Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Sommige studenten noemen me vader”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Sommige studenten noemen me vader”

10 minuten leestijd

De waarde van de reformatorische zuil heeft hij in Afrika steeds meer leren waarderen. In Malawi zet zendingswerker Wim Akster (45) zich in voor een eigen kostschool voor weeskinderen. „Als ik in Nederland kom, zie ik helaas niet zoveel dankbaarheid, terwijl daar toch alle reden voor is.

Wim Akster
Wim Akster (45) groeide op in ’t Harde. Na de mavo volgde hij de meao en later de Pabo in Gouda. Van 1995 tot 2008 was hij als onderwijzer verbonden aan de Prins Mauritsschool in Staphorst. Daarna werkte hij anderhalf jaar voor Stéphanos in Malawi. Vanaf september 2011 is hij verbonden aan de Timotheos Foundation, die verschillende projecten uitvoert onder kinderen in de leeftijd van drie jaar tot en met de middelbare schoolleeftijd. Wim Akster is aangesloten bij de Hersteld Hervormde Kerk. Hij is ongehuwd.


Het zag er bepaald niet naar uit dat hij het onderwijs en laat staan de zending zou ingaan. Op de middelbare school kwam het audiologisch centrum dat Wim Akster onderzocht tot de conclusie dat er sprake was van een gehoorprobleem, dat later alleen maar erger zou worden. Daarmee leek zijn grote wens om onderwijzer te worden van de baan. „Ik zakte terug van de havo naar de mavo en ben vervolgens meao gaan doen. Voor de klas staan had geen kans van slagen, volgens het centrum. Ik zou met mijn 35e doof zijn, zo was de verwachting. Dat was geen gemakkelijke boodschap.”
De verwachte achteruitgang zette evenwel niet door en Wim Akster schreef zich na de meao in voor de pabo. „Het was natuurlijk uitproberen hoe het met stages zou gaan. Dat ging echter goed. Heel wonderlijk allemaal. Mijn gehoor is sindsdien stabiel gebleven.” En die meao blijkt niet zo zinloos te zijn geweest. Akster doet op het zendingsveld ook de boekhouding.

Bush
Na de pabo ging hij aan de slag in Staphorst. Dertien jaar was hij verbonden aan een van de plaatselijke basisscholen. Hij komt er tijdens verlofperiodes in Nederland nog graag terug. Ook in april en de eerste helft van mei van dit jaar heeft hij er onderdak gevonden. „Ik had het hier geweldig naar m’n zin, werd naar mijn idee volledig geaccepteerd en ben zelfs secretaris van de SGP-kiesvereniging geweest. De Staphorsters houden van aanpakken. Daar voel ik me bij thuis.”
Via ds. Schaafsma belandde hij bij stichting Stéphanos, dat een voorlichter zocht. „De dominee kende ik nog uit Doornspijk. Voor Stéphanos ben ik verschillende malen in Malawi geweest. Regelmatig werd me gevraagd of ik er niet kon gaan werken, maar daar heb ik me tegen verzet. Ik wist wel dat het moest, maar wilde het niet. Ik zag het als een verdwijnen in de bush. Totdat er een vacature kwam en ik niet anders kon.”
Begin 2009 vertrok Akster als onderwijsadviseur naar Malawi. Hij beleefde er een moeilijke periode, want anderhalf jaar later was hij weer terug, samen met zijn Nederlandse collega. Ook aan de arbeidsovereenkomst met twee lokale medewerkers kwam een einde. Hij wil niet ingaan op het conflict dat er was in deze periode, die hij omschrijft als een van de moeilijkste uit zijn loopbaan. „Ik wist dat ik daar moest zijn en geloofde altijd dat ik er terug zou komen. Maar ik wist niet hoe.”

Lokkertje
Ruim een jaar later keerde hij naar het Afrikaanse land terug. De Reformed Presbyterian Church, waarmee wordt samengewerkt, richtte zelf de Timotheos Foundation op en vroeg Akster om er te komen werken onder de jeugd. „Deze kerk heeft ongeveer 200 gemeenten, verdeeld over een tiental districten in het land. Er wordt op meerdere plekken aan niet al te grootschalige projecten gewerkt.”
Timotheos heeft nu drie dagopvangcentra, zestien kleuterschooltjes in combinatie met plaatselijke kerkelijke gemeenten, kent een alfabetiseringsgroep en steunt weeskinderen bij het leren van een vak op de middelbare school. Bij hongersnoden of overstromingen wordt noodhulp verleend. Akster houdt zich bezig met het rekruteren van weeskinderen voor de middelbare school en is betrokken bij het werk op de kleuterscholen. „Onderwijs in de leeftijd van drie tot zes jaar geeft deze kinderen een betere entree op de basisschool. Ze hebben gewoonlijk een achterstand. Die wordt nu omgezet in een voorsprong. Ze horen vertellen uit de Bijbel en leren psalmen, gezangen en teksten. De kinderen komen graag, want aan het eind van de lessen ontvangen ze een bord voedzame pap. Noodzakelijk, maar tegelijkertijd een lokkertje.”

Corruptie
De weeskinderen in het land dreigen tussen wal en schip te vallen. „Malawi kent er ongekend veel, naar schatting wel een miljoen. In tegenstelling tot de andere projecten richt Timotheos zich wel op de kinderen van de Reformed Presbyterian Church. Ze krijgen bijles en toerusting in de vorm van catechese. Timotheos steunt momenteel circa 250 studenten in acht districten. „Alles met de bedoeling om hen een vak te laten leren. Of, als dat mogelijk is, verder door te laten studeren. Om uit de armoede te komen, is het leren van een vak echt nodig.”
En arm is Malawi. Het is volgens de VN het armste land ter wereld.
Het land heeft een vreedzame geschiedenis. „Heel bijzonder op het Afrikaanse continent”, beaamt Akster. De armoede wordt volgens hem vooral veroorzaakt door het gemis aan mogelijkheden om zich economisch te ontplooien. Het land ligt niet aan zee en mist daardoor een haven. De doorvoermogelijkheden met buurlanden zijn gebrekkig, vervoer door de lucht is duur en banken vragen een hoge prijs voor leningen aan starters. Bovendien is de samenleving erg corrupt. „Daarmee groeien mensen op. Ze snappen niet dat je daar niet aan meedoet.”
Kerkelijk levert het land een verdeeld beeld op. Ongeveer 40 procent is rooms-katholiek, een kwart moslim en de rest van de bevolking is bij tal van protestantse kerken aangesloten. „In heel veel gevallen is er sprake van een mix met het animisme. Daarin is vrijwel iedereen grootgebracht.” De meeste moslims zijn vredelievend, hoewel een groep uit Pakistan afkomstige gelovigen zich steeds radicaler opstelt. „Je ziet nu in Malawi soms ook boerka’s. Dat was voorheen nooit het geval.”

Huilend
De kosten voor de projecten en de relatief lage inkomens van de twee Nederlandse zendingswerkers – naast Akster werkt ook Bep Klok voor Timotheos vanuit Blantyre – worden gedragen door de stichting Timotheos, gesteund door vertegenwoordigers uit de rechterflank van de gereformeerde gezindte. In Nederland en sinds kort ook in Canada.
Het aantal studenten is, afhankelijk van de sponsors in Nederland die een vierjarige steun voor hun rekening nemen, de afgelopen jaren verder uitgebreid. Er wordt vooral ingezet op het leren van een ambacht. Voor pure vaklieden zijn de vooruitzichten redelijk in de voornamelijk agrarische samenleving. „Er zijn echter veel meer aanvragen dan we financieel aan kunnen. Ik heb meegemaakt dat vijftienjarige jongens huilend weggingen, omdat ze niet konden worden toegelaten voor een studie.”
Andersom gebeurt eveneens. Soms moet voor jongens of meisjes na herhaalde waarschuwing de steun worden ingetrokken. Drugs, prostitutie en drank zijn de grote boosdoeners. Dit wordt versterkt doordat de weeskinderen vaak opgroeien in milieus waarin zij toch al enigszins op achterstand staan en worden gebruikt als goedkope hulpkracht. Om die reden zou een eigen opleiding, met een bijbehorend onderdak voor de studenten, een uitkomst zijn. Dat is onze droom. Daarmee zouden de studenten zich op beschermde en begeleide wijze kunnen ontwikkelen.” Het geld is er (nog) niet voor, maar Akster hoopt dat het er in de toekomst wel komt.

Dankbaarheid
In Nederland verbaast hij zich over de wijze waarop de gereformeerde gezindte met allerlei verworvenheden omspringt. „Er wordt veel te weinig beseft hoe rijk men gezegend is. Met onderwijs, kerken, eigen parlementsleden die nog mogen zeggen wat ze willen. Hier hoef je niet te bedelen en ben je niet afhankelijk van de goedheid van anderen. Als ik dan zie hoe er dankdag wordt gehouden, vraag ik me af waarvoor die dankbaarheid is. Het is allemaal zo vanzelfsprekend.”
Tijdens zijn verlofperiodes houdt Akster vele lezingen en presentaties. „Er werd me enige tijd geleden door een mevrouw gevraagd of ik zegen zag op mijn werk. Dat gebeurt soms, maar vaak is dat niet openbaar, was m’n antwoord. Het gaat om Zijn eer, niet om de mijne. Maar toen vroeg een ouderling wat de dominee zou zeggen als die vrouw hem dezelfde vraag zou stellen. Maar al te vaak wordt vergeten dat we niet alleen daar met Hem verzoend moeten worden. Dat is hier net zo hard nodig.”
Akster beseft dat het leven in de tropen hem verandert. „Vorig jaar was er een overstroming, dit jaar blijft de regen uit. We helpen vaak in het armste deel van het land, het zuiden. Dan kom je in aanraking met kinderen die bijna van honger sterven. Die echt wegteren. Of bejaarde mensen die aangespoelde bloembollen met gevaar voor eigen leven uit de rivier halen. Dat doet natuurlijk iets met je. Je moet dat wel een plek zien te geven.”

Vrijgezel
Zijn vrijgezellenbestaan is regelmatig onderwerp van gesprek. Hij lacht. „Dan denken mensen dat ik in Nederland een vrouw heb. En vaak wordt er wel gezegd dat die of die best met me wil trouwen. Bijzonder is dat sommige studenten me als vader aanspreken.”
Het ontbreken van veel sociale verplichtingen brengt ook met zich mee dat hij zich er echt toe moet zetten om van zijn werk los te komen. „Ik ben een workaholic, dat weet ik. Maar ik probeer er daarom geregeld een paar dagen tussenuit te gaan en soms ’s avonds om acht uur mijn laptop dicht te klappen. Je moet, zeker voor kleinere dingen, niet altijd bereikbaar willen zijn. Dat is ongezond.”
De invloed van de digitale media op het zendingsveld moet niet worden onderschat. „Ik ben er uiteindelijk ook aan begonnen, heb een Facebook-account aangemaakt en gebruik thuis WhatsApp. Het heeft veel voordelen. Het levert een goede feedback op, in Nederland wordt er als het ware over je schouder meegekeken. Meeleven doet goed, dat heb je nodig. Er komen hier in de zomer groepen jongelui op werkvakantie. Het geeft aan dat er onder de jongeren zijn die niet helemaal door het egoïsme zijn opgeslokt.”
Anderzijds gaat er niets boven gewone post. „Zo rond de Kerst komen er veel ouderwetse kaarten. Dat heeft echt meer waarde dan een e-mail.”
Akster heeft een contract tot eind 2017. „Wat er daarna gebeurt, is verborgen. Voorlopig heb ik mijn leven in Malawi. Ik voel me er echt thuis. Als ik op het vliegtuig stap, denk ik echt: ik ga naar huis.”

www.timotheos.nl


„Jongeren onderwijzen en opleiden”
Dominee D. Heemskerk, hersteld hervormd predikant in Ouderkerk aan den IJssel, kent Wim Akster al lange tijd. „De eerste ontmoetingen dateren uit de tijd dat ik als predikant werkzaam was in de hervormde gemeente ‘Rehoboth’ in Nieuwleusen. Verschillende kinderen van ons zaten toen op een van de Staphorster scholen waaraan Akster als onderwijzer verbonden was. Zij bewaren goede herinneringen aan hem. Bij de verschillende visitaties, bezoeken die ik namens de commissie zending heb gebracht, ontmoette ik hem in Malawi, eerst bij de stichting Stéphanos en later werkzaam voor de stichting Timotheos in opdracht van de RPC in Malawi, de kerk waaraan wij ons eveneens nauw verbonden weten.
Akster ontvangt ook van de Hersteld Hervormde Kerk middelen om in de hongersnood te voorzien. Hij is in dit zeer arme land met grote inzet en ijver bezig. Het is een goede zaak dat er niet alleen in de honger voorzien wordt, maar dat ook aan jongeren de gelegenheid geboden wordt om onderwijs in het Woord te ontvangen en zich via een opleiding te ontplooien. Akster is hiervoor zeer geschikt en legt gemakkelijk allerlei contacten. De Heere zegene Zijn arbeid en vervulle zijn wens met betrekking tot een eigen middelbare school.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 juli 2016

Terdege | 100 Pagina's

„Sommige studenten noemen me vader”

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 juli 2016

Terdege | 100 Pagina's