Buffels in plaats van koeien
Met hun grote gebogen horens en dikke lijven ogen ze imposant. De waterbuffel is supersterk én aaibaar, weten Gert-Jan en Anita Arns uit ervaring. Samen runnen ze een boerderij met ongeveer 200 karbouwen. „We zijn wel eens uitgelachen. Buffels melken, wat is dat?
Nieuwsgierig steekt het jonge buffeltje zijn zwartglanzende kop tussen de ijzeren spijlen door. Bezoekers worden van top tot teen opgenomen en ze krijgen, als het dier de kans krijgt, ook een lik. Met één beweging steekt Anita Arns de melkfles met speen in zijn bek. In een kwartiertje worden alle jonge diertjes van melk voorzien. „Ze gaan direct na de geboorte bij de moeder weg. Die moet weer melk produceren”, lacht ze. „Kijk, deze is pas één dag oud. Gisteren is er een vaarsje geboren. Daar zijn we blij mee, een stiertje levert echt niets op. Het is zelfs moeilijk om die te verkopen.”
De boerderij herbergt ongeveer 200 waterbuffels. Gert-Jan en Anita schakelden in 2003 over op de Mediterrane buffel, een in Nederland nog relatief onbekende producent van melk en oorspronkelijk afkomstig uit Zuidoost-Azië. Ze begonnen met 25 stuks melkvee en 25 stuks jongvee. Dat aantal is gestaag gegroeid.
De circa 70 koeien van het echtpaar gingen de deur uit. Door de quotering van melk zat er nauwelijks toekomst in het bedrijf, dat ligt in het buitengebied van Zevenaar. „De waterbuffels zijn vrijgesteld van het melkquotum. We stonden voor de keus: of miljoenen in quotering investeren of iets anders beginnen.” Korte tijd hield het echtpaar Arns geiten, maar op voorstel van de vader van Gert-Jan is het overgestapt op waterbuffels. De melk van de dieren is bij uitstek geschikt voor mozzarella, een verse kaassoort die vooral in Italië op de menukaarten voorkomt. „In Italië lopen veel waterbuffels. Mijn schoonvader was ermee in aanraking gekomen tijdens vakanties. Zo ontstond het idee. Zelf verwerkt hij één deur verder, in zijn eigen kaasmakerij, de verse melk tot producten die je kunt invriezen.”
Rijtjeshuis
Zelf is de 36-jarige niet opgegroeid in een boerenomgeving, hoewel haar optreden anders doet vermoeden. Ze staat met Gert-Jan vroeg op, voert en melkt de buffels en doet allerhande andere werkzaamheden op de boerderij.
„Ik ben gewoon in een rijtjeshuis geboren en opgegroeid. Ik heb wel aardigheid in dit werk gekregen. Anders haalt het niet veel uit.” Ze verbaast zich nog dagelijks over de geringe kennis onder de jeugd over het boerenleven. Regelmatig wordt de boerderij bezocht door groepen scholieren, die ze een tot anderhalf uur rondleidt door de stallen en vertelt over waterbuffels. „Ze geloven je niet als je zegt dat je zeven dagen per week ruim voor zes uur opstaat. En dat de dieren ook op zondag moeten worden gemolken...”
Het grootste deel van de kudde is ondergebracht in de voormalige potstal. De waterbuffels lopen in twee groepen vrij rond, met een stier in hun midden. Alleen tijdens het melken is het even oppassen geblazen. „We leren ze nu om niet mee te gaan maar de melkstal. Ze moeten eraan wennen dat de dames vanzelf terugkomen.”
De scheiding tussen de stallen en de wanden met de paden voor de bezoekers zijn wel extra verstevigd, onder meer met behulp van dikke kunststofplaten en zware ijzeren pijpen. Niet omdat het dier agressief of wild is, maar wel omdat de gemiddelde waterbuffel een enorme kracht bezit.
„Ze zijn erg rustig en slim. Maar ze kunnen er niet goed tegen als er iets los zit of los lijkt te gaan. Dan blijft de buffel wrikken en beuken. Net zo lang tot het is gesloopt.”
Mozzarella
Met behulp van een stroverdeler, hangend aan een rail onder het dak, wordt regelmatig vers stro de stal in geblazen. „Een heel natuurlijke situatie”, constateert Anita tevreden. „De potstal is nog een overblijfsel van de vroegere situatie. De geiten kon je niet op roosters zetten.”
Ongeveer de helft van de waterbuffels wordt tweemaal daags gemolken. De productie komt pas op driejarige leeftijd echt op gang, na het eerste kalf. De oudste van de dieren is 18 jaar. Op topdagen melken Gert-Jan en Anita per buffel tussen de 18 en de 22 liter. De melkproductie is lager dan die van een doorsnee melkkoe.
De afzet vormt het grootste probleem voor de buffelhouderij. Grote verwerkers van koemelk hebben geen belangstelling voor de relatief kleine hoeveelheden waterbuffelmelk. Ondanks het feit dat de melk door de veel lagere cholesterolwaarde in het vet heel gezond is. „De melk is vooral geschikt voor mozzarella. En bijvoorbeeld voor yoghurt, die we hier ook verkopen. Maar door de onbekendheid is daar evenmin grote vraag naar.”
Bij de vader van Gert-Jan wordt de melk verwerkt tot wrongel, een halffabricaat. Die wordt ingevroren en vooral in Italië verkocht, gedurende de zomermaanden, als de vraag naar mozzarella groot is en de prijs ook het hoogtepunt bereikt. Een kleiner deel wordt afgezet via een hoeve in Noord-Brabant, waar onder meer mozzarella voor de Nederlandse markt wordt vervaardigd.
Doorbraak
Het vlees van de waterbuffel -„lekker en erg gezond”- is evenmin bekend bij het grote publiek. Het lukt om die reden niet om de voor de melkproductie ongeschikte dieren via de slachterij tegen een redelijke prijs af te zetten. Het blijft knabbelen, beaamt Anita. „Nog steeds gaat er geld bij. Het is echt wachten op een doorbraak.”
Ze heeft hoop dat de bekendheid van de waterbuffel, in combinatie met de hang naar gezonde producten, een keer ten goed zal geven. „We willen langzaam doorgroeien naar 150 stuks melkvee. Bij die schaalgrootte kun je een medewerker aantrekken. Dat zou heel plezierig zijn. We doen dit met plezier, maar moeten wel iedere dag klaar staan. Als we een keertje met de kinderen uitgaan, begint het omstreeks vier uur ’s middags alweer te kriebelen. Dan nadert melktijd.”
Karbouwen
De waterbuffel is oorspronkelijk afkomstig uit Zuidoost-Azië. In het wild komt het dier voor in India, Nepal, Bhutan, Thailand en noordelijk Australië. De waterbuffel, ook wel karbouw genoemd, is in de verte familie van de gewone melkkoe. De waterbuffels zijn waarschijnlijk al aan het begin van de jaartelling in Italië en in andere Europese landen terechtgekomen. De melk wordt door vele volkeren gedronken, de gestremde melk is de traditionele grondstof voor de Italiaanse mozzarella di bufala. De melk heeft een hoog vetgehalte, maar is cholesterolarm. Het vlees wordt in bepaalde gebieden gegeten als vervanging van rundvlees.
Daarnaast wordt de karbouw veel als werkdier gehouden, bijvoorbeeld voor het ploegen van rijstvelden. Het dier, dat bekend staat om zijn enorme (trek)kracht, kan 300 tot zelfs wel 1200 kg zwaar worden. Meestal zijn de mannetjes zwaarder dan de vrouwtjes. De buffels kunnen wel 25 jaar oud worden. De buffelhouderij in Nederland is nog jong. Pas begin 2000 kwamen de eerste waterbuffels vanuit Italië naar Nederland. Er zijn in totaal negen bedrijven actief met de productie van melk. Eentje richt zich op vlees. De waterbuffelhouders bevinden zich voornamelijk in het zuiden, oosten en noorden van het land.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 mei 2011
Terdege | 84 Pagina's