Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ongeloof, de grootste zonde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ongeloof, de grootste zonde

4 minuten leestijd

Wat vind jij de grootste misdaad uit de achterliggende twee weken? De verwoesting van de Twin Towers in New York? Of denk je allereerst aan de man die zich verschrikkelijk misdroeg op seksueel terrein? De moordenaar, de... (vul maar in)? Het is ook verschrikkelijk en aangrijpend. Maar wie van jullie zegt het; „Ik ben de grootste misdadiger". Niet als vrome volzin, maar omdat je jouw ONGELOOF als de grootste zonde bent gaan inzien:

Geen rangorde Als ik deze keer met je nadenk over de zonde van het ongeloof, dan heeft dat te maken met een opmerking van een van jullie over de 'onvergeeflijke zonde'. En ik was blij met de vraag: 'Word ik iedere zondag dat ik onbekeerd voortleef harder..?'. We weten immers van heel veel dingen dat het zonde is en soms voelen we dat ook wel. We beseffen dat we mis-deden. Ons geweten overtuigt ons ervan. Het klopt, het laat een 'alarm' afgaan (zolang er nog geen gewenning is opgetreden, tenminste). Maar terwijl we van een aantal dingen beseffen dat het zonde is (variërend van 'een paar gulden uit de portemonnee van je moeder' tot 'het vermoorden van iemand'), vrees ik dat we in onze 'gezindte' daar het 'ongeloof' buiten laten. We weten soms 'haarfijn' te vertellen wat voor zonden er allemaal zijn. Maar te vrezen is dat een aantal ervan slechts 'poppenzonden' (Luther) zijn in vergelijking met de GROOTSTE ZONDE: ons ongeloof! Dat moetje niet zo opvatten alsof er inderdaad bij de HEERE een onderscheid is tussen zware en lichte misdrijven, zoals dat wel in onze wetgeving gebeurt, ledere zonde is Majesteitsschennis. We beledigen en krenken God, de Allerhoogste Koning. Hoe durven we!! We beseffen het niet, we zijn er blind voor, verblind door ons zondige hart, door onze vijandschap... Of..., werd dat anders? Maar wel is ongeloof de zonde waarvan Christus zegt dat de Heilige Geest als de Trooster(!) daar de wereld van gaat overtuigen. En de zonde van 'ongeloof' wordt het eerst genoemd. Deze zonde vertegenwoordigt als het ware de hele 'bron van wanbedrijven'.

En toch de grootste...
We zondigen tegen Gods geboden, tegen Gods recht. Maar evenzeer tegen de openbaring van Gods liefde. Die liefde die Hij heeft getoond in het zenden van Zijn geliefde Zoon, Jezus Christus (denk aan de 'Bijbel in een notendop'. Joh. 3:16). En er staat het uitdrukkelijke gebod om te geloven in Hem: „Dit is het werk Gods, dat gij gelooft in Hem, Dien Hij gezonden heeft" (Joh. 6:29). En met het 'werk Gods' wordt hier niet uitgedrukt dat het geloof een 'werk van God', een gave van God is. Dat is wel waar, maar hier is het 'werk Gods' dat werk waarin en waarmee de Heere gehoorzaamd wordt en wat Hem aangenaam is: het geloof in Zijn Zoon. Want „zonder geloof is het onmogelijfe om God te behagen" (Hebr. 11:6). In zijn leerzame boekje "Ja maar... De zonde van het ongeloof' wijst de Schotse predikant Thomas Boston erop dat de Bijbel ons leert dat ongeloofbij uitstek een zonde tegen Christus is! Laat ik je enkele dingen noemen, zodat deze zonde niet vaag blijft (zoals maar al te vaak er alleen over zonde als een abstract begrip gesproken wordt):
- Het is een minachten 0e haaltje neus ervoor op) van Hem als de Uitverkorene van de Vadèir. immers, de stem van het Evangelie is: „Deze is. Mijn geliefde Zoon, in Wien Ik al Mijn welbehagen heb." (Matth. 3."16]. En verder klinkt in het Evangelie daar bij: „Hoort Hem"! En in ons ongeloof antwoorden we: „Wij luiüen niet dat deze over ons Koning zij" (Luk. 19:14). - De ongelovige maakt Christus tot een leugenaar en bedrieger. De taal van iedere ongelovige is: „Nee, maar Hij verleidt de schare." (Joh. 7:12).
- Het is een verachten van Zijn dierbaar (kostbaar!) bloed. De ongelovige vertreedt het bloed van Christus (Hebr. 10:29). Soms gebeurt het dat je iets vertrapt dat waardeloos is. Zo behandelt het ongeloof (nee, joitu; ongeloof!) het bloed van de Heere Jezus. Je spuugt er als het ware op, je vertrapt het als van nul en generlei waarde... - Het is Hem verdacht maken in Zijn bekwaamheid {je bent nooit te ver afgedwaald!) en Zijn gewilligheid om je zalig te maken, terwijl Hij Zich wel zo aanbiedt in het Woord! Boston schreef er nog veel meer over. Ik kom er nog op terug. Maar voor deze keer genoeg. Wel nog wat 'huiswerk'. Bedenk de eerstvolgende keer dat je naar de kerk gaat wat het is om daar te zitten zonder geloof, in je ongeloof. Bedenk hoe je dan Christus beledigt! Of... kreunt je hart als ik deze dingen schrijf? Omdat je wel weet datje ongeloof de grootste en ellendigste zonde is? Werp je dan voor de kerkdiensten in de armen van Hem, Die maar één woord hoeft te spreken en... je gaat 'vanzelf geloven. 'Vanzelf, want het is Gods werk.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 september 2001

Terdege | 104 Pagina's

Ongeloof, de grootste zonde

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 september 2001

Terdege | 104 Pagina's