Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nicolaas Beets

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nicolaas Beets

4 minuten leestijd

Maar weinig mensen zullen onbekend zijn met de naam Nicolaas Beets. Wat zijn er veel gemeenten waar een straat, laan of plein naar hem genoemd is. Op 13 september was het twee eeuwen geleden dat hij werd geboren. Zijn wieg stond in Haarlem, waar zijn vader apotheker was. Nicolaas werd na de studie aan de Latijnse school en de theologische faculteit in Leiden predikant in het nabijgelegen Heemstede. Vooraf schreef hij echter in het Latijn een dissertatie over paus Pius II.
Behalve theoloog was hij ook letterkundige. Naast het preken en het pastoraat hield hij zich bezig met proza en poëzie. Misschien is hij wel het bekendst geworden met zijn boek Camera Obscura, grotendeels in zijn studententijd geschreven onder de schuilnaam Hildebrand. Hoewel hij in letterkundig opzicht niet onbelangrijk was voor onze taal en stimulator was van het Woordenboek Nederlandse Taal (WNT), noemde hij zich dienaangaande slechts een ‘opperman’. Een aardig rijmpje van Beets luidt: „Bezoekers brengen altijd vreugde aan, zo ’t niet bij ’t komen is, dan bij het gaan.”

Voor alles was Beets echter predikant in de Nederlandse Hervormde kerk. Een kerk met uitersten. Beets placht ervan te zeggen: „Onze kerk gaat tussen twee spijkers door.” Hij bedoelde met die spijkers de vrijzinnige dominee H.J. Spijker in Amsterdam en de zeer rechtzinnige dominee A.P.A. du Cloux. Clou is namelijk het Franse woord voor spijker. Bovendien was deze destijds ook nog eens in het Groningse Spijk werkzaam.
Beets zelf behoorde tot de Reveilkring en pleitte voor herstel van de Nederlandse Hervormde Kerk. Dat laatste wenste hij niet juridisch maar ethisch irenisch voltrokken te zien. Hij was wars van afscheiding en schreef in 1843 aan Willem de Clerq, die nogal uitpakte over de verschrikkelijke toestand van de kerk: „Laat de kerk staan, God laat haar ook staan.” Beets stond de medische wijze van herstel van de kerk voor, dus niet door kracht en geweld...

In de periode dat Beets Heemstede diende, was hij de enige uit de wijde regio die Jan de Liefde geestelijk en financieel steunde bij de verbreiding van het Evangelie in de net drooggelegde Haarlemmermeerpolder. Toen Beets in de schoolstrijd weliswaar het christelijk onderwijs steunde maar daarnaast de invloed van de kerken bepleitte op openbare scholen, met het oog op hen die daar door armoede op aangewezen waren, noemde diezelfde Jan de Liefde Beets een „koude komkommer”.
Toen de uiterst moderne Meyboom met krappe meerderheid in Amsterdam was beroepen, werd door diverse prominenten in het kerkelijk leven voorgesteld om dit beroep ongedaan te maken en Nicolaas Beets te beroepen. Ondanks de regen aan protesten bleef het beroepen van Meyboom staande en hij nam het beroep naar de hoofdstad aan.
Na Heemstede volgde Utrecht. Beets mocht daar ten slotte ook een tiental jaren als hoogleraar in de kerkgeschiedenis en ethiek studenten opleiden tot het wondere ambt van predikant.

Er zijn veel preken en meditaties van Beets bewaard gebleven. Eens, gaat het verhaal, had hij een beperkte tijd gekregen voor de woordbediening. Hij was bezig met de geschiedenis van Jozef, toen hem werd gezegd dat de tijd voorbij was. Beets zei: „Maar broeder, hij zit pas in de put! Moet hij daar nu een volle week blijven? Dat is onhistorisch bovendien. Maar, nietwaar, wie God bewaart is wél bewaard, ook voor langer dan een week. Amen!”
Beets overleed in 1903 in Utrecht aan de gevolgen van een hersenbloeding. Hij is in de Domstad ter aarde besteld, op de begraafplaats Soestbergen. Op zijn graf staan de woorden ‘God is mijn licht’. Van dat licht heeft hij getuigd en gedicht. Denk maar aan zijn bekendste lied:

Daar is uit ’s werelds duist’re wolken
een licht der lichten opgegaan.
Komt tot zijn schijnsel, alle volken,
en gij, mijn ziele, bid het aan!
Het komt de schaduwen beschijnen,
de zwarte schaduw van de dood.
De nacht der zonde zal verdwijnen,
genade spreidt haar morgenrood.

Ds. M. van Kooten, Elspeet

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 september 2014

Terdege | 100 Pagina's

Nicolaas Beets

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 september 2014

Terdege | 100 Pagina's