Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voortborduren op een aloude traditie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voortborduren op een aloude traditie

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een proeve van bekwaamheid was het, het borduren van een merklap. Zo rond je tiende jaar maakte je als meisje je eerste exemplaar om het steken en stikken onder de knie te krijgen. Gerrie de Leeuw-van den Berg weet van de naald en de draad: ze maakte 86 merklappen na. ”Ik heb heel wat nachten zitten borduren.”

De zon zakt langzaam in het jonge gras. Oude knotwilgen langs de weg zijn hun ingrijpende snoeibeurt vergeten en laten uitbundig nieuw leven zien.

De tijd gaat door, de tijd staat stil hier in Leerbroek. Dat is waarom het knusse thuis van Gerrie de Leeuw-van den Berg (1943) precies in dit landschap past. Binnen is het huis van alle gemakken voorzien en tegelijk ademt het de sfeer van een museum. In de hal, in de keuken en op elke muur van de woonkamer hangen authentieke merklappen. Een statige kast toont een verzameling theepotten. Hier woont iemand die vergane glorie op de juiste manier waardeert.

Tien jaar was De Leeuw –toen nog Van den Berg– toen ze haar eerste merklapje borduurde. „Dat was op school. Daar leerde je een sokje breien, een inktlap stikken en een merklap borduren. Merklappen maakten meisjes in Nederland al sinds de 17e eeuw. Traditioneel met rood garen op een witte linnen achtergrond, dus dat deden wij hetzelfde. Eerst een rij kruissteekjes, daarna een zigzaglijn en zo steeds moeilijker sierranden. Daaronder kwam het alfabet. Eerst de stokletters zoals de i en de h, daarna pas de moeilijke o en de g. Onderaan zette je je eigen naam. Je was er zo trots op.” Met glinsterende ogen denkt De Leeuw terug aan die tijd. „Ja, we kregen goede handwerklessen hier in Leerbroek. En dat is lang zo geweest hoor. Tien jaar geleden nog kwamen er leerlingen op de stoep om te vragen naar voorbeelden van merklappen. Nu is dat over, ik vrees dat het vak niet meer gegeven wordt.”

Tijdens het maken van het eerste merklapje op school sloeg de vonk over. Borduren werd de grote hobby van De Leeuw. In haar huwelijk pakte ze de draad van de merklappen weer op. Drieëntachtig replica’s borduurde ze, drie merklappen ontwierp ze zelf. „Steeds weer kwam ik een authentiek patroon tegen dat ik prachtig vond om na te maken. Soms op grove stof, met acht borduurhokjes per centimeter. Soms met de allerkleinste steekjes, op linnen met zestien hokjes per centimeter. Twintig jaar lang was ik er druk mee: ik maakte gemiddeld vier merklappen in een jaar. Je moet in een ritme blijven, anders verlies je je snelheid. In de jaren dat onze kinderen jong waren, sliep ik slecht. Dat kwam voor het borduren goed uit. ’s Nachts kwam ik stukken verder.”

BIEDERMEIJERTIJDPERK

Alle uren borduren waren niet alleen goed voor ontspanning, ze waren ook ontzettend leerzaam. Inmiddels weet De Leeuw alles over de herkomst en de betekenis van de verschillende lappen. „De eerste proelappen die meisjes maakten, waren vaak heel educatief. Meisjes leerden het alfabet via hun borduurwerk en moesten soms een getallenreeks opnemen, zoals de cijfers van de tafel van 3. Na zo’n proelap volgde een moeilijkere merklap. De oude Friese lappen vind ik het mooist. Die zijn heel eenvoudig, met een sober kleurpalet. Onder het alfabet zie je typisch Hollandse voorstellingen: een molen, een kerk, een hertje.”

Een merklap laat veel geschiedenis zien, weet De Leeuw. „Zo mis je letters van ons huidige alfabet op de meeste lappen. De i was i en j tegelijk en moeilijke letters als de q, y en x ontbreken. Zo schreven de mensen in die tijd.” Evenzo is het jaartal te markeren dat er gekleurde wol in omloop kwam. „Vanaf de 19e eeuw gaan vrouwen hun merklap ineens gebruiken om weelderige, kleurige voorstellingen te borduren. Dat is het biedermeijertijdperk. De lappen worden meer borduurwerken dan merklappen.” Spijtig, vindt De Leeuw. „Voor mij horen het alfabet, de sierranden en de naam van de maakster er echt bij.”

KWARTIERSTAAT

Toch vinden de meeste mensen de geborduurde biedermeijertaferelen het mooist, merkt De Leeuw. Op aanvraag leidt ze kleine groepjes mensen rond langs haar 86 merklappen. „Dat vind ik ontzettend leuk om te doen.

Als er oudere mensen bij zijn, hebben ze vaak hun eigen proelap bij zich. Er kwam hier eens een oude dame met haar proelap op een jutezak. Ze had hem in de oorlog gemaakt, dus er was geen linnen beschikbaar. Kijk, die verhalen geef ik ook weer door aan andere bezoekers.”

Drie merklappen in het huis van De Leeuw zijn nergens anders op de wereld te zien. De weduwe heeft ze zelf ontworpen. „Hier heb ik de kwartierstaat van ons gezin geborduurd”, wijst ze boven de haard in de kamer. „Dit zijn onze namen en die van onze drie zonen. Daarboven staan onze ouders en opa’s en oma’s geborduurd. Met een rij jongens en meisjes geef ik steeds aan hoe groot het gezin was waaruit de persoon komt.”

Het ontwerpen van een merklap is erg moeilijk. Het kost uren rekenen en tellen. Een ontwerp moet immers precies symmetrisch zijn en naar het midden toe uitgelijnd worden. „Kijk, deze lap ontwierp ik in 2003 na een vakantie van mijn schoonzus. Ze had de zon zo mooi zien opkomen in Canada. Toen borduurde ik op mijn merklap: Vaak worden er verre reizen gemaakt om dingen te zien waarop men thuis geen acht slaat.” Met twinkelende ogen: „Leuk hé, die geborduurde lessen.”

BIJBELSE DICHTEN

Op veel merklappen zijn rijmdichten of spreuken geborduurd. „Heel belerende teksten”, vindt De Leeuw. „Dat was zo in die tijd. Kijk, deze merklap komt uit Edam. Dit staat erop:

Hoe schoone wij bloemen staen
als ’t Godt belieft ist haest gedaen
Vertrout niet op het goet dat vergaet
Maer op het Woort dat eeuwigh vast staet
Door Annigje Woutersdochter, oudt 11 jaar.”

Ook veel afbeeldingen op merklappen hebben een Bijbelse oorsprong, vertelt De Leeuw. „Adam en Eva met de slang kom je vaak tegen. Of de verspieders. De meisjes moesten in hun borduurwerk ook een eigen afbeelding opnemen om het ontwerpen te oefenen. Ze kozen vaak Bijbelse geschiedenissen. Maar die taferelen zien er natuurlijk wat gekunsteld uit. Hier zie je de geschiedenis van Abraham die Izak moest oferen. Izak ligt niet op het altaar, maar hij hangt er een beetje boven. Toch vind ik deze afbeelding mooi, want ze verwijst naar een goed verhaal. Ik ken de Bijbelverhalen-ben ermee opgevoed. Ja, ik kom echt uit Terdegekringen. Ik ben groot geworden met dominee Mallan en de kinderbijbel van Vreugdenhil. Maar nu heb ik er niets meer mee. Nee, de spreuken op de merklappen spreken niet meer tot mij.” Even zwijgt De Leeuw. Om daarna weer op te veren. „Maar het verhaal achter elke merklap, dat is wat mij boeit. Elke lap heeft een maakster en een eigen geschiedenis. Deze bijvoorbeeld, geborduurd tussen 1668 en 1673. „De tijd is kort, de dood wenckt snel”, staat erop. Er zal van alles gebeurd zijn in het leven van het meisje in die jaren. Waarschijnlijk kreeg ze verkering. Want onderaan op de merklap is de naam van haar vriend te lezen. En wel drie keer komt een hartmotief terug op de lap. Je kunt het je helemaal voorstellen: zo’n meisje dat aan het borduren is bij het licht van een olielampje, terwijl ze aan haar vriend denkt. Prachtig toch! Daarom blijf ik de lappen zo leuk vinden.”


WAAROM BORDUURDEN MEISJES EEN MERKLAP?

Merklappen zijn om een heel praktische reden ontstaan. Twee keer per jaar werd het linnengoed van een gezin naar de wasserij gebracht. De andere weken van het jaar gebruikten veel mensen de gezamenlijke bleek. Op die momenten moest je je eigen linnengoed terug kunnen vinden. Daarom begon men in de 17e eeuw eigen initialen op lakens te borduren. Tussen de initialen kwam een herkenbare afbeelding. Zo werd het merken van linnengoed een ware hype. De afbeeldingen werden creatiever en mooier. De gegoede stand zocht daarom bediendes die goed konden borduren. Voor gewone dames en meisjes uit het weeshuis was het belangrijk om dit vakkundig te leren: je borduurkwaliteiten konden zomaar de doorslag geven tijdens een sollicitatie. Zo is de merklap als oefenstuk ontstaan. Meisjes maakten ook wel een speciale stop– en verstellap. Daarop oefenden ze om gescheurde texturen onzichtbaar te kunnen herstellen. Sommige dames vonden ook nog tijd om aan een pronkrol te werken: een lange strook linnen waarop je borduurtechnieken liet zien. Van ajour borduren tot de bouillonsteek. Steken die vandaag de dag alleen nog worden gebruikt door fanatieke hobbyisten. En dan blijkt maar weer hoeveel steken wij hebben laten vallen. Hoe wij de draad van de geschiedenis zijn kwijtgeraakt als het gaat over het ambacht van borduren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 mei 2019

Terdege | 98 Pagina's

Voortborduren op een aloude traditie

Bekijk de hele uitgave van woensdag 15 mei 2019

Terdege | 98 Pagina's