Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zending ver weg en dichterbij

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zending ver weg en dichterbij

5 minuten leestijd

Marijke speelde met poppen, Sofieke klom liever in een boom. Marijke waste af en ging stofzuigen voor haar moeder, terwijl Sofieke een diepzinnige discussie met haar vader aanzwengelde. Hoe verschillend ze vroeger ook waren, nú bestaan er veel overeenkomsten tussen de twee zussen Vogelaar.

Sofieke van Olst-Vogelaar (35) is de tweede uit een gezin van zeven kinderen. Marijke ten Brinke-Vogelaar (34) werd anderhalf jaar na haar geboren. Boven hen zat een oudere broer. Het was dus te verklaren geweest als de zussen als kind alles samen hadden gedaan.
Toch was dat niet zo.
kletsten voor het naar bed gaan lang met elkaar. Maar ze speelden weinig samen. Sofieke: „Ik was een echt buitenkind, ging er vaak met m’n oudere broer op uit. Slootje springen vond ik bijvoorbeeld heel leuk.
Marijke was meer een echte meid, zorgzamer. Ze speelde met poppen, wat ik, volgens mij, nooit heb gedaan.”
Als ze samen speelden, deden ze schooltje. Sofieke, lachend: „Dan was Marijke de juf en ik de lastige leerling die allerlei kattenkwaad uithaalde.”

Uitdagen
Bij het opgroeien, eerst in Ridderkerk, later in IJsselmuiden, ontdekten de zussen een gezamenlijke hobby: muziek. Sofieke speelde orgel, Marijke altluit. En vaak deden ze dat samen. Ook zongen ze veel.
Het samen zingen betekende voor beiden veel. Sofieke: „Er werd bij ons thuis niet veel over het geloof gepraat, maar door de muziek konden we toch woorden vinden voor wat er in ons hart leefde.” De zussen zingen allebei nog steeds graag.
Op school, de Pieter Zandt in Kampen, was Sofieke Marijkes grote voorbeeld. „Zij klierde veel. Dat vond ik geweldig en ik deed haar graag na. Ik denk dat ons gedrag te maken had met het feit dat onze vader daar rector was. We waren de leraren een beetje aan het uitdagen, denk ik achteraf. Om van het stempel ‘dochter van Vogelaar’ af te komen.” Sofieke: „M’n vader moet daarvan geweten hebben, maar we hoorden het nooit thuis. Ook niet als we spijbelden. Ik denk dat hij dacht: dat moeten die leraren maar oplossen.”

Vier kinderen
Allebei de zussen kregen jong verkering met een jongen van school.
Sofieke toen ze zestien was, Marijke al op haar dertiende. Marijke: „Het was die eerste jaren meer een hallo-leuk-dat-ik-je-zie-relatie, maar het groeide uit tot meer. En we zijn later allebei met deze jongens getrouwd.”
Hoewel ze ieder hun eigen vriendengroep hadden, trokken ze er regelmatig met z’n vieren op uit. Bijvoorbeeld een dagje naar het strand.
Sofieke: „Peter en Jurjen konden en kunnen het goed met elkaar vinden.”
Na de middelbare school vertrok Sofieke eerst naar Groningen en later naar Ede om maatschappelijk werk te studeren. Marijke volgde de pabo in Gouda en ging daar op kamers.
De zussen trouwden jong en kregen allebei ook vrij snel kinderen. Nu hebben ze er allebei vier. Sofieke vier jongens. Marijke kreeg eerst drie meisjes. Haar vierde kindje is ook een jongen. Marijke: „We zijn drie keer in dezelfde periode zwanger geweest. Best bijzonder.”

Band
Zes jaar geleden maakten beide zussen met hun gezin een grote stap. Sofieke vertrok naar Ecuador, waar Peter door de Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG) was aangesteld als evangelist. Zus Marijke ging in Amsterdam- Noord wonen, omdat haar man gemeentestichter van de multiculturele gemeenschap Hoop voor Noord werd. Sofieke: „Het is pas later tot me doorgedrongen dat we eigenlijk eenzelfde soort move maakten. Niet alleen ik, ook jij ging in een heel andere cultuur wonen.” Marijke: „We zitten eigenlijk allebei in de zending. Jij ver weg, ik wat dichterbij.”
Naast het runnen van het gezin vinden beide zussen ook tijd om hun gaven daarbuiten in te zetten. Sofieke houdt zich in Ecuador bezig met bezoekwerk en leert mensen de gemeentezang begeleiden. Marijke probeert in Amsterdam kinderen te bereiken die nog nooit in aanraking met de Bijbel zijn gekomen. Verder leidt ze een bijbelstudiekring voor mensen uit verschillende culturen die God nog maar net hebben leren kennen.
Hoe verschillend ze ook zijn, het werk dat ze nu doen, schept een band. Marijke: „Als ik jullie nieuwsbrieven lees, herken ik zoveel. Zo schreef je laatst over het verdriet dat er was toen meelevende kerkleden afhaakten. Ook dat maken wij in Amsterdam mee.”

Dezelfde basis
De zussen bellen of mailen niet wekelijks. Marijke: „Wij zijn ook geen koffi edrinkzussen. Zelfs niet nu Sofieke in Nederland is.” Toch zijn ze er voor elkaar als dat nodig is. Sofieke: „Voordat wij voor verlof naar Nederland kwamen, heeft Marijke voor mij een wintergarderobe aangeschaft. Ze mailde foto’s van kledingstukken en vroeg of ik ze mooi vond. Geweldig handig, natuurlijk. Want ik vind het hier best koud.”
Áls ze contact hebben, klikt het meteen goed. Marijke: „We praten dan bijvoorbeeld over hoe we de zorg voor ons gezin kunnen combineren met activiteiten in de kerkelijke gemeente. Dat is soms best lastig.”
Een ander gespreksonderwerp is de school van hun kinderen. Die zitten niet op een degelijke christelijke, zoals zij vroeger. Sofieke: „Daardoor komt de geestelijke ontwikkeling van de kinderen helemaal op jou en je man neer.” Marijke: „We zien allebei ook de mooie kanten: onze kinderen leren al heel jong voor hun geloof uitkomen.” Sofieke: „Ik zag in Nederland kinderen raar doen tijdens het bidden. Daar snappen onze jongens niets van. Dat doe je niet, als je als enige in je klas voor het eten om stilte vraagt.”
De zussen kennen elkaar door en door. Sofieke: „Het leuke van zussen is dat je dezelfde herinneringen hebt, dezelfde basis.” Marijke: „Ik ben vorig jaar in Ecuador geweest, om onze jongste zoon Rindert te laten zien. Dat was enorm gezellig. En heeft onze band nog meer verstevigd. omdat ik nu weet hoe en waar ze precies woont.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 april 2012

Terdege | 116 Pagina's

Zending ver weg en dichterbij

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 april 2012

Terdege | 116 Pagina's