Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wakskiën bij min twintig

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wakskiën bij min twintig

Noorse winteroefening Korps Mariniers draait vooral om overleven in de kou

15 minuten leestijd Arcering uitzetten

Klappertandend klampt de marinier zich aan zijn skistokken vast, terwijl hij worstelt om het ijskoude water uit te komen. Achter het rood-witte lint rond het wak waarin de verkleumde marinier spartelt, staat de rest van de klas te wachten. Een beetje lachend, een beetje bezorgd; de duik in het water is een verplicht programmaonderdeel. Mariniers op oefening in Noorwegen bij twintig graden onder nul.

De grootscheepse winteroefening in Noorwegen is een nagenoeg vast onderdeel in het jaarprogramma van het Korps Mariniers. Alleen uitzendingen, zoals vorig jaar naar Eritrea, gooien roet in het Noorse eten. Aan de oefening van 2002, die duurt van begin januari tot half maart, nemen niet minder dan duizend mariniers en vier buitenlandse gasten, Belgische paracommandos, deel.
Voor een deel van de duizend mariniers is Noorwegen vertrouwd, maar in de oefening draait het vooral om de nieuwelingen, de novices, die nog geen kennis hebben gemaakt met de extreme kou van Noord-Noorwegen. Voor een groot deel oefenen de militairen in het donker, want in de eerste maanden van het jaar heerst de poolnacht nog in Noorwegen.
In drie weken tijd krijgen de novices een pittige ski- en overlevingscursus, de Novice Ski and Survival Course (NSSC). De cursus is nodig, benadrukt majoor A. van den Borg, commandant van de 11e compagnie van het eerste Mariniersbataljon. De kou zorgt ervoor dat (bijna) iedereen zich bewust is van de noodzaak zich goed te kleden en veel te eten. Bovendien leren de mannen niet alleen zichzelf, maar ook hun maatjes, buddies, in de gaten te houden en te controleren op bevriezingsverschijnselen. „Als je hier kunt overleven, dan kun je het overal.
Voordat de mannen naar Noorwegen afreizen, hebben ze al theorielessen achter de rug. „Warm in de schoolbanken, vult korporaal Bekkers, een van de instructeurs, aan. „Alles wordt daar behandeld, maar niet iedereen is zich dan al bewust van de noodzaak van wat wij ze leren. Wanneer trek je een bivvy-bag, een warmte vasthoudende hoes, om je slaapzak heen? Je kunt van alles vertellen in een lokaal, maar pas in deze omstandigheden worden ze zich dat bewust. Wanneer trek je iets dikkers aan, wanneer trek je waterbestendige kleren aan in plaats van wind-proof? Hier komt alles noodgedwongen aan bod.
De extreme kou, „15 graden vorst, stevig briesje, is gevaarlijk. Keer op keer hameren de instructeurs op het voortdurend controleren van vingertoppen, neus en oren. De mannen moeten niet alleen zichzelf, maar ook anderen in de gaten houden. Korporaal Bekkers: „Als ze even pauzeren bij het skiën, moeten ze elkaar controleren. Nog geen witte plekken op het gezicht? Dat is namelijk het eerste teken van bevriezing. Door daarop te letten, kan erger worden voorkomen.
Bij het minste of geringste teken van bevriezing wordt de man ogenblikkelijk afgevoerd en in een tent gestopt om op temperatuur te komen. „Een halfuur warmte, dan moeten de witte plekken weg zijn. Is dat niet zo, dan is er wel wat meer aan de hand dan een lichte bevriezing.

Voorzorgsmaatregelen
De eerste week hebben de novices comfortabel in tienpersoonstenten kunnen slapen. Majoor Van den Borg: „Daar hebben wij de novices bijgebracht hoe ze met die tenten moeten omgaan, hoe ze rantsoenen moeten klaarmaken. Ook zijn we begonnen met skilessen en hebben we ze geleerd om te gaan met laplanders, een soort sneeuwschoenen.
De eerste week hadden de militairen nogal last van het weer. „Het was niet het geschikte weer om te kunnen laten zien wat we wilden laten zien. Regen, natte sneeuw. Daarom zijn we in de tweede week 250 kilometer verkast. In die week hebben we veel demonstraties gegeven op het gebied van bergveiligheid: wat te doen bij lawines. En natuurlijk het zich verplaatsen op skis: afdalen, bochten maken, een ski-tour met zware bepakking.
Spectaculairder dan het gewone skiën is het wakskiën: met een rugzak om op skis een wak inglijden. Al is het programma-onderdeel in de loop van de dertig jaren dat het Korps Mariniers in Noorwegen oefent traditie geworden, toch is het „serieus bedoeld. „Het is een drill, een routinehandeling, benadrukt majoor A. van den Borg, commandant van de 11e compagnie van het eerste Mariniersbataljon. „Tegelijk ook een beetje een funny, iets grappigs, want het is het laatste onderdeel van de training.
Vlak bij de basis Eveness, waar de mariniers hun onderkomen hebben, zijn twee grote wakken uitgehakt in het ijs. Met rood-wit lint zijn de wakken afgezet, om te voorkomen dat iemand voortijdig het water induikt. Bijna honderd meter van de wakken vandaan staan twee grote tenten. In de ene tent moeten de mariniers zich voorbereiden op het wakskiën, in de andere kunnen ze zich na afloop omkleden.
„Welkom bij het wakskiën. We noemen het wel wakskiën, maar het is eigenlijk de drill voor wat je moet doen als je door het ijs zakt. Hier in Noorwegen kun je veel meertjes tegenkomen. Bij verplaatsingen is het makkelijk om over meertjes te gaan, want dan kun je sneller vooruitkomen. Maar er is altijd een gevaar: je weet niet hoe dik het ijs is. De enige manier om dat te weten te komen is: een gat erin maken en de dikte meten. Als je dan besluit een meertje over te steken, is het belangrijk dat je voldoende tussenruimte houdt. Daarnaast neem je een aantal voorzorgsmaatregelen: Je zorgt dat de bindingen van je skis los zijn, je glijdt eigenlijk alleen maar naar voren. Je rugzak en je wapen leg je op een schouder. Skistokken houd je in je linkerhand. Als je door het ijs zakt, houd je die stokken altijd bij je, want daarmee kom je uit het wak.
Stel je voor: We verplaatsen ons en de eerste man zakt door het ijs. Die zorgt er dan voor dat hij zijn rugzak zo snel mogelijk aan de kant legt, want die is zwaar en die laat m zinken. Die rugzak leg je neer aan de kant waar je vandaan komt, want je weet dat het daar nog sterk is. Daarna prik je je met je skistokken uit het wak. De rest van de groep zorgt ervoor dat de vent uit zn kleren komt en in een warme slaapzak, zet een tent op en zorgt ervoor dat de kerel weer helemaal operationeel wordt: warm, droge kleren aan. Dan kun je je verplaatsing weer voortzetten.

Shampoofles
Gejoel stijgt op uit de massa novices als kapitein Tamminga slechts gekleed in een zwembroek zijn tent komt uitgelopen en, zonder blikken of blozen, het ijzige water in springt, waar hij zijn shampoofles te voorschijn haalt en op zn gemak zijn haren gaat wassen. Tientallen koude handen klappen als hij, na zijn wasbeurt, het wak uit springt en naar zijn tent terugrent. „Koud? Valt allemaal wel mee.
Het echte wakskiën wordt serieuzer aangepakt. Niemand gaat het water in zonder een veiligheidslijn: om het middel van de eerste marinier die het water in mag, wordt een touw vastgemaakt, zodat de man altijd het water uit kan worden getrokken als het hem zelf niet meer lukt. Ook aan zn skis zijn touwtjes vastgemaakt; om te voorkomen dat duikers na iedere plons op zoek kunnen naar de skis.
Voorzichtig, om niet voortijdig het water in te glibberen, maakt de marinier op het randje van het wak zijn skis vast. Rugzak aan één riem over de schouder, om, zoals gebruikelijk bij het oversteken van gevaarlijk ijs, zo gemakkelijker uit het water te kunnen komen. Een klein zetje met de skistokken en met een plons en geproest verdwijnt de man het water in. Snakkend naar adem komt hij boven. Hij probeert spartelend naar de overkant te zwemmen. „Eerst je rugzak, roept een instructeur. En als de man niet reageert, nog een keer: „Je rugzak. Pas op het moment dat de marinier in de gaten krijgt dat hij niet eerder het water uit mag dan wanneer hij de rugzak aan de kant heeft gegooid, zwemt hij terug en gooit hij de rugzak op het droge.
„Je registratienummer? Hakkelend komen de cijfers uit zn mond. „Doen we om te kijken of de man nog bij zn positieven is. Sommigen fixeren zich zo op het ontsnappen aan de kou dat ze nergens meer aan denken. Dat blijkt even later wel, als een marinier zich met geen mogelijkheid meer weet te herinneren hoeveel vijf keer zes is. Voor weer een ander blijkt het opzeggen van het alfabet een te moeilijke opgave. „Weet ik niet, sergeant.
Sommigen hebben het zo moeilijk in het water dat ze niet anders dan gierend adem kunnen halen. „Het lijkt wel een zeehond, lachen omstanders die bij het wak staan te kijken. Het vreemde geluid van langs de stembanden fluitende lucht doet inderdaad wel wat denken aan het blaffen van een zeehondje.
Hoewel ze onmisbaar zijn, heeft niet iedereen direct door wat-ie moet doen met zijn skistokken. Een paar mariniers laten de dingen in het water dobberen. Omdat het onmogelijk is het water uit te komen zonder de stokken, fluiten de instructeurs de mannen terug. „Eerst je stokken. De scherpe punten van de skistokken worden in het ijs geprikt, waardoor de drenkeling ineens twee handvaten heeft om op het droge te komen.
Eenmaal boven, worstelen de meeste kletsnatte militairen even met de veiligheidslijn, soms bijna onbeheerst om zich heen slaand, soms gelaten afwachtend op de bevrijdende handen van de instructeurs. En hoewel een rol door de sneeuw, om het water een beetje te deppen, bij het wakskiën hoort, rennen sommigen direct door naar de warme tenten. Uitkleden, afdrogen, omkleden en poeroet (warme chocomel, met een beetje alcohol) drinken.

Wigwam maken
Wakskiën is dan wel het meest spectaculaire onderdeel van de NSSC, het is zeker niet het belangrijkste. De cursus draait vooral om het overleven in de kou. „Niet dat de mannen zich hier met een touwtje en een vishaakje moeten zien te redden, legt majoor Van den Borg uit. „Ze hebben veel spullen bij zich: een rugzak en een noodrantsoen.Zowel de rugzak - Crusader of Bergan genoemd - als het Artic rantsoen zijn onmisbaar. Zonder problemen kan de Crusader met tientallen liters inhoud en kilos gewicht worden volgepropt. Een grote slaapzak en schone kleren - verpakt in plastic - nemen de meeste ruimte in. In twee grote vakken aan de zijkant is plaats voor munitie en een thermosfles. Het kleine vakje boven op de tas bevat tig kaarsen - voor in de tent -, een zaklamp - idem - een bivakmuts, lippenbalsem en een afwasborstel. Om de sneeuw van je kleren en schoenen te vegen voor je de tent in duikt, legt sergeant der mariniers. P. de Jong uit. En bovenop al het textiel houden de meeste mariniers hun eten en pannetje paraat.Wat de mariniers wordt aangeleerd, zijn drills, routinehandelingen om zo efficiënt mogelijk om te gaan met kleding, verzorging en onderkomens.
Zowel de rugzak, Crusader of Bergan genoemd, als het Artic rantsoen is onmisbaar. Zonder problemen kan de Crusader met tientallen liters inhoud en kilos gewicht worden volgepropt. Een grote slaapzak en schone kleren (verpakt in plastic) nemen de meeste ruimte in. In twee grote vakken aan de zijkant is plaats voor munitie en een thermosfles. Het kleine vakje boven op de tas bevat tig kaarsen voor in de tent, een zaklamp, een bivakmuts, lippenbalsem en een afwasborstel. „Om de sneeuw van je kleren en schoenen te vegen voor je de tent induikt, legt sergeant der mariniers P. de Jong uit. En bovenop al het textiel houden de meeste mariniers hun eten en pannetje paraat. De mariniers worden drills, routinehandelingen, aangeleerd om zo efficiënt mogelijk om te gaan met kleding, verzorging en onderkomens.
Essentieel om te overleven in de kou is een warm onderkomen. „Met een klein clubje kun je in korte tijd een wigwam of een gappa-hook maken, als je maar het juiste gereedschap bij je hebt: een zaag, een bijl, touw en spijkers, legt luitenant Scheurwater, pelotonscommandant van de 11e compagnie, uit. „Binnen twee en een half uur zaten we lekker warm binnen.
De novices doen het allemaal wat langzamer. „Het is leuk voor ons om te zien wat zij in de praktijk hebben geleerd. Het blijkt dat het hier allemaal wat langer duurt. Ze hebben minder ervaring, zijn minder op elkaar afgestemd.
In het donker van de poolnacht is goed te zien waar de mannen hun onderkomens hebben gebouwd. Verspreid door het landschap steken de rode vuren fel af. De mariniers hebben flink gekapt: uit de laag sneeuw steken stronken omhoog.
Het bouwen van een houten onderkomen voor de nacht blijkt geen eenvoudige klus, want op bijna ieder verblijf hebben de instructeurs wel wat aan te merken. De wigwams, gebouwd van bomen die schuin tegen een centrale boom zijn neergezet, zijn vaak te hoog, waardoor er veel vuur nodig is voor een beetje warmte.
Ook de gappa-hooks zijn vaak te groot gebouwd. De gappa-hook bestaat uit twee delen: een scherm om de warmte van het vuur te weerkaatsen en de eigenlijke hut, een schuin oplopend dak van kleine stammetjes. Winddicht en klein gebouwd, levert de gappa-hook een redelijk comfortabele slaapplaats. „Dit is een mooie, complimenteert de luitenant de bouwers van een van de gappa-hooks. „Lekker compact, mooi vuurtje.

Dak zakt in
Vergeleken met de wigwams en gappa-hooks is een iglo een luxe onderkomen. Op het terrein van het tweede bataljon staan twee demonstratiemodellen opgesteld. Nul graden is een comfortabele warmte, als het buiten bijna twintig graden vriest. Opvallend is ook de stilte in de iglo: de sneeuw isoleert zo goed dat niet allen kou, maar ook geluid buiten blijft.
Weggedoken in zn slaapzak geeft sergeant De Jong uitleg over de iglo. „Instorten kan niet, verzekert hij. „Komt omdat het ding rond is. Door de warmte zakt het dak in de loop van de nacht wel wat in. Dus het kan gebeuren dat je s ochtends vreemd staat te kijken als het dak tien centimeter boven je neus hangt. En mocht de boel toch instorten, dan staat hier een schep die met een touwtje aan een schep buiten vastzit. Dat is altijd de kortste weg naar elkaar toe.
Om verse lucht aan te voeren, is er wel een gat in het dak gemaakt, dat zo nu en dan moet worden opengemaakt door er met de skistok in te prikken. Voor de veiligheid staat er direct naast de ingang een kaarsje in een nis. „Gaat het kaarsje uit, door gebrek aan zuurstof, dan moet je maken dat je naar buiten komt.
De iglo is gebouwd om door vier man te worden bewoond. Een beetje krap is het wel. De vier slaapmatjes passen maar net naast elkaar, maar de warmte en rust vergoeden veel. „Lekker warm, vindt sergeant De Jong, terwijl hij zijn slaapzak over een matje uitrolt. Uit zijn grote rugzak tovert hij een brandertje en een pan te voorschijn. „Tijd om te cookeren.

Eten koken
Water halen, om eten in te koken, is makkelijk. Met een vuilniszak in de hand kruipt de onderofficier zijn onderkomen uit, om een minuutje later grijnzend terug te komen met een zak vol sneeuw. Een paar flinke handen vol verdwijnen in het pannetje, dat op een wankel brandertje staat. Eenmaal aan de kook, wordt het water in een van de zakjes met vriesdroge maaltijden gekiept. „Vijf minuten het zakje dichtknijpen en af en toe even doorroeren, doceert de sergeant. „Eten is een van de belangrijkste dingen in het poolgebied. De kou kost het lichaam zoveel energie, dat extra brandstof nodig is.
Vandaar dat het Artic rantsoen maar liefst 5000 calorieën bevat, veel meer dan een normale maaltijd, en een groot deel van het rantsoen suikerrijk is: druivesuiker-tabletten, chocola, mierzoete thee. De thee is zo zoet dat „het glazuur spontaan van je tanden springt, zoals een van de mariniers moppert, terwijl hij zijn thermosfles leeggiet in een bekertje. De Rolos, die vroeger standaard in de noodrantsoenen zaten, hebben in de loop van de jaren plaatsgemaakt voor ander snoepgoed. „Als het flink vroor, dan brak je je tanden op die ondingen.
De maaltijden zijn, voor mariniersbegrippen, goed. De sergeant is best te spreken over de nieuwe rantsoenen. „De vroegere rantsoenen kwamen uit Engeland en zaten vol doperwten. Moest je die dingen eerst nog een kwartier laten weken voor je er wat mee kon. De onderofficier is zich er wel van bewust dat de maaltijden het in de burgermaatschappij niet goed zouden doen, ondanks de prijs van bijna 75 euro per pakket. Een poging zn vrouw een keer te verwennen met een maaltijd mislukte al op het moment dat zij de inhoud van de zakjes rook. Het liep uit op een bezoek aan een cafetaria, vertelt hij lachend.Om gewicht en ruimte te besparen strippen veel mariniers het pakket: ze halen er uit wat ze lusten of denken nodig te hebben en de rest wordt in een grote doos ingezameld. Voor de liefhebber liggen daar instand havermout, pakken kaakjes, blikjes leverpastei uit Oss. De combinatie kaakjes-leverpastei blijkt een Noorse succesformule: met een kaakje wordt wat pastei uit het blikje geschrapt en tegen de tijd dat het pakje kaakjes leeg is, is ook de bodem van het blikje in zicht.

De sergeant sjort zn slaapzak nog even stevig om zich heen. Koud? Natuurlijk is het koud, maar de onderofficier zou de jaarlijkse oefening niet graag missen. „Het is toch prachtig hier? En het wakskiën hoort er gewoon bij. Als het even kan, heeft de militair zich voorgenomen om even een wak in te duiken. „t Went wel.

Informatie over werken bij de Marine: tel. 0800-0422 of HYPERLINK "http://www.marine.nl" www.marine.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 februari 2002

Terdege | 95 Pagina's

Wakskiën bij min twintig

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 februari 2002

Terdege | 95 Pagina's