Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Herenigd na de emigratie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Herenigd na de emigratie

Vierdelige serie over dominees die op twee continenten dienden

8 minuten leestijd

Van Numansdorp via Ontario naar Genemuiden. Het zijn de omzwervingen van ds. A. de Groot. „Toen het beroep uit Springford kwam, sprak Mattheüs 10:37 tot me: Wie vader of moeder liefheeft boven Mij, is Mijns niet waardig; en die zoon of dochter liefheeft boven Mij, is Mijns niet waardig. We lieten onze ouders én de helft van onze kinderen achter.

Ds. A. de Groot (1960)
2002-2009: Hersteld Hervormde Gemeente van Numansdorp
2009-2014: Reformed Church of Springford
2014-heden: Hersteld Hervormde Gemeente van Genemuiden


Dad, it’s 212, second tune. (Pa, het is Psalter 212, tweede melodie.) Matthias de Groot roept het na de vraag van zijn vader welke psalter ook alweer dezelfde wijs heeft als een Nederlands voetballiedje. „Onze kinderen spreken nog vaak Engels”, zegt de hersteld hervormde predikant van Genemuiden.
Met het grootste deel van zijn gezin is hij sinds vorig jaar januari terug op vaderlandse bodem. Eén zoon bleef achter in de Canadese provincie Ontario. „Destijds wilde hij niet mee naar Springford, maar hij was te jong om in Nederland achter te blijven. In Canada kreeg hij echter verkering, dus hij kwam niet mee terug naar Nederland. Nog niet.”

Het is een bekend beeld in predikantsgezinnen die in meerdere landen woonden. Voor ds. De Groot begon dat al toen hij in 2009 naar Ontario vertrok: vijf van zijn tien kinderen bleven achter. „Toen ik het beroep uit Canada aannam, hebben we met z’n allen in een kring zitten huilen. Een van de kinderen was getrouwd, een ander volgde kort daarna. Een dochter kocht een huis in Oud-Beijerland, andere kinderen trokken bij haar in.”
De vijf jongsten gingen mee naar Springford, sommigen tegen wil en dank. „Na een jaar zei onze zoon van zeventien: ‘Ik heb het hier wel gezien.’ We hebben hem terug laten gaan. Hij is ook bij zijn zus gaan wonen.”

Achterstevoren
Een reiziger was ds. De Groot nooit geweest. „Wij zijn huismussen. Een vakantie in de Belgische Ardennen was onze verste bestemming.”
In 2002 was hij bevestigd in Numansdorp, zijn eerste gemeente. Daar kreeg hij in 2005 het verzoek drie weken naar Grand Rapids in de Verenigde Staten te komen. om te preken en bezoeken af te leggen in Providence Reformed Church.
Deze gemeente werd gevormd door mensen die bij de scheuring in de Gereformeerde Gemeenten in 1993 met dr. J.R. Beeke meegingen, maar zijn gemeente niet lang daarna verlieten. „Ze hadden zich aangesloten bij de Reformed Church of America (RCA), maar misten daar de Schriftuurlijk-bevindelijke prediking. Daarom nodigden ze Nederlandse predikanten uit.”
Ds. De Groot had zijn eerste Engelse preken helemaal uitgeschreven. „Ik dacht: Het is niks. Maar al zeg je de dingen achterstevoren, de mensen spannen zich in om het te volgen. Dat merkte ik later in Springford ook.” In die gemeente, eveneens een RCA die was gevormd door mensen uit andere kerken, leidde hij tijdens deze reis een Nederlandse dienst.

Rouwverwerking
In 2008 voelde ds. De Groot zich innerlijk meer en meer losgemaakt van Numansdorp. „Jozua 1:9 sprak tot me: ‘Wees sterk en heb goede moed, en verschrik niet, en ontzet u niet; want de Heere, uw God, is met u alom, waar gij heen gaat.’ Maar waar was dat ‘alom’?
Toen kwam er een verzoek uit Springford om te komen preken met het oog op een mogelijk beroep. Menselijk gesproken had ik er niet op in moeten gaan. Toch ben ik er met mijn vrouw twee weken geweest, en het waren goede weken. Toen het beroep kwam, braken moeilijke dagen aan. Ik stond ermee op en ging ermee naar bed, bang om zelf een keuze te maken. Uiteindelijk overreedde de Heere me vanuit Zijn Woord. Dat brak de tegenstand. Als de Heere roept, moet alles ervoor wijken. Ik moest naar Canada, hoe ingrijpend dat voor ons gezin ook was.
Het was november 2008, en het duurde tot 9 juli 2009 voordat we konden gaan. Kort voor ons vertrek overleed mijn schoonvader. Vanuit Canada konden we mijn schoonmoeder niet regelmatig bezoeken. Eigenlijk mis je daardoor een stuk rouwverwerking.”

Gebedsbijeenkomst
In Canada wachtte een eenzame post. „De gemeente ving ons hartelijk op, maar binnen het kerkverband van de RCA ontmoette ik geen geestverwanten. Met twee predikanten had ik wel wat contact en ik bezocht de classisvergaderingen, maar verder waren we er een vreemde eend in de bijt.”
Ook de taal was lastig. „Om toegelaten te worden, moest ik classicaal examen doen, in m’n gebrekkige Engels. Twee jaar heb ik daarna taalles gekregen. Mijn preken schreef ik eerst helemaal uit; later hoefde dat gelukkig niet meer. Met lood in mijn schoenen ging ik naar de eerste catechisatieles. Maar daar kreeg ik zelf les: de kinderen hielpen me door te vertellen hoe ik iets beter kon zeggen.”
Elke zondag hield ds. De Groot twee Engelse preken; elke donderdagavond ging hij in het Nederlands voor. Tijdens de Nederlandstalige ouderenmiddagen behandelde hij het leven van Abraham en na de pauze Bunyans Christenreis. Enkele keren preekte ds. De Groot in Grand Rapids en in de Free Reformed Churches (verwant aan de Christelijke Gereformeerde Kerken) van Bornholm en Dundas. Alle andere zondagen ging hij in Springford voor.
„Mijn gemeente had de gewoonte op de zaterdagavond voor een Avondmaalsbediening een gebedsbijeenkomst te houden. Ik opende en hield een meditatie en we zongen enkele Psalters. Daarna begon ik het dankgebed, een andere man nam het over, anderen volgden. Van tevoren spraken we af wie de laatste zou zijn. We zijn dat in Nederland niet gewend, maar ik heb het leren waarderen.”

Breuk
Er was volgens de predikant een goede band in de gemeente. „De mensen zijn op elkaar aangewezen. Toen mijn vrouw enkele dagen in het ziekenhuis lag, verzorgden de vrouwenvereniging en anderen de warme maaltijden voor ons gezin.”
De eenheid bleef echter niet bewaard. „Net als de Protestantse Kerk in Nederland voegde de RCA een belijdenis aan zijn grondslag toe waarmee we ons niet konden verenigen: in 2010 aanvaardde ze de Belhar Confession. We waren de enige gemeente in Canada die er moeite mee had. Dat hebben we kenbaar gemaakt op de classis en de synode.
De classis in Ontario wilde ons niet laten gaan met behoud van kerkgebouw en pastorie. Er moest over gestemd worden en het moderamen gaf een voor ons negatief stemadvies. Voordat er gestemd werd, mochten we ons standpunt nog een keer uitleggen. Daarin gaven we aan dat het voor ons een gewetenszaak was. Dat leidde ertoe dat zelfs leden van datzelfde moderamen toch vóór stemden. We behielden kerk en pastorie. We hebben dat echt als een wonder van Gods leiding en goedheid ervaren.
Een derde van de 230 leden en doopleden wilde niet mee en ging apart vergaderen, hoewel de RCA zei: Leg je bij de meerderheid van de gemeente neer. Deze groep had er echter moeite mee dat we aansluiting zochten bij de Hersteld Hervormde Kerk. Daarom vormde ze uiteindelijk een Free Reformed Church. Ik kon me er best iets bij voorstellen dat men bezwaar had tegen aansluiting bij een Nederlands kerkverband, waarvan Springford nu de enige buitenlandse gemeente is. De Free Reformed Churches waren voor de meerderheid van onze gemeente echter te breed en ook bij andere kerkverbanden in Noord-Amerika konden we niet echt terecht.
De vorming van de Protestantse Kerk in Nederland in 2004 had in Numansdorp niet tot een breuk geleid: de hele gemeente werd hersteld hervormd. Nu moest ik toch nog een plaatselijke scheuring meemaken. Ik heb het er heel moeilijk mee gehad, en eigenlijk is dat nog zo. Gelukkig leidde het niet tot verstoorde verhoudingen, ook niet binnen families waar de scheur dwars doorheen liep.
Het is ook niet het enige geweest dat het verblijf in Canada heeft gestempeld. Bij mijn vertrek heb ik mogen horen dat ik er niet voor niets ben geweest. De eeuwigheid zal openbaren hoeveel vrucht de bediening heeft gehad.”

Blijvende invloed
De terugkeer naar Nederland kwam onverwacht. „Vanwege het verblijf in het buitenland had ik de status van emeritus predikant en stond ik niet op de beroepingslijst. Na een preekbeurt in Genemuiden vroeg men echter of ik een beroep in overweging wilde nemen. Ik ben naar Nederland gekomen en hier opnieuw voorgegaan. Toen ik het beroep aannam, waren de kinderen in Nederland blij, de kinderen in Canada niet allemaal.
Qua landschap hoefde de terugkeer voor mij niet. Als je de weidsheid gewend bent, is het hier maar een gefriemel. Ook de files was ik ontwend. Je ervaart in Canada in het dagelijks leven minder stress.”
De periode in het buitenland heeft volgens de predikant blijvende invloed gehad. „De boeken van Engelse puriteinen hebben me gevormd. Ik denk dat ik gunnender ben gaan preken. Ook ben ik nog meer tot de overtuiging gekomen dat, wanneer je commentaar krijgt en je mag terugvallen op het Woord, je geen millimeter moet toegeven.
In het gezin is de band hechter geworden. Al zaten we elke zomer zo’n vijf weken in het huis van een van onze kinderen in Nederland, we hebben elkaar toch vierenhalf jaar gemist. De Heere gaat met ons soms onbegrepen wegen.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 12 augustus 2015

Terdege | 84 Pagina's

Herenigd na de emigratie

Bekijk de hele uitgave van woensdag 12 augustus 2015

Terdege | 84 Pagina's