Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Slapeloze nachten door Hauptwerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Slapeloze nachten door Hauptwerk

Orgelmaker

8 minuten leestijd

Allen, Cantor, Content, Domus, Eminent, Heyligers, Johannus: het zijn, of waren, klinkende namen in de wereld van elektronische orgels. Sinds een kleine 10 jaar speelt Hauptwerk een geduchte rol als concurrent. „Als je begint te spelen, zit je over twee uur nog op de orgelbank.

Kees Noorlander slijt z’n dagen op het stille, Veluwse platteland. In 2008 streek hij met zijn orgelhandel neer in een oude varkensschuur tussen de weilanden in Lunteren. Maar de zakelijke rust is ver te zoeken. De verkoop van Hauptwerkorgels neemt de voormalige meubelmaker volledig in beslag. En niet alleen hem, ook de vier medewerkers die hij nodig heeft om te voldoen aan de toenemende vraag naar de software van Hauptwerk. „In de afgelopen jaren had ik een omzetgroei van 30 procent, dit jaar ga ik naar het driedubbele.”
De Veluwse varkensschuur is omgetoverd in een sfeervolle toonzaal met zachte vloerbedekking en heuse kroonluchters. Aan de muur posters van beroemde kerkorgels in Zwolle, Kampen en Rotterdam. In de hoek een huispijporgel met 15 stemmen. Het is te koop voor ruim 30.000 euro. „Door inruil verkregen”, vertelt Noorlander, terwijl hij koffie zet. „Ik ben er gek op en gebruik de klank als inspiratiebron. Als ik weer even wil horen hoe een échte Prestant klinkt, speel ik op dit orgel.”

Spaarcenten
Noorlander kan het zelf amper geloven dat zijn bedrijf zo hard is gegroeid. „Het is een wonder, dat meen ik echt. Toen ik in 2008 begon, had ik nul euro. M’n laatste spaarcenten had ik in een nieuwe keuken gestopt, en in onze eerste kleine. Ik moest naar de bank om machines te kopen en een werkruimte te huren. Ik had alleen m’n plan, m’n babbel en m’n passie. De bankmedewerker moest ik eerst uitleggen wat een Hauptwerkorgel was. Maar het geld kwam er.”
De stap naar een eigen bedrijf was nooit mogelijk geweest zonder de ervaring die Noorlander bij anderen opdeed. „Ik heb in een timmerfabriek in Renswoude gewerkt. Eerst als meubelmaker, later als bedrijfsleider. We maakten onder andere orgelkasten voor Cantor en orgelfronten voor een architect. Daar heb ik veel van geleerd.”
Thuis had Noorlander een ‘Johannus’ staan. „De klank inspireerde me niet meer en op het meubel was ik uitgekeken. In 2006 kwam ik in aanraking met Hauptwerk. De eerste tonen die ik hoorde, hebben bij mij de knop omgezet. Ik wist: deze techniek heeft de toekomst. Dit wil ik. Ik heb het programma gekocht, toen nog voor 50 euro, en ben het gaan inbouwen in mijn Johannusorgel. Maar daar hoorde natuurlijk ook een nieuwe kast bij. Het resultaat was het eerste Noorlanderorgel, uit liefhebberij gemaakt.”

Echtheid
De Barnevelder besloot van zijn hobby z’n werk te maken. In 2008 begon hij voor zichzelf. „Maar je hebt natuurlijk niet zomaar een orgel verkocht. Dus verhuurde ik mezelf het eerste jaar als zzp’er, aan onder anderen een trappenboer. De overige tijd gebruikte ik om me te verdiepen in de software van Hauptwerk en de ontwikkeling van een eigen orgelkast.”
De kracht van Hauptwerk, een uitvinding van de Engelse wiskundige Martin Dyde, is de verrassende echtheid van de orgelklank, stelt Noorlander. „De klant koopt een softwarepakket met bijvoorbeeld het Bätzorgel van de Domkerk in Utrecht. Elke pijp van dat orgel is digitaal opgenomen. Meerdere keren: lang, middellang en kort, dichtbij en ver weg, met en zonder tremulant. Al die opnames worden opgeslagen in geluidsbestanden. De kwaliteit ervan is te vergelijken met een cd.”
Zeker bij grote kerkorgels is het technische proces een monnikenwerk, zegt Noorlander. „De opnames in de kerk gaan nog wel. Met een orgel als in de Utrechtse Dom ben je een paar nachten bezig. Maar de digitale nabewerking van al die geluidsbestandjes kost gigantisch veel tijd.”
Traditionele merken zoals Johannus nemen ook pijporgels in kerken op. Wat is het verschil? Noorlander: „Ze nemen de pijp één keer op, dichtbij, en plakken er nagalm aan vast. Ook voegen ze samples van verschillende orgels bij elkaar tot één dispositie. Bij Hauptwerkorgels bespeel je het instrument zoals het in de kerk staat, inclusief alle karakteristieken van dat orgel en de ruimte waarin het staat.”

Potentie
De software van Hauptwerk draait op een computer en is te installeren op elk digitaal orgel. De organist gebruikt niet de registerknoppen van zijn elektronische orgel, maar registreert via een pc-scherm, waar de speeltafel van het kerkorgel op wordt geprojecteerd.
Noorlander is niet snel tevreden over het product dat hij verkoopt. „Ik leg de lat hoog. De potentie van Hauptwerk inspireert me. Deze software heeft alleen maar voordelen. Hauptwerk is een flexibel systeem met lage kosten. Doordat wij het meubel erbij kunnen leveren, op maat gemaakt, onderscheiden we ons als bedrijf. Ik heb in het begin slapeloze nachten gehad, zo enthousiast was ik over Hauptwerk.”
In 2010 liet Noorlander een website bouwen. Achteraf een gouden greep. „Mensen kunnen via de site klankvoorbeelden beluisteren. Wat zeggen ze? U wilt toch niet beweren dat dit namaak is? Ik herken dat. Als je begint te spelen, zit je over twee uur nog op de orgelbank. De vrouw van een klant vertelde: Ik zet om half één ’s nachts de hoofdschakelaar om, dan stopt m’n man tenminste met orgelspelen. Van anderen hoor ik: Ik krijg er kippenvel van. Als je bij Hauptwerk je ogen dicht doet, komt de klank verdraaid dicht bij het origineel.”

Grote namen
In het begin verkocht Noorlander tien tot vijftien orgels per jaar. Dit jaar gaat hij over de honderd. „Een doorbraak. Alle klanten zijn wandelende reclameborden. Er zitten grote namen bij: Martin Zonnenberg, Arjan Versluis, Sietze de Vries, Jos van der Kooy. Ze zijn er lyrisch over. Er zitten puriteinen bij, die felle tegenstanders van elektronische orgels waren, maar nu een lans breken voor Hauptwerk.”
Tot nu toe verkocht Noorlander vrijwel uitsluitend aan particulieren. „Het is mijn ambitie gewone organisten thuis te laten ervaren alsof ze in de kerk zitten te spelen. Een uitzondering tot nu toe is het orgel dat ik heb geleverd voor de kapel van het Hoornbeeck College in Amersfoort. Dat instrument is vanwege z’n openbare functie voor mij een leuke referentie. Maar ik ben niet commercieel. Als ik dat wil zijn, kan ik me beter richten op kerken. Binnenkort doe ik een proefplaatsing in een kerk in Hardinxveld. Natuurlijk sla ik zo’n aanvraag niet af, maar ik vind dat in een kerk eigenlijk een pijporgel hoort te staan.”

Drijfveren
De wervende kracht van Hauptwerk verbaast Noorlander. „Ik heb verschillende keren meegemaakt dat mensen die a-muzikaal waren door Hauptwerk zijn gaan orgelspelen. Een van mijn drijfveren om hiermee bezig te zijn, is de populariteit van het orgel te vergroten. Wereldwijd, maar ook binnen de reformatorische kring. De orgelcultuur in onze gezindte staat op een heel ander niveau dan in andere landen. Als buitenlandse organisten hier in de showroom komen spelen, trekken ze eerst hun orgelschoenen aan. Zo serieus zijn ze met hun instrument bezig. In reformatorische kring wordt het orgel vaak gezien als het instrument om de gemeentezang te begeleiden, meer niet.”
Inmiddels doet Noorlander wel steeds vaker zaken in het buitenland. „In Duitsland heb ik een dealer, met wie ik samen een speeltafel heb ontwikkeld. Mijn orgelkasten gaan via hem de hele wereld over. Evan Bogerd, onze huisorganist, is onlangs in Californië geweest om twee Hauptwerkorgels te installeren bij Nederlandse emigranten. Hij heeft tegelijk vier dealers bezocht. Ze zeiden: Ontwikkel maar een orgel dat geschikt is voor de Amerikaanse markt, dan gaan wij het verkopen. Binnenkort leveren we ons tweede orgel aan een klant in Nieuw-Zeeland. Ik ga zelf overigens absoluut niet naar het buitenland. Ik ben geen reiziger, zou eerst een week ziek zijn.”

Uitdaging
Ideeën heeft Noorlander genoeg. „Ik heb een plan klaarliggen voor klavieren met mechanische koppels. En misschien ga ik zelf een sample opnemen. Verder wil ik van de showroom hier een bruisend orgelcentrum maken. Verschillende organisten hebben aangekondigd dat ze er masterclasses met studenten willen gaan geven. En ik heb plannen om samen te werken met muziekscholen en orgeldocenten.”

Hauptwerk is bezig de markt te veroveren, stelt Noorlander. „Gevestigde merken als Content en Eminent doen ook iets met Hauptwerk. Ik begrijp dat, hoewel ze daarmee hun eigen merk ondergraven. Johannus verkoopt veel orgels aan het buitenland. Daar hebben ze nog niet zo’n last van Hauptwerk. Maar Johannes heeft wel recent alle prijzen met 25 procent verlaagd.”
Noorlander blijft vóór alles hechten aan kwaliteit. „Wie Hauptwerk verkoopt, moet kennis van echte orgels hebben. Als je die mist en je gaat bijvoorbeeld op het grote orgel van de Rotterdamse Laurenskerk spelen, dan kun je daar binnen de kortste keren een lelijke schreeuwbak van maken. Als het over Schnitgerorgels gaat, moet je weten dat er mannelijke en vrouwelijke registers bestaan. Ik investeer liever in een beter product met iets minder winst dan andersom.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 22 juli 2015

Terdege | 92 Pagina's

Slapeloze nachten door Hauptwerk

Bekijk de hele uitgave van woensdag 22 juli 2015

Terdege | 92 Pagina's