Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Charlotte Reihlen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Charlotte Reihlen

De weldoenster van Württemberg

10 minuten leestijd

In het vorstendom Württemberg verwierf Chariotte Reihien grote bekendheid door haar vele initiatieven op het terrein van de christelijke barmhartigheid. Daarbuiten werd ze vooral bekend door haar plaat over de brede en de smalle weg. Daarmee liet ze voor het nageslacht een indrukwekkend document achter.

Heb ik gelijk als ik zeg dat je de plaat van de brede en de smalle weg vroeger vaker zag dan tegenwoordig? Zo'n dertig jaar geleden hing hij bij ons in Den Helder op posterformaat in de etalage van een verf- en behangwinkel. De eigenaar was een man van de Maranathabeweging. Vaag hoor ik in mijn herinnering de kritiek van mijn vader op de plaat. Wat was er toch op aan te merken? vraag ik me nu af Riekte hij een beetje naar de vrije wil? Hoe kom ik aan een exemplaar? Agnes Amelink schrijft in haar boek 'De Gereformeerden' over de „bekende zondagsschoolplaat van de brede en de smalle weg, die in vele huiskamers hing" (blz. 169). Maar bij mij thuis hing hij niet en ik zou geen huiskamer kunnen noemen waar ik hem ooit gezien heb. „Ik wel", zegt mijn vrouw. „Toen ik kind was, hing hij bij onze buren boven 't orgel." „Bij ons op school is-ie", zegt m'n kleinzoon van tien. En warempel, de volgende dag brengt hij hem mee. Z'n opa mocht hem wel even lenen. Het gaat hier om de vrijgemaakte basisschool in Den Helder. De plaat is een uitgave van De Groot Goudriaan (Kampen, 1994) en vermoedelijk in de boekhandel nog verkrijgbaar. Wat die plaat te maken heeft met Charlotte Reihlen? Dat zal blijken.

Belijdenis
Genoemde Charlotte werd op 26 maart 1805 geboren in de pastorie van Kemnat, een dorp in de buurt van Stuttgart. Haar vader, Wilhelm Mohl, was daar predikant in de Evangelisch-Lutherse Kerk. Ds. Mohl was al 53 jaar toen Charlotte werd geboren. Twee jaar tevoren was hij in tweede echt gehuwd met een dochter van ds. Ernst Göz, predikant van de Leonhardskirche in Stuttgart. De kleine Charlotte had vier stiefbroers en één stiefzus. Op veertienjarige leeftijd „feierte sie ihre Konfirmation". Hartverheffend om te lezen hoe zo'n pril tienertje belijdenis doet en van haar peettantes briefjes krijgt met felicitaties, omdat „zij in het openbaar Hem heeft beleden Die als haar Heere en Heiland voor haar leed en stierf". Overigens plaatsen wij, calvinisten, wel een paar kanttekeningen bij deze ceremonie. Riekt die niet een tikkeltje naar de roomse Eerste Communie? Op 24 juni 1823, Charlotte was toen achttien jaar, trad ze in het huwelijk met Friedlich Reihlen, een 26- jarige koopmanszoon uit Stuttgart. Het jonge echtpaar betrok een groot huis aan de Markt in Stuttgart. Daar leefde zij een rijkelui's leven, met logé's, dienstboden en huisknechten, maar ze vergat ook de weldadigheid voor de armen niet.

Verenigde Staten
 Hoe was deze domineesdochter geestelijk? Later zegt ze: „Ik leefde in die tijd midden in de wereld." Al gaf ze daarmee waarschijnlijk een te straf oordeel over zichzelf. Ze was gelukkig getrouwd, schonk het leven aan drie zonen en kerkte vanzelfsprekend in de Leonhardskirche van Stuttgart. Van lieverlee echter kreeg ze vrienden onder de 'Erweckten', die onder de prediking van met name Ludwig Hofacker (1798-1828) tot bekering waren gekomen. Friedlich Reihlen was niet bijster ingenomen met de geestelijke koerswijziging die hij bij zijn vrouw waarnam, noch met de lectuur die zij ging lezen. Was het daarom dat hij een reis naar de Verenigde Staten ging plannen? Of was hij, net als vele anderen, de verwarde politieke situatie en de economische malaise in Duitsland beu? Hoe dan ook, Amerika was voor hem het Beloofde Land. In ieder geval zou hij zich ter plaatse gaan oriënteren. In dezelfde periode, op 19 juni 1830, kwam Charlotte tot de zekerheid des geloofs. De datum van 19 juni heeft zij de rest van haar leven als haar verjaardag gevierd. In de zomer van 1833 vertrok Reihlen naar de Verenigde Staten. Wat hij niet gedacht had, gebeurde. Het maatschappelijk leven in Amerika viel hem bar tegen en ginds in den vreemde kreeg hij in te zien dat zijn vrouw door God begenadigd was met geestelijke weldaden die hij zelf miste. In Ann Arbour (Michigan) kwam ook hij, onder de preek van ene Schmid, tot bekering. Toen hij na een afwezigheid van negen maanden in maart 1834 weer thuis arriveerde, mocht hij zich eensgeestes met zijn echtgenote bevinden. Samen zetten zij de werken der barmhartigheid voort, waartoe Charlotte intussen initiatieven had ontwikkeld.

Euangelische initiatieuen
Dan volgt het verhaal zoals wij dat ook kennen van 19e-eeuwse weldoeners als Otto Gerhard Heldring en andere Reveil-figuren in ons land. Het aloude vorstendom Württemberg, dat jarenlang te lijden had gehad van de doortrekkende legers van Napoleon, was een zeer arm land. Gedurende heel de 19e eeuw bleef dat zo. Nog in 1874 was de kindersterfte in Württemberg de hoogste van heel Europa. Als gevolg van de Industriële Revolutie ontstond ook in Stuttgart een talrijk industrieproletariaat. De ellendigst denkbare kinderarbeid kwam veelvuldig voor. De schatrijke Reihlens konden het zich veroorloven voor hun opgroeiende kinderen een huisonderwijzer in dienst te nemen. Friedlich Weid- Ie, een godvrezende jongeman, die zo veel gaven had gekregen dat ook bevriende meisjes in huize Reihlen ter schole kwamen. Het bleef niet alleen bij lesgeven. Daartoe uitgenodigd, preekte Weidie ook voor een gezelschap gelijkgezinden in een van de kamers van het herenhuis aan de Markt. Het klasje groeide uit tot een 'evangelische middelbare Meisjesschool'. Voorzitter van het bestuur was tot zijn vroegtijdige dood ds. Wilhelm Hofacker. Tijdens het Hitlerregime nam de stad Stuttgart de school over, maar het nog altijd bestaande 'Evangelisch Gymnasium' in Stuttgart is uiteindelijk ontstaan in een van de salons van het huis dat Charlotte Reihlen-Mohl bewoonde.

Zendingsconferentie
In 1842 bezocht mevrouw Reihlen met een aantal vriendinnen een zendingsconferentie in Bazel. Wat zij daar hoorde, ontroerde haar zo dat zij, teruggekomen in Stuttgart onmiddellijk een zendingskrans oprichtte. Zij kreeg daarbij de ruimhartige steun van ds. Sixt Karl Kapff. Jaarlijks werd een grote zendingsdag gehouden. In de week waarin die plaatsvond, herbergden de heer en mevrouw Reihlen meermalen zo'n tachtig logé's. Charlotte, de vrouw des huizes, was dan zo eenvoudig gekleed dat gasten die haar nog niet kenden haar soms voor een van de dienstboden aanzagen. In 1841 werd door de Württembergse Landeskirche een nieuw gezangboek uitgegeven. Dat verving de sterk door de Verlichting gestempelde uitgave uit 1791. In de nieuwe bundel waren veel bij de piëtisten geliefde gezangen opgenomen. De prijs viel echter nogal hoog uit, zodat arme gemeenteleden het niet konden kopen. Opnieuw kwam Charlotte Reihlen in actie: een goedkope uitgave kwam op de markt, in Württemberg bekend als het "Armengesangbuch". Een zekere ds. Baumann miste in deze officiële uitgave nog een aantal onder Gods kinderen zeer geliefde liederen. Door mevrouw Reihlen aangemoedigd, zocht hij die bij elkaar, voegde er een aantal gebeden en op allerlei gebeurtenissen slaande schriftgedeelten aan toe, en zo verscheen een 'Christliches Hausbüchlein'. Deze uitgave heeft heel lang bestaan in Duitsland.

Huishoudschool
Een ontmoeting met ds. Theodor Fliedner, stichter van het diakonessenwezen, leidde ertoe dat de heer en mevrouw Reihlen, met steun van anderen, een diakonessenopleiding startten. Toen het lot van jonge meisjes ter sprake kwam die al heel jong moesten gaan dienen, besloten ze ook voor hen wat te gaan doen. Charlotte nam de vrij vrijheid met dit plan naar het hof te gaan. Zij kreeg een gunstig gehoor: koningin Pauline van Württemberg was bereid beschermvrouwe te worden van de eerste huishoudschool in Stuttgart: de 'Dienstbotenschule Paulinenheim'. Opmerkelijk is dat hetgeen in Württemberg gebeurde ook elders in Europa voorkwam. Zo hoorde men in Stuttgart hoe in Engeland het zondagsschoolwerk op gang was gekomen. Duizenden kinderen werkten letterlijk van 's morgens vroeg tot 's avonds laat in kolenmijn of fabriek. Schoolgaan was er niet bij. Alleen 's zondags stonden de stoommachines stil. Dan zwierven de kinderen op straat. Welnu, bedachten weldoeners in Engeland, laten wij ze dan 's zondags nog wat lezen en schrijven leren en hen bovendien de boodschap van het Evangelie brengen. De vonk sloeg over naar Duitsland. De eerste zondagsschool in Stuttgart startte op 8 oktober 1864 ten huize van Charlotte's oudste zoon, Adolf Reihlen, en zijn vrouw Therese Reihlen, geboren Kullen. De hofprediker van het Württembergse hof, ds. Günther, werd later voorzitter van een zondagsscholenbond, in de volksmond 'der Günterschen Verein' genoemd.

Gebedsverhoringen
Charlotte Reihlen kon getuigen van bijzondere gebedsverhoringen in haar leven. In het jaar 1847 waren er in Stuttgart 'broodrellen'. Door allerlei oorzaken stegen de graanen derhalve de broodprijzen explosief Er ontstond onrust onder de bevolking. Toen een grote bakker op een dag bekendmaakte dat hij ten gevolge van een defect aan zijn oven niet kon bakken, zeiden ophitsers tegen de mensen dat hij zijn meel vasthield om een volgenvolgende week nog hogere prijzen te kunnen berekenen. Daarop sloeg de vlam in de pan en werd de bakkerij door het gepeupel bestormd en het winkelinterieur kort en klein geslagen. Een huisknecht van de familie Reihlen kwam doodsbleek binnen rennen. Hij had gehoord dat de mensen tegen elkaar riepen: „Nu naar de Markt; bij de Reihlens is ook wel wat te halen." Charlotte en haar man riepen de kinderen en de dienstboden bij elkaar en zeiden: „Trek je beste kleren en schoenen aan. Als ze aan de voorkant ons huis bestormen, gaan wij door de tuinkamer naar buiten. Bij de koningspoort vinden we elkaar later weer terug." Nu hadden de Reihlens op dat ogenblik twee logé's, godvrezende vrienden. Op hun voorstel gingen ze met z'n allen in gebed, terwijl buiten het geschreeuw al hoorbaar was. Opeens was er hoefgetrappel en klonk er een schot. Vlak voor het huis van de familie Reihlen werd de menigte door een eskadron huzaren tegengehouden en teruggedreven. Charlotte werd bepaald bij de geschiedenis van Lot in Sodom. Twee engelen beschermden ook hem en de zijnen.

Plaat
Op een dag had Charlotte Reihlen zich teruggetrokken in een eigen vertrek in haar grote huis en zette ze zich tot stille overdenking van Gods Woord. Ze verwijlde bij Jezus' woorden in Mattheüs 7. Al peinzend pakte zij een groot vel papier en probeerde de brede weg te tekenen, die tot het verderf leidt, en ook de smalle weg, leidend naar de eeuwige heerlijkheid. Toepasselijke teksten voegde zij toe in de marge. Als zo vaak rijpte in haar een plan. Zou zij deze tekening door een erkend illustrator laten uitwerken, hem door een drukker laten vermenigvuldigen en hem dan wellicht kunnen gebruiken ten dienste van Gods koninkrijk? Zo gezegd, zo gedaan. Het duurde niet lang of de prent kon uitgereikt worden op zondagsscholen en bij evangelisatiediensten. Aanvankelijk bestond de plaat slechts in zwartwit, later ook in kleur. Ook in Nederland werd hij bekend. Wat tekende mevrouw Reihlen? Langs de brede weg zie je danszaal, theater, gokpaleis, bordeel, roof, dierenkwelling. Het eerste wat de christen op de smalle weg tegenkomt, is de bron met het water des levens. Aan de andere kant van het pad zie je het koor van de Leonhardskirche. Als je goed kijkt, zie je door de ramen de mensen aan de Avondmaalstafel zitten. Naast de kerk staat een grote zondagsschool. Verderop langs het pad worden werken der barmhartigheid uitgebeeld. Boven in de prent rijdt een stoomtrein. Volgens mevrouw Reihlen nuttig voor de mensen, maar over 't algemeen dient deze uitvinding toch meer het rijk van de antichrist dan dat van God (denk aan de zondagsontheiliging die de spoorwegen veroorzaken). Daarom rijdt de spoortrein toch richting de brede weg. Onderaan de plaat tekende zij 'der Raum der Entscheidung', de plek waar de beslissing valt. Een evangelist wijst naar een miniem poortje in een dikke, hoge muur. „Gaat in door de enge poort", predikt hij. Weelderig geklede mensen lopen zwierig op de grote poort toe, maar van rechts nadert bedachtzaam een werkman met een groot pak op zijn rug. Dacht Charlotte aan Bunyan's christen? Naar mijn mening heeft Chariotte Reihlen-Mohl een indrukwekkend document nagelaten, ook al is het voor ons, 21e-eeuwers, sterk gedateerd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 21 mei 2003

Terdege | 96 Pagina's

Charlotte Reihlen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 21 mei 2003

Terdege | 96 Pagina's