Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zweedse perfectie in een boerendorp

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zweedse perfectie in een boerendorp

Niclas Hansson: „Vooral op Japanse bezoekers maakt het verhaal over het begin van ASKO altijd grote indruk"

8 minuten leestijd

De oorsprong van ASKO ligt in de schuur achter een boerenwoning, waar Karl Erik Andersson voor zijn moeder een wasmachine maakte. Simpel en onverslijtbaar. Bij alle veranderingen bleef dat het concept van de witgoedfabrikant: een sterk en gebruiksvriendelijk product maken. Portret van een Zweeds plattelandsbedrijf.

Als een vreemd voorwerp ligt de fabriek van ASKO Cylinda in het vlakke akkerland van Västergötland. Midden in het boerendorp Jung, tussen de kerk en een voormalige boerenwoning. De kerk gaat deels schuil achter steigers, de boerderij heeft allang zn oorspronkelijke functie niet meer. Maar de schuur waarin Karl Erik Andersson in 1950 voor zijn moeder een wasmachine maakte, staat er nog.
Als het aan de directie van ASKO Cylinda ligt, blijft dat zo. Het onderstreept het verhaal dat het bedrijf wil uitdragen. Zweedse producten staan voor boerendegelijkheid. Daar kwamen ze ook uit voort. Tal van fabrieken op het Zweedse platteland zijn opgezet door akkerlieden en melkveehouders. Zoals dat ook in Jung gebeurde. „Vooral op Japanse bezoekers maakt het verhaal over het begin van ASKO altijd grote indruk, lacht exportmanager Niclas Hansson.
De wasmachine van Karl Erik bleek zo succesvol, dat de jonge boer besloot om op het erf een productiebedrijfje te beginnen. Na verloop van tijd waagde hij zich ook aan het vervaardigen van een vaatwasmachine en een droogtrommel. Hoewel de fabriek in de loop der jaren meerdere keren van eigenaar wisselde, bleef de kern van het concept ongewijzigd. Built to last longer, is de slogan van ASKO. Gebouwd voor een langer bestaan. In principe vijftien jaar.

Jagers
Voor Jung is ASKO van vitale betekenis. Het dorp telt amper vijfhonderd inwoners, de witgoedfabrikant biedt werk aan een kleine zeshonderd mensen. Voor het merendeel uit de omgeving. Een deel van de productiemedewerkers combineert de dagelijkse arbeid met een bestaan als parttimeboer. „Moonlightfarmers, zegt directeur Staffan Billinger, zelf zoon van een bosbouwer. „Daar heeft Zweden zijn faam als producerend land aan te danken. Boeren zijn handige mensen. Als ze problemen hebben met hun trekker, proberen ze die eerst zelf te maken.
Het semi-agrarische karakter van het personeelsbestand is volgens Niclas Hansson, boerenzoon uit het dorpje As, terug te vinden in de vakantieplanning. In de oogsttijd is er een verhoogde vraag naar verlof. Dat geldt nog sterker voor de maand november, als op elanden mag worden gejaagd. „Veel van onze mensen zijn fanatieke jagers. Als ze moeten kiezen, hebben ze nog liever in november vrij dan in juli.
De fabriek houdt ook boerentijden aan. Om zeven uur s morgens gaat de productie van start. Dan is iedereen aanwezig, van directeur tot magazijnbediende. De hoge arbeidsmoraal gaat gepaard met relatief lage looneisen. „Kom je in Göteborg en omgeving, dan willen mensen beduidend meer verdienen. Omdat ook de kosten daar hoger zijn

Nerveus
Met een productie van 250.000 apparaten per jaar is ASKO een relatief kleine speler in de witgoedsector. In tegenstelling tot giganten als Electrolux en Siemens zijn alle onderdelen van het proces onder hetzelfde dak geconcentreerd. Hansson ervaart dat als een voordeel. „We delen zowel de successen als de problemen. Dat voorkomt dat problemen worden afgeschoven. Als we een stagnatie in een productielijn hebben, is dat binnen tien minuten bij de marketingafdeling bekend, en kunnen we onze klanten meteen op de hoogte stellen van eventuele vertraging.
Electrolux, dat zn hoofdkantoor in Stockholm heeft, maakt een deel van zn wasmachines inmiddels in Polen en Oekraïne. Andere concurrenten verplaatsten de productie naar Azië. „Dat maakte ons behoorlijk nerveus, erkent de exportmanager van ASKO. „Ook wij zijn aan het rekenen geslagen. Dat resulteerde in het besluit hier te blijven. Niet vanwege Zweedse trots, maar uit economische overwegingen.
Het verplaatsen van de productie heeft geweldige risicos. Je kunt je loonkosten wel naar beneden brengen, maar als dat ten koste gaat van de kwaliteit, doet het je naam grote schade. Bovendien stijgen de transportkosten enorm. Van de 250.000 apparaten zetten we pakweg veertig procent in Scandinavië af. Wij hebben daarom niet gekozen voor outsourcing, maar voor verdere automatisering van het proces en verbetering van de efficiëntie in de bedrijfsvoering. Ook daarmee kun je veel geld besparen.

Staalcomponenten
Het aantal personeelsleden op de afdeling staalcomponenten, goed voor de verwerking van 9000 ton staal per jaar, is teruggebracht van honderdvijftig tot dertig. Een spectaculair voorbeeld van modernisering was het robotiseren van de productiestraat waar de roestvrijstalen containers van de vaatwasmachines worden gemaakt. Uit slechts twee platen staal, om het aantal naden tot een minimum te beperken. Naden die niet met een strip en siliconenkit worden gedicht, maar volledig worden versmolten.
Met chirurgische precisie produceren de robots het roestvrijstalen binnenkapsel van de wasmachines. Dat straks zal verdwijnen achter het omhulsel, waarvoor Pernilla Döse verantwoordelijk is. Tot haar verrassing kreeg ze onlangs een prestigieuze onderscheiding voor haar creativiteit als industrieel ontwerpster. „Daar waren we zeer content mee, erkent Hansson. „Maar je moet in de fabriek zijn om de werkelijke verschillen tussen wasmachines te ontdekken. Die zitten niet aan de buitenkant maar aan de binnenkant.
De moderne vaatwasmachines van ASKO doen vrijwel geluidloos hun werk, dankzij een isolerende bekleding die ook door autoproducent Volvo wordt toegepast. Het is niet het enige onderdeel dat zowel ASKO als de befaamde Zweedse autofabrikant in de producten verwerkt. Hetzelfde geldt voor de kogellagers van SKF, de vorige werkgever van Hansson. „Die zitten ook in de trucks van Volvo, die een miljoen kilometer moeten kunnen maken.

Kathedraal
De roestvrijstalen kuipen en gegalvaniseerde trommels van de wasmachines voor textiel worden op twee parallelle lijnen geproduceerd. Vooraan komen ze samen en heeft de verbintenis plaats. „Wij noemen dit de kathedraal, lacht Hansson. „Hier wordt het huwelijk voltrokken. De man die de motor aanbrengt, is de voorganger. Hij leidt de hele ceremonie.
Veel geld investeerde ASKO in het trillingvrij maken van de wasmachines. „Vibratie is moordend voor de hele constructie en met name voor de elektronica. De elektronische intelligentie wordt pas aan het eind ingebracht. Volgens de wensen van de importeurs. Amerikaanse vrouwen hebben andere wensen dan Europese. Voor de apparaten naar het magazijn gaan, worden ze twintig tot dertig minuten getest. „Dat is de reden waarom onze nieuwe machines van binnen nat zijn. Klanten hoeven daar niet van te schrikken, het is een teken dat wij geen enkel risico nemen.
Recent ontving ASKO Cylinda de Groene Zwaan, een toonaangevend milieukeurmerk in Zweden. „We zéggen niet alleen dat we gebruiks- en milieuvriendelijke producten maken, we dóen dat ook werkelijk, onderstreept marketing-manager Maria Mehner. Klanten mogen ons aanspreken op onze bedrijfsspreuk:
„Een product is een ding, een merk is een belofte.
En beloften moet je houden!


ASKO-directeur Staffan Billinger: „Wij hebben nooit in het segment van de prijsvechters gezeten
Ook onder een Italiaanse eigenaar houdt ASKO-directeur Stafan Billinger vast aan het Zweedse principe: kwaliteit voorop. Tot nu toe met succes. „Onze verkoop blijft in perioden van laagconjunctuur stabiel.

De nadruk van de Zweedse industrie op kwaliteit en milieu kwam niet uit de lucht vallen. „Toen de plattelandsindustrie opkwam, was Zweden nog een arm land, doceert Staffan Billinger, directeur van ASKO Cylinda. „Mensen hadden weinig te besteden. Als ze wat kochten, wilden ze er lang mee doen. Door de grote afstanden in Scandinavië zijn producenten bovendien gebaat bij bedrijfszekere producten. Het verlenen van service kost veel geld.
De productie in landelijk gebied stimuleert het milieubewustzijn. „Dat vind je terug in al onze producten. Die worden gekenmerkt door een sobere vormgeving in combinatie met een minimale belasting van het milieu. Als eerste in de branche kreeg ASKO in 1999 het milieucertificaat ISO 14001. Daar hebben we nauwelijks moeite voor hoeven te doen. Het was een kwestie van benoemen van een werk- en productiewijze die hier allang werd gepraktiseerd.

Werkt in een tijd van economische neergang de keus voor kwaliteit niet negatief uit?
„Dat kunnen we niet merken. Wij hebben nooit in het segment van de prijsvechters gezeten. Onze verkoop blijft ook in perioden van laagconjunctuur stabiel. We groeien nu met zon vijf procent per jaar. Onze klanten kijken niet in de eerste plaats naar de prijs, maar naar de levensduur en de gebruiksvriendelijkheid van onze machines.

ASKO Cylinda is opgekocht door de Antonio Merloni Group. Is de Italiaanse mentaliteit te combineren met de Zweedse?
„We hebben een grote mate van zelfstandigheid behouden. De Italianen zien ASKO als de topproducent binnen de groep. Wij werken meer met hen dan zij met ons. Italianen zijn goede techneuten, maar hun kwaliteitsstandaard is anders dan die van Zweden. Daar staat tegenover dat Merloni veel groter is. Daardoor kunnen ze voordeliger inkopen, waar ook wij nu baat bij hebben. Het samengaan heeft onmiskenbaar voordelen voor ons gehad. We vullen elkaar goed aan. Onder onze medewerkers is de motivatie om voor het merk ASKO te gaan eerder sterker dan zwakker geworden. 2005 lijkt voor ons een heel goed jaar te worden.

Is het niet wrang dat steeds meer Zweedse bedrijven in vreemde handen komen?
„Dat is een wereldwijde trend, wat kun je daaraan doen? Ik had het plezieriger gevonden als ASKO als Zweeds bedrijf door had kunnen gaan, maar het aantal inwoners van Zweden is te klein. Om dezelfde reden is Volvo in handen gekomen van Ford; en Saab, waar ik vandaan kom, in handen van General Motors. Vooral de verkoop van Volvo heeft de Zweden pijn gedaan. Volvo is meer dan een merk, het is het symbool van Zweden.

Zweden is lid geworden van de Europese Unie, maar hield de euro buiten de deur. Hoe kijkt u tegen de Europese Gemeenschap aan?
„Net als de meeste Zweden. Corrupt is een groot woord, maar er wordt op zn minst onverantwoord met geld omgegaan. Neem alleen het feit dat vanuit zowel Straatsburg als Brussel wordt gewerkt. Wat is dat voor gekheid. Als de Zweden opnieuw konden kiezen, kwam er een overtuigend nee tegen de Europese Gemeenschap.


Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 30 november 2005

Terdege | 100 Pagina's

Zweedse perfectie in een boerendorp

Bekijk de hele uitgave van woensdag 30 november 2005

Terdege | 100 Pagina's