DER DEKALOG

Prof. Dr. J. J. Stamm, DER DEKALOG im Lichte der neueren Forschung, 56 S., kart. DM 3.80, Verlag Paul Haupt, Bern/Stuttgart, 1958.

In dit werkje, dat als eerste in de serie Studientage für die Pfarrer verschijnt, geeft Prof. Stamm een samenvatting van de wetenschappelijke problemen rondom de decaloog, „het vrijheidsdokument, dat God aan Zijn volk heeft geschonken". De bedoeling is om de predikanten te oriënteren over de voortgang in het wetenschappelijk onderzoek; schrijver trekt daarbg de grote lijnen, z^jn onderwerp op andere wijze benaderende dan Eowley doet in zijn voordracht „Mose and the Decalogue" met de uitputtende literatuuropgave, zoals w^ dat van Eowley gewend ütjn.

De vraag naar een oer-decaloog is nog steeds aan dé orde; schrijver verdedigt, dat het vijfde gebod oorspronkelijk ook een verbod was: Gij zult Uw vader en moeder niet vloeken. Schrijver houdt met vele geleerden vast aan het MoiaisChe auteurschap van de decaloog, die reeds tróeg een centrale pbfeitie in het Israélietj^cMè leVen innam.

In de tweede voordracht geeft schrijver een exegese van de geboden; ten aanzien van het eerste gebod meent schrijver, dat hier sprake is van een dynamische monolatrie, die de kiem van het monotheïsme in zich had.

Een zeer oriënterend geschrift.

U.

Bt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen