Zindelijkheid
Zindelijk worden is een proces dat heel normaal is en bij de ontwikkeling van het kind hoort. Bij het ene kind verloopt het zonder problemen, terwijl het voor het andere kind veel lastiger is om zindelijk te worden.
Tot ongeveer het tweede levensjaar is het legen van de darmen en het lozen van de urine een automatisch en reflexmatig proces. Pasgeborenen hebben nog geen controle over hun sluitspieren. Pas vanaf ongeveer de tweede verjaardag is het zenuwstelsel voldoende ontwikkeld en kan het kind de controle over de sluitspieren zelf regelen en is het in staat om zindelijk te worden.
Leeftijd
Tussen het tweede en het derde jaar worden de meeste peuters overdag zindelijk en met vier jaar zijn ze vrijwel allemaal zo ver. Dat neemt niet weg dat er daarna nog wel eens ongelukjes gebeuren. We spreken pas van een zindelijkheidsprobleem wanneer het kind minimaal vijf jaar oud is.
Bewustwording
Als een kind zindelijk gaat worden, wordt het zich eerst bewust van het feit dat het heeft geplast of gedrukt en raakt het geïnteresseerd in de eigen producten die zomaar uit zijn lijf komen. Daarna wordt het kind zich ervan bewust dat het iets aan het doen is. Weer een stap verder leert de peuter dat er iets aankomt en geeft het kind ook aan dat het iets moet doen.
Een peuter moet willen
Om zindelijk te worden, moet een kind eerst zelf ook willen. Pas wanneer het kind zijn ontlasting en plas niet meer in de luier wil doen, bijvoorbeeld omdat het dat vies vindt, is een kind gemotiveerd. Het werkt ook motiverend als het geen aandacht krijgt voor het niet-zindelijk zijn.
Lastige periode
Zindelijk worden vindt plaats in de periode dat veel kinderen dwars kunnen zijn. Het kind ontdekt het eigen ik en een eigen wil, los van vader en moeder. Een peuter is heel voldaan als iets nieuws gelukt is, maar ook heel gefrustreerd als het niet gaat zoals hij of zij het zich voorgesteld had. In deze fase ontdekt een kind zichzelf ook lichamelijk als een persoon. Het voelt dat het plast of drukt, maar ook dat het de plas en de ontlasting op kan houden. Het zelf kunnen regelen geeft het kind een geweldig gevoel en versterkt de eigenwaarde.
Machtsstrijd
Het zelfstandig willen zijn van een kind kan bijdragen aan het zindelijk worden, maar kan er ook voor zorgen dat het niet wil meewerken en met de ouders in een machtsstrijd terechtkomt. Peuters kunnen in die machtsstrijd heel ver gaan. Ze kunnen heel driftig worden als ze op het potje moeten of blijven rustig een uur op de wc zitten. Mogen ze ervan af, dan komt het ineens. In de broek natuurlijk, of op de grond. Als ouders kun je daar echt horendol van worden. Maar voor een peuter is het niet zulk raar gedrag. Hij geeft ermee aan: Ik ben de baas over mijn eigen lijf, ik bepaal zelf wanneer ik zindelijk word. Neem dit gedrag van het kind altijd serieus. Soms zijn ouders er zelf te veel mee bezig en gaat het gewoon te snel voor het kind. Laat het zindelijk worden dan een tijdje helemaal los.
Terugval
Het is belangrijk dat een kind rust heeft als het zindelijk wordt. Een verhuizing, een vakantie of een andere onrustige periode is geen goed moment om zindelijk te worden. Ook een kind dat net een broertje of zusje heeft gekregen, kan terugvallen en weer in zijn of haar broek gaan plassen. Het geeft op die manier eigenlijk aan dat het ook de aandacht van de ouders wil. Dat is niet erg. Als je als ouders dit gedrag negeert, komt het vanzelf goed.
Problemen met ontlasting
Sommige kinderen vinden het eng om hun ontlasting op de wc te doen. Ze vinden het griezelig dat ze zomaar een stukje van henzelf doortrekken. Dwing een kind dan vooral niet. Soms wil het kind graag een luier om de ontlasting in kwijt te raken. Stimuleer het om de ontlasting op de wc te doen, maar als het kind de ontlasting op gaat houden en zo een verstopping krijgt, is het beter om toch maar een luier te geven. Bij een verstopping ontstaat vaak pijn bij het drukken, waardoor de angst om de ontlasting op het potje of de wc te doen bij het kind toeneemt.
s Nachts zindelijk
s Nachts droog blijven is de laatste en vaak lastigste fase van het zindelijkheidsproces. Overdag hebben kinderen nog de hulp van ouders, maar s nachts moeten ze zelf de signalen van de blaas leren herkennen. Het duurt soms nog een jaar voordat een kind dat overdag zindelijk is ook s nachts droog blijft. Vanaf zeven jaar spreken we pas van bedplassen als probleem.
Tips en adviezen
- Laat merken dat je kind op zijn of haar eigen tempo zindelijk mag worden. Bemoedig en stimuleer, maar geef geen straf en word nooit boos.
- Een beloningssysteem met stickertjes werkt goed bij kinderen vanaf een jaar of drie.
- Zorg dat de wc een leuke omgeving is. Leg boekjes neer en werk met een kookwekker om aan te geven hoe lang een kind moet blijven zitten. Als het wekkertje gaat, maar er ligt nog niets, haal het kind dan wel van de wc af.
- Gebruik katoenen of papieren luiers (zo voelen kinderen sneller aan dat ze nat zijn). Ook kan het helpen om het kind een onderbroekje onder de luier aan te doen.
- Overleg met het consultatiebureau of de huisarts als u zich zorgen maakt over het zindelijk worden van uw kind.
De auteur is orthopedagoog, Driestar educatief.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 mei 2008
Terdege | 84 Pagina's