Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een roeping voor Nepal

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een roeping voor Nepal

Ruchama Bloemendaal: „In mijn geboorteland zal ik van mijn christen-zijn moeten getuigen door mijn doen en laten`

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als tweejarige peuter werd Ruchama Bloemendaal uit Nepal geadopteerd en kreeg ze haar plaats in een Nederlands gezin. In januari hoopt ze terug te gaan naar haar geboorteland om er als verpleegkundige en zendelinge aan de slag te gaan. „De roeping van God om dit werk te gaan doen, was altijd al in mijn hart.

Ruchama (28) groeide op een boerderij in Enter op, bij haar Nederlandse ouders in huize Bloemendaal. Vanaf dat ze een klein meisje was, had ze de wens om weer terug te gaan naar Nepal om haar volk hulp te geven en over de Heere Jezus te vertellen. „Ik ken mezelf niet anders dan dat ik deze roeping voelde die door God in mijn hart is gelegd. Als verpleegkundig zendelinge wil ik de Heere dienen in dit zeer arme land. Met diepe bewogenheid in mijn hart voor de zieken wil ik hulp geven aan mensen in nood.
Haar hele opleiding stond in het teken van dit verlangen. Ruchama volgde de opleiding verpleegkunde aan de HBO-V, deed werkervaring op als sociaal verpleegkundige, voltooide een Discipel Training School op het ziekenhuisschip Anastasis van Mercy Ships, rondde de Tropenopleiding in Londen af en volgde het afgelopen jaar lessen op de Bijbel Hogeschool All Nations Christian College in Engeland.

Voorrecht
Ruchama heeft er nooit problemen mee gehad dat ze is geadopteerd uit een kindertehuis in de Nepalese hoofdstad Kathmandu. „Bij mij overheerste altijd het gevoel dat ik bevoorrecht was. Ik werd uitgekozen en anderen niet. Van jongsaf aan is er door mijn ouders ook altijd open over gepraat en werd het verhaal met de fotoboeken erbij verteld. Alleen al door mijn donkere huidskleur ontdekte ik al snel dat ik anders was. Maar ik heb daar nooit een naar gevoel over gehad. Later hebben mijn ouders nog een jongen uit hetzelfde tehuis geadopteerd.
In 1995 bezoekt Ruchama haar geboorteland voor het eerst. Drie maanden lang trekt ze door Nepal om het land en de bewoners beter te leren kennen. De laatste maand van haar reis gebruikt ze om haar familie op te sporen. Ze gaat naar het kindertehuis in de hoofdstad Kathmandu, waar ze als baby door haar zieke moeder is achtergelaten.
In het kindertehuis zijn echter geen gegevens over haar moeder, zodat ze haar niet verder kunnen helpen. In de laatste week van haar verblijf heeft een journaliste van een plaatselijke krant een interview met Ruchama. Er worden twee fotos bij het artikel geplaatst: een recente en een foto uit haar kindertijd.
Als ze alweer in Nederland is, valt er op een dag een brief van het kindertehuis uit Kathmandu op de mat. Er heeft zich een vrouw gemeld die Ruchama van de fotos in de krant herkende, onder andere door de opvallende moedervlek op haar kin.

Weerzien
In de maanden die volgen, gaan er brieven van Nepal naar Nederland en andersom. Ruchamas moeder heeft nooit leren lezen of schrijven, maar ze kent gelukkig iemand die dat voor haar kan doen. Ruchama weet nu dat ze in haar geboorteland drie zussen en een broer heeft. Na een jaar gaat ze opnieuw naar Kathmandu om haar Nepalese familie te ontmoeten. Het wordt een ontroerend en onvergetelijk weerzien.
Het contact met haar familie in Nepal betekent veel voor Ruchama, maar het gaf bij haar niet de doorslag om als medisch zendeling in haar geboorteland te gaan werken. „Het is altijd al mijn verlangen geweest om terug te keren naar dit land. De verhouding met mijn Nederlandse ouders zal door mijn werk in Nepal wel veranderen, maar dat staat los van het feit dat ik geadopteerd ben. Ik ga ook niet emigreren, want als alles goed gaat, kom ik om de twee jaar voor een paar maanden met verlof naar Nederland, net als andere zendingsmedewerkers.
Nepal is sinds de koningsmoord in 2001 een land van twist en tweedracht. Sinds de dag dat vrijwel de hele koninklijke familie werd uitgemoord, is het land het toneel van verhevigde gevechten tussen maoïstische opstandelingen (communisten) en de koning met het leger.

Kerk groeit
Hoewel het door de hindoeïstische overheid zeker niet bevorderd wordt, maakt de kerk de laatste jaren een grote groei door. Leefden er in 1990 nog maar 30.000 christenen in Nepal, vorig jaar was dat aantal de 1 miljoen gepasseerd.
Ruchama ziet duidelijk een verschil tussen de opstelling van de overheid en die van de bevolking. „In de grondwet, mentaliteit en cultuur zie je dat het hindoeïsme en ook wel boeddhisme de eerste loyaliteit heeft. Daarentegen staan de Nepalezen zelf heel open voor het woord van God. Ze zijn dorstig naar het Evangelie.
Het is heel moeilijk om je geloofskeuze te veranderen. Ook onder invloed van de sociale maatstaven van je familie of dorpsgenoten. Ik weet van mensen die christen zijn geworden dat ze de dorpskraan niet meer mogen gebruiken. Anderen zijn uit hun familie verbannen, wat in Nepal zon beetje het ergste is wat je kan overkomen.
Ruchama is in juni aangenomen voor een functie in een aidspreventieproject in Zuidwest-Nepal. De aidsepidemie neemt momenteel het hardst toe in Azië. Ook in Nepal, het armste land van dit werelddeel, vallen talloze slachtoffers en wordt de samenleving erdoor ontwricht.

Aidspreventie
„Als de financiering van mijn uitzending rond is, hoop ik in januari naar Nepal te gaan. Via Interserve, een internationale interkerkelijke zendingsorganisatie, word ik dan uitgeleend aan International Nepal Fellowship, een zendingsorganisatie in Nepal met verschillende projecten op het gebied van medisch ontwikkelingswerk. Na een bezoek aan mijn familie volg ik daar eerst een taal- en cultuurcursus. Als ik dit heb afgerond, ga ik naar het zuidwesten van Nepal om een team verpleegkundigen te adviseren in een project dat zich richt op de preventie van drugsgebruik en aids.
Het gebied kent een risicogroep van 2500 mensen die verslaafd zijn. We proberen deze groep te bereiken om verdere besmetting met het HIV-virus te voorkomen. We richten ons niet alleen op drugsverslaafden, maar we geven ook voorlichting in dorpen en op scholenmogelijk te bereiken met informatie om aids te voorkomen.
Een groot deel van het preventieve werk is onzichtbaar. Bij het werk probeer je dan zo dicht mogelijk bij hun nog vrij behoudende cultuur aan te sluiten. Dat houdt in dat je op waarden probeert in te haken die zij niet als bijbels herkennen, maar wel in hun cultuur liggen. Te denken valt aan trouw zijn binnen het huwelijk en, vooral naar jongeren toe, geen gemeenschap voor het huwelijk

Prostitutie
„Als ik denk aan de Nepalese meisjes die geronseld worden voor de prostitutie, dan zou ik de bevolking graag bewust willen maken van de onwaardigheid hiervan. Als zij hier zelf tegen in het geweer komen, kunnen zij voorkomen dat hun dochters, zusjes en moeders psychisch en lichamelijk voor het leven verminkt worden. Nu worden nog veel meisjes naar India gelokt onder het mom dat ze daar aan de slag kunnen als kamermeisje in een hotel. Als ze daar eenmaal zijn gearriveerd, verdwijnen ze in een bordeel. Ze lopen het gevaar dat ze aids krijgen en kunnen besmet raken met geslachtsziekten die blijvende schadelijke gevolgen kunnen hebben als ze niet behandeld worden.
Het is bovendien belangrijk dat de bevolking de waarheid hoort over het hiv-virus en hoe je aids kunt oplopen. In Nepal leeft nog steeds de mythe dat, als een man aids heeft, hij seksueel contact met een maagd moet hebben om te kunnen genezen. Juist door die onwetendheid worden veel slachtoffers gemaakt. Door de snelle opmars van aids onder de bevolking wordt de hele samenleving ontwricht en zijn er veel aidswezen.
Om vrouwen uit de prostitutie te halen en weer een bestaan op te laten bouwen, zou meer nodig zijn dan voorlichting, weet Ruchama. „Op dit moment heeft de preventie wel de hoogste prioriteit en zijn er nog geen middelen beschikbaar om bij voorbeeld een centrum op te zetten waar deze vrouwen scholing kunnen volgen en sociale vaardigheden ontwikkelen om uit de prostitutie te komen en op een andere manier de kost te verdienen.

Getuigen
Bij haar werk voor de International Nepal Fellowship zal Ruchama niet openlijk kunnen evangeliseren onder de bevolking. Zowel de huidige koning Gyanendra als maoïstische opstandelingen zijn hiertegen gekant. In de afgelopen jaren zijn evangelisten en lekenpredikers om die reden zonder pardon gedood.
Ruchama onderkent de gevaren, maar heeft er toch alle vertrouwen in. „Ik heb een visum gekregen om in Nepal als ontwikkelingswerker aan de slag te gaan. Ze weten dat ik voor een christelijke organisatie ga werken. Ik heb geleerd hoe ik me zal moeten opstellen in mijn geboorteland. Ik zal van mijn christen-zijn moeten getuigen door mijn doen en laten en mijn houding. Aan de andere kant weet ik ook dat ik elke gelegenheid zal aangrijpen om het Evangelie van Jezus Christus te delen. Je moet zulke zaken natuurlijk niet gaan provoceren door evangelisatiemateriaal uit te delen, want dan kom je zeker in de problemen. Aan de andere kant is het niet verboden de Nepalezen die vragen hebben of een gesprek willen over de Bijbel te vertellen

Thuisfrontcommissie
Hoewel Ruchamas visum binnen is en de uitzenddienst vanuit Pinkstergemeente De Banier in Almelo in augustus had moeten plaatsvinden, is de financiering nog niet rond. Via Interserve moet Ruchama met behulp van een thuisfrontcommissie de financiering van haar uitzending naar Nepal zelf rond zien te krijgen. Voor het eerste contract van vier jaar en een verlofperiode van acht maanden is een budget nodig van 2000 euro per maand.
„Er zijn mensen die zeggen: je kunt ook naar Nepal gaan zonder een cent op zak en dan geloven dat het goed komt. Maar het is niet verantwoord om aan zoiets te beginnen zonder een sluitend budget. Als je dan na een poosje terug moet omdat het geld op is, help je de mensen niet en schaad je de voortgang van het werk.
Dat neemt niet weg dat het heel pittig is om zo af te moeten wachten. Toch mag ik leven vanuit het geloof dat God nog mensen op mijn pad stuurt om me te sponsoren, zodat ik daadwerkelijk naar Nepal kan gaan om er Jezus en de mensen te dienen.

Financiële ondersteuning van Ruchamas uitzending naar Nepal is mogelijk via giro 1942305, t.n.v. Interserve Amersfoort, o.v.v. Ruchama Bloemendaal, fonds 78.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 2004

Terdege | 104 Pagina's

Een roeping voor Nepal

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 2004

Terdege | 104 Pagina's