Wraakpsalmen
Een oppervlakkige lezer van de Psalmen zou zo maar kunnen opwerpen dat in ‘het’ liedboek van de kerk van alle eeuwen gedreigd wordt met wraak. Heel anders dan de liefelijke tonen vanuit de mond van de Zaligmaker. „Zalig zijn de vreedzamen...”
Is het Psalmboek niet in tegenspraak met de woorden van de Zoon van God? Horen we in de wraakpsalmen niet zozeer Gods stem als wel die van gewone mensen, wat de psalmdichters toch ook waren?
Toch niet. We moeten niet vergeten dat de Psalmdichters geïnspireerd zijn door de Heilige Geest, Die uitgaat van de Vader en de Zoon. Het is daarom volkomen Gods getuigenis. Alles wat van de zondige mens is, is uitgefilterd. Vandaar dat professor Klaas Schilder in zijn boek ‘Christus in Zijn lijden’ opmerkte: „De Auteur, de Dichter zingt Zijn Eigen lied”, toen de Heere Jezus de lofzang (de Psalmen 113 t/m 118) zong, op weg naar de Olijfberg. Dat betreft niet alleen deze 6 maar ook de andere 144. Dus ook alle wraakpsalmen.
We moeten goed bedenken dat bij de vijandschap tegen David, die wist dat uit Zijn lendenen Christus zou voortkomen, ook het slangenzaad aan het werk is. De pogingen tot doodslag van hem zijn inherent aan de poging om met het ombrengen van de kinderen in Bethlehem Christus om te brengen. Die achterliggende gedachte moeten we niet vergeten.
Toen David tijdens zijn vlucht voor Absalom door Simeï vervloekt werd, zei hij: „Laat hem vloeken, want de HEERE heeft tot hem gezegd: Vloek David.” Was het geen eigen schuld? „Het zwaard zal van uw huis niet wijken”, had Nathan gezegd.
Hoewel David gebeden heeft om het oordeel over de vijanden, heeft hij toch ook Sauls leven tot tweemaal toe gespaard. In Psalm 139 lezen we dan ook, nadat hij in vers 19 heeft gevraagd om het ombrengen van de vijanden en uiting heeft gegeven aan haat jegens de vijanden Gods: „Doorgrond mij, o God (...) en zie of bij mij een schadelijke weg zij, en leid mij op de eeuwige weg (Psalm 139:23-24). Waar ben ik toe in staat als God me loslaat?
Wie dat begreep was Dietrich Bonhoeffer (1906-1945). Hij preekte op 11 juli 1937 in het seminarium Finkenwalde (een van de vijf seminariums uitgaande van de Bekennende Kirche) over Psalm 58, in een kring van predikanten en theologiestudenten. Ze verzetten zich in woord en daad tegen het Hitlerregime. Finkenwalde werd daarom door de Gestapo gesloten en Bonhoeffer werd uiteindelijk opgehangen. De preek over psalm 58 begon als volgt:
„Kan deze vreselijke wraakpsalm ons gebed zijn? Mogen wij zo bidden? Het antwoord op deze vraag is heel duidelijk: Nee. Wij mogen zeker niet zo bidden. Aan veel vijandschap zijn wij ook zelf schuldig. Waarom kunnen wij deze Psalm niet meebidden? Niet omdat wij daarvoor te goed zijn (wat een oppervlakkige gedachte en wat een onbegrijpelijke hoogmoed!) maar omdat wij daarvoor te zondig zijn, te slecht.” Verder zegt hij: „Alleen wie zelf helemaal zonder zonde is, kan zo bidden. Dat recht komt alleen Hem toe, die bij uitstek de Zoon van God is, Jezus Christus.”
Hoe voorbeeldig stierf Bonhoeffer de dood aan de galg, op 9 april 1945, met als laatste woorden: „Dit is het einde, voor mij het begin van het leven.”
Daarom mag, ja moet de kerk des Heeren bidden om de redding van vijanden. „Hebt uw vijanden lief, zegen hen die u vervloeken”, leert de Heiland immers. Hij bad Zelf voor de vijanden en Stefanus volgde Hem daarin. William Tyndale bad in 1536 op de brandstapel: „Heere, bekeer de koning van Engeland!”
De kerk des Heeren mag immers hieruit leven: „Goddelozen worden om niet gerechtvaardigd en vijanden worden met God verzoend.” En uit de belofte: „Dien Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden rechtvaardigheid Gods door Hem.” (2 Kor. 5:21)
Wie wrok of wraak koestert wordt wrak. „Mij komt de wraak toe, Ik zal het vergelden, spreekt de Heere.” (Rom. 12:19)
Ds. M. van Kooten, Elspeet
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 2014
Terdege | 84 Pagina's