Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het ruime hemelrond

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het ruime hemelrond

Sterrenstelsels

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is een populaire kerstkaartafbeelding: drie kamelen, drie mannen en een heldere ster. Een weergave van het verhaal van de wijzen uit het oosten, zoals beschreven in Mattheüs 2. Het is een van de Bijbelse gebeurtenissen waarin de sterrenhemel meesprak. Wat is er zoal te zien boven ons hoofd?

Veel, heel veel. Dat bleek half oktober, toen sterrenkundigen van de universiteit van het Engelse Nottingham verbazingwekkende cijfers naar buiten brachten. De astronomen hebben berekend hoeveel sterrenstelsels er in het heelal moeten zijn. Een sterrenstelsel is een groep sterren in het heelal die dicht bij elkaar staan en om elkaar heen draaien. De zon en de aarde maken deel uit van het Melkwegstelsel, een stelsel met (de schattingen lopen uiteen) 200 tot 400 miljard sterren.
De Engelse sterrenkundigen hebben uitgerekend dat er in het heelal zeker 2 biljoen van dit soort sterrenstelsels zijn: een biljoen is een miljoen keer een miljoen. Zij geven daarbij aan alleen een berekening te hebben gemaakt voor het tot nu toe waarneembare deel van het heelal. Wat er achter de zogeheten horizon van het heelal ligt, weet niemand. De wetenschappers sluiten niet uit dat zich daarachter een oneindige ruimte bevindt, met nog meer sterren en sterrenstelsels.
Niet alle sterrenstelsels hebben even veel sterren. Maar wanneer wordt uitgegaan van een gemiddelde van 100 miljard sterren per sterrenstelsel, brengt een rekensom van 100 miljard sterren maal 2 biljoen sterrenstelsel het aantal sterren boven ons hoofd op een minimum van een 2 met 23 nullen. Onbevattelijk veel.

Grote knikker
Eén van die vele sterren noemen wij mensen “zon”. Om de relatief kleine ster zon draait een heel klein bolletje dat aarde heet. Daarvandaan kijkt de mens, ook al heet hij Obama of Trump, als een nietig wezen omhoog.
En wat ziet hij dan? In het dichtbevolkte, verlichte westen misschien een paar honderd sterren. Reist hij naar een donker gebied, dan misschien een paar duizend. Dan licht ook een band van sterren op: de melkweg. Op veel plaatsen in Nederland is die nog maar met moeite te zien.
De sterren die we zien staan ver weg. De ster die het dichtst bij de zon staat, heet Proxima Centauri. De afstand naar deze ster is meer dan 4,2 lichtjaar, een maat die sterrenkundigen gebruiken om de afstanden in het heelal weer te geven. Een lichtjaar is de afstand die het licht in een jaar tijd aflegt, bij een snelheid van afgerond 300.000 kilometer per seconde. Een vliegreis naar deze ster zou tienduizenden jaren duren.
Om een gevoel te krijgen bij de afstanden in het heelal, wordt de zon soms teruggebracht tot de afmeting van een grote knikker. Op diezelfde schaal is de aarde niet meer dan een zandkorreltje op 2,5 meter afstand. De planeet Jupiter is een speldenknop op 12 meter van de knikker.
Ligt de knikker zon op de Dam in Amsterdam, dan ligt de dichtstbijzijnde knikker (Proxima Centauri) op zo’n 650 kilometer afstand, ofwel bij de Brandenburger Tor in Berlijn. De andere sterren om ons heen liggen in de verschillende Europese hoofdsteden. Daartussenin is het leeg. Het heelal is vooral heel leeg, donker en koud.


Ster van Bethlehem
In december krijgt de sterrenhemel veel aandacht. Vanwege de donkere nachten, waarin onder meer het sterrenbeeld Orion zich goed laat zien, maar meer nog vanwege de wijzen uit het Oosten, die aan de hemel zagen dat er een Koningskind was geboren.
Wat zagen zij precies? Een bijzondere samenstand van sterren en/of planeten? Het zou kunnen, maar die waren vaker te zien. Een meteoor die langs de hemel flitste? Het is niet waarschijnlijk, omdat de ster de wijzen tijdens een deel van hun reis begeleidde. Was het een engel die de weg wees? Daarvoor beschrijft Mattheüs 2 het gebeuren te feitelijk.
Wat dan? De Brits-Amerikaanse theoloog-astronoom Colin R. Nicholl publiceerde een boek waarin hij overtuigend onderbouwt dat de ster van Bethlehem een grote komeet kan zijn geweest. Een komeet is een klein hemellichaam dat in een baan om een ster, zoals de zon, draait. Een komeet bestaat uit stof, ijs en gas. Deze ballen van stof, ijs en gas laten, als ze dicht bij een ster komen, een staart zien.
Zo’n heldere komeet moet rond Christus’ geboorte te zien zijn geweest, stelt Nicholl in ‘The great Christ comet’ (uitg. Crossway, 2015). Deze komeet had een lange staart. Nicholl verwijst naar de Bileams profetie in Numeri 24:17: „Een scepter uit Israël zal opkomen”. De „grote Christuskomeet” moet als een scepter aan de hemel te zien zijn geweest. Op basis van hun kennis van de boeken van Mozes (zeker Num. 24) en waarschijnlijk Jes. 7-9 reisden de Babylonische magiërs af.


Sterren in de Bijbel
Als herder zal David de prachtige sterrenhemel vaak hebben gezien. In Psalm 19 zingt hij: „De hemelen vertellen Gods eer, en het uitspansel verkondigt Zijner handen werk.” Hoe veel sterren er zijn, weet alleen de HEERE, zingt de dichter van Psalm 147: „Hij telt het getal der sterren, Hij noemt ze allen bij namen.”
Sinds de schepping van zon, maan en sterren op de vierde scheppingsdag hebben de hemellichamen op belangrijke momenten in de Bijbelse geschiedenis een rol gespeeld. Al in Genesis 1:14 geeft God aan dat de hemellichten „zijn tot tekenen”. Zo neemt Hij Abram in Genesis 15:5 mee naar buiten om het aantal sterren te tellen: zo groot zal zijn nageslacht zijn. Zon en maan staan stil als Jozua (Jozua 10) strijdt om het land Kanaän. Als de Heere Jezus aan het kruis hangt, treedt er een drie uur durende duisternis op. Ook de (tijd voorafgaand aan de) wederkomst gaat gepaard met grote veranderingen aan de hemel, zegt Christus, onder meer in Mattheüs 13:25: „En de sterren des hemels zullen daaruit vallen...”
Christus wordt meermalen vergeleken met een hemellichaam. Maleachi 4:2: „Ulieden daarentegen, die Mijn Naam vreest, zal de Zon der gerechtigheid opgaan, en er zal genezing zijn onder Zijn vleugelen.” En in Openbaring 22:16 noemt Christus zichzelf de blinkende Morgenster. Daarbij wordt veelal gedacht aan de heldere planeet Venus.
De Bijbelheiligen keken vaak omhoog en er is nog steeds reden genoeg om dat te doen.


Kijktips
• Kijk eens met een verrekijker naar details op de maan.
• Zoek het sterrenbeeld Orion op (zie afbeelding). Orion staat van november tot maart ’s avonds en ’s nachts aan de zuidelijke hemel, met in het midden drie sterren op een rij.
• Zoek het sterrenbeeld Grote Beer (het zogenoemde Steelpannetje) op. Met dit sterrenbeeld is altijd het noorden te bepalen: trek de lijn van de zijkant van het pannetje (niet de zijde van de steel) door ‘omhoog’, verleng de lijn vijf keer of twee vuistlengten. Daar staat de helderder ster Polaris. Wie vanaf deze ster een rechte lijn naar de horizon trekt, weet precies waar het noorden is. Dat geldt altijd, omdat Polaris boven de as staat waar de aarde om draait.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 december 2016

Terdege | 196 Pagina's

Het ruime hemelrond

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 december 2016

Terdege | 196 Pagina's