Jezus roept Levi de tollenaar tot Matthéüs de discipel

Weer lezen we een naam die vragen oproept. In het lijstje van de discipelen van Jezus, zoals we dat gelezen hebben in Lukas 6 en ook lezen in Matthéüs en Markus, komen we wel een Matthéüs tegen. Matthéüs deelt zelfs mee dat die Matthéüs tollenaar was. Maar we vinden nergens een is-gelijk-teken tussen Levi en Matthéüs. Meerdere verklaarders ontkennen dan ook dat Levi dezelfde is als Matthéüs.
Er is echter zoveel overeenkomst tussen de evangelisten die de roeping van deze tollenaar beschrijven, dat het voor de hand ligt dat Levi Matthéüs is en dat Matthéüs de tollenaar is die discipel werd. De naamlijst van de discipelen vlak na deze geschiedenis onderstreept: met deze tollenaar is het twaalftal rond.
Terwijl de andere evangelisten zijn achtergrond verzwijgen - het was geen reclame als iemand tollenaar was - zegt Matthéüs zelf: Ik was die tollenaar. „Mij, in de kuil gezonken, mij heeft Hij hulp geschonken, gered uit modderig slijk.” (Psalm 40 ber.).
Maar die naam dan? In het Nieuwe Testament komen we vaker tegen dat mensen meer namen hebben. Hier lijkt die naam een verklaring van het nieuwe leven. Matthéüs betekent immers ‘Gave van God’!
Als Levi als tollenaar een uitzondering was, dan was hij het in ongunstige zin. Het Evangelie zegt dat al de tollenaren tot Jezus kwamen. Maar Levi zat in zijn tolhuis en bleef daar zitten. Heel Kapernaüm ging uit tot Jezus maar Levi bleef zitten in zijn tolhuis. Van Levi uit was er geen enkele beweging. Hij wil niet; hij loopt niet. Het is Gods onuitsprekelijke genadegave in Christus. Het is precies als in het paradijs na de zondeval. Niet de zondaar maar de zoekende Zaligmaker gaat uit. Hij ziet Levi. Heel aandachtig, zegt het Griekse werkwoord. Hij kijkt dwars door hem heen. En dan zegt Hij: „Volg Mij!”
Als ergens blijkt dat zalig worden een gave van vrije genade is, dan hier. Zo kwam er een einde aan dat zittende leven van Levi. Wonderlijk. Misschien klonken er later wel andere stemmen, van binnen en van buiten. Maar Levi verliet alles en volgde Jezus. Dat gebeurt waar genade verheerlijkt wordt.

1. Waarom had de naam ‘tollenaar’ in de tijd van het Nieuwe Testament een slechte klank, terwijl hij nu juist een goede klank heeft?
2. Hoe roept Jezus nu een zondaar? Lezen we iets van een voorwaarde waaraan Levi moest voldoen? Moest hij eerst iets hebben of zijn?
3. Jongelui, hoe denk je dat andere discipelen, zoals Simon Petrus en Simon de Zeloot, reageerden op de komst van Levi/Matthéüs?
4. Kinderen, Levi verliet alles. Wat zou jij moeten verlaten om Jezus te volgen? Is er iets waar jij aan vast zit en dat jou in de weg staat?

Ds. J. Westerink, Urk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen