zaterdag van 10.00 tot 16.00 uur. Groepen buiten openingstijden op afspraak.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 februari 2001

Terdege | 116 Pagina's

„Iets weggooien komt in mijn woordenboek niet voor

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 februari 2001

Terdege | 116 Pagina's