Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De salesianen van Assel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De salesianen van Assel

Broeder Bernhard: „In het werken met jongeren vond ik een geweldig stuk levensgeluk"

10 minuten leestijd

Ze gaan celibatair door het leven, maar weten zich gegrepen door de jeugd. Op hun door bos en hei omgeven Mariahoeve ontvangen de Asselse salesianen van Don Bosco jongerengroepen uit het hele land. Die voor hen het falend overheidsbeleid bewijzen. „Heel veel jeugdwerk dat enorm preventief werkte, is afgebroken.

Dag aan dag was hij te vinden op de landerijen rond de Mariahoeve, maar sinds vier maanden zit hij met het linkerbeen omhoog. Een auto-ongeluk doorbrak het vertrouwde patroon van broeder Bernard (69). De bedrijfsleider van de Mariahoeve draagt zijn lot als een ware salesiaan. Minzaam en geduldig. „Ik heb nu de tijd om me op heel veel dingen te bezinnen.
Als 17-jarige jongen sloot de boerenzoon uit het Brabantse Erp zich aan bij de salesianen. „De overige acht zijn allemaal getrouwd, lacht hij, „maar ik voelde me aangetrokken tot het religieuze leven. In een praktische vorm. De contemplatieve monniken zoeken persoonlijke heiliging in een klooster, de religieuzen van de actieve orden doen dat in de maatschappij. Vanwege mijn betrokkenheid op jonge mensen heb ik voor de salesianen van Don Bosco gekozen.
Na het afleggen van de gelofte werd hij gestationeerd op de rooms-katholieke technische school met bijbehorend internaat in Leusden. „Je trok daar 24 uur per dag met de jeugd op. Ik sliep in de slaapzaal, at in de eetzaal, gaf overdag een aantal praktijklessen in de werkplaats. Daarnaast hielp ik de leerlingen met de studie. De rest van de dag was ik bezig met begeleiding en het organiseren van sportieve activiteiten. In het werken met jongeren vond ik een geweldig stuk levensgeluk.

Vluchtelingen
Het Tweede Vaticaans Concilie bezorgde de orden een lelijke knauw. „Na het concilie kregen de kloosters te maken met vluchtelingen. Ook wij hebben uittredingen gehad. Dat vond ik jammer. Je hebt van die mensen gehouden en dan gaan ze uit je leven weg. Maar ik kijk er niemand op aan. Het Tweede Vaticaans Concilie betekende een bevrijding van heel veel regels waarmee velen eigenlijk niet konden leven. Nu komt het veel meer aan op het persoonlijk initiatief en de persoonlijke bezinning. Dat is beter. Als je je niet persoonlijk bezint, raak je los van de wortels van het religieuze leven.
Op verzoek van salesiaan pater Jan Terschure, de latere bisschop van Den Bosch, toog Bernard in 1963 van Leusden naar Assel, om daar tijdelijk een vrijgevallen post op de Mariahoeve in te nemen. Dat tijdelijk duurt tot vandaag. „Na het overlijden van de vorige bedrijfsleider, viel de vraag: Bernard, wat doen we? Ik had niet de ambitie om Wim op te volgen, maar als ze zon vraag voor de derde keer stellen, dan wil dat zeggen: Bernard, wil jij het doen? Dan moet je je daarbij neerleggen.
Aanvankelijk was de boerderij bedoeld als opleidingscentrum voor salesianen die zich voorbereiden op een taak in de Derde Wereld, maar dat ideaal werd niet verwezenlijkt. In plaats daarvan werd de Mariahoeve, met zestig hectare bouwland en bos, een centrum voor jeugdwerk. Aan de veeteelt kwam een jaar geleden een einde. „We worden allemaal ouder, verklaart Bernard. „In de jaren dat ik bij de salesianen ben, zijn er zon 130 gestorven. Wijnand, inmiddels 78, draaide in zn eentje voor het vee op. Dat ging niet meer.

Jeugdwerk
Overste van de Asselse gemeenschap is pater Wim van Luyn (70). „Omdat iémand de leiding moet hebben. Een van onze paters zei altijd: De overste is het meest over. De uit Friesland afkomstige priester, zoon van een hoofdmeester uit het rooms-katholieke St. Nicolaasga, groeide temidden van religieuzen op. „Vier broers van mijn moeder waren priester, drie zusters van mijn vader waren non.
Door een vakantiekamp van een groep salesianen uit Ugchelen maakte hij kennis met de volgelingen van Don Bosco. „Ik was toen een jaar of acht. Bij de salesianen hoefde je je niet stil te houden, omdat ze moesten brevieren. In tegendeel, ze gingen met ons een spelletje doen en namen de jeugd van het dorp op sleeptouw. Mijn oudste broer was meteen verkocht. Die heeft ook bij de salesianen gezeten, maar is later uitgetreden. In 47 volgden mn tweelingbroer en ik.
Na het noviciaat en de voortgezette godsdienstige en pedagogische vorming in de communiteit van Ugchelen, kreeg de Friese tweeling een stageplaats voor drie jaar toegewezen. „De vervolgstudie theologie hebben we in Duitsland en Frankrijk gevolgd. Na de priesterwijding heb ik heel veel gedaan in het opzetten en begeleiden van jeugdwerk, plaatselijk en regionaal.

Straatkinderen
In Assel is de bejaarde pater belast met de dagelijkse leiding over de communiteit, het inboeken van groepen, het ontvangen en uitzwaaien van gezelschappen en het verzorgen van de administratie. „Vanaf half maart tot begin november heb ik in de kampschuur gemiddeld twee tot drie groepen per week. Jeugd van overal vandaan. Klassen van katholieke en protestantse scholen, catechese- en zondagsschoolgroepen, jeugdkampen, vormingsgroepen, noem maar op. Vroeger gaven we ook veel cursussen, maar dat hebben we moeten stoppen vanwege geldgebrek. We zijn afhankelijk van ons centraal bureau. Door de lage rente op het belegde kapitaal valt er momenteel minder te besteden.
De categorie twaalf- tot achttienjarigen bivakkeert in de kampschuur achter de Mariahoeve, de jongvolwassenen kunnen terecht in de verderop gelegen villa, waar vijf van de acht Asselse salesianen wonen. Over de mentaliteit van de hedendaagse jongeren is broeder Bernard niet pessimistisch gestemd. „De jeugd begint zich weer meer te bezinnen. Een docente van het Veluws College heeft met een salesiaan in Zimbabwe een project voor straatkinderen opgezet. Haar oud-leerlingen organiseren nu zelfstandig allerlei acties om haar te steunen. Daar zijn ze veel sterker in dan de jeugd van vijftien jaar geleden.

Overheid
Van Luyn is evenmin negatief over de jeugd. Minder goede woorden heeft hij over voor het overheidsbeleid. „Heel veel jeugdwerk dat enorm preventief werkte, is afgebroken. Nu worden we met de gevolgen geconfronteerd. In s Heerenberg vroegen ze me destijds om jeugdwerk te beginnen in een gat dat in heel de Liemers berucht was. Na een jaar zei de veldwachter van het dorp tegen me: Pater, als politie hebben we de helft minder last van de jeugd.
Inmiddels is bijna al het gewone jeugdwerk om zeep geholpen, en zwerven de jongeren langs de straat. Daar willen ze wat, dus ze hangen tegen de heilige koeien van de burgerij. Die de politie gaat bellen. Dat levert het volgende spelletje op: agentje pesten. Het geld dat in het jeugdwerk is bezuinigd, wordt nu uitgegeven aan politie, structuren, onderzoeken en rapporten.
Een stokpaardje van de erudiete pater-salesiaan is het belang van spel. „Alle nadruk valt vandaag op leren. Terwijl het leven niet wordt geleerd achter de schoolbank, maar tijdens het spelen. Daar is vandaag geen tijd meer voor. Of geen gelegenheid. Don Bosco was overtuigd van de noodzaak van preventie. Je moet voorkomen dat de jeugd afglijdt. Dat besef is bij onze overheid totaal zoek. Wáár moeten de jeugd in de stad spelen?

Luisteren
Illustratief was voor Van Luyn de komst van een tienergroep uit de Amsterdamse Bijlmermeer. „Vijf dagen zijn die kinderen hier geweest. s Morgens om elf uur kwamen ze aan. Toen ik s middags ging informeren hoe het ging, antwoordde een van de leidsters, zon stevige Surinaamse madam: Pater, ik ken ze niet terug. Ze schreeuwen niet meer, ze vloeken niet meer, ze zijn normaal met elkaar aan het spelen. Dat heb ik ze nog nooit zien doen.
Na twee dagen vroeg ik opnieuw hoe het ging. Ze aten als beren, s avonds om tien uur sliepen ze al. Die kinderen kwamen hier werkelijk tot rust. Je zag ze met de dag veranderen. De jeugd moet hier zelf de handen uit de mouwen steken: koken, afwassen, samen de boel opruimen. Dát is vorming. Er is hier sfeer, ze vinden het gezellig, ze voelen zich welkom.
Jongeren die een praatje willen maken, vinden bij broeder Bernard immer een luisterend oor. Omgekeerd vertelt hij de jonge gasten over de natuur. „Daar weten ze maar weinig van. Van de natuur kom je vaak bij heel andere onderwerpen terecht. Dat heb je ook met de mensen van de camping verderop. Die komen soms buurten, zogenaamd om te horen wat wij doen, maar al heel snel komen ze met hun eigen verhaal. Dan moet je luisteren.

Inspiratie
Een deel van de houten piramide achter de kampschuur is omgevormd tot kapel, waar de volgelingen van Don Bosco gezamenlijk de dag beginnen met de eucharistieviering en de dag afsluiten met het avondgebed. Op zondag bedient een van de daartoe bevoegde salesianen de mis in de Heilige-Geestkapel, bij de wonderschone natuurbegraafplaats van Assel.
Voor broeder Bernard is de natuur één grote kathedraal. „Ik raak er steeds meer van onder de indruk. Als Genesis 1 zegt: Bevolk de aarde en beheer, dan is dat een geweldige opdracht. Bevolken zal ik ze niet, maar aan het beheren doe ik alles wat in mijn vermogen ligt. Ik zal nog geen spin onnodig dood trappen.

Wat betekent de persoon van Jezus Christus voor jullie?
Pater van Luyn: „Dat is nou zon typisch protestantse vraag. Mijn broer en ik gaan wel eens naar de dienst van een protestantse gemeenschap in Barneveld. Die mensen hebben een persoonlijke relatie met Jezus, vooral de piëtistische protestanten. Dat kan ik van mezelf niet zeggen. Voor mij is Jezus meer een bron van inspiratie. Als ik met protestanten uit die piëtistische stromingen spreek, maakt dat wel indruk op me. Ze scheppen niet op over hun persoonlijk band met Jezus, ze dragen die eenvoudig uit. Maar voor mij is die weg niet weggelegd. Ik zeg altijd: elk mens gaat zijn eigen weg. En dat moet je zo laten.

Het jeugdwerk van Don Bosco
De salesianen van Don Bosco danken hun naam aan Fransiscus van Sales, een 17e eeuwse bisschop van Genève. De in Savoye geboren Sales genoot grote bekendheid vanwege zijn geduld. Om die reden maakte Don Bosco hem tot zijn grote voorbeeld.
Giovanni Bosco werd in 1815 geboren uit eenvoudige boerenouders in het gehucht Becchi, nabij Turijn. Hoewel het thuis geen vetpot was, zeker na het sterven van zijn vader niet, bood zijn moeder hem de gelegenheid om te studeren. Naast zijn studie gaf hij invulling aan zijn grote passie: het opvangen en begeleiden van kansarme jongeren. Waarbij hij religieuze vorming koppelde aan ontspannende activiteiten.
Na zijn priesterwijding vestigde Bosco zich in Turijn, waar het door hem opgezette jeugdwerk snel groeide. In de loop der jaren vestigde hij met geld dat van allerlei kanten binnenkwam een gigantisch complex van internaten, scholen, kerken, werkplaatsen en een drukkerij. Tussen 1847 en 1869 boden Don Bosco en zijn medewerkers onderdak, scholing, vorming en vakonderwijs aan 4180 vaak ouderloze jongeren, om hen zo tot goede christenen en waardevolle leden van de samenleving te maken. Het leven was er van een spartaanse soberheid. Tegelijk propageerde Don Bosco vrolijkheid als een wezenskenmerk van de jeugd. Zijn humanistische ideeën zette hij in tal van publicaties uiteen.
Een jaar na zijn dood werd de door Don Bosco gevormde sociëteit erkend als een zelfstandige congregatie. Die wordt vanuit Rome geleid door een algemeen overste en zijn raad. De salesianen ontwikkelden zich tot specialisten in onderwijs en jeugdwerk. Eerst alleen in Italië, later ook daarbuiten. Wereldwijd telt de congregatie ruim zestienduizend leden, woonachtig in Don-Boscohuizen. In West-Europa gaat het rap bergafwaarts. De zeven nog actieve communiteiten in Nederland tellen gezamenlijk amper dertig broeders en paters. De uitgerangeerde salesianen, pakweg 35, wonen in Don-Boscohuizen in Driebergen, Nijmegen en Schiedam.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 februari 2005

Terdege | 92 Pagina's

De salesianen van Assel

Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 februari 2005

Terdege | 92 Pagina's