Kunstenares Jet: „Ik probeer de sfeer te pakken
Gisteren nog werd Jet gebeld door de zoveelste kunstenares die zelf vond dat ze niet onaardig schilderde en haar werk óók wel op serviesgoed door de wereld wilde zien gaan. Of Jet even kon uitleggen hoe ze zoiets deed...
Henk Weiden kent ze ook, de amateurs die een eigen servies willen. De adjunct-directeur van het bedrijf dat inmiddels tienduizenden kopjes met ontwerpen van Jet aan de man wist te brengen, krijgt geregeld soortgelijke telefoontjes. „Dan zeg ik: Stuur even wat. Maar meestal kan het niet in de schaduw staan van wat Jet voor ons maakt. Neem het appeldecor dat we hebben gehad. Iedereen kan een appel schilderen, maar niemand doet dat zoals Jet. En haar lavendel wordt geïmiteerd over de hele wereld. Op alle beurzen komen we het tegen. Zelfs in een potje, zoals Jet dat bedacht heeft. Maar telkens heeft het nét niet wat de lavendel van Jet heeft. Dat is kunst, gevoel voor het natuurlijke, voor sfeer.
De Nijverdalse Henriëtte Middag (1965), zoals ze eigenlijk heet, blijft er bescheiden onder. Haar werk mag momenteel veelverkochte blikvanger zijn in bijna elke cadeauwinkel, elk tuincentrum en elke Marskramer, ze haalt daar haar schouders over op. Dat doet ze ook bij de tafel die bomvol staat met het aardbeienservies van haar hand – en allerlei aanverwante artikelen. Voelt ze zich niet trots? „Nee. Wat doet het haar dan dat ze haar eigen werk overal tegenkomt?
„Ik zal heel eerlijk zeggen: Op de laatste beurs begon ik te huilen. Ik kwam bij de stand van acht meter hoog en zag al die vaandels met Jet erop daarboven hangen. Toen schoot opeens door me heen dat ik hier op een wereldbeurs stond, terwijl ik een paar jaar terug begon met een paar bekers. Maar normaal ben ik er heel nuchter onder. Het went. Voor mijn twee kinderen van vijftien en zeventien ook. In het begin riepen ze in de winkels: O, dat heeft mijn moeder gemaakt! Nu reageren ze soms nauwelijks als ik met iets nieuws kom. En dat is maar goed ook.
Henk Weiden lacht: „Dat is de nuchtere Twentse mentaliteit. Ter Steege hoort nu bij de grote spelers op de markt, maar we spreken hier gewoon dialect onder elkaar.
„Met beide benen op de grond, knikt Jet. Dat haar werk zo populair is, noemt ze voor een groot deel geluk en toeval. „Natuurlijk moet je wat kunnen, maar er is ook gewoon sprake van een samenloop van omstandigheden. Ik tekende als kleuter al heel goed. Tekenwedstrijden won ik altijd. Ik hield daar een schilderskist met olieverf aan over, waardoor ik kennis kon maken met nieuwe materialen en technieken. Ik wilde naar de Deva-vakschool, maar dat zag mijn moeder niet zo zitten. Toen vond ik dat erg, maar daardoor heb ik mezelf des te meer willen bewijzen en een eigen stijl ontwikkeld. Ik heb nog overwogen om bezigheidstherapeut te worden of zo, maar had daar toch geen zin in. Het leek me zo saai. Toen ben ik maar gaan trouwen – en blijven tekenen... Zo kon ik mezelf zijn.
Fantastisch
Een jaar of twaalf geleden belde Jet naar Ter Steege in Rijssen. „Iemand had gezegd: Ze doen daar in porselein, misschien kun je iets decoreren. Twee uur later zat ik hier. Ik had posters van een paar tekeningen laten maken en die meegenomen. Het waren kindertekeningen, aangeklede muizen en zo. Jet haalt een voorbeeld erbij, een grote prent van een muizenfamilie die naar bed gaat. Er is veel op te zien en er zit maanden werk in. „Die witte stippen zijn niet op dat blauwe dekbed geschilderd, ik heb al die puntjes opengelaten, eromheen geschilderd. Wat je ziet, is dus papier. Ik zou het nu nooit meer zo doen. Ik vind het nog wel heel grappig, maar ook druk.
Henk Weiden: „Wij hadden inmiddels aardige ervaringen met licenties van aap-noot-mies en dergelijke en zagen wel wat in het werk van Jet. We begonnen met kinderbekers en daarna met het appelservies. Wat er toen gebeurde, was voor ons ook fantastisch, want dat hadden we natuurlijk niet kunnen weten.
Bestond er nog niets op dit gebied? Marjolein Bastin en Janneke Brinkman waren toch ook al bezig?
Henk Weiden: „Marjolein Bastin richt zich toch in de eerste plaats op Hallmark, de kaarten. Janneke Brinkman heeft een kampeerservies gemaakt, maar dat kun je niet vergelijken. Onze kracht zat m bovendien in de herkenbaarheid van de vorm. Alle kopjes, theepotten etc. hadden dezelfde vormen. Die bleven terugkomen in diverse serviezen.
Jet: „Kleur speelt ook een belangrijke rol. Ik haal nooit zomaar iets uit een tube, ben altijd heel lang aan het mixen en mengen. Als kleuter had ik al een sterk gevoel voor kleurencombinaties. Toen mijn jas een keer niet bij de kleur van mijn kleren paste, stopte ik hem in mijn tas. Zo kwam ik midden in de winter van de kleuterschool thuis... Verder moeten mensen gewoon een bepaald gevoel krijgen. Ik probeer de sfeer te pakken, dat is verder heel moeilijk uit te leggen.
Het heeft natuurlijk ook met trend te maken...
Henk Weiden: „Ik durf haast te zeggen dat het geen trendartikelen op zich zijn. Wel appelleert Jet aan de hang naar het verleden, die je tegenwoordig bij veel mensen ziet. Neem het servies met die aardbeien. Vroeger had iedereen een veldje met aardbeien. Ze hoorden bij het voorjaar, want dan alleen kon je ze eten. Zo had ook iedereen een paar kippetjes rond het huis lopen. Het kippenservies was lange tijd zo populair dat we er nu een nieuwe variant op gemaakt hebben.
De adjunct-directeur erkent dat een thema als olijven toch wel modieuze trekjes heeft. „Ja, er bestaan tegenwoordig zelfs speciale olijfwinkels.
Jet: „Als zoiets mij aanspreekt, ga ik dat gebruiken. Ik ben zelf een paar keer in Griekenland geweest, ik eet elke dag olijven. Ik volg dus mijn eigen stijl, al word ik wel commerciëler. Als ik ergens echt niet achter sta, komt mijn naam er niet op.
My castle
De commercie verlangt van Jet dat ze meer doet dan schilderen. Er moeten stands ingericht worden, beurzen bezocht, vergaderingen belegd. De schilderes vindt dat geen nadeel. „Het grootste deel van de week zit ik nog altijd thuis in mijn atelier te werken. En meedenken over het assortiment vind ik alleen maar leuk. Dat ik zelf betrokken ben bij de opstelling in showrooms of op beurzen is belangrijk. Ze wijst om zich heen naar de klassieke en landelijke inrichting van dit gedeelte in de showroom van Ter Steege. „Als ze deze serviezen in een hypermodern iets neerzetten, dan past dat gewoon niet
De serviezen van Jet hebben momenteel toch iets weg van een rage. Wat gaat Jet doen als die rage voorbij is?
„Dan gaat Jet gewoon weer een andere rage opzoeken.
Henk Weiden: „Natuurlijk heeft elk artikel een bepaalde levensduur, maar daarom zoeken we steeds nieuwe decors, vormen en materialen. Jet heeft ook veel sublicentienemers. Zij gebruiken haar ontwerpen op blik, textiel, tafelzeil, deurmatten, schilderijen enzovoort. Zij doen mee met het succes van Jet en wij zijn daar gelukkig mee. Bijpassende keukenschorten of ovenwanten vormen een prachtige aanvulling op de serviezen. We verzorgen verder klanteigen decors. Voor een bedrijf als Douwe Egberts heeft Jet het kinderservies van Olle en Appie gemaakt.
Wat is het grootste compliment dat iemand u kan geven?
„Als iemand echt blij of zelfs ontroerd is door wat ik heb gemaakt en zich daar lekker door voelt, vind ik dat heel mooi. Als ik met Marjolein Bastin wordt vergeleken, beschouw ik dat ook als een groot compliment. Zij is voor mij echt de top.
Via Bestelservice van Terdege wordt de serie My home is my castle aangeboden, serviesgoed met kasteeltjes erop. Waar komt dit thema vandaan?
„Dat idee ontstond door bezoeken aan de vele country-fairs die overal worden gehouden. Die worden namelijk vaak georganiseerd bij een kasteel of havezathe en het decor sluit mooi aan bij de populaire countrystijl.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 maart 2005
Terdege | 92 Pagina's