Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Theologisch onderwijs via internet

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Theologisch onderwijs via internet

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meer dan een miljoen voorgangers op het zuidelijk halfrond hebben geen theologische basis. Het ontbreekt hen aan geld en tijd voor de studie. Door gedegen afstandsonderwijs biedt NET Foundation de helpende hand. „We zijn puur faciliterend bezig, zonder onze eigen identiteit te verdoezelen.

De kofer heeft hij net uitgepakt, maar die hoeft niet naar zolder. Binnenkort reist ir. Raymond Warnaar, directeur van Network Education heology (NET), opnieuw af naar het zuidelijk halfrond. Om verse contracten af te sluiten met bijbelscholen en theologische faculteiten. Na een moeizame start mag de oogst worden binnengehaald. Een van de initiatiefnemers van de stichting was prof. dr. Ad Neele, directeur van het Amerikaanse Jonathan Edwards Center, onderdeel van de universiteit van Yale. Hij zag al vroeg de betekenis van internet voor de verspreiding van bijbelgetrouwe theologie. Met Nederlandse onderwijskundigen, technologen en missiologen besprak hij zijn ideeën. Dat leidde in 2006 tot de oprichting van NET Foundation. Die helpt bijbelgetrouwe opleidingen met het opzetten of verbeteren van afstandsonderwijs voor studenten die geen reguliere theologische opleiding kunnen volgen. Grondgedachte van NET is dat kleine instituten geen energie moeten verspillen aan de technische kant van de communicatietechnologie. „Alle software wordt door ons centraal opgeslagen en beheerd.” Een tweede uitgangspunt van NET is, dat de programmatuur gebruikersvriendelijk moet zijn. De stichting ging in zee met een Scandinavische organisatie die toegankelijke software voor het onderwijs ontwikkelt, onder de naam it’s learning. „De oprichters zijn geen christenen, maar houden rekening met het karakter van onze organisatie. Ze bieden een algemeen concept aan, dat we zelf op maat kunnen maken.”

Volkswagen
Drs. Gert Nieuwenhuis, oud-directeur van het zendingsbureau van de Gereformeerde Gemeenten en nu onder meer voorzitter van NET, typeert it’s learning als een eenvoudige Volkswagen. „Hij heeft niet al die toeters en bellen waar veel mensen alleen maar zenuwachtig van worden. Iedereen kan er meteen mee wegrijden. Ons uitgangspunt is: hoe eenvoudiger, hoe beter. Desgewenst kun je heel gemakkelijk extra functies toevoegen. De centrale regie is in handen van NET. De aangesloten partners kunnen zelfstandig de functies bedienen die speciiek voor hun organisatie zijn ontwikkeld.” NET biedt het product inmiddels aan zestien instellingen die naast een reguliere theologische opleiding afstandsonderwijs aanbieden. Het merendeel van de afstandstudenten is al jaren predikant of evangelist, zonder een deugdelijk theologisch fundament. „We willen de mensen bereiken die niet in de bankjes kunnen gaan zitten, omdat ze de kost moeten verdienen. Een ander probleem is de veiligheidssituatie. In Mexico is het in veel steden levensgevaarlijk om je ’s avonds op straat te begeven. Daardoor nam het aantal studenten bij instituten voor theologisch avondonderwijs gestaag af. Nu kunnen ze van huis uit studeren.” Een paar keer per jaar komen de afstandstudenten naar het opleidingsinstituut, voor contact met de docenten. Een aantal partners van NET werkt samen met lokale kerken. „Van een zaaltje bij een kerkgebouw wordt een computerruimte gemaakt, met een goede internetverbinding. Afstandstudenten uit de omtrek kunnen daar onder begeleiding studeren.”
 
Visie
Het aantal studenten dat via NET afstandsonderwijs volgt, groeit explosief. In 2008 waren het er ruim 200, vorig jaar ruim 600, in 2010 wordt de 1400 gepasseerd. Recent kon Warnaar de Nairobi International School of heology (NIST) en het Zuidafrikaanse George Whiteield College aan de lijst van partners toevoegen. „NIST heeft zusterinstellingen in buurlanden, die ook gebruik gaan maken van it’s learning. Zo breidt het netwerk snel uit. We werken inmiddels in Europa, Noord- en Zuid- Amerika en Afrika.” Het komend jaar richt NET de blik op Azië, met name India. Waarbij Nieuwenhuis beseft dat de eigen organisatie de groei zowel inancieel als personeel bij moet kunnen benen. „We willen voorkomen dat de uitbreiding ten koste gaat van de dienstverlening aan bestaande partners.” De stichting werkt uitsluitend met theologische opleidingsinstituten die bekend zijn met de culturele context van het gebied, en bovendien visie voor afstandsonderwijs hebben. „E-learning klinkt heel mooi”, verklaart Warnaar, „maar je bent er niet met het online aanbieden van cursussen en het nakijken van op afstand gemaakte toetsen. Zeker bij vakken waarin het relationele aspect belangrijk is, zoals catechese, heb je direct contact met docenten en medestudenten nodig. We moedigen de partners daarom aan om zo veel mogelijk fysieke ontmoetingen te organiseren.”

Bijbelgetrouw
Om met NET te kunnen samenwerken, moet een organisatie bijbelgetrouw zijn. Daarbinnen is een brede variatie mogelijk. Het materiaal dat NET zelf aanbiedt, is onversneden gereformeerd. De stichting werkt onder meer samen met de Spaans Evangelische Zending. „We hebben veel Spaanstalige lectuur op onze website gezet.” Nieuwenhuis en Warnaar maken er geen geheim van dat ze zo het reformatorische gedachtegoed willen verspreiden op plaatsen waar het nu nog onbekend is. Warnaar, die voor de Zending Gereformeerde Gemeenten in Latijns Amerika werkte, weet uit eigen ervaring dat er belangstelling voor is. „Wij plakken heel snel een etiket op pinkstermensen. Ga je met hen de Bijbel bestuderen, dan blijken ze in hun opvattingen vaak veel gereformeerder dan ze zelf beseffen.” Belangrijk is volgens Nieuwenhuis dat de gereformeerde en puriteinse lectuur niet wordt opgedrongen. „Dat werkt averechts. NET biedt die vrijblijvend aan, in de hoop dat ook niet-gereformeerde partners er gebruik van gaan maken. We zijn puur faciliterend bezig, zonder onze eigen identiteit te verdoezelen.”

Video
Een neveneffect van de activiteiten van NET is, dat de aangesloten instituten elkaar leren kennen. Dat wil Warnaar bewust gaan stimuleren. „Er kan veel efficiënter worden gewerkt. Denk aan de uitwisseling van goed materiaal of complete onderwijsmodules. Een andere mogelijkheid is dat studenten een bepaald vak bij een ander instituut volgen. Op termijn moet het mogelijk worden dat partners van NET via ons digitale platform bij elkaar in de keuken kunnen kijken.” Afhankelijk van de digitale infrastructuur in een land kan het onderwijsprogramma worden uitgebreid met audiovisuele componenten. „Vrijwel alle partners hebben een digitaal discussieplatform, waardoor studenten met elkaar kunnen chatten. Als de lokale technologie het toelaat, kun je ook werken met videopresentaties. Zo stelt ds. G. Clements zich via een video voor aan Albanese studenten, voor wie hij samen met anderen een afstandscursus ontwikkelde. Docenten van het Seminario Todas las Naciones in het Mexicaanse Ciudad Juárez hebben in het verleden opnames gemaakt van bijbelstudiegroepen in sloppenwijken. Die videobestanden koppelen ze nu aan onze digitale leeromgeving. Bijvoorbeeld als illustratie bij een stelling die de studenten met elkaar bediscussiëren.”

Mondialisering
Het succes van afstandsonderwijs is sterk afhankelijk van de culturele situatie. Op termijn wordt dat minder, verwacht Warnaar. „Nu is Afrika nog een continent waar mensen elkaar moeten zien, voelen en ruiken, maar ook daar zie je onder de jonge generatie een snelle toename van communicatie via internet. De mondialisering en digitalisering gaat supersnel.” De directeur van NET verwacht niet dat afstandsonderwijs het reguliere onderwijs zal verdringen. Wel is hij ervan overtuigd dat de digitale ontwikkelingen ook het klassikaal onderwijs ingrijpend zullen veranderen. „Steeds meer onderdelen van het leerproces worden via internet aangeboden. Een tweede trend is dat het onderwijs studentgerichter en lexibeler wordt. Je kunt op je eigen snelheid en niveau participeren in het leerproces.” Dagonderwijs blijft voor de mensen achter het Network Education heology de ideale vorm van theologische opleiding. „Maar daarmee kunnen we onmogelijk het enorme tekort aan goed opgeleide voorgangers wegnemen”, weet Nieuwenhuis. „Dat is hét probleem van de kerken in Afrika, Azië en Latijns-Amerika. Via it’s learning kunnen heel veel mensen voor relatief weinig geld hun theologische kennis vergroten. In reformatorische kring zien we internet vooral als een bedreiging, en dat begrijp ik. Maar het is ook een middel dat God wil gebruiken voor de uitbreiding van Zijn Koninkrijk. Daarvoor hebben we nog te weinig oog.”

Voor meer informatie: www.netfoundation.nl
 


Ds. Willem-Henri den Hartog: „Ik zie NET Foundation als een geschenk van Boven”

Aan het Namibia Evangelical Theological Seminary ontdekte ds. Willem-Henri den Hartog de valkuilen in het afstandsonderwijs. Maar ook de mogelijkheden ervan, mits goed georganiseerd. „De vooronderstelling dat studenten zelfredzaam zijn, gaat in Afrika niet op.”

In 2008 werd ds. Willem-Henri den Hartog via de GZB uitgezonden naar Windhoek, de hoofdstad van Namibië. Hij is er verbonden aan het Namibia Evangelical Theological Seminary (NETS), dat hij typeert als ‘een Namibische Wittenberg’. Zelf geeft hij leiding aan het afstandsonderwijs. Zijn vijfhonderd studenten leven verspreid over het hele land. Het overgrote deel volgt een theologische cursus op vmbo-niveau in de lokale taal. „Dat is prima materiaal. Ontwikkeld door Afrikaanse docenten en heel praktijkgericht. Volgend jaar beginnen we met afstandsonderwijs op mbo-niveau, in het Afrikaans en Engels. Nu is negentig procent van het kerkelijke kader nog ongeschoold.” De dagstudie in Windhoek is bedoeld voor hen die hogere kerkelijke posten gaan bekleden. Daar hangt wel een prijskaartje aan. „Het collegegeld ligt rond de 1600 euro per jaar, de tweejarige afstandscursus voor junior-predikanten, ouderlingen en diakenen kost in totaal 160 euro. De eerlijkheid gebiedt wel te zeggen dat afstandsonderwijs nooit de kwaliteit van dagonderwijs haalt.”

Ervaring
Ook het hbo-diploma kan op afstand worden verkregen, maar van de honderd ingeschreven afstandstudenten op hbo-niveau bleken er slechts vijf actief zijn. „Dat is exemplarisch voor veel Afrikaanse instituten die hoger afstandsonderwijs bieden. De cursussen zijn nogal eens ontwikkeld vanuit een westers perspectief. Daardoor sluiten ze niet goed aan bij de context. Neem de vooronderstelling dat studenten zelfredzaam zijn. Die is in Afrika onjuist. Afstandsonderwijs is eigenlijk alleen geschikt voor de beste studenten, maar de groep die ervoor kiest heeft hard begeleiding nodig.” Een ander bezwaar is dat veel cursussen een sterk intellectueel karakter hebben. „In Afrika leren mensen vooral door de lesstof in de praktijk toe te passen. Daar komt nog bij dat veel gebruikte handboeken uit Amerika als front de liberale theologie hebben. In de Afrikaanse jungle sta je voor andere uitdagingen, zoals de strijd tegen de voorouderverering. Het is van belang dat we relevante cursussen aanbieden, met een pedagogische visie die aansluit bij de Namibische context. Gericht op de kerkelijke praktijk en het kunnen toepassen van de Bijbel. Dan nog blijft het moeilijk om afstandstudenten gemotiveerd te houden. Dat is wereldwijd een probleem.”

Samenwerking
In Afrika heeft afstandsonderwijs volgens de zendingspredikant alleen nut als begeleiding wordt georganiseerd. „De beste resultaten komen van onze cursisten in gevangenissen, waar ze gezamenlijk studeren. Ze moeten elkaar kunnen helpen, ervaringen delen en regelmatig contact hebben met de docent.” Den Hartog kan zich dan ook volledig vinden in het door NET gepropageerde ‘blended learning’: een mix van afstandsonderwijs en lokaal georganiseerd groepsonderwijs. „Het internetplatform van NET maakt het mogelijk dat studenten die ver van elkaar wonen toch in een groepssessie werken. Een bijkomend voordeel van it’s learning is, dat het veel controle- instrumenten heeft. Dat voorkomt plagiaat en fraude, een groot probleem bij afstandsonderwijs. Ik zie NET Foundation als een geschenk van Boven.” De stafmedewerker van het Namibia Evangelical Theological Seminary verwacht ook veel van de netwerkfunctie van NET. „Pas zag ik de cursus systematische theologie die ds. Clements heeft ontwikkeld. Die kan met enige aanpassingen op meerdere plekken worden gebruikt. Waarom zou je allemaal afzonderlijk het wiel uitvinden. Samenwerking is veel effectiever.”

 


Drs. Berend Coster:
„Met afstandsonderwijs kun je wel een overtuiging uitdragen, maar niet de weg erheen”


Afstandsonderwijs is zeker van betekenis, vindt Berend Coster. Maar uitsluitend als aanvulling. „We kunnen via internet kennis en informatie vergaren, echt leren doen we in het contact met andere mensen.”

Onderwijzen zit Berend Coster in het bloed. Aan het Centro de Investigaciones Bíblicas (CEIBI) en de Escuela Bíblica de la Gracia doceert de veldwerker van de Spaans Evangelische Zending kerkhistorie via afstandsonderwijs. Vanaf 2001 werkte hij aan een Handboek kerkgeschiedenis (met bijbehorende opdrachten en een cd-rom), dat vorig jaar werd uitgegeven door IFES Spanje. Het Instituto Bíblico y Seminario Teológico de España (IBSTE), een dagschool voor theologisch onderwijs in Castelldefels, benoemde Coster in september tot decaan. Een algemene zwakte van het theologisch onderwijs is volgens de Nederlandse zendingswerker het ontbreken van methodische eenheid. „In feite bestaat een groot deel van de theologische opleiding uit inleidingsvakken van geheel verschillende aard. Op de scholen waar ik werk, wordt dat euvel nog versterkt door het amateuristische en pragmatische karakter van de protestantse theologie in Spanje.” De verwarrende mengeling van uitgangspunten en methoden is in het afstandsonderwijs nog sterker, is de ervaring van Coster. „Het Ceibi biedt gedurende de eerste vier jaar ongeveer veertig vakken. De modules en methodes zijn ontwikkeld door bijna even zoveel mensen, zonder dat wordt gewerkt aan eenheid in visie en methodiek. Dat werkt door in de prediking van mensen die zo’n opleiding volgen. In de Spaanse kerken heeft de opinie de overtuiging verdrongen.” Afstandsonderwijs is voor Coster geen alternatief voor een reguliere dag- of avondopleiding. „We kunnen via internet kennis en informatie vergaren, echt leren doen we in het contact met andere mensen. Van hun worsteling om de waarheid van de dingen te begrijpen. De les is het moment waarop docent en studenten zich gezamenlijk inspannen om tot dit begrip te komen. Met afstandsonderwijs kun je wel een overtuiging uitdragen, maar niet de weg erheen.” Dat betekent niet dat de veldwerker van de Spaans Evangelische Zending de betekenis van Network Education Theology miskent. „Ik stel zelf materiaal beschikbaar en zal zeker onderzoeken hoe studenten van het IBSTE gebruik kunnen maken van dat wat NET biedt. Laten we goed afstandsonderwijs ondersteunen, maar als aanvulling, niet als vervanging van het gewone onderwijs. In 2008 gaf ik een cursus Oude Testament op Cuba. Bij de evaluatie rekende ik de mensen van het seminarie voor hoe veel literatuur ze hadden kunnen krijgen voor het geld dat de reis had gekost. Hun antwoord was: onderwijs door een docent is voor ons belangrijker dan literatuur.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 december 2010

Terdege | 188 Pagina's

Theologisch onderwijs via internet

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 december 2010

Terdege | 188 Pagina's