Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Niet bellen voor pindakaas

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Niet bellen voor pindakaas

SER-lid Esther Raats-Coster:

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ze is zestig tot zeventig uur per week in de weer voor zelfstandigen zonder personeel én voor meer vrouwen op topposities. Esther Raats-Coster, sinds kort lid van de SER, prijst zich gelukkig dat ze haar agenda grotendeels zelf kan indelen. „Ik maak altijd tijd vrij voor de kinderen op momenten die ertoe doen.

Op het laatste moment wordt het geplande persoonlijke interview omgezet in een telefonisch vraaggesprek. Het voorval tekent het leven van het laatst tot de Sociaal Economische Raad (SER) toegetreden lid Esther Raats-Coster (1969). De agenda puilt echt uit, zo laat haar secretaresse weten. De werkgevers, verenigd in VNONCW en MKB-Nederland, hebben recent binnen de SER een plekje vrijgemaakt voor de voorzitter van het Platform Zelfstandige Ondernemers (PZO). De Zakenvrouw van het jaar 2006, nu zelf zelfstandige zonder personeel, zal de komende jaren de belangen van de groeiende groep ZZP’ers behartigen. Daarnaast is Raats directeur van Talent naar de Top, een stichting die zich sterk maakt voor meer vrouwen op topposities.

Gemêleerd
De invloedrijke topvrouw voelt zich verbonden met de zelfstandigen zonder personeel, een groep die volgens haar veel overeenkomsten heeft met ondernemers die wel personeel in dienst hebben. „Hun professionaliteit is onderbelicht. Ze zetten hun eigen vaardigheid in de markt en moeten tegelijk attractief blijven voor ondernemers voor wie ze diensten verrichten. Dat kan niet zonder een visie. Daarin verschillen de ZZP’ers niet met andere ondernemers.” Het is een „ontzettend gemêleerde groep”, meent Esther Raats. „Velen van hen zijn voor eigen rekening en risico gaan werken, doordat met name werkgevers in de bouw een flexibele schil met losse arbeidsovereenkomsten hebben opgebouwd. Daar staat een weinig buigzame wet- en regelgeving tegenover. De regels zijn gericht op werkgevers en werknemers. Daardoor dreigt de ZZP’er tussen wal en schip terecht te komen. Ik wil graag werken aan een verbetering van hun positie.”

Als er veel overeenkomsten zijn met de ondernemer, zijn toch ook niet veel veranderingen nodig? „Een zelfstandige zonder personeel heeft met andere vraagstukken te maken dan een werkgever met personeel. Neem de Arbowetgeving. Die is afgestemd op werkgevers en werknemers. Voor een ZZP’er zijn bepaalde regels niet handig.”

De crisis maakt het voor werkgevers gemakkelijk de ZZP’ers aan de kant te schuiven. Hebben zij het momenteel extra moeilijk? „Een deel wel, maar de situatie is niet anders dan bij ondernemers met personeel. Ik ken weinig ondernemers die geen enkel gevolg van de crisis ondervinden. De ZZP’ers vormen een heel belangrijke economische groep. Wat je ziet is dat zij op een creatieve wijze bezig zijn hun opdrachten door te laten gaan en hun orderportefeuille te vullen. Dat is een heel goede ontwikkeling.”

Hoeveel ZZP’ers zijn er? „Wij hanteren de cijfers van het CBS. Dat bureau gaat uit van 630.000. Het probleem met dit cijfer is dat de definitie van een ZZP’er niet helder is. Er zijn ook veel ambachtslieden, die nu niet worden meegerekend. Twee derde van hen is in feite ZZP’er. Als je die meetelt, dan kom je wel boven de miljoen.”

Het is wel een echte mannenwereld, waarin u bent beland… „Er zijn genoeg ZZP’ers vrouw. Ook verhoudingsgewijs zijn er meer vrouwen ZZP’er dan vrouwelijke ondernemers met personeel. Daarnaast vormen zij natuurlijk nog altijd een minderheid. Er zijn in Nederland nu eenmaal veel meer mannen dan vrouwen die fulltime werken.”

Als directeur van Talent naar de Top zet u zich in voor de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt. Eigenlijk een irritant onderwerp, zei u eerder. Is het niet lastig om daar hele dagen mee bezig te zijn? Ze lacht. „Laat er geen misverstand over bestaan dat ik dit een heel belangrijk onderwerp vind waar ik graag mee bezig ben. Wat ik irritant vind, is dat zoveel bedrijven en organisaties in hun top en subtop nog steeds zo weinig vrouwen hebben opgenomen, terwijl zij kunnen weten dat ze op allerlei punten veel hoger scoren als ze dat wel zouden doen. Of het nu gaat om de bedrijfscultuur, om het rendement van de onderneming of om efficiënter werken, gemengde teams komen er altijd beter uit.”

Nederland wijkt wat dit betreft volgens u veel af van andere landen? Hoe komt dat? „Er is een veelheid van redenen voor. We leven hier in de luxe positie dat je kunt rondkomen met pakweg anderhalf inkomen. Daarnaast is de cultuur erop gericht dat vrouwen een stapje terug doen zodra ze zorgen voor kinderen of anderen, zoals hulpbehoevende ouders. Het schoolsysteem is evenmin aantrekkelijk voor fulltime werkende vrouwen. De schooldagen zijn kort en werkende ouders worden vaak ingezet, tijdens bijvoorbeeld sportdagen en op school. Denk maar aan lees- en luizenmoeders. Kijk naar bijvoorbeeld België of Frankrijk. Daar zijn sportclubs en muzieklessen en dergelijke in het schoolsysteem geïntegreerd en duren de schooldagen van negen tot vijf. Zulke brede scholen zou je in Nederland ook moeten hebben.”

En wat zou er in de cultuur moeten veranderen? „Dat we het gewoner maken én vinden dat vrouwen in hogere posities werkzaam zijn. We hebben met het oog op de vergrijzing de komende jaren alle talenten keihard nodig. Nederland is een kennisland. Er stromen in het hbo- en het wetenschappelijk onderwijs meer vrouwen dan mannen in en zij behalen veelal betere resultaten. We laten nu veel talenten liggen, dat is in feite kapitaalsvernietiging.”

Hebben de huidige opvattingen ook iets te maken met de van oorsprong calvinistische opvattingen in dit land? „Zeker, we zouden elkaar meer ruimte moeten geven. Het is prima als vrouwen minder gaan werken om voor hun kinderen te zorgen en op grond daarvan hun ambitieplan bijstellen, anderzijds vind ik dat zij in dat geval niet mogen afgeven op moeders die wel fulltime werken.”

Gebeurt dat dan? „Als je op school komt en er in verband met je werkzaamheden netjes uitziet en je krijgt de vraag ‘of je soms naar een feestje moet’, geeft dat aan dat totaal niet wordt begrepen waar je mee bezig bent.”

Hebt u zelf een calvinistische opvoeding gehad? „Nee".

U gaf enkele jaren geleden aan het heel vervelend te vinden om op zakenreis te zijn, terwijl een van uw kinderen ziek thuis was. „Dat klopt. Ik was bijvoorbeeld in de Verenigde Staten en dat is niet om de hoek. Je kunt dan niet snel thuis zijn. Dat is het dubbele waar iedere werkende ouder mee kampt, dat schuldgevoel kennen ze allemaal. Daar staat tegenover dat ik mijn eigen tijd kan indelen en ik probeer daarom altijd in mijn agenda momenten die ertoe doen vrij te houden. Bij schooluitvoeringen of afzwemmen, dat soort zaken. Daarnaast ben ik voor hen altijd bereikbaar en stap ik uit elke vergadering als dat nodig is. Maar dan moet het wel echt nodig zijn. Als ze willen weten waar de pindakaas staat, kunnen ze beter een sms’je sturen.”

Wat geeft u hen mee? „Mijn moeder werkte ook. Net als bij mij thuis leer ik hen al vroeg dat ze moeten doen waar ze goed in zijn. En dat ze moeten proberen economisch onafhankelijk te zijn, zeg maar hun eigen broek op te houden.”

Uw website meldt wel een weblog, maar die is leeg. Geen tijd? „Ik heb het gewoon te druk voor dat soort dingen. Ik heb mezelf tot taak gesteld om mijn verantwoordelijkheden voor PZO en voor Talent naar de Top te nemen. Daar ben ik mee bezig, daar sta ik voor. En dan kom ik er niet aan toe om mezelf te positioneren.”

Ruilt u op termijn de ZZP’ers en het onderwerp vrouwen in topposities weer in voor het echte ondernemerschap? „Ik heb nu mijn handen vol aan deze dubbele baan. Maar natuurlijk ben ik in mijn hart een ondernemer pur sang. Op termijn sluit ik niets uit. Maar eerst moeten de zaken waar ik nu mee bezig ben, worden afgerond. Ik ga altijd voor het eindresultaat.”


Esther Raats-Coster

Esther Raats-Coster (geboren in Leiden, 1969) volgde de Hogere Hotelschool in Leeuwarden. Van 1992 tot 1994 was ze medewerker werving en selectie en daarna drie jaar werkzaam in diverse hotels op Aruba. Ze was vervolgens verkoopassistent bij Micro-Mel Nederland en sinds 2003 directeur bij Bandridge Europe, een bedrijf in accessoires op het gebied van audio, video en multimedia. Een jaar later kocht ze het bedrijf van de vier aandeelhouders. In 2006 werd ze Zakenvrouw van het Jaar. Na de verkoop van haar bedrijf (2008) werd Raats in 2009 voorzitter van het Platform Zelfstandige Ondernemers en daarnaast directeur van de Stichting Talent naar de Top. Recent werd ze benoemd tot lid van de Sociaal Economische Raad (SER), het belangrijkste adviesorgaan van de regering voor sociaaleconomisch beleid. Een vertegenwoordiging namens het PZO werd mogelijk gemaakt door de ondernemersorganisatie VNO-NCW en MKB-Nederland, die een zetel afstonden. Esther Raats-Coster is gehuwd en heeft drie kinderen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 juni 2010

Terdege | 100 Pagina's

Niet bellen voor pindakaas

Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 juni 2010

Terdege | 100 Pagina's